No. 39.
ZATERDAG 25 NOVEMBER 1905
5e Jaargang.
ORGAAN van de Afdeeling Schiedam der Sociaaldemokratische Arbeiderspartij
Bureau van .Redactie en Administratie:
A. WINTERBERG, Oosterstraat 54.
Stukken voor 't eerstvolgend nummer moeten uiterlijk Woensdag a. s. 's middags 12 uur in het bezit der Redactie zijn.
St. Nicolaas-feest.
De Burgemeesters-vacature.
De „Schied. Courant" over Van Kol..
Uit het Buitenland.
ABONNEMENTSPRIJS
25 cent per kwartaal
franco per post 30 cent
Losse nummers 2 cent.
bij vooruitbetaling.
ADVERTENTIEN:
3 cent per regel.
Bij abonnement belangrijke korting.
De maatregelen tot het feest, door onze afdeeling
georganiseerd, zijn druk in voorbereiding. Reeds zijn
de lijsten tot geldelijken steun in circulatie. Laat ieder,
die daartoe in de gelegenheid is, z'n gave offeren.
Maar ooklaten we allen, zooveel we kunnen, met
de lijsten werken.
Steeds wordt de deelname grooter; doch aan dit
heuch'lijk verschijnsel paart zich de noodzakelijkheid
van ruimer middelen. Welnu, vrienden, als we allen
iets geven, is daarin gemakkelijk te voorzien.
Wie werken wil met lijsten vervoege zich bij den
secretaris: C. van der Hoeven, Groote Markt.
De Nieuwe schrijft:
Nog altijd is en blijft Schiedam verweesd. Al zijn
wij ook, onder de hoede van den binnenregent of
te wel loco-burgemeester, niet geheel onverzorgd
gebleven, een tweede vader is ons nog niet gegeven.
De Hooge Regeering schijnt blijkbaar moeite te
hebben uit het 90-tal sollicitanten een goede keuze
te doen. Zeker heeft ze niet gedacht dat het
burgemeestersambt der jeneverstad in onze dagen
nog zoo begeerlijk zou zijn. 't Pleit wel voor den
vooruitgang onzer gemeente, dat zoovelen begeeren
aan haar hoofd te staan.
In dit moeilijk geval heeft Schiedams S. D. A. P.
den minister van Binnenl. Zaken van advies willen
dienen. In een adres aan Z. Exc. gericht, geett zij
hem den gemoedelijken raad niemand tot burge
meester van Schiedam te doen benoemen, wiens
voornaamste aanbeveling is de onschuldigheid van
zijn politieke kleur, maar daarentegen iemand voor
het burgemeestersambt voor te dragen met de
sociaal-economische kwesties genoegzaam vertrouwd,
pm te kunnen ingrijpen, daar waar het particulier
initiatief te kort schiet. In een gemeente, waar */B
der ingezetenen tot de arbeidersbevolking behoort,
door dea ondergang der jenever-industrie de mid
delen van bestaan buitengewoon bekrompen zijn,
de woningnood onrustbarend is geklommen en het
gebi ek aan schoolruimte is toegenomen, acht zij
zulk een burgemeester de rechte man op de rechte
plaats.
Zou dit adres zoo mogen wij hier wel vragen
niet door eigenbelang en vermetel vtrtrouwen
ingegeven zijn Wie moet de uitverkorene naar
het hart der S. D. A. P. zijn? Dr. Van Leeuwen,
de man die voor alle Staatslichamen en dus ook
wel voor alle gemeente-corporatiëu goed schijnt te
zijn, Godschalk of Winterberg, wier bekwaamheid
voor gemeentebeheer reeds lang scheen vast te
staan, of te wel het Raadslid, de heer De Groot,
die zoo gaarne als sociaal en radicaal hervormer
op gemeentelijk terrein poseert?
De S. D. A. P. moge het zeggen. Wellicht heeft
zij gedacht, dat er bij een Kabinet, dat zoo blijk
baar met de sociaal-democratie liebaugelt, nog wel
iets te probeeren zou zijn. Waarom zou een burge
meester met de roode sjerp niet even goed passen
als een maire met de tricolore, waarin het rood
domineert En zou de Jacobijnenmuts niet een
passend hoofddeksel zijn voor een raadslid op pan
toffels Komaan, minister Rink, laat u vermurwen,
geef Schiedam een burgemeester naar het hart van
den vrijzin en den volksdwang, de S. D. A. P.
zal er u dank voor wijten!
Deze belachelijke nonsens kan alleen rijpen in het
brein van iemand, die zóó overtuigd is dat de gevraagde
capiciteiten vertrouwdheid met de sociaal-ekonomische
kwesties in zijn kring niet te ontdekken zijn, dat hij
geheel onwillekeurig tot de ontdekking komt, dat de
besten bij hem minder zijn dan de minsten bij ons.
Het komt natuurlijk niet bjj ons op, de viezigheden
aan 't adres onzer partijgenooten te beantwoorden.
We gunnen 't onzen vriendelijken collega van harte
zich te vermaken met het werpen van drek. Zichzelf
te bevuilen behoort reeds sinds lang tot de onmogelijk
heden.
De Schied. Courant houdt er sinds eenigen tijd een
Kamerverslaggever op na, die een zeer eigenaardige,
of lieverbijzondere opvatting van z'n taak bezit.
Van v e r s 1 a g-gevén weet Lj niets, van een door-en-
door partijdig overzicht zooveel te meer. De man
gevoelt blijkbaar niet dat z'n schrijverij daardoor ge
heel waardeloos is.
En evenmin onze steeds zoo sentimenteele en preut-
sche collega, daar ze met veel genoegen voor die
vodderij hare kolommen openstelt.
Wie zich bijv. de moeite heeft getroost, de „kroniek"
over de behandeling der Indische begrooting door te
werken, moet zich wel verbaasd hebben over de bok-
kesprongen, welke zich de „verslaggever" bij die gele
genheid veroorlooft.
Zooals reeds ieder weet, geldt onz^ partijgenoot Van
Kol over de Indische zaken tamelijk wel als deskun
digen in de Kamer. En het was totnogtoe voor geen
enkelen minister bizonder gemakkelijk bij de behande
ling der Indische begrooting om zich Van Kol van den
hals te schuiven. Hij zit in de zaken en weet steeds
z'n betoogen te motiveerea.
Onze Schied. Courant-„verslaggever" deelt het vol
gende mee over de uitvoerige rede, door Van Kol in
de zitting van 17 November 1.1. gehouden
En toen kwam Vrijdagmorgen de heer Van Kol.
Gelukkig voor hem, dat hij niet direct na Van
Deventer kwam. De tegenstelling ware niet in zijn
voordeel geweest.
Eigenlijk vinden wij den heer Van Kol te be
klagen. Ziedaar nu een man van groote wilskracht
en bekwaamheid, wiens liefde voor het land waar
hij zoo lang vertoefde even vaststaat als zijne eer
lijkheid. En deze mar., die dus alle eigenschap
pen bezit om met vrucht mee te werken met de
regeering om goed tt maken aan Indië wat zoo
veel eeuwen door het moederland werd misdreven,
kan dat niet, omdat hij sociaal-democraat is.
Nu is hij wel gedoemd alles af te keuren wat
er gebeurt, omdat 't van de bourgeoisie komt. Nu
verlamt hij de pogingen van de Regeering om tot
beteren toestand te komen door ze als geheel on
voldoende te bestempelen, en wekt hij in Indië zelf
het denkbeeld, dat alle verhalen, dat men in Ne
derland zich eindelijk ernstig toe legt den econo-
mischen toestand te verbeteren, eigenlijk praatjes zijn.
Of dat per slot van rekening een manier van
optreden is, die onze koloniën zoo ten goede komt
als de spreker meent? Het antwoord daarop kan
natuurlijk niet anders dan ontkennend zijn.
Er waren' toen de zittiug moest aanvangen ter
nauwernood genoeg leden aanwezig om te openen.
En toen men een uurtje aan den gang was, waren
er nog altijd 42 leden afwezig. De sociaal
democraten zullen natuurlijk niet nalaten ook uit
dit feit de conclusie te trekken, dat de belangstel
ling voor Indië in de Kamer al zeer gering is.
Maar er zijn er velen, die eene rede van den
heer Van Kol liever in de Handelingen lezen, er
zijn' er vele anderen, die zijne stereotype philippica
bij de Indische begrooting reeds van buiten ken
nen. En dan: men moet over een bijzonder sterk
zenuwgestel beschikken om dezen redenaar aan te
hooren, die nu e -nmaal niet kort schijnt te kunnen
wezen, en die eene stem heeft als een bazuin,
maar als een bazuin, die maar één geluid heeft.
Hij doet dan ook wat geen ander zou wagen en
neemt zijne plaats als spreker, waar geen verslag
gever ook maar een tipje van zijnen neus zou kun
nen zien, wel overtuigd dat ze geen woord zullen
missen. Hij moet dunkt ons voor de mannen van
de pers zijn een soort ondergrondsch orkest k la
Bayreuth; maar een orkest, waarin de pauken den
boventoon hebben, en de woorden „misdadige han
delingen" en „harteloos bedrijf' telkens herhaald,
de functie vervullen van groote trom.
De heer Van Kol heeft den moed van zijne
overtuiging wel om maar steeds zoo door te gaan.
In het oog die ut echter te worden gehouden, dat
de sociaal-democraten ook hunne redevoeringen in
de Kamer slechts beschouwen als propaganda voor
hunne beginselen.
Ziezoo, nu weet ieder lezer van de Schied. Cour.
toch precies, wat Van Kol alzoo gezegd heeft...
Is dit verslag, waarde heer
't Heeft er niet veel van. Als wij akte nemen van
uwe verklaring dat Van Kol is een „man van groote
wilskracht en bekwaamheid, wiens liefde voor het land
waar hij zoo lang vertoefde even vaststaat als zijne
eerlijkheid" dan lijkt het ons een schunnig idee de rede
van dien spreker te verbergen achter de frases, dat
„er velen zijn, die de rede van den heer Van Kol liever
in de Handelingen lezen" of dat „er vele anderen
zijn, die zijne stereotype philippica bij de Indische be
grooting reeds van buiten kennen."
Ge schijnt een onervaren manneke in de politiek te
zijn, waarde heer, dat ge nog niet weet, dat het op
treden der sociaal-demokraten in de 2e Kamer zich
niet regelt naar het genoegen der overige leden.
Wijzen onze mannen op misstanden; strijden zij voor
recht, zij doen dit maar niet zoo eens te hooi of te
gras, maar zoolang tot de misstanden zijn weggenomen,
het recht heeft gezegevierd.
Overdenk dit eens, geachte heer en tracht dan
het optreden der sociaal-demokraten te verklaren. Dan
zult ge wellicht zélf tot de overtuiging komen, dat be
schouwing over het „bazuin-geluid" van den een of
anderen spréker al zéér. onbenullig zijn.
Maar dan ontdekt ge misschien ook een andere
tegenstelling dan nu, tusschen den vrijzinnig-demokraat
Van Deventer en den sociaal-demokraat Van Kol. Gij
zult den eenen Indischen specialiteit, die volkomen
naar vrijzinnig-demokratische zegswijze „praktisch" is,
en daarom de belangen der kapitalistische kliek onaangetast
zal laten en Nederland hand aven als roofstaat, zien
verdrinken in z'n hervormings-ideeën, en den vooraf-
bewonderden man bij z'n maidenspeech reeds onderst
boven zien duikelen gij zult den ander, den door u
beklaagde, die (met of zonder bazuin-geluid etc.) spreekt
van de oorzaken der ellende onzer bruine broeders
en de middelen tot wegneming'daarvanopkomt tegen
de kunstmatig uitgelokte bloedige en dure expedities
terwille van het belang der petroleum-magnaten e.d.
steeds de tot het misdadige doorgevoerde imperialis
tische politiek bestrijdt; inkrimping eischt van de tot
het onmogelijke opgevoe:de en toch nuttelooze militaire
uitgaven; en telken niet jare met dezelfde, maar met nieuwe
gegevens versterkte betoogen terugkomt; gij zult dien
man zien staan, of de Kamer naar hem luisteren wil
of niet, rotsvast.
Voorwaar, het is niet moeilijk te spreken van een
tegenstelling tusschen deze twee.
Maar minder gemakkelijk is het de voordeelige
zijde bij rar. Van Deventer te willen vinden.
Het Socialisme in de Nieuwe Wereld.
Onze aandacht werd in de laatste maanden zoo ge
boeid door de gebeurtenisseu in het oude Europa, dat
voor het leven eu streven vau het proletariaat in
Amerika en in Australië geen ruimte overbleef. En
toch is deze opkomende, alles belovende beweging dit
ten volle waard.
Noord-Amerika met zijn outzaggelijke sterke kapita
listische ontwikkeling is het land waar de sociaal
democratische verwachting omtrent de organisatie en
samentrekking van de groot-industrie reeds het verst
verwezenlijkt is. De heerschappij der reusachtige Trusts,
die kapitalistische vereenigingen, waarbij een geheele
tak van bedrijf in handen van één kleine groep be
zitters wordt gebracht, doet zich meer en meer gevoelen.
De groote, ontberende massa lijdt onder de aanslagen,
die de trusts voortdurend op haar ondernemen, door
een kunstmatig opdrijven der prijzen. Wij sociaal
democraten zien dat alles in de zekere verwachting,
dat de massa eens die overmacht van 't kapitalisme
moede, de groote bedrijven zal onteigenen en in handen
der gemeenschap zal brengen. Zoo komen er eigen
aardige berichten tot ons over den groei der arbeiders
beweging in Amerika. Sedert eenige jaren is het
stedelijk bestuur in 't belangrijke San-Francisco in
handen van de georganiseerde arbeiders. Burgemeester
Schraitz behoort tot de vakvereeniging der muzikanten.
Dezen zomer nu begonnen de zoogenaamde democraten
en republikeinen tegen hem en zijn aanhang een sterke
actie in de hoop hem te doen vallen. Bij de verkie
zingen echter heeft Schmitz schitterend overwonnen.
Wij moeten echter opmerken, dat 't ook in San-Fran-
cisco nog slechts een halfslachtig socialisme is, dat
daarin door de meerderheid der georganiseerde arbeiders
nagestreefd wordt.
Maar zelfs burgerlijke bladen spreken als hun meening
uit, dat er heel wat waschechte, goedbewuste sociaal
democraten onder zijn, die onvermoeid bezig zijn hun
beginselen bij de groote massa te doen doordringen.
Het zou ook wel zeer te verwonderen zijn, als bij
zoo'n sterk kapitalisme en bij zooveel maatschappelijk
bederf aan de meerderheid der Amerikaansche arbeiders
de oogen niet open gingen. En is dat eenmaal voldoende
gebeurd, dau kan ook daar de reeds begonnen klassen-