DE LIJST
No. 14.
ZATERDAG 3 JUNI 1905
5e Jaargang.
ORGAAN van de Afdeeling Schiedam der Sociaaldemokratische Arbeiderspartij
2e Kwartaal, 5e Jaargang.
Wacht U voor stinkbommen!
Wat het Christelijk Ministerie deed!
ABONNEMENTSPRIJS:
25 cent per kwartaal 1 j- vooruif]jetaling.
franco per post 30 cent
Losse nummers 2 cent.
Bureau van Redactie en Administratie:
A. WINTERBERG,
V'riendschapstraat 11 boven.
ADVERTENTIEN:
3 cent per regel.
Bij abonnement belangrijke korting.
Stukken voor 't eerstvolgend nummer moeten uiterlijk Woensdag a. s. 's middags 12 uur in het bezit der Redactie zijn.
POST ABONNEES worden verzocht het abonnements
geld per postwissel over te maken. Zoo zij niet opzenden
disponeeren wij als gewoon per postquitantie.
STADABONNEES worden verzocht hun kwartjes ge
reed te leggen, opdat wij niet meer dan eens voor niets
moeten loopen.
VLAARDINGSCHE ABONNEES zullen evenals vroe
ger worden bezocht.
voor de kandidatuur-VAN LEEl'WEÏ ligt ter
teekening bij VAN DER HOEVEN, Groote Harkt.
Tot vergemakkelijking der werkzaamheden
ga men baar nu even teekenen.
Zet u ernstig voor de vraag, kiezers van alle richting,
waarom het toch op het oogenblik, nu in alle hoeken,
bij alle partijen, groote verkiezingsbedrijvigheid heerscht
het alléén bij de kerkdijken nog zoo uiterst kalm,
zoo blad-stil schijnt. Wat zou daarvan de reden zijn
Wie het licht schuwt,
handelt in 't donker hebben de kerkdijken reden
het licht te schuwen Gevoelen zij zich zóó zwak, dat
zij niet op de vlakte durven komen Weten ze, dat hun
politiek beleid niet bestand is tegen kritiek Kennen ze
hun fouten, hun wanbeheer zóó goed, dat ze het niet in
't openbaar durven doen behandelen? Weten ze zoo
goed, dat de triomf der kerkelijke politiek één machtig
fiasco geworden is Weten ze zóó goed, dat de kleine
luyden, die ze eenmaal met hun politieke stroop ver
lekkerd hadden, door hun daden zóó teleurgesteld zijn,
dat er groote kans is, dat deze hun afkeer van die
kwakzalvers-methoden straks door hun stembiljet op af
doende wijze zullen kenbaar maken
Overweegt dit ernstig, arbeiders
Maar ookwapent u op mogelijk onverhoedsche aan
vallen Laat u niet verrassen, als straks, op het aller
laatste oogenblikals er geen tegenspraak meer
mogelijk zal zijn, een berg van onzin, van beloften, van
grootere of kleinere Sybrandistische verzinsels in krant
of strooibiljet zal worden uitgeworpen om u weer te
bekoren op den eenig waren, braven man, wiens eenige
verdienste als kamerlid toch slechts was, tot de Lohman-
groep te behooren, uwe stem uit te brengen.
Is dat eerlijke taktiek?
Is dat eene strijdwijze, waardig aan hem, die weet in
waarheid sterk te zijn?
Of is dat speculeeren op het gezag van het woord
van dominee of pastoor? Is dan het volk werkelijk
stemvee? Kunnen dan de arbeiders alléén oordeelen
over de wijze hoe hun belangen behartigd zullen worden,
als van boven-af het commando gegeven wordt?
De verstandige kiezer overweegt vooraf wie hij zijn
belangen toevertrouwen zal, wien hij zijn stem geven
zal, maar laat zich niet meer
van de wijs brengen
door slechts op 't allerlaatste oogenblik beloofde
heerlijkheden of lasterlijke aantijgingen tegen anderen,
die men den moed miste vroeger te berde te brengen
en onder de oogen te doen zien.
Is er reden voor dat zwijgen rechts?
Kiezers! Wacht IJ voor Stinkbommen
Weinig deed het Ministerie aan goede wetgeving, veel
deed het aan arbeidersverdrukkiug en partijbevoorrechting.
De wetten, die het Ministerie in behandeling bracht
en afgehandeld zijn, kunnen niet aanspraak maken op
goede voorbereiding of degelijk samenstel, en zijn boven
dien op de Lager-Onderwijswet na slechts „kleine wetten".
Het zijn: een Militaire straf- en tuchtwet, een Beroeps-
wet, de Speetwet, een Hooger-Onderwijswet, een Lager-
Onderwijswet, een Drankwet, een Strafwetnovelle, een
wet tot aankoop van snelvuurgeschut, een Mijnwetje,
een Telegraafwetje, een Motorwetje en nu op het aller
laatst nog een Loterijwetje.
De Ililitaire strai- en tuchtwet, in het eerste
zittingsjaar ingediend, was een erfstuk van het vooraf
gaande liberale ministerielag kant en klaar, en werd
in opdracht van de regeering verdedigd in de beide
Kamers door den liberalen prof. Van der Hoeven. De
anti-revolutionairen, Dr. Kuyper voorop, beweren wel dat
zij uit de „ordinantiën Gods" andere begrippen van
schuld en straf afleiden dan de liberalen en anderen uit
hun „rede," maar de^'katholieke minister Loeff en de
anti-revolutionaire minister Kuyper lieten toch een libe
ralen professor een liberaal strafwetontwerp verdedigen.
Dat heet in die kringen principieel christelijke politiek
En dit ontwerphet is één groote strafbedreiging,
zelfs met doodstrafdoodstraf niet slechts bij oorlogs
tijd maar ook bij burgeroorlog (bijvstaking), en
trouw hielpen de liberalen van allerlei schakeering de
clericale regeering dit schandontwerp aannemen. De
tuchtwet bevat onder meer treurigs ook deze bepaling,
dat een straf niet geschorst mag worden tot de uit
spraak in hooger beroep is behandeldeerst de doos in,
eerst de straf ondergaan, en dan onderzoeken of de straf
wel rechtvaardig wasEn toch staat in het anti-rev.
program„verbetering van de rechtspositie van den
minderen soldaat."
De Beroepswet, voortkomende uit een voorschrift
van de Ongevallenwetwas door het min. Pierson-
Borgesius reeds in 1901 ingediend, werd door het min.
Kuyper eerst teruggetrokken maar later weer, in beginsel
onveranderdingediend, met enkele kleine verbeteringen
en de dolle verslechtering van het zoogenaamde kaarten-
stelsel (voor de benoeming van Raden van Beroep). De
soc. dem. stelden nog voor, dit kaartenstelsel te ver
vangen door een verkiezingswijze als voor de Kame^
van Arbeid, maar de Kamer gaf Dr. Kuyper zijn cpL
mogelijk kaartenstelsel.
De Speetwet, het eerste baksel van den Christelijken
Minister van Arbeid, Dr. Abraham Kuyper, was een
terugneming van een bepaling der bestaande Arbeidswet.
Deze verbiedt nachtarbeid voor vrouwen. Dr. Kuyper
hief die bepaling op voor vrouwen, werkzaam in de
haringrookerijen, op dezen voornaamsten grond: dat de
arbeidswet in die haringrookerijen toch voortdurend werd
ontdoken. In plaats nu die heeren tot gehoorzaamheid
aan de wet te dwingen, gaf hijze de wettelijke bevoegd
heid, de arbeidswet te overtreden.. Zoo'n heerenlievende
Minister
De Hooger Onderwijswet is een wijziging en
aanvulling van de wet op het hooger onderwijs. De
voornaamste verandering is dezedat *de studenten van
Kuyper's Vrije Universiteit, (een secteschool die den
naam van Universiteit in het minst niet verdient om zijn
meer dan onvoldoende inrichting) niet meer examen
hoeven over te doen aan een erkende Rijks- of Gemeente-
Hoogeschool, maar met hun examenbriefje van de Vrije
Universiteit toe kunnen. Zonder waarborgen voor behoor
lijk wetenschappelijk onderwijs en zonder controle van
wetenschappelijke mannen buiten de „Kuyperiaansche-
uitverkorenen", kan dus nu de opfokking van anti-revo
lutionaire propagaAidisten worden voortgezet. Deze wet
is dan ook een anti-revolutionaire partijwet van het zui
verste partijsoort.
De Èager Onderwijswet is met kunst- en vlieg
werk nog in de wacht gesleept. Nadat eerst de pension-
neering van bijzondere onderwijzers en die van de wedu
wen en weezen aller onderwijzers (een wet, voorbereid
reeds door de vorige liberale regeering) was behandeld
en door de Kamer aangenomen, kwam de eigenlijke
Lager Onderwijswet aan de orde. Over deze wet hoeft
thans niet veel meer gezegd te worden. De openbare
onderwijzers zorgen er wel voor, dat men de meer dan
onverantwoordelijke regeling kent dezer wet, die het
noodzakelijk en noodlottig gevolg moet hebben, dat in
het algemeen het Lager Onderwijs slechter wordt, dat
dus de arbeiderskinderen nog minder kennis en ontwik
keling meekrijgen in hun leven. En ook te Schiedam is
in openbare protestvergaderingen daarop de aandacht
gevestigd. Hier willen wij alleen dit nog even onder-
streepen, dat Kuyper behalve andere bedoelingen ook
deze bedoeling had met zijn lager onderwijswethet
onderwijs van de arbeiderskinderen met het lager onder
wijs af te sluiten en dit onderwijs zóó te regelen, dat
die arbeiderskinderen geschikt worden gemaakt „voor
h%in maatschappelijk werk," geschikt om als on zelf
standigen", die door de wet onzelfstandigworden
gehouden, hun werk in de fabriek en de werkplaats te
verrichten en niks meer.
De Drankwet hoeft slechts genoemd te worden
om de zonderlinge lachwekkende tooneelen in herinnering
te brengen, die dit produkt van Kuyperiaansche wet
gevend onvermogen heeft uitgelokt. Voor werkelijke
drankbestrijding is door deze wet niet gezorgd. Kuyper
verwierp zelfs de „local option"dat is de instelling dat
de gemeenten in haar gebied den drankverkoop (in 't klein)
kunnen verbieden, wat toch wel een van de eerste wets
bepalingen moet zijn, om tot een behoorlijke drankbe
strijding te komen. En dan zijn er in de wet allerlei
uitzonderingsbepalingen ten gunste der sociëteiten ge
maakt, die nu reeds in de praktijk de onuitvoerbaarheid
der wet bewezen. In „Ons Program" schreef Kuyper
wel, dat ook de sociëteiten „zonder zweem van zwak
heid, tot zelfs de sociëteit der hoogst adellijke lieden,
aan dezelfde strenge bepalingen moest onderworpen zijn"
als alle vergunninglokalen, maar toen Kuyper als minister
een drankwet moest maken nam hij daarin de schan
delijkste sociëteitsbevoorrechting op. Dat is de conse
quentie van het christelijk anti-revolutionaire beginsel.
De strafwetnovelle van minister Loeff is een uit
Rusland ingevoerde reactionaire verandering van ons
strafstelsel. De strafbaarstelling voor opruiing wordt
daarin zóó verscherpt en zóó aan de willekeur van politie
en andere overheden toevertrouwd, dat ook dit stukje
christelijk werk niets anders kan genoemd worden dan
een bedreiging van het voor zijn vrijheid en vrijmaking
strijdend proletariaat. Op de strafwetartikelen van April
1903 tegen het spoorwegpersoneel komen wij elders
terug.
De wet tot aankoop van snelvnurkanonnen
werd reeds in de Troonrede van 1901 aangekondigd.
Voor leniging van socialen nood had dit puike christelijke
ministerie geen geld! Wel had het 7 millioen voor snel
vuurkanonnen En de wijze waarop die kanonnen wer
den binnengesmokkeld was weerzinwekkend. Den 22 Dec.
1903, vlak voor Kerstmis, kwam het wetsontwerp in,
terwijl tevens ingekomen waren aanbiedingen van een
andere kanonnenfabriek dan die van Kruppaanbiedin
gen tegen veel lagere prijs. De regeering bleek de zaak
al geregeld te hebben en ondanks alle protesten werd
dit ontwerp er door gehamerd. Een treurige wijze om
zulk een treurig ontwerp naar binnen te sleepen.
De kleine andere wetjes, alle zonder groot belang,
hoewel bij de behandeling van alle, bijv. van het loterij
wetje, vermakelijke tooneelen voorvielen, zullen wij uit
plaatsgebrek nu niet verder nagaan.
Maar uit de korte opsomming en behandeling van den
wetgevenden arbeid van het Ministerie Kuyper, blijkt
toch reeds voldoendedat wat gedaan werdonbeduidend
was en slecht, en dat als er eenig karakter in een wet
lag, dit een karakter was van partijbevoorrechting
of arbeidersonderdrnkking.
Maar dan de ingediende wetsontwerpen Wat ervan
bekend is, is al even treurig en misselijk. Een arbeids
contract, dat den arbeider nog meer de handen bindt
en de staking onmogelijk maakt. Een ziektever
zekering', die voor een groot deel in de plaats van
de ongevallenwet komt en deze reusachtige verslechtering
brengtdat de premie voor de ziekteverzekering door
t den werkgever wordt betaald, maar voor 2/g door den
patroon van het arbeidsloon mag worden afgehouden
en indien men nu weet, dat deze ziekteverzekering in
de plaats zal komen van de eerste 6 weken ongevallen-
uitkeering, waarvoor de patroon alleen moet betalen
DE MOKER