Öosterdwarsstraat 27. No. 21, ZATERDAG 21 Juli 1906 6e Jaargang. ORGAAN van de Afdeeling Schiedam der Sociaaldemokratische Arbeiderspartij. Stukken voor 't eerstvolgend nummer moeten uiterlijk Woensdag a. s. 's middags 12 nur in het bezit der Redactie zijn. 'VLA A R DIN GEN. Te VlaarMiiigen is Zaterdags DE MOKER'' verkrijgbaar Afdeelingsnieuws. Bureau voor Arbeidersrecht. Naar Rotterdam. Groote manieren van kleine menschen. Qf mint I stakende timmerlieden DlBUlllte Leiden De staking der timmerlieden te Leiden, ABONNEMENTSPRIJS: 25 cent per kwartaal 7. franco per post 30 cent j hlJ ^uitbetaling. Losse nummers 2 cent. Bureau van Bedaktie en Administratie Gebouw „COüSTAKTIA", Hoogstraat. Spreekuur voor de Redactie: 's Woensdagsavond?, van 7l/2872 uur. ADVERTENTIEN: 3 cent per regel. Bij abonnement belangrijke korting. Onze Bode bericht dat hij Zaterdagavond van 811 nur in „Constantia" zal zitting houden ter inning van de contributie. Men gelieve z'n boekje mede te brengen. Het Bureau is gevestigd aan het bekende adres: Nieuwstraat 28. Op Zondag 29 Jnli a.s. wordt door den Rotterdam- schen Bestunrdersbond een meeting belegd ten gunste der vakorganisatie. Bijzonderheden daaromtrent znllen in het volgend no. van De Moker worden meegedeeld. Maar reeds nu willen we erop aandringen, dat ieder den dag zal vrij houden om de meeting te bezoeken. In massa moeten we er van hier heentrekken de reis is niet duur en gemak kelijk, dus ieder kan mee. Vooruit dan wekt vrienden en kennissen op mede te gaan; elk voorstander der vakbeweging moet op 29 Juli a.s. naar de meeting! De arbeider is nog steeds in de oogen van de „grooten" der aarde een allernietigst ding. Eigenlijk is „ding" nog teveel gezegd want de arbeider is niets, heeft een waarde gelijk nul. Want: hij is arbeider, d.w. z. hij heeft het voorrecht niet in vadsig niets-doen z'n leven te moeten verslijten, doch door hard en zwaar werken een ander te mogen rijk maken, die van zuiver vampyr-familie, hem op behoorlijke wijze weet uit te mergelen. Als je nu behoort tot een goede vampyr-familie, dan heb je toch wel het recht, nietwaar, om met behoorlijke minachting neer te zien op die nietelingetjes, (wier arbeid jou rijkdom oplevert) die stom genoeg zijn zich het bloed te laten aftappen. Die minachting moet getoond worden bij elke gelegen heid. Eiken keer dat ge je edelen uitzuigersneus in fabriek of werkplaats gelieft te steken, moet ge die loonknechies laten voelen, dat ge eigenljjk alles wat ze bezitten, d'r heele bestaan, toch nog aan jou goeder tierenheid te danken hebben. Maar in 't bizonder moet ge al uw minachting voor dat volk toonen, als ze zich vermeten, met verzoeken bij je aan te komen. Hou ze van 't lijf, op welke ma nier ook, want als je dat gespuis den vinger geeft Toon je minachting aan die krengetjes. Leer ze steeds begrijpen dat jij de Heer bent en de Beschikker over hun wèl en wee en dat zij hebben te zwijgen, niets hebben te verzoekenals het zich oprichten wil, trap dat tuig dan terug in het slijk Zorg op uw plaats te blijven zorg hèn op hun plaats te houden. De heele „grooten" der wereld passen deze methode nog wel eens toe. Katoenbaronnen, mijndirecties, kanon- nenkoningen en soortgelijke voorname uitzuigers durven het nog wel eens aan en kunnen het nog wel eens aan, zulke manieren erop na te houden. Maar de steeds sterker wordende vakbeweging heeft al heel wat van die waanwijze despootjes onttroond, en er zjjn bijv. in ons land niet zoo heel veel menschen meer met czaristische allures. Maar onder de weinigen die er zijn, behooren niet schrikkenvoorwaar de Schiedamsche schilders patroons. Dat zou zoo maar niet te gelooven zijn als het in het volgend schrijven der Kamer van Arbeid voor de Bouwbedrijven niet officieel werd medegedeeld Schiedam, 13 Juli 1906. Bjj de Kamer van Arbeid voor de Bouwbedrijven te Schiedam, kwam onlangs een schrijven in van het Hoofdbestuur van den Nederlandschen Schildersgezellen- bond te 's-Gravenhage en de afdeeling Schiedam van dien Bond, waarin werd medegedeeld, dat die afdeeling zich in 1905 tot de Schilderspatroonsvereeniging te dezer stede had gewend met het verzoek om het uurloon voor de gezellen te verhoogen tot 20 cent en een bijeenkomst met de patroons te hebben cm de gevraagde verhooging te kunnen toelichten. Van de Schilderspatroonsvereeniging was daarop het antwoord ontvangen, dat de patroons niet bereid waren aan de gevraagde verhooging te voldoen, dat zij boven dien bij inwilliging van de verhooging een voor den gezel minder gewenschten toestand en van het be leggen eener conferentie geen heil verwachten. In 't voorjaar van 1906 waren die verzoeken her haald, waarop de Schilderspatroonsvereeniging had bericht, dat zij haar eenmaal genomen besluit hand haafde. Adressanten verzochten daarom aan de Kamer pogingen te willen aanwenden ten einde eene confe rentie met gezegde patroonsvereeniging alsnog mogelijk te maken. De Kamer besloot daarop een schrijven te zenden aan de Schilderspatroonsvereeniging, waarin zij haar leedwezen uitdrukt over het weigeren der gevraagde conferentie en voorts verzoekt de mogelijkheid te openen om daartoe alsnog te geraken. Het daarop ontvangen antwoord luidde, dat de Schil derspatroonsvereeniging geen reden had om op haar besluit het niet-inwilligen van een verzoek tot het houden eener samenkomst tusschen werklieden en patroons terug te komen. Daar dat antwoord aan de Kamer zeer onverklaarbaar voorkwam, werden mondeling nadere inlichtingen inge wonnen, en toen tevens werd vernomen dat 2 patroons, waarvan verwacht kon worden dat zij de zaak tot een gewenscht resultaat zouden kunnen leiden, de vergade ring waarin het besluit tot niet-inwilliging was genomen, door ziekte niet hadden kunnen bijwonen, besloot de Kamer aan genoemde vereeniging te verzoeken haar besluit nog eens in ernstige overweging te nemen. Toen daarop het bericht inkwam, dat na ernstige overweging en bespreking geen enkel motief was ge vonden om op haar eens genomen besluit terug te komen, waarbij als reden werd opgegeven, dat de vergadering van oordeel was dat door loonsverhooging de werk loosheid steeds meer in de hand gewerkt zal worden, nam de Kamer na uitvoerige discussie de volgende motie aan „De Kamer van Arbeid voor de Bouwbedrijven te Schiedam. Gelet op het haar inziens billijk verzoek van het hoofdbestuur en de afdeeling Schiedam van den Neder landschen Schildersgezellenbond, om met de schilders patroonsvereeniging te dezer stede eene conferentie te houdrn met betrekking tot het loon der gezellen. Gelet op de houding van genoemde patroonsver eeniging. Spreekt in hooge mate hare afkeuring daarover nit, en besluit daarvan aan beide partijen mededeeling te doen, en voorts den geheelen loop der zaak te publi- ceeren." Men ziet het op welke kordate manier de Schiedam sche schilderspatroonsvereeniging het gezag weet hoog te honden en dat arbeidersgebroed, dat zich vermeet een loon te durven vragen van 20 koperen centen per uur 't is God geklaagd, znlke brutale streken als ze krjjgen den mond te snoeren Het zou een zeer verdienstelijk werk zijn, die schil derspatroons eens de keerzijde der medaille te vertoo- nen en te doen begrijpen dat ze alles behalve het recht hebben zoo'n hoogen toon te voeren. De heeren hebben er waarschijnlijk nog nooit over nagedacht waar hun majesteit op berustwaar hun welstand vandaan komt; waarom zij hun ambulant bestaan kunnen voortzetten. Een schildersgezel is zonder twijfel een zeer nietig schepseltje, mijne heerenmaar een schildersgezel is toch een instrument, waarvoor gij 12, 14, 16 cent per uur uit te keeren hebt, maar die op de rekeningen, welke gy uitzendt per 30, 35 cent per uur of meer wordt berekend. Een schildersgezel is dus voor u een instrument, dat u per uur meer bezorgt dan het u kost en u dus per dag, per week, per jaar een aardig voor deeltje thuis brengt, dat gij wel zoo vriendelijk zijt in den zak te steken Brave zielen die u wel wilt vet mesten met het geen zij voortbrengen, wien gij zelfs geen oogenblik verleent om over verbetering hunner positie te praten Het zou een verdienstelijk werk zijn dien schilders patroons de keerzijde der medaille te doen zien Dat is de taak der schildersgezellen Door hun vakvereeniging, waarbij zij zich allen moeten aansluiten, onverschillig of zij nu het allerlaagste of niet het allerlaagste loon bezittenonverschillig of zij nu bij den „besten" patroon in dienst zijn of bij den slechtstenonverschillig of zij den langsten werkdag hebben of een uur minder werken dan een ander allen behooren in hun vakvereeniging en door deze moeten zij hun heerschertjes aan 't verstand brengen dat het tijdperk hunner alleenheerschappij tot het ver- ledene behoort Nóg is door de lamlendige onverschilligheid van vele schildersgezellen, wien water-en-melk in plaats van bloed door het lichaam stroomtwien het nog te veel is, hun hersens eens één oogenblik tot het overwegen van eigen-belangen te gebruiken; wien een hazenhart in het lichaam klopt nóg is de organisatie der schildersgezellen hier ter stede niet bij machte behoor lijk front te maken tegenover de uittartende houding der schilderspatroons. De afdeeling is nog jongdeed nog weinig zich gel den bracht het nog niet eens tot aansluiting bij den Bestuurdersbond. Dit moet veranderen Schildersgezellen organiseert u Giften worden ingewacht aan de adressen van den Bestuurdersbond en aan ons Bureau. Oudegeest, de secretaris van het Ned. Verbond van Vakvereenigingen, deelt over deze staking in Het Tolk o.a. het volgende mede De strijd duurt thans zeven weken en nog is het einde niet te zien. Integendeelhij zal verscherpt en uitgebreid worden. Het eigenaardig geval doet zich hier voor, dat een groot deel der patroons belang heeft by de staking, welk deel meestemt in de patroonsvereeni ging over bemiddeling of niet. De patroonshardheid spreekt hier zeer duidelijk. De toestand is zooongeveer de helft der patroons zijn kleine baasjes die zonder knechten werken en die thans tegen grof geld arbeiden aan de werken der grootere patroons. De patroons spelen dus hier de onder- MOKER

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1906 | | pagina 1