No. 41. ZATERDAG 10 DECEMBER 1904 4e Jaargang. ORCAAN van de Afdeeling Schiedam der Sociaaldemokratische Arbeiderspartij, Bureau van .Redactie en Administratie; A, WINTERBERG, Raam 27, Stukken voor 't eerstvolgend nummer moeten uiterlijk Woensdag a. s. 's middags 12 nur in het bezit der Redactie zijn. Aan de Stadabonné's. Aan de Postabonné's. Verzamelen geblazen! De roem van Schiedam, ABONNEMENTSPRIJS: 25 cent per kwartaal j Mj V00ruühetaUng. franco per post 30 cent j J Losse nummers 2 cent. ADVERTENTIËN: 3 cent per regel. Bij abonnement belangrijke korting. Binnen enkele dagen zullen wij de quitanties rond zenden voor het kwartaal December 1904 tot en met Februari 1905. De Postabonné's worden beleefd nitgenoodigd het verschuldigde over kwartaal December 1904Februari 1905 per postwissel in te zenden. Mochten zij liever aan een postwissel niet de voorkeur geven, dan zullen wij wederom per postquitantie onder bijvoeging van onkosten beschikken. DE ADMINISTRATIE. En zoo gaan we van lieverlede naar 1905, het jaar dat voor ons land uiterst belangrijk zijn zal. De voorteekenen zijn duidelijk en bedriegen niet: er zal een hevigen politieken strijd gestreden worden. Er zal door de „recht"-zinnigen van alle schakeering nauwer en nauwer gezet, gewrongen in het keurslijf„Christe lijke politiek", met alle macht en kracht beproefd worden de koers te bestendigen, zich te handhaven op hun standpuntde vrijzinnigen daartegenover zullen trachten de berucht-geworden koalitie te doen duikelen, het land te verlossen van het klerikaal schrikbewind. Niet staande als de rechtsche partijen; als één kom- pakte massaneen, in 't vermoffelen van beginselen, in 't wegdoezelen der begrips-verschillen, hebben de vrij zinnigen het niet zoover gebracht als hun overburen. In 't bizonder de S. D. A. P- coaliseert niet tegen den anti-klerikalen zoowel als tegen den klerikalen conservatief, trekt ze even fel te velde. Als politieke arbeider s-partjj, staande op een zuiver klasse standpunt, kan en mag ze zich niet verbinden aan eenige burgerlijke fractie, doch voert den strijd op zichzelf, tegen al wat reactionair is. En bij den aanstaanden verkiezingsstrijd zal de S. D. A. P. niet optrekken tegen het Kuyper-Ministerie omdat het christelijk heet, maar omdat het behoudend is in merg en nieren omdat het bewind door hém gevoerd uitmunt in t verwaar- loozen der arbeiders-b elangen in 't verstikken en knevelen der arbeiders-b e w e g i n g en in 't voor opstellen in alles, de belangen van het kapitalisme, z'n christelijk mom slechts dragende om z'n ware inborst te verbergen voor de kleine luyden, die alleen op het uiterlijk zich blind staren. Niemand alzoo, die meer zuiver, maar bovenal ook krachtiger in den verkiezingsstrijd staan kan dan de S. D. A. P. Zeker, men kent haar tóch reeds als de partij, die door de groote energie, waarmede zjj hare campagne's aanvat, het onbemanteld zeggen waar het op aankomt, in haar onbarmhartige, maar eerlijke kritiek, niet gering te schatten is. Betrekkelijk klein nog in ledenaantal is haar invloed onrustbarend groot en reeds een wezenlijke bedreiging voor het „christelijk" en paganistisch kapitalisme. Maar krachtiger dan ooit zal haar optreden moeten zijn in het komende jaarméér dan ooit zal zij strijd te voeren hebben tegen de be- houdzieke bourgeoisie feller dan ooit zal zij moeten optreden tegen de alleen-heerschappij van het kapitaal, dat nu met toga en bef omhangen slechts te driester is opgetreden. Vier jaren kristendom wat hebben zij het volk gebracht? Waarin bestond het specifiek kristelijke nog in dat bedroefde beetje parlementairen arbeid van vier jaren lang? In wélk opzicht zijn de nooden der kleine luyden gelenigd geworden? Zij konden niet wachten, geen dag en geen nacht, en vier jaren lang zijn ze geregeerd door een ministerie dat absoluut geen vinger uitsteken wilde om hun lot ook maar eenigszins te verbeterenVier jaren kristendom brachten een speetwet, dwangwetten, ontzettende, weg gesmeten militaire uitgaven; zullen brengen tarief- wetten, die van het stukske brood van den arbeider nog een homp zullen afnemenzullen brengen een post- wet, waardoor geen briefgeheim meer veilig is; zullen brengen een arbeidswet, die in de bestaande arbeids verhoudingen hoegenaamd geen verbetering brengen voor de massa der arbeiderszullen brengen een dwangcontract, dat het laatste weermiddel der arbeiders aan hen ontneemt en hen aan handen en voeten ge bonden aan de willekeur der patroons prijsgeeft de som van vier jaren kristendom is een cijfer, dat de rekenaars zelve zich schamen te noemen. Vier jaren kristendom waren een tjjdperk waarin zooveel mogelijk de vriendjes der regeering met belang rijke en vette postjes werden begiftigd, maar waarin de toestand van het volk even ellendig gelaten werd als ze was. De politieke kristenen zjjn kwakzalvers gebleken van de ergste soort Aan óns, sociaal-demokraten, de taak, de huichelaars hun valscli mom af te rukken en hen neer te zetten in hun volle naaktheid van blinde kapitaal-dienaars. Aan óns de taak, het misleide volk de oogen te openen en het de schrale oogst te toonen, waar men het had wpsgemaakt volle schuren te vinden. Aan óns de taak, het volk te toonen dat, welke schoone leuzen men aangeheven had, vier jaren kristendom in practijk slechts op het bankroet van het politieke kristendom zjjn uitgeloopen en dat de brandkast nooit beter was beschermd dan met bjjbel en wierookvat Met vreugde gaan w(j den strijd tegemoet. O zeker, we weten vooraf wel ongeveer te zeggen, welke wapenen tegen ons zullen worden gekeerd; we weten nu al wel ongeveer te zeggen met hoeveel modder wij zullen worden bespoten; met hoeveel leugens en laster het volk zal worden vergiftigd en tegen ons opgezet. Maar we vreezen niet. Amuseert je, christelijke tegen standers, met die bezigheid we gunnen je ook wel een ontspanning. Verzamelen geblazen hebt ge 't gehoord, vrienden Hebt ge 't gehoord, partjjgenooten, die tot nog toe maar weiuig meer waart dan lijst-leden, die 't schijnbaar genoeg vinden voor een sociaal-demokraat als hun naam maar op de ledenlijst voorkomt Zoudt ge niet wat meer ernstig uwe overtuiging kun nen uiten mee-opgaan in het partij-leven om straks ook üw aandeel te nemen in den strijd Denk 'r eens over Hebt ge 't gehoord gij oude kameraden, die een maal in ons midden waart, doch zoo van lieverlede zijt uitgetreden Wien de moed ontzonk bij 't stuiten op eenige moeilijkheden of wien 't succes nog te ver in 't verschiet lag? Hebt ge 't gehoord, gij, die over tuigde sociaal-demokraten zijt, doch om een of ander keutel-motief op uw eentje zit te kniezen over ditjes en datjes, die sinds lang vergeten en begraven moesten wezen en die u afhouden van dat frissche blijde leven dat in onze rijen te genieten valt? Gij, die vaak ont aardde in spijkers-op-laag-water-zoekersdie eens pre cies ging napluizen of nu alle partijgenooten wel precies volmaakte menschen waren en den grooten strijd ten slotte ging achterstellen bij eenige persoonlijke over- weginkjes Zoudt ge uw rustige rust nu maar niet weer eens gaan vaarwel zeggen en uit uw schuilhoekje komen Maak je niet ongerust zónder u blijven er toch nog genoeg slaapmutsen over En gij, breede schare van „geestverwanten" hebt ge 't signaal gehoord? Wat zijt ge, dat ge u geest verwanten noemt Mist ge den moed, zelfs voor u zelf een overtuiging er op na te houden Of weet ge u met alle wisse-wasjes netjes afgezonderd te plaatsen ge meent het wel goed, o ja, ge gaat heelemaal met ons mee. als het er op aankomt maar kjjk zie-je, als ge daar blijft staan, hebt ge geen „last" aan al die ge schiedenissen alles wordt buiten u om pasklaar ge maakt, doch kom je hier, dan moet je óók je aandeel in het werk nemendan gaat 't je ook 'n paar centen kosten en kijk, zóó is 't dus veel gemakkelijker en.... goedkooper. Je bent dan toch óók sociaal-demokraat en je hebt een makkie. Voelen jullie niet, dat je op die manier klaploopers bent Neen, brave zielen, die u onze „geestverwauten" noemt 't spijt ons zeer, maar we kunnen nog altijd geen bizondere achting voor u koesteren. Speen-je nu maar met de troostende ge dachte, dat dit aan óns ligt, doch verzin er ook eens over, of je eigen gedrag soms de oorzaak wezen kan. Verzamelen geblazen het is het sein voo - aan treden van alle arbeiders-vrienden; voor allen, die beu zijn van de prullaria welke uit den kristelijken knoei- winkel wordt wordt afgeleverd; van allen de in waarheid willen lenigen den nood van het volk; van allen die walgen van dat weerzinwekkend gewurm der politieke christenen, die méér dan ooit het christendom in diskrediet hebben gebracht, door met den naam van Jezus op de lippen zich de meest verknochte die naren van den geldsatan te toonen; van allen die weten dat alleen door een krachtige socialistische agi tatie de verpeste politieke atmosfeer gezuiverd kan worden van allen die weten dat tegen de kapitaal verdedigers van elke soort slechts ééne partij is opge wassen de partij der arbeiders, geschaard onder de vanen der internationale sociaal-demokratie. Behoort ge tot hén, dan is ook voor u 't verzamelen" geblazen dan moogt ge niet langer van verre blqven staan, doch hebt ook gjj uw plicht te vervullen. Aangetreden dan Mr. O. J. H. graaf van Limburg Stirum als lid der 2e Kamer. Op welke glorievolle wijze Schiedam in de 2e Kamer vertegenwoordigd is, nu daar is al reis meer over ge- pennewipt. We weten het nu haast allemaal wel, dat voor onze zeer geachte afgevaardigde het zwijgen goud, maar het spreken nog blik is. We herinneren ons een redevoering van 'm, die be stond uit vierhonderdmaal herhaalde woorden: „Het spreekt van zelf," die door de Kamer onder machtige hilariteit werd aangehoord. En over z'n laatste evolu- tiën, thans bij de Indische begrootings-debatten gegeven, deelt de verslaggever van het Handelsblad het volgende mede „Niets is, bij de behandeling van de Indische Be grooting in de Tweede Kamer telken jare zóó plaisant als het oogenblik waarop de Kamer zich schaart om den heer van Stirum en het „sterfbed" van de koffie cultuur (zooals wijlen Fransen van de Putte het al een paar jaar geleden noemde). De afgevaardigde van Schiedam heeft nu eenmaal een zekere aangeboren vermakelijkheid over zich, die hem tot een van de aantrekkelijkste sprekers van de Kamer maakt, maar die dan ook oorzaak is dat de om hem heen geschaarde leden wel zeer aandachtig, maar zeer weinig ernstig luisteren. Hij heeft de fatale uiter- lqke onweerstaanbaarheid van sommige beroemde too- neelkunstenaars, die maar behoeven te verschijnen om het publiek te doen glimlachen en wier eerste woord al dadelijk de zaal doet grinniken maar die dan ook nooit eens een ernstig woord als ernst kunnen op nemen. Een paar jaren geleden, toen de heer van Sti rum nog een lange snor had, ging het soms nog, maar sinds hij er twintig jonger is gaan uitzien, is de Kamer twintigmaal meer grappigheid in hem gaan vinden. En zoo gebeurde het dat heden de heer van Stirum een zwaar gedocumenteerde rede met bjjlagen hield, een heusch heel ernstige klaagrede over de wisselvallige meeningen van Nederlandsche regeeringen (wisselvalli ger nog dan het weer) en over de achteruitgang van de koffiecultuur, waartegen de Regeering maar niets deed, en over het contractstelsel, waartegen de resi denten eenstemmig hadden geadviseerd en dat de Kamer.... lachteDe heer van Stirum sprak, klaagde, jammerde, jeremieerde de Kamer lachteDe heer van Stirum oreerde, memoreerde, peroreerde de Ka mer lachteDe heer van Stirum gesticuleerde, boog, wenkte, zwaaide, zwenkte de Kamer lachteDe heer van Stirum demonstreerde, protesteerde, profe teerde de Kamer lachte Was het niet voor een Kamerlid, dat het ernstig meent met het Vaderland en de koffie om uit zijn vel te springen? Alleen ging de afgevaardigde van Schiedam zich te buiten aan water. Hij dronk zooveel slokjes water, dat de Kamer boden het niet bij konden houden en de heer van Veen moest wijzen op de droogte waarin spreker verkeerde. Het was alsof de afgevaardigde van Schiedam een propagandarede hield voor geheelonthouding. Met het glas in de eene hand en Bijlage N.N. hij verontschuldigde zich min of meer over het zonder linge toeval dat die Bijlage nu juist N.N. heette in de andere, sprak hij, naar links, naar rechts, voorover, rechtop, oorlogszuchtig wapperend met het knetterende blad papier en cirkelbogen zwaaiend met het glas.... zonder een druppel te morsen. Het was een bewonde renswaardige rede zoo op 't oog althans; wij kon den niet alles verstaan. Nu eens hief de haaks gehoekte arm het glas tusschen twee lettergrepen naar den mond, om het plotseling weer haast neer te zetten, dan weer werd het glas uitgestrekt naar den heer Talma als in een onuitgesproken „Proost!", om daarop ijlings honderd tachtig graden terug te vliegen geljjk een kompasnaald bij storm en den heer van Kol een stillen dronk te wijden. MOKER

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1904 | | pagina 1