Bitjes en Oafjcs- Ylaardingsche IJzerkoekjes. voorrecht eene fabriek te zien verrijzen, welke van bniten bezien tot één der mooiste van Nederland ge rekend kan worden. Aanzichtkaarten met de werf „Gusto" ziet men in bijna alle winkels hangen, kortom men heeft er mede gedweept, men beschouwde het als de opkomst voor de stad, maar nu de fabriek klaar is, nu zij ondervinden, welk lot die menschen die daar die mooie fabriek binnengaan wacht, nu ondervinden zij dat niet de welvaart, maar wel de armenzorg grooter zal worden. In de afdeeling scheepsbouw verdienen de ijzerwerkers 1622 ct. per uur, de sjouwers krijgen 11 ct. en dat het den baas van de scheepsbouw vol doende is, mag uit het volgende gezegde van hem blijken: Ik ben (aldus de baas) sterk tegen vereenigin- gen en bonden, die zijn er niet noodig, ik weet heel goed wat een werkman toekomt. Over het algemeen genomen, denkt het volk er ook zoo over, lust tot organisatie zit er niet in. In de afd. brugbouw zijn de toestanden ook al niet beter, hoewel de sjouwers daar 16 ct. per uur verdienen, en als men nagaat dat de beste draaier en machine-bankwerker 22 ct. per uur verdient, dan kan ieder wel begrijpen, dat de toestand hier meer dan treurig is, en wat de ellende ten top doet stijgen is, dat de woningnood hier groot is. De huisjesmelkers vieren hier hoogtij en het is onmogelijk om voor f2.50 een goed huis te krijgen, zoodat er veel in Rotterdam, wonen. D e menschen moeten 's morgens om half vijf opstaan willen zij om 6 uur aan de fabriek zijn, waar een hondsch boetestelsel den telaatkomer nog een beetje van zijn sober loon kort. Voegt men bij deze treurige toestanden nog de willekeurige behandeling die het personeel ondervindt, dan zal menigeen verstomd staan. De directie heeft haar eigen stoomboot, de Gusto." Ruim een jaar was dezelfde machinist daarop werkzaam en nooit was er iets op hem te zeggen geweest, maar de laatste weken werd hij gezocht, maar een reden om hem gedaan te geven was er niet. Maar /wat gebeurde? Op zekeren dag was hij de cilinderdeksels aan het poetsen, toen onverwachts de boodschap kwam, dat hij varen moest. Natuurlijk moest hij ophouden met poetsen en afvaren. Of het toeval was of niet, wij willen er niet over oordeelen, maar Smulders kwam de machinekamer binnen, alwaar hij amaril en olie op de cilinderdeksels zag. Dat gaat zoo niet langer, stoof hij op, over acht dagen ruk je maar op. Daarna verdween hij. Maar dat is de reden niet, de Gusto" zal eerstdaags uitscheiden met varen en nu moesten ze den man kwijt, want door iedereen wordt beweerd dat het steeds zindelijk in de machine kamer was. Nog een ander staaltje van zijn willekeur. Ongeveer twee jaar geleden kreeg de ijzerwerker Levering, toen nog op Slikkerveer bij Smulders werkzaam, een ongeluk, waardoor zijn linkerhand verminkt werd, en hem een levenslange uitkeeiing van f3.werd toegekend. Nu is hij voor een paar maanden naar Schiedam overge plaatst en toen heeft hij nog 1 ct. per uur meer ge kregen, zoodat zijn loon thans 17 cent per uur be draagt. Zoo ging alles een geruimen tijd goed, totdat Levering op zekeren dag op het kantoor ontboden werd en hem door den directeur gezegd werddat geld van de ongevallenwet moet je maar laten vallen, je ben me het geld evengoed waard als vroeger. Hier wilde Levering wel aan als Smulders hem een schrif telijk bewijs gaf, dat hij dat zijn leven lang kreeg. Hier wilde de directie echter niet aan. Nu even deze vraag: Wat was de bedoeling van Smulders? Eerst den man het geld der verzekering afnemen en dan aan den dijk zetten? Als dat niet zoo is, waarom dan geen contract gemaakt? Toen Smulders zag dat hij niet verder kwam, kreeg Levering aan zegging dat zijn loon met 3 ct. per uur gekort zal worden, zoodat het thans II ct. bedraagt. (Smulders heeft zijn eigen risico, zoodat hij direct het nadeel van een ongeval voelt.) Eerst was hij Smulders evenveel waard als vroeger, nu op eenmaal niet meer. Is het geen schandaal dat er zoo met den werkman gespeeld wordt, maar zooiets kan hier plaats vinden, Smulders is de autocraat, hij zwaait hier zijn scepter, en wee hem die zich niet onderwerpt, de poort staat voor hem open. Zoo zijn de toestanden aan de werf Gusto," firma A F. Smulders te Schiedam, en het zal voorzeker geen verwondering wekken, dat iemand die zoo goed voor zijn personeel is, met een paar hondenpenningen op zijn borst loopt, één van de koningin en één van .den paus. Komt, metaalbewerkers, weet de verdiensten van uw patroon naar waavde te schatten, geen laksheid of ver- deelheid meer onder u, maar sluit u aan bij den A. N. M. B. afd. Schiedam. Gemeente-werklieden. Prof. Treub sprak j.l. Maandag over de rechtspositie der gemeente-werklieden. De vergadering was goed bezocht. De gemeente raadsleden Van der Schalk, Dirkzwager, Ris, de Groot en Gouka waren aanwezig, de wethouders Visser en Honnerlage Grete hadden bericht gezonden verhinderd te zijn. De andere raadsleden deden niets van zich hooren of zien. Voorts waren verschillende hoogere en lagere ambtenaren in gemeente-dienst aanwezig, bene vens de h.h. König en Van Hinte, hoofdbestuurders van den Gemeente-werklieden bond. Aan het eind der vergadering werd met a 1 g e- meene stemmen een. moitie aangenomen,.de wen- schelijkheid van verzekering der rechtspositie uitspre kende. S. O. V. Het wil niet erg met de tooneel-voor- stellingen in de S. O. V. Door het Amstel's Tooneelgezelschap werd den 16en dezer „Erfenisjagers" gegeven voor een zéér klein pu bliek. Wellicht was de totale onbekendheid met het stuk wel de voornaamste ooi zaak daarvan. Met reeds populaire stukken een proef te nemen, daaraan schijnt nog niet te worden gedacht. Vooraf ging „Nichtjes-Roman" een uiterst ondankbaar stukje, dat zelfs door het bekwame spel van den heer Van den Heuvel en Mej. van der Graag niets aantrek kelijks verkreeg, 'f Was afmattend en effectloos. „Nichtjes Roman" moge voor het jaarfeestje van een theekrans ternauwernood bruikbaar zjjn, voor een groot publiek deugt het in 't geheel niet. Beter ging het groote stuk er in. Maar het behoort toch ook enkel in z'n humor want meer geeft het niet. Leuke veirassingen moge het geven kluchtige tafereelen komen er in voor, waarin het er speciaal op aangelegd is de lachspieren in werking te brengen, maar reëele waarde heeft „Erfenisjagers" bitter weinig. Zeker verwekte de mededeeling dat Frits Bouwmees ter uit het Tooneel-gezelschap getreden was, bij velen der aanwezigen nogal teleurstelling, maar de verwisse ling der rollen, daardoor noodzakelijk geworden, deed aan het spel der artisten toch geen nadeel. Er is on berispelijk gewerkt, en dit is in een stuk als „Erfenis jagers" hard noodig. In de zuiverheid van spel is het succes van dit stuk gelegen. Tweemaal is nu de proef met stukken van erkend onschuldig karakter mislukt voor de derde maal kan, bij wijze van proef, de onschuldigheid er wel eens aan gegeven worden. Laat men leeren rekening te houden met de smaak van het publiek, dan verricht het bestuur der S. O. V. beter en meer dankbaar werk. T. A. V. E. M. U. Deze club, onderatdeeling van het „Volkshuis", geeft Zondag a. s. een tooneel- uitvoering in de S. O. V. Op verzoek wordt wederom „Janus Tulp" opgevoerd. Zoo'n leukert! In haar Zondagnommer ver meldt de Schied. Cour., dat het Bestuur onzer afdeeling de „vrijheid" heeft genomen een adres aan den minister van Binneulandsche Zaken te richten, iuzake de bur gemeesters-vacature. Maar de bron, waaraan onze geachte collega haar bericht ontleende, vermeldt ze niet. O foei, ze zou niet openlijk durven erkennen, dat De Moker wel eens op haar redactie-tafel verschijnt. Daarom kaapt ze maar liever eruit, wat ze gebruiken kan. Da's niet eerlijk, znsje Veroordeeld. De Rotterdamsche rechtbank ver nietigde het vonnis van den kantonrechter te Schiedam, waarbij IJ. H. H., 71 jaar, weduwe van H. C. J., we gens overtreding der veiligheidswet was veroordeeld tot 4 maal f 2 boete, subs. 1 dag hechtenis, en veranderde dit vonnis in drie maal f 10 boete, subs. 3 maal 2 dagen hechtenis. Raadszitting op Dinsdag 28 November 1905, 's namiddags 2 uur. Anti-revolutionaire propaganda. Woens dagavond sprak de heer De Wilde van 's-Gravenhage voor de anti-revolutionaire propaganda-club „Groen van Prinsterer" over het onderwerp: Staatsbemoeiing. Aan onzen partijgenoot De Bruin werd de toegang ge weigerd. Alleen anti-revolutionairen en christelijk- historischen mochten genieten van de wijze, waarop de heer De Wilde te tegenpartijen weet af te kammen Heelemaal niet kinderachtig De Ylaardingsche Vroedschap. Er behoort wel eenige moe l toe z'n gang te richten naar een Raadszitting, beginnende namiddag's ten 2 ure, met het vooruitzicht onderbroken do 2 schaft uren dit spelletje voort te zetten tot elf uur, 's avonds, met de zeer groote waarschijnlijkhe d nóg niet klaar te komen, om andermaal den volgenden avond ten 7 ure weer present te zijn, en dan hopende het programma te zien afwerken. Ik zeg, daar behoort moed toe niet alleen, maar tevens legt men daardoor de onverdachte getuigenis af, zich groote opofferingen te getroosten voor de dierbare belangen voor het bestier der stad zijner inwoning, omdat, onder ons gezegd en gezwegen het bij zulk hond en mistig weer als in deze gure November-dagen, het bij moeder de vrouw en dan ge zeten aan den huislijken haard, gewapend met een kop chocolade of anderszins, opgeluisterd door sigaar of lange pijp, toch veel gezelliger is, dan uren achtereen te zitten noteeren op de ha^de banken der tribune onzer raadszaal. Voeg ik hierbij nog, dat door het openstaan der zaaldeur de snerpende koude „trek" zich als een scheer mes doet gevoelen op onze voeten dan herhaal ik dat dit alles is een groote opoffering, die men dit maal bij weinigen heeft gezien, want, het aantal be-' langstellenden was ditmaal veel kleiner dan men dit gewoon is, en dat wel wijl de gemeentebegrooting onder 't mes zon komen. Zet ik mij nu neer het een en ander te releveeren, dan begin ik met te vermelden, dat tot onze groote spijt, onze goede vriend het raadslid Pieter van Gelderen m«t kennisgeving afwezig was, iets wat aan de belangrijkheid der debatten zeer zeker zou schaden. Wat mij het eerste trof, was een aanvrage om ge meentegrond in erfpacht op voorwaarde echter, dat hieraan niet zou verbonden zijn deze voorwaarde, om ze om de 10 jaren te herzien. Werd gesteld in handen van B. en W. voor advi-s, en vestigde bij mij de meening, dat, nu er bijna geen grond wordt aangevraagd, deze aanvrager de heer A. Maarleveld speculeert op deze min gunstige toestand, en aldus ons bestuur tracht te verlokken de zaakjes in achterwaartsche richting te leiden. Aan de orde was nu, een verzoek van de pas opge richte vereeniging van politiepersoneel de „Voorzorg", om subsidie uit de gemeentekas, ook in handen voor B. enW. voor advies. Wij gaan vooruit dacht ik hierbij, er is immers een tijd geweest, waarin op beleefde aan vragen om lotsverbetering door deze ambtenaren aan ons gemeentebestuur, eenvoudig niet geantwoord werd, er is gekomen een andere tijd. n.l. deze, dat in den „Raad" hun intocht deden menschen van ander deeg gebakken dan de meesten van voorheen, menschen daar gebracht door en voor de arbeiders, en dat zijn de heeren de Witte en Hoogerwerf, en toen zij er kwamen hebben zij al aanstonds gedaan wat zij voorheen beloofd hadden zij hebben 't al dadelijk opgenomen voor hen die men vroeger voor 't laatst hield, n.l. stads- werklieden en de ondergeschikten in politiedienst, n.l. de agenten. En reeds nu, na zoo'n korten tijd van hun mede zeggingschap aldaar, kunnen wij ons verheugen in een verbeterde financiëele toestand dezer meer onderge schikte werkers, waarbij tevens moet worden opgemerkt de medewerking, der overige raadsleden althans de meerderheid, ofschoon het als een paal boven water Siaat dat de lotsverbetering der „kleinen" in gemeente dienst, is te danken aan het initiatief, het volhardend optreden der heeren de Witte en Hoogerwerf; daarbij krachtig gesteund door het zeer zeker demokratische raadslid den heer Hoogerdijk. En nu zien wij het gebeuren, dat deze agenten, voorheen genegéérd, thans meer gewaardeerd, zich hebben georganiseerd, en wat hierbij niet onvermeld mag blijvenmet medewerking en voor lichting van hun opperchef den heer Commissaris van Politie, die dan ook hierin z'n reeds bekende humaniteit tegenover z'n personeel opnieuw door daden heeft doen blijken, waarbij ik den wensch en den raad voeg, aan chefs van de andere categoriën van in gemeentedienst werkzaam zijnden, zij op dit voetspoor, de reeds aan gewende, of nog aan te wenden pogingen van hunne ondergeschikten niet zullen bemoeielijken, maar volgende het voorbeeld van dezeu politiechef daarin zullen mede werken, gedachtig hieraan dat men een stroom lieve- mag leiden in goede bedding, dan op plompe wijze door afdamming in z'n vaart te stuiten. Bij het voorstel van B. en W., voorstellende een nieuwe inrichting der gemeente-secretarie stelde de Heer voor, cm het salaris van den bevolkingsagent, in 't vervolg heetende bode voor speciale diensten, (men zou haast denken aan een specialiteit) in plaats van op f 600.te brengen op f700.'sjaars. De heer de Heer motiveert dit door te zeggen, dat bij deze functie eenige zelfstandigheid wordt gevorderd, dat zoo'n functionaris zich ook, wat uiterlijk betreft, zich behoorlijk moet kunnen voordoen (kleeden), en dat men van een salaris van f 600.— 'sjaars in dat alles niet behoorlijk kan voorzf n. Ook kwam hij, en ook andere leden er tegenop, dat aan deze functionairis in strijd met z'n instructie vervat in de aanstelling ook nog onderhands toestemming had verkregen in z'n vrijen tijd werkzaamheden voor anderen werk te ver richten, en dat wel, omdat het dagelijksch bestuur over tuigd bleek te zijn dat s'mans inkomen te klein was. De heer de Heer legde er vooral den nadruk op. dat er moest gelet worden op levensstandaard en behoeften, en toen hij dat zoo onomwonden liet uitkomen, toen dacht ik, en misschien ook anderen, meneer de Heer gaat vooruit, want immers, waar hij voorheen bij een voorstel tot loonsverhooging der Stadswerklieden als voorwaarde stelde bizondere activiteit, daar denkt hij nu in de eerste plaats aan de levensbehoeften van de betrokkene met z'n gezin, (dat hjj zoo voortga Het voorstel de Heer in stemming gebracht, kelderde en verkreeg alleen de stemmen der heeren de Heer, de Witte en Hoogerwe;f gelieve hiervan goede nota te nemen. Hierop volgde de gemeentebegrooting van ontvangsten en uitgaven, met de daaraan traditioneel verbonden „algemeene beschouwingen". De heer de Witte (zooals wel verwacht werd) opent het vuur, en begint met te verklaren, dat wanneer deze begrootiug wordt gelegd naast die van vorige jaren, men getroffen wordt door een groot verschil. In vorige begrootingen zat vooruitgang, in deze niet. Er is bijna geen enkele verbetering in voorgesteld voor de werklieden, wat hij evenwel ziet, is een verkapte salaris-verhooging van een reeds goed gesalarieerd ambtenaar, waarop hij bij een desbetreffend punt zal terug komen. Hij vraagt aan B. en W., waar ambtenaren ééns per jaar 10 oj 14 dagen verlof of vacantie krijgen, of het niet meer dan tijd wordt, dat van nu af dit ook wordt toegestaan aan de stadswerklieden. Zij hebben evengoed als een ambtenaar behoefte, om gedurende zekeren tijd eens gerukt te worden uit „dat dagelijksche", zij hebben behoefte aan ontspanning, en spreker weet bij eigen ervaring, hoe men daardoor verfrischt en met nieuwe krachten z'n taak weer opvat. Ook vestigt hij den aandacht van B. en W. op een doelmatige regeling voor de verzorging van weduwen en weezen van stadswerklieden door pensioen, (wijst daarbij op de politieagenten die dit reeds zeiven gevoe len en merkt zeer ter snede op dat die, door de reeds verkregen traktementsverbooging reeds begonnen zijn in hun organisatie iets af te zonderen voor dat doel. Hij wijst verder op de noodzakelijkheid van invoering van bepalingen omtrent minimum loon en maximum arbeidstijd in gemeentebestekken, om ten slotte nog de aandacht te vragen omtrent een eventueele anexatie van Vlaardingerambacht met Vlaardingen, iets wat volgens hem als vanzelf spreekt, omdat Vlaardinger ambacht met Vlaardingen als't ware zijn samengegroeid 0

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1905 | | pagina 3