Het ontslag aan gehuwde onderwijzeressen.
Ditjes en Datjes.
7*
Onderwijs.
Uit ons Vereenigingsleveo.
daling van economische conflicten. Tcch wijst het jaar
1908 een veel grooter getal aan dan het jaar 1900.
Iq 1900 was het aantal werkstakingen 883 en dat der
betrokkenen 80558. In 1903 waren deze getallen ge
stegen tot 549 stakingen, 109327 arbeiders. Waar blijft
de tempering van den klassenstrijd
Hongaarsche cijfers. Nimmer was de strijd
der Hongaarsche vakvereenigingen zoo algemeen en zoo
hardnekkig als in 1905. In het geheel hadden 726 con
flicten tnsschen kapitaal en arbeid plaats, waaronder
36 uitsluitingen; en waaraan ruim 58.000 arbeiders
deelnamen. In 251 stakingen werd een volledige, in 318
een gedeelte overwinning behaald. Wat bereikt is, blijkt
bet best uit de volgende statistieken.
1. Verkorting van arbeidstijd hebben bereikt:
Arbeiders.
11000
1432
1200
3058
7641
8087
Uren per dag.
3%
2
I1/»
1
Uren te zamen.
38500
2164
1800
3058
5730
4043 Va
32418
56005 V3
2. Verhooging van loon hebben verkregen:
Arbeiders.
11000
500
1701
21529
1568
3500
Heller'jper dag
60
54
40
30
20
10
Kronen3)tez.
6600.—
270.—
680
6458.70
313.60
350.-
39798 15672.30
In doorsnede heeft dus ieder arbeider z\jn arbeidstijd
met 1 uur 35 min. per dag bekort en zijn loon met
77 kronen per jaar verhoogd.
Behalve deze stakingen voerden de Budapester zet
ters nog een soort solidariteitsstaking van 4 dagen,
die slechts eindigde, toen de redacteuren der groote
bladen beloofden in 't vervolg een fatsoenlijker toon
aan te slaan tegen de strijdende arbeiders.
9 Een Heller f 0.01.
8) Een Kroon f 0.60.
De secretaris van het Landelijk Onderwijs-comité
meldt ons dat het comité heeft besloten in November
a.s. een nieuw Onderwijs-congres bijeen te roepen,
waarop o.a. behandeld zullen worden de twee volgende
punten
a. De wenschelijkheid der Algemeene Volksschool
en hare noodzakelijke inrichting. Hieronder wordt niet
verstaan de verplichte neutrale Staat-school, maar in
het bijzonder de opheffing der zoogenoemde standen
school in verband met de vraag, welken invloed de
toekomstige bestemming en den geestelijken aanleg der
kinderen op den duur der gemeenschappelijke school en
op de zoo mogelijke splitsing in verschillende vertak
kingen van voortgezet onderwijs moet hebben.
b. Het vraagpunt der algeheele kosteloosheid van
het onderwijs, mede in verband met de kwestie, of de
algemeene volksschool en algemeene kosteloosheid van
't onderwijs noodzakelijk moeten samen gaan.
Het volgend adres werd verzonden:
No. 2858.
Schiedam), Juli.l9o6.
Amsterdam
Aan
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland.
Geven met verschuldigden eerbied te kennen, onder-
geteekenden, optredende namens het Hoofdbestuur van
den Bond van Nederlandsche Onderwijzers (goedgekeurd
bij Koninklijk Besluit van 22 Maart 1890 No. 28) en
namens het Bestuur der af deeling Schiedam van
genoemden Bond;
dat door den Raad van Schiedam in zjjne ver
gadering van 19 Juni j.l. een bepaling is aangenomen
om in het vervolg bij iedere benoeming van onderwijze
ressen bij het Lager Onderwijs te bepalen, dat zij
slechts geschiedt tot zoolang de onderwijzeres onge
huwd blijft.
Adressanten zijn van oordeel, dat deze bepaling in
■Strijd is met de Wet op het Lager Onderwijs.
Iu artikel 30, lid 1, worden de gevallen genoemd,
waarin ontslag gegeven kan worden en daarbij is uit
drukkelijk bepaald, dat ongevraagd ontslag slechts op
voorstel van Burgemeester en Wethouders kan ver
leend worden, zoodat dus geen bepalingen kunnen ge
doogd worden, waarbij bepaald wordt, dat in bepaalde
gevallen aan iemand ontslag zal verleend worden
Trouwens, de Koninklijke Besluiten van 16 Maart 1882,
8 October 1887, No. 170 en laatstelijk van 22 Maart 1906,
Staatsblad No. 51, gaan geheel van hetzelfde denkbeeld
uitbovendien wordt ook iu de Missive van den Minister
van Binnenlandsche Zaken, d.d. 25 Juli 1881,
No. 2413, afd. O. en in het Koninklijk Besluit van 17
Augustus, 1888, Staatsblad No. 121, beslist, dat b e-
noeming voor bepaalden tijd, of tot
wederopzeggens toe, in s t r (j d is met
de wet;
reden, waarom adressanten Uw College verzoeken,
om meergemeld raadsbesluit Uwe goedkeuring te
onthouden.
Hetwelk doende, enz.
Namens het Hoofdbestuur van den Bond van
Nederlandsche Onderwijzers,
(w.g.) F. L. OSSENDORP, voorz.
(w.g.) Th. M. KETELAAR,
Alg. Secretaris.
Namens de afd. Schiedam van den Bond
van Nederlandsche Onderwijzers,
(w.g.) W. STERK, Voorzitter,
(w.g.) J. TROMP, Secretaris.
S. O. V. Van de drie tooneelvoorstellingen in de
kermisweek gegeven, was de eerste goed bezocht, de
beide andere slechts zéér matig.
Het oude verschijnsel dus. Men zou haast gaan ver
onderstellen dat het Schiedamsche publiek niet veel
gevoeld voor wat het tooneel vermag te geven
Neen, dat is de oorzaak niet, 'dat bijna zonder uit
zondering de zaal bij iedere gelegenheid slechts ten
halve bezet is. De oorzaak is o i. alleen het totale
gemis aan inzicht; wat of het publiek verlangt.
Het repertoire voor Schiedam is maar steeds een en
ander uit de oude doos opgesnuffeld méér behoeft
men hier niet. De eischen zijn uiterst bescheiden.
Och ja, dat kan men nu zichzelf wel gaan wijs maken
men kan wel terwille van meneer die of die al wat
een eenigszins nieuweren geest ademt op den index
plaatsen maar, wanneer men met de wenschen van
het publiek absoluut geen rekening wenscht te houden,
zal men toch maar verstandiger doen, geen tooneel
voorstellingen te beleggen.
Want het bljjkt, dat men met al die voor/.ichtige
politiek toch niets bereikt. Terwille van de katholieken
doet het Bestuur der S. O. V. stukken opvoeren, die
een fiasco zoo goed als zeker voorspellen en nóg
krjjgt het dan als „dank" recensie's in de Nieuwe, (zoo
o. a. over „Narciss") die wel belachelijk zijn voor degenen
die het dwaze der sentimentaliteit over het weergeven
van historische feiten kunnen inzien, doch die het groote
domme katholieke publiek ach en wee doet roepan over
zooveel boosheid en zorgvuldig doet wegblijven van die
plaatse des verderfs waar men het zoo maar over
de „dispensatie" durft hebben, door de markiezin de
Pompadour aan de paus aangevraagd.
En men betreurt het vaak, dat krachten als hier
opgetreden, (het „Grand Théatre Ensemble" bestaat
uit kunstenaars) zich op zulke stukken moeten afwerken.
Afwerken om er althans nog iets aantrekkelijks
van te maken.
„Narciss" (Donderdag 5 Juli), een drama van Brack-
vogel is de overbekende geschiedenis van de markiezin
de Pompadour, de roemzuchtige vrouw die haar eerste
man (Narciss) in den steek liethet tot maitresse van
den koning en daarmede tot gebiedster van Frankrijk
wist te brengen, doch door verschillende hof-intrigues
ten val werd gebracht.
Er komen eenige pakkende momenten in dit stuk
maar het geheel boeit niet. De krachten der spelers
komen lang niet tot hun rechtslechts de rol van
Narciss is treffend, door sarcasme en onverzoenlijke
haat. O ja, die NarcissMaar krachtige sprekende
momenten worden gevolgd door slapte, gemis aan
handeling, waardoor de goede indruk van het vooraf
gaande zoo goed als geheel wordt weggenomen. Vooral
het slottooneel is zéér mat, ook al sterven de twee
hoofdfiguren tegelijk.
„Narciss" was niet véél.' Maar toch nog het beste
van wat werd opgevoerd. „Dokter Klaus" (Vrijdag
6 Juli), een blijspel in 5 bedrijven van Ad. l'Arronge
bevat geschiedenissen die in honderderlei kamerstukjes
bij herhaling worden afgezaagd. Zoo bijv. de bekende
doktersknecht die z'n medische kennis op een boer gaat
probeeren, maar later dol blij is als hij z'n „dooie boer"
weer levend ziet rondwandelen.
„Dokter Klaus" is zeer geschikt om voor een lief
hebberij-gezelschap te worden opgevoerd voor artisten
is het niet bestemd. Want er zijn aan het tooneel
andere eischen te stellen dan dat het publiek eens
lachen zal. Want ook in een 17de rangs-theater (stijl
Schied. Cour.) zal men wel eens lachen
Tot besluit kregen we Maandagavond „Papageno"
een klucht in 4 bedrffven van Rudolf Kneisel, vol
gens de Nieuwe een stuk, „dat voor velen op 't kantje
af genietbaar wasMaar toch veel succes had."
Waarschijnlijk omdat er ook nog al eens gelachen
werd. Maar het succes was bepaald twijfelachtig
er werd alles behalve vlot gespeeld. Trouwens, het
stuk hangt aaneen van zulke onmogelijke zotteklap, dat
men 'n zonderlinge keus hebben moet om er bekoring
in te vinden.
Het bestuur der S. O. V. is o. i. ditmaal al bizonder
ongelukkig geweest in de keuze der stukken.
Burgemeester-Kamerlid. In den heerschenden
komkommertijd exploiteeren de verschillende bladen een
„nieuwtje" dat reeds meer dan een half jaar oud is
hondermaal reeds is opgerakeld, even veel malen is
tegengesproken, maar toch telkens opnieuw en weer
„uit goeden bron vernomen" wordt oververteld.
De heer Brants zou als Kamerlid aftreden, opdat Dr.
Kuyper als afgevaardigde voor het district Ede de 2e
Kamer weder kan binnentreden.
Op grond nu van langs verschillende wegen inge
wonnen berichten, kan beslist worden ontkend, dat de
heer Brants voornemens zou zijn z'n mandaat voor Ede
neder te leggen. Ofschoon hij bij z'n maidenspeech in
onze raadszaal toezegde, er naar te zullen streven zich
geheel aan de belangen onzer gemeente te kunnen ge
ven (ligt hier de bron der geruchten?) is het Kamer
lidmaatschap hem té lief om er van te scheiden.
We veronderstellen: niet zoozeeer omdat hij zich in
de Kamer onmisbaar acht als wel, dat materieele over
wegingen de overhand bezitten. De heer Brants, zoo
wil men, is niet bepaald gefortuneerd, leeft nogal op
grooten voet en blijft kamerlid.
Komt-ie of komt-ie niet Het Volk gaf de
volgende filosofische beschouwing over 'tgeval: Gaat
Kuyper naar de Kamer, of niet? Dat hangt af van de
vraag of Brants uit de Kamer gaat of niet. Aange
zien echter Brants niet weet of Kuyper in de Kamer
wil, weet Brants ook niet of hij zelf uit de Kamer wil.
En aangezien de vraag of Kuyper in de Kamer kan,
afhangt van de vraag of Brants uit de Kamer wil, zoo
ontstaat er aan alle kanten een groote niet-weterjj.
De bladen die met Kuyper in verbinding staan weten
niets en melden daarom dat ze gehoord hebben dat het
gerucht loopt in zekere kringen, dat er over gedacht
wordt dat Brants misschien het plan zou kunnen hebben
het kamerlidmaatschap vaarwel te zeggen, ten einde
Dr. Kuyper in de gelegenheid te stellen zjjn plaats in
te nemen.
En de bladen die met Brants in verbinding staan,
melden dat hun ter oore is gekomen, uit zeer vertrouw
bare bron, dat van het gerucht waarvan melding wordt
gemaakt in zekere bladen, niets waar schjjnt te zjjn.
Ten bureele van een der dagbladen zei dezer dagen
iemand: te weerga, ga eens naar Brants toe en vraag
hem op den man af: zeg eens, bedank je of bedank
je niet?
Maar 't geschiedde niet, want zoo'n komkommer zon
der eind mis je niet graag in den komkommertijd.
Het Roode Licht. Naar Gorinchem per fiets:
afrijden 's morgens 8 uur van de Koemarkt. Wie mee
wil, kan zich aansluiten.
Rrrrrrrrrrrt
Hallo De Moker.
Juist, die wou 'k hebben. Zeg'reis, vrindjes, is jullie
iets bekend van Zaterdagnacht?
Wat bedoelt u Of er op de kermis iets bijzonders
is gebeurd?
Niet op de kermis bepaald. Meer buitenaf.
O, zeker betreffende al die gestoorde vrijages. Ja,
onze nieuwe burgemeester schijnt een sterk voorstander
van de vereeniging tot bevordering der zedelijkheid.
Naar „men" zegt, is hij aan 't, hoofd der politie alle
buitenwegen gaan afjagen. En alle verliefde paartjes
z(jn bekeurd geworden. Hij moet een rijke vangst gehad
hebben ook.
Sjonge ja, dat laat zich denken. Maar 't is toch kras
gewerkt. Zou zulk een gewoonte nu op die manier uit
geroeid kunnen worden, Mokertje?
Och, wat zullen we daar veel van zeggen Zoolang
de kermis wordt geduld, zal 't wel hopeloos werken
zijn. Voor de meisies is 't wel akelig, dat onze burge
meester Schiedam voor een boerendorpje schijnt te houden.
Ze moesten voor 't vervolg hun toevlucht eens nemen
in de Jeruel-tent op de kermis misschien wordt ze
dan meer vrijheid gelaten. Althans zullen ze onder be
scherming van den burgemeester en secretaris der ge
meente wel geen proces-verbaal oploopen. In den tempel
der onschuld is het vrjj jagen. Gegroet.
Rrrrrt!.
Miliciensbond. Aan een correspondentie in het
Juli-nummer van De Milicien ontleenen we:
De Afdeeling hield Vrijdag 25 Juni j.l. haar leden
vergadering, die slecht bezocht was. De oorzaak zoeken
wij hierin, dat de Timmerliedenbond ook vergadering
had en dat een muziekkorps spelende door de stad trok.
Er ontspon zich belangrijke discussie over de aansluiting
bij den Bestuurdersbond en huishoudelijk reglement,
waarna die voorstellen tot de volgende vergadering
werden uitgesteld, in de hoop dat de leden dan beter
opkomen. Het huishoudelijk reglement ligt voor de leden
vanaf 1 Juli ter lezing in het Volkshuis, Langehaven 133.
Metaalbewerkers. De Metaalbewerker bevat
het volgende schrijven uit Schiedam:
Dat het er by de naamlooze vennootschap Vincent en
Co., Hoofdstraat, soms raar toegaat, bewyst het volgende.