VJaardingsche IJzerkoekjes dat aan de affaire verbonden is. Men hoopt dat de kerkelijke autoriteiten ambtshalve een opvolger zullen aanwijzen. Schiedam, 9 Sep. '04. De commissie voor ge meente-werken mocht Nobel niet benoemen, omdat de heer Visser gezegd had„laten we den heer Gerlach z'n zin maar doen." Zooiets vloekt tegen al wat con- ciëntie isvloekt tegen de rechtvaardigheid en daarom benoemde men iemand die door den heer Beukers wordt voort gekruid. Pik Zeg Por, weet je wel dat je mij de vorige week beloofde, mij iets mededeelen omtrent de afloop van het Naleest van de Commissie van „Flardinga" in de „Harmonie PorO ja, da's waar ook. Maar vooraf nog iets van hetgeen gebeurd is op het terrein zelf, en dat wel als een vernieuwd blijk, hoe veredelend dat feest van „Flardinga" gewerkt heeft. Er stond daar op dat terrein behalve nog andere, ook een tentje van de Commissie, waarin bewaard werd de consumptie voor de kinderen. Dit tentje scheen zich bizonder te leenen voor een Rendez-Vouz of liever gezegd voor Vrijage. Want toen na afloop der feesten, (dat was dus na elf ure 's avonds) de Commissie het terrein inspecteerde, ontdekte een der Commissarissen, de heer Buters, dat het in dat tentje niet pluis was, de deur stond op een kier, en toen deze heer zich voor die deur plaatste, hoorde bij het zoete gemurmel, het gelispel, en de ge heimzinnige geluiden, die alleen zijn waar te nemen wanneer het Liefdegodje zich in een gezelschap bevindt. De heer Buters, als Commissaris zijn verantwoorde lijkheid in deze gevoelende, nam een kloek besluit. Wel sapperloot, zeide hij, dat moet uit zijn Ik zal dat zaakje eens uit maken. En wat denk je dat hij deed Pik Pik: Misschien riep hij wel tegen die jongelui „Zeg hé daarniet gappen daar PorMis, hij ging over tot een stormaanval. Hij herinnerde zich hoe in vroeger tijd de Watergeuzen den Briel hadden ingenomen, en zoo dacht hij, dat kan ik 'm hier ook wel zoo lappen. Fluks doet hij eenige passen achterwaarts, stelt zich daarna in positie, en na al z'n kracht n bijeenverzameld te hebben, gaat hij tot de stormaanval over, vliegt als zoo'n echte krijgsman tegen de deur op, enwat geluk, deze bezwijkt voor deze Tour de force. Daar binnen een tooneel vol verwarringjonge dochters rollen hals over kop door de Limonadefles- schen heen, jonge heeren springen als stijgerende paarden tegen elkander op, en nadat deze Catastrophe eenige seconden geduurd heeft, maken enkele der jonge luidjes van de gelegenheid gebruik om de deur uit te snappen, andere volgen, zoodat na enkele minuten deze liefdeshalle. ontruimd was. De heer Buters, als overwinnaar van het terrein, triomfantelijk rondkijkende, ondekt dat zijn slachtoffers er niet zonder schade zijn afgekomen, wantna het slagveld goed bekeken te hebben, vond hij daar liggen eenige manchetten en wandelstokken. Alzoo maakte hij de conclusie, dat het waren geweest echte Dames en Heeren. En geloof mij, Pik, als ik nu wat te zeggen had in „Flardinga", dan stelde ik voor, op te richten een Museum, en dan gaf ik in dat Museum een eereplaats aan die Heeren en Dames mauchetten, en wandelstokken, ik voegde daarbij een omschrijving bij welke gelegenheid zij buit gemaakt zijn, en dan twijfel ik niet, of elke bezoeker die dat ziet, zal tot de overtuiging komen, dat de vereeniging tot verede ling van volksvermaken „Flardinga", ten volle haar doel heeft bereikt, dat wil zeggen, dat deze eerste poging volstrekt veredelend gewerkt heeft. Pik: Maar por, die is weer goed boor! Maar nu het nafeest van de commissie. Hoe is dat gegaan. PorDaarover heeft men tamelijk het stilzwijgen bewaard, en dat ging gemakkelijker omdat dat in den nacht gebeurde, en op die manier controle moeielijk was. Dat kan ik je zeggen, zij hebben zij zich duchtig te goed gedaan aan Champagnewijn, endat deze drank aardig op 'n mensch kan inwerken is gebleken bij één der commissarissen. Deze kwam den volgenden morgen om 4 uur bij vrouwlief thuis, belt aan, vrouw lief opent zelf de deur, eno, arm commissielid van de vereeniging tot Veredeling van Volksvermaken,... vrouwlief begint uit te pakken. Zoo! ben je daar! knappert, meneer de Commissaris van Orde! Je kan op je beenen niet staan, manlief. Ga maar gauw naar den zolder. Wat, ik, ik, ik, naar z.z.z o.l.d.e.r, w.w.aar is dat goed voor, ik ben toch niet dronken; m'n hoofd is toch nog goed! Niet?.... Vrouwlief. Wat, je hoofd!? Maar je beenen knikken onder je lijf. De Commissaris van Orde, ja, ja, zie je, dat heb je nou altijd van Champagnewijn, je hoofd blijft goed, maar het schiet in je beenen En dan, luistert nou toch eens vrouw, de Koningin is maar ééns in 'n jaar jarig, zie je, het was erger als zij elke week jarig was. Vrouw van de Commissaris van Orde, klets nou asjeblieft niet langer, en nou naar boven. Je zal voor je straf van nacht eens heelemaal alleen naar den zolder moeten! versta je me! en nou naar boven, anders sla ik er op! Pik: Zeg Por, is dat nou heusch gebeurd? Overdrijf je nou niet? Por: Overdrijven!? Wil je wel eens gelooven, Pik, dat dit nog maar copie van de zaak is? Maar stel je gerust, je krijgt nog meer van mij te hooren, want er volgt een tweede feest, waarbij zijn uitgenoodigd al de dames en heeren die hunne medewerking hebben ver leend bij die feesten, en van dat tweede feest kom ik meer te hooren. Dus de volgende week krijgt je van mij een volledig verslag. En nu Pik, heb ik enkele andere zaken daaromtrent te zeggen, en wel deze. De morgen na het feest waren enkele ambtenaren, in openbare betrekkingen alhier werkzaam, niet present, en hunne superieuren ook niet. Ds. Densel heeft gepasseerde Zondag in z'n kerk, dit feest genoemd het feest van Beëlzebub, den opperste der duivelen; heeft z'n strenge afkeuring er over uit gesproken, dat zich noemende christenen durven deel nemen aan zulke vermomde, en tevens menschonteerende zaken, als dit avondfeest van „Flardinga," en bekeken van zijn standpunt, had de man volkomen gelijk. Ja, heeft niet anders gedaan dan zijn plicht. Pik: Dat vind ik ook Por, en ik vind het meer dan inkonsekwent wanneer menschen van Kerkelijke richting deze zaken nog durven verdedigen. Por: Laten wij nu voor ditmaal hierover eindigen, en zooals afgesproken de volgende week meer. En wil ik je nou wat meedeelen van de Raadszitting van gepasseerde Dinsdag? Het begon dan met de gewone vraag van den Voor zitter omtrent de notulen. De heer Louis van Gelderen, sprak z'n bevreemding er over uit, in de notulen te zien staan dat de herziening der erfpacht zou behan deld worden in de eerstvolgende vergadering, en, zoo zeide hij, op de agenda mis ik het, hoe komt dat? De voorzitter, Burgemeester Versteeve zegt: Ja kijk, het onderzoek in die zaak is nog niet afgeloopen, en er is tusschentijds wijziging in gebracht. Van Gelderen was echter niet tevreden hierover, zat zooiets te mompelen en te brommen tusschen z'n tanden door, lachte weer eens, haalde dan weer z'n schouders op, allemaal van die lichaamsbewegingen die we bij dat opgewekte jongmensch kunnen waarnemen Wij kregen hierna de benoemingen van verschillende Commissies, een vervelend karweitje voor de raads leden, maar ook voor ons, die daar het Auditorium vormen. Wat mij bij die benoemingen altijd opvalt is, dat men het lid Louis IJzermans in alle Commissies wel zetten. Je zou zoo zeggen: dat heer is nog al wat man's. Nu vind ik één ding van hem jammer, wanneer hij spreekt, dat beroerde krauwen van de woorden. Je kunt hem niet verstaan, enik vind van zoo verdienstelijk raadslid, vangt men de woorden liefst op, zooals gouden appelen op zilvere schalen. Eindelijk kregen we weer eens wat te hooren dat eenige spanning bracht. PikZoo, en wat was dat PorDoor burgemeester en wethouders was voorge steld de plaatselijke strafverordeningen te herzien, en hierbij was één artikel, dat slaat op den verkoop en de colportage van geschriften op de publieke straat. Het was artikel 10, en dat wilde men aanvullen in dien zin, dat, wanneer een colporteur bij het verkoopen van geschriften zoodanig roept, dat de Openbare Orde wordt verstoord of bedreigd, of aanstoot geeft op de goede zeden, dat hij dan, om in den term van den heer Hoogendijk te spreken een zekeren tijd zal moeten zitten"of boete betalen, en.... zijn geschriften ver beurd verklaard zullen worden. PikMaar dat is RussischKwam er soms nog in voor, dat zoo'n colporteur verbannen moest worden, bijvoorbeeld naar Siberië, of Duivelseiland, St. Helena of de Bermuda-eilanden PorDat ontbrak er nog maar aan, maar 't was toch erg genoeg. Pik: En kwam daar niemand tegen op? Ik bedoel is dat zoo maar aangenomen Por: Jongen neen hoor! 't Was weer niemand minder dan de Witte die de debatten hierover opende, en dit deed op 'n manier, dat burgemeester Versteeve bij oogenblikken bleek werd van aandoening. De Witte begon met te zeggen, dat de Rijkswet al reeds hierin voorziet, dat de bestaande p'aatselijke ver ordening dat reeds ook al doet, en gaf dan ook z\jn verbazing te kennen waarom dat nog meer moet aan gevuld worden. Hij verklaarde dan ook te vermoeden, dat daar iets achter zat, wat niet in den haak was. Hij vroeg den voorzitter waar en wanneer bij het col- porteeren hier ter stede de orde verstoord was. PikEn wat antwoordde daarop de voorzitter PorOch eigenlijk niet veel. Hij beweerde, dat in sommige andere gemeenten een verordening in dien geest bestond. Dat was dus een reden, zeide hij, dat wij dat ook konden hebben. De Witte echter, taai als hij is, liet niet los, en vroeg opnieuwmaar mijnheer de voorzitter, welke redenen, welke aanleiding bestaat er hier, om die ver ordening zoo te maken? De Voorzitter beriep zich maar weer op die andere Gemeenten, maar verder kwam hij niet. Maar weet je wat ik daarbij opmerkte Pik?De Voorzitter durfde blijkbaar niet voor de zaak uit te komen Er was degelijk een bedoeling bij, en het was dan ook de heer Hoogendijk die de knoop doorhakte. Deze heer begon met z'n vermoeden uit te spreken, dat het oog was gericht op een blaadje, dat hier elke week wordt verkocht, namelijkDe Moker. Welnu, zegt de heer Hoogendijk, wanneer dat de bedoeling is, dan verklaar ik mij tegen het voorstel, want zoo redeneerde hjj. Het is niet alleen De Moker, of Het Volk, maar ook andere bladen zooals De Tijd, De Nieuwe Rotterdammer, De Standaard en méér andere zoogenaamde fatsoenlijke bladen. Ook zij nemen zoo nu en dan verschillende menschen bij den kop op een manier die alles behalve prettig is. En zoo zegt Hoogendijk, ik heb liever dat de menschen op klompen komen dan op zachte schoentjes, want dan hoor ik ze, en ik vind ook zeide hij wanneer men verdiend genomen te worden, dan vind ik het nuttig, en verdiend men het niet, dan plaatst men zich daarboven. Doch nu de Witte. Hij constateerde dat dit artikel gevaarlijk was in de toepassing. Verbeeld je, zegt hij, dat daar loopt een koopman in groenten, iemand die z'n waar aanbiedt zooals in 't artikel wordt vervat. Die koopman heeft 'n onprettig geluid. Dan kan een al te ijverig en onbedreven politieagent, dit aanmerken voor verstoring der openbare orde. Dan gaat zoo iemand de kast in, enz'n groenten, annex Sinaasappelen enz. kunnen verbeurd verklaard worden. Neen zegt de Witte, die zaak deugt niet, en is totaal overbodig. De heer Kikkers vond ook dat die verbeurdverklaring er uit moest, en na dat door hem in dien geest een amendement werd voorgesteld, werd de verbeurdver klaring verworpen, maar de rest was er nog. Na nog wat gediscusseerd te hebben, en door de Witte nog eens raak de puntjes op de i's werden gezet, kwam het artikel in stemming en werd het aangenomen met twee stemmen tegen namelijk van de Witte en Hoogendijk. PikMaar por, heeft de Heer ook dan voor gestemd? PorNatuurlijk, zeker. Kijk, ik beschouw de Heer zoo. Hij is een aardig kereltje, hij spreekt daar vrij goed, maar als het gezag zoogenaamd gehandhaafd moet worden, dan stemt hij overal voor, dan is hij met andere woorden een echte conservatief dan is hij een echte navolger van Minister Kuyper met zen Dwangivetten. Hierna gingen de heeren een poosje in geheime zitting, en wij gingen in den Corridor om eens wat op te luchten. Het was snikheet in de raadszaal en ik begrijp me niet dat daar niet beter ventilatie is. 't Is daar eigenlijk om te smelten, Pik. Nadat wij in den Corridor zoo eens gesproken hadden over koetjes en kalfjes, en zooals dat ons, vaste klanten past, hierbij een gewichtig gezicht zetten, sprekende over de zaken die in de zitting verhandeld waren, mochten wij weer binnenkomen, en kregen wij te hooren dat er een tweede brug zou komen voor voetgangers nabij de spoorbrug. Het was hierbij dat de Witte zich opnieuw deed hooren. Pik: Wat zeide hij hiervan? PorNatuurlijk juichte hij deze zaak toe, maar wat betreft de levering en daarstelling der brug, had hij een en ander te zeggen. Hij zeide er niet voor te zijn alles binnen de gemeente te houden wanneer daar praktische bezwaren tegen waren, maar hij zeide ook, wanneer er geen bezwaren zijn, dan verzoek ik dat onze stadgenooten in de gelegen heid gesteld zullen worden ook mee te dingen naar de levering van deze brug, en het bleek mij dat hij geen genoegen neemt met al die onderhandsche prijs-opgaafjes, en ik moet je ronduit zeggen hij heeft gelijk, want O! O! Pik met dat onderhandsche kan heel wat ge modderd worden. PikEn wat denk je, zou men daar opletten van het dagelijksch bestuur? Por Ik hoop het van harte, maar zeker weten, doe ik het natuurlijk niet. Pik Was er nog meer te behandelen PorWij kregen nu een verordening op het keuren Kiesrecht op Zondag 11 Sept. a.s. in Den Haag.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1904 | | pagina 3