Ylaardingen. Sociaal-Democr. Arbeiderspartij zeker, dat er voor hunne belangen gewaakt en gestreden wordt. Yan het April-nummer van De Milicien zijn een aantal bladen „extra" besteld, met het oog op de for mulieren voor de schadevergoeding, aan de Landweer mannen toe te kennen. De bladen zijn tegen den prijs van B cent te verkrijgen bij onzen penningmeester P. Poppezijn, Ploegstraat no 10. Het Meifeest. Naar wij vernemen is door den Schiedamschen Bestuurdersbond voor het Meifeest de medewerking verkregen van de muziekvereeniging Kunst en Strijd" en de zangvereeniging „Excelsior", terwijl Hermans en Van Leeuwen als sprekers zullen optreden en de heer San vlet van Rotterdam eenige voordrachten zal geven. De vereenigingen, in bezit van banieren, zijn aange zocht deze ter opluistering te zenden. Ons Jaarfeest. Den IBen April 1899 kwamen in het achterzaaltje van het vroegere Volkshuis een klein groepje mannen en vrouwen bijeen, die den treu- rigen moed om in den geest van onze burgerlijke tegenstanders te spreken hadden, een afdeeling van de S. D. A. P. op te richten. Dat groepje wist, wat het zeggen wou, in een verclericaliseerde stad als Schiedam tot de oprichting van genoemde afdeeling te besluiten. En juist, omdat het dat wist, en gevoelde, dat alleen door flink aanpakken onze zwarte stad zou zijn te bewerken, daarom werden eensgezind en een drachtig krachtige pogingen aangewend om in alle dee- len der stad, het zaad uit te strooien, dat bjj goede verzorging een ruime oogst kon opleveren. Wel is er een korte spanne tijds geweest, die ons voor het voort bestaan der afdeeling deed vreezen, doch juist die tijd deed ons zien, dat het socialisme te veel vorderingen in onze stad had gemaakt, om het nog te kunnen verdringen. Krachten, die gedeeltelijk niet in onze gelederen thuis be hoorden, zijn toen van het tooneel verdwenen, terwijl meer dere anderen hun plaatsen kwamen innemen, zoodat onze afdeeling met eere haar plaats inneemt in de rij van vereenigingen, die samen de S. D. A. P. vormen. In de zeven jaren van haar bestaan is er haast geen week voorbijgegaan dat niet over haar werd gesproken of geschreven. Dat verminderde niet toen De Moker begon te verschijnenDe Moker, in den aanvang zoo door groote mannen als „IJzer" en Vuur" en andere verschrikkelijkheden met meer of minder talent bestre den. De Moker, als een klein één-cents-blaadje begon nen, kreeg later een grooter formaat, en kon daardoor beter en meer aan zjjn doel beantwoorden. Een tweede steun was ons „Constantia" Dit gebouw, dat ons nu reeds vier jaar geherbergd heeft, zal met het volgende jaarfeest wel reeds een andere bestemming gekregen hebben. En dat zal voor onze beweging niet veel hin deren, want, bedriegen ons de teekenen niet, dan zal het achtste jaarfeest nog anders en beter gevierd wor den dan dat van j 1. Zaterdag. Maar laten we niet te veel vooruitloopen. Het jaarfeest, verleden week gevierd, werd ge opend door Kunst en Strijd, die bij iedere uitvoering vorderingen gemaakt heeft. Daarop volgde een kranig openingswoord van den voorzitter Dr. J. van Leeuwen, die in het kort de geschiedenis der afdeeling naging, en de aanwezigen, voor zoover zij geen lid waren op wekte, zich bij ons aan te sluiten, om daardoor onzen strijd te kunnen meestrijden. In die opwekking werd hij flink gesteund door den feestredenaar L. M. Her mans, die de lauwen tot meer vuur opwekte, en de nog niet aangesloten geestverwanten zeker zal hebben doen besluiten, niet langer buiten onze gelederen te blijven. Maar, voordat Hermans zijn feestrede uitsprak, waren drie leden op het podium gekomen, en schonken, bij monde van een hunner, de afdeeling een vaandel, dat door den voorzitter namens de vereeniging gaarne aanvaard werd. Moge dat vaandel nog vele jaren zijn diensten in de algemeene en plaatselijke arbeidersbeweging bewijzen Hulde aan de leden, die door hun initiatief en energie nog zooveel hebben kunnen overleggen, om dit geschenk te offreerenhulde tevens aan de vervaardigster, die, hoewel reeds drie jaren door haar vertrek uit de ge meente geen lid meer, toch nog wilde toonen, dat zij veel voor de afdeeling gevoelt. Dit spreekt meer dan boekdeelen. Voor anderen een voorbeeld, ter navolging. Achtereenvolgens deden zich hooren: het dubbel kwartet van „de Stem des Volksuit Rotterdam, de heer Beunderman, solo-violist, voor de bezoekers van „Constantia" een goede bekende, die ook bij de opening van ons gebouw zijn gewaardeerde medewerking ver leende, Mej. Quispel, zangeres, die we hopen, nog meermalen op onze feestavonden te kunnen hooren, en vervolgens Mineur. Mineur is ons al zoovele malen ter wille geweest, dat wij niet met een enkel woord van dank kunnen volstaan. Wij spreken alleen de hoop uit, dat Mineur het volgende jaar bij de opening van ons nieuw, eigen gebouw evenals vóór vier jaar bij de inwijding van „Constantia", ons vergast op enkele zijner komische voordrachten. Jammer alleen was, dat met het oog op den tijd een drietal nummers van het programma moesten vervallen. Men kan ook van het goede te veel hebben. En de stemming bij het zeer talrijke pnbliek? Die was zoo goed, als gewenscht kon worden. Waar alco holische dranken geweerd worden, daar is de bron van ergernis verre. Men komt kalm binnen, en gaat opgewekt naar huis. Zoo was het Zaterdagavond, zoo is altijd het verloop van onze feestelijke samenkomsten. In dat opzicht kunnen onze zeer fatsoenlijke tegen standers, zooals bijv. de volksbonders, heel wat van ons leeren. Of zij het doen zullen? Eén woord aan onze leden en geestverwanten tot slot. Hebt ge in uw gedachten opgeteekend de woorden, door Hermans en den voorzitter gesproken? Hebt ge reeds het een en ander in den geest van hun toespraak gedaan? Zoo ja, ga dan op den ingeslagen weg vooii, zoo neen, zet ten spoedigste den eersten stap, en werft leden of sluit u aan. Hoe eer hoe liever, hoe meer hoe beter, dat zij voor nu en later onze leus! Vooruit, allen aan het werk Niemand blijve achter! Uit den Gemeenteraad. De raadszitting van "Vrijdag 6 April had een vrij lang-ademig verloop. Om 7 uur begonnen onze vroede mannen en over elven bliezen ze taptoe. Veel belangrijke zaken zijn er niet onder den hamer geweest, doch de discussie over een verordening inzake verplichte schoolvergaderingen, ging met het leeuwen aandeel van den tijd schuiven. Zooals men weet is door den vakbond der onderwijzers voor dit idéé steeds krachtig geijverd, en waren het de afdeelingen van den Bond v. Ned. Onderw. en het Ned. Onderw. Genootschap, die kort geleden door het zenden van een adres aan den Raad, deze zaak opnieuw onder de aandacht van onze EdelAchtbaren brachten. 't Resultaatin dien geest besloten. Maar nu was de verordening, waarin de regeling en de werkwijze van die schoolvergaderingen was om schreven, zoo zielloos en futloos dat zelfs De Witte (natuurlijk als oud-vakman voorstander van dergelijke vergaderingen) toch moest verklaren: „Dank je wel, geachte dageljjksche bestuurders, als jullie nou toch wat wilt geven, geef dan wat goedsafgekloven beenen kan je zelf wel houden!" Nou, de man had wel gelijk. Eigenaardig was het gade te slaan hoe „het meest democratische raadslid van rechts", (deze betiteling is niet van ons, doch van een hier ter plaatse verschijnend blaadje) zijn stem weer uitbracht natuurlijk als bijna altijd: zwart! Zou die uitdrukking „het meest democratische raads lid van rechts" ironisch moeten worden opgevat? Woensdag j.l. weer zitting geweest, 't Voornaamste punt was het voorstel van B. en W. inzake een progres sieve heffing voor den hoofdelijken omslag. De discussie kunnen wij thans nog niet weergeven, volgende week, zoo er aanleiding toe bestaat, zeggen we er misschien wel wat meer van. Maar vast staat toch wel dit: al zijn B. en W. van het stelsel van 21 klassen teruggekomen, (hun nieuw ontwerp telt thans, indien we ons niet bedriegen, ruim 60 klassen) de arbeiders geen cent minder zullen betalen. Integendeel ook zij zullen van hun nooddrift weer meer moeten betalen dan voorgaande jaren. Dat spelletje zal zich nog dikwijls tot hun eigen schade herhalen, thans, wat betreft de belastingen, morgen weer in andere zaken, waarin hunne belangen betrokken zijn, indien ze maar gteeds doorgaan de dienaars van de brandkast daarheen af te vaardigen. Het spreekwoord zegt dan ook niet te vergeefs„Wie niet hooren wil, moet dan maar voelen." De watersnood. In ons nummer van 14 dagen geleden vestigden we de aandacht van B. en W. er op in verband met hun voornemen tot het houden eener collecte langs de huizen, dat er 2 centrale comité's bestonden: één dat nog bestond sinds de watersnood in den Tieler- en Bommelerwaard, en het andere dat naar aanleiding van de jongste overstrooming opgericht was (adres: mr. Van Deinse te Middelburg). We hadden het gewenscht geacht indien ze gezegd hadden aan welk comité ze de opbrengst der collecte zouden zenden. De collecte heeft nu deze week plaats gehad, doch de heeren hebben het blijkbaar niet noodig geacht daar eenig licht over te ontsteken. Of: zouden ze „Het Mokertje" niet lezen?... Blijde boodschap! In een beschouwing over de Noordzeevisscherij over 1905 geeft „Poseidon" in de „N. VI. Crt." eenige overwegingen ten beste, die de moeite waard zijn om onthouden te worden. Hij zegt o. a. „Er zjjn reederijen die niet geaarzeld hebben om de dan ook nolens in handen zal echter de be- dat het geheele vangcapaciteit der schepen zoo hoog mogelijk op te voeren, door meerder vischtuig en stoom als beweegkracht, doch zulks dient zamen te gaan met uitbreiding van débouché, willen de finantieele uitkomsten van het bedrijf loonend bljjven. (De reeders zijn n.l. niet genoeg onder nemende kooplui). Wij gelooven dat voor een groot deel de tjjd voorbij is van het uitoefenen v.an de visscherjj op kleine schaal en dat het blijken zal dat ook de haringvisscherij, zjj het volens, (goed- of kwaadschiks) meer komen van maatschappijen, waarbij paling zal moeten worden vastgesteld, bedrijf, dus in zijn geheelen omvang, uitsluitend voor- en ten bate van het kapitaal zal worden geëxploiteerd." Zooals men bemerken zal, voltrekt zich ook in deze tak van nijverheid, wat in andere takken van bestaan zich reeds langs voltrokken heeft, het proces van de ontwikkeling van klein- naar grootbedrijf. Het behoeft dus heusch niet te verwonderen als bin nen afzienbaren tijd vele tusschenpersonen (b.v. leveran ciers van benoodigdheden voor zeevisschersvaartuigen) dit ontwikkelingsproces geducht in hunne portemonnaie zullen gevoelen. Want, wat verhindert de maatschap pijen, indien het zoo ver is, om gezamenlijk, dus in 't groot, hun inkoopen te doen, óf de exploitatie van een en ander zelve ter hand te nemen Immers niets. Zaken zijn zaken 't Bedrijf moet immers toch loonend zijn. Voor de betrokkenen die er de dupe van worden, geen aangenaam vooruitzicht, natuurlijk niet. Maar dit zal echter niet beletten dat dit ontwikke lingsproces in zijn loop gestuit wordt. Uit deze beschouwing van Poseidon blijkt verder nog dat hij dit proces met een nuchter oog bekijkt, wat niet gezegd kan worden van die tirade waarin hij op het nationaliteitsgevoel der reeders speculeert. Hp kan het niet goed vinden b.v. dat een reeder hier ter plaatse een gedeelte van z'n bedrijf over de grenzen gebracht heeft, en is daarom van meening dat zulk een daad den trouwen vaderlander onwaar dig is. Dat getuigt nu niet van een werkelijke kijk op de dingen, zouden wij zoo zeggen, 't Kapitaal vraagt naar geen grenzen. Immers, 't bedrijf moet toch loonend zijn nietwaar, Poseidon Zaken zijn zaken Zooals we reeds zeiden, voor de leveranciers en ook voor de visschers, geen aangename vooruitzichten, alleen voor de laatsten heeft hij een statistiek als troost. Zij luidt Niet minder dan 54 zeelieden verloren bij de haring visscherij het leven. De logger VL 137, „Maria", schipper A. de Ligt verging met man en muis en deelde dit lot met de MA 27, „Noordzee", schipper 0. van Schie alsmede met MA 80, „Biervliet," schipper P. de Heer, Scheveningsche logger „Koolemans Beijnen", „SCH 250," strandde bij Goedereede, werd geheel wrak, doch bleef de equipage behouden, terwijl bij Egmond de bom „KW 25" op het strand geslagen en wrak werd, bij welke ramp een der opvarenden het leven verloor. In het geheel verdronken van de Vlaardingsche vloot 21 menschen, van de Maassluische 28, van de Scheve ningsche 3 en van de Katwijkschc 1. Deze cijfers zeggen meer dan de mooiste rede zulks vermag, hoe broodnoodig het is, dat ook onze visschers in de ongevallenwet worden opgenomen. Afd YLAARDINGEN. Arbeiders(sters) Sluit n aan bij de afd. Viaardingen van de S. D. A. P., de politieke organisatie uwer klasse. Daartoe kunt ge u dagelijks aanmelden: Markgraafstraat 16. Zegt het voort! Antwoord aan de t'li riste ii-De mok ra ten van de „Goedkoope." Ons artikeltje in De Moker van vóór veertien dagen „Over een loon-verlagenden reeder, christen-demokra- tische bestrijding en nog wat," heeft de pennen der „actieve" christen demokraten van de Goedkoope Vlaar dingsche Courant in beweging gebracht. Indien de heeren hun „activiteit" echter niet in dienst kunnen stellen van een wat bezadigder, vooral wat zakelijker propaganda en strijdwijze, dan deden zij beter wat minder „activiteit" naar buiten ten toon te spreiden, zich wat meer aan eigen ontwikkeling te wijden. De heeren zijn bizonder „actief" in persoonlijke be strijding, in het debiteeren van allerlei persoonlijkheden; ook in het geven van valsche getuigenis van hunnen naaste. Of zjj even „actief" zouden zijn, indien de vi schers een strijd gingen aanbinden om de verslechtering in kwestie tegen te honden; even „actief" zouden zijn om hen financieel en moreel zooveel mogeljjk te steunen. Dót zijn wij zoo vrij te betwijfelen. De ondervinding met dit slag demokraten in andere plaatsen opgedaan, geeft nu niet zoo heel veel hoop!

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1906 | | pagina 2