Margarine of Boter. Buitenland. Losse gedachten over soeiaal-demokratie. werk na eenmaal de vrouwen en kinderen het liefst* En na hebben zij in een adres aan de koningin een voudig aangezegd dat zij, wanneer deze hun hinderlijke bepalingen niet worden ingetrokken, hun fabrieken tijdelijk zullen" sluiten, waardoor eenige duizenden ar beiders broodeloos zullen worden. Brutaler verzet van het industrieele kapitalisme tegen het schamele beetje arbeidswetgeving waarmee ons land andere landen achterna hinkt, is nog niet voor gekomen. Daar is de felle agitatie der groote werk gevers tegen de eerste ongevallenwet maar kinderspel tegen. Het is een zuivere „politieke uitsluiting," waarmee hier wordt gedreigd. Een „misdadige woeling," een „aanranding van het gezag der overheid," een „revolutionair verzet tegen de wettelijke machten" enz. (Ziestijl christelijke pers anno 1903). Maar de christelijke pers houdt zich nu van den domme of huppelt over het geval heen, alsof het een gewoon dinsigheidje betrof. En de katholieke hervormers, die deze week hier in „Buitenlust" zoo wakker hebben staan te oreeren over hun honderd en zooveel stellingen en daarbij niet ver geten hebben het uiterste strijdwapen van het prole tariaat, de politieke staking, onvoorwaardelijk te ver- oordeelen als een revolutionair en goddeloos middel, hadden geen woord over voor het tegenovergestelde, voor de politieke uitsluiting, voor de eigenaardige „sociale aktie" der Regout's, hun Maastrichtsche mede katholieken, die, niet omdat hun arbeiders „ondeugend of lastig" zp, maar omdat een wettige maatregel hun niet aanstaat, eenige duizenden proletariërs uit kuieren en uit hongeren sturen. Of dat mag volgens de moderne katholiek sociale rechtsopvattingen der Aalbarse's c.s., is niet gebleken. Voorwaar, daar was een stelling over vergeten Maar de arbeiders zullen .haar wel weten te for muleeren. Zij zullen de beteekenis toonen te beseffen van de wandaad, waarmee hier gedreigd wordt. Zij zullen er in zien de uitdaging der verwaten Maas trichtsche groot-industriëelen, om te vechten voor het behoud èn voor de doorvoering van het beetje arbeids wetgeving, dat althans de ergste uitbuiting, die van vrouwen en kinderen, eenigermate beperkt. Zij zullen met belangstelling afwachten of minister Veegens zal toonen tegenover deze machtige kapitalisten steviger ruggegraat te bezitten dan Kuyper, die voor hen boog, zooals hij gebogen heeft voor de haringrookers en voor de Twentsche fabrikanten. En wjj, sociaaldemikraten, zullen deze zaak gedenken en tot tekst gebruiken op de groote nationale betooging van aanstaanden Zondag te Amsterdam, waar wij- zullen hebben te zorgen dat„liet algemeen kiesrecht onmisbare voorwaarde voor deugdelijke sociale hervor ming en doeltreffende arbeidswetgevinggeen vergeten stelling worde (St. d V.) Zeggen wij waarom wij het Algemeen Kiesrecht noodig hebben, dan wjjzen wij op den toestand der arbeiders, op hun leyen, het tekort van 't gezin, hun onzekerheid om den dag van morgen, en wij wijzen op de sociale hervormingen die hun toestand zouden kunnen verbeteren.. Wij ijveren dan voor sociale hervormingen om ffe arbeiders sterker te maken in den strijd om meer; want wat zij onder het kapitalisme kunnen krijgen zal altjjd een kruimel voor een boterham zijn. Wij ijveren voor sociale hervormingenmaar wij moeten elkaar goed verstaan. Een deel der bourgeoisie zegt ook te ijveren voor hetzelfde doel; wij hebben te bedenken, dat zij slechts noodgedrongen geeft, zoodat oudergewoonte getracht zal worden ons te bedriegen. Men kan zeggen, dat bij elke kiesrechtactie in elk land van Europa de arbeiders bedrogen zijn gewoiden óf dat een poging er toe werd aangewend. We zagen het nog kortelings in Zweden (denk aan België '93), in Oostenrijk wordt een sluwe poging tot bedrog voor bereid. En in ons land weten we nu reeds dat de vrijzinnige kiesrechtleuze wel blanco maar niet blank is. Met de sociale hervorming is het gepleegde of ge plande bedrog gemeener, omdat het nog meer verbor gen is. De radikaalste der bourgeoisdemokraten, de heer Veegens, heelt voor de arbeiders een potje sociale ver zekering te vuur staan, maar het ruikt al aangebrand vóór het nog gaar is. Hij wil ons de zegening eener ziekteverzekering (grootendeels op onze kosten) bezorgenterloops echter wil hij een der beste bepalingen der Ongevallen wet den nek omdraaien, d. w. z. hij wil de meeste ongevallen, die thans door de patroons betaald worden, op rekening der ziekteverzekering, dus grootendeels op de arbeiders zelf overbrengen. Dat is nu het groene hout der beste radikalenhet laat ons zien op welk terrein ook wij zouden komen, in welk moeras wij zon den verzinken, wanneer wij met die heeren gezamenlijk voor sociale verbetering gingen ijveren. Men ziet hoe gevaarlijk, hoe in-dom het inzicht van sommige arbeiders is wanneer zij' zeggen„Het kan mij niet schelen hoe of van wie ik sociale hervormin gen krijg, als ik ze maar krijg!" Het is alsof zij zeg gen zoudenHet kan mij niet scheden of ik door de bourgeoisie bedrogen wordt als ik er maar niets van merk De arbeidersklasse met schijnhervornrngen te bedrie gen. Deze opgave, die de heerschende klasse zich op politiek terrein stelt, heet op haar programsociale hervormingverschillen omtrent dit programpunt be treffen het verschil van meening in de diverse burger lijke partijen hoe ver men met dit bedrog gaan kan. Den schijn willen zij wekken een voedzaam maal te berei den. Zij zetten een ontzaggelijken ketel met water op aan de oppervlakte drijven wat erwten. Zoover zijn alle partijen opgeschrikt door het socialisme, dat ze inzien er moet wat gekookt worden. Nu is hun onder linge ruzie of het nog wat erwten kan velenzijn er te veel of te weinig of genoeg kan de snert soms nog slapper ij 11 'i De arbeidersklasse lijdt zóóveel ontbering, dat zij haast geneigd is met iets wat blinkt blij te zijn. De arbeidersoogen zijn zoo weinig politiek geoefend: hoe lang hebben velen niet geloopen met een „vrijen" of op geestelijk advies aangeschaften brilhoevelen loopen er nog mee Zij moeten hun alleruitersten best doen uit hun eigen oogen te kijken, niet door die hunner vijanden. De heerschende klasse is knap en slim. Draaide zij niet een stelsel van indirecte belasting in elkaar, dat den arme knijpt aan alle kanten, zonder dat hy het bespeurt? Een stelsel, zoo zwaardrukkend op de maatschappelijk zwaksten, dat er een revolutie uitbrak, wanneer allen op hetzelfde oogenblik klaar en duidelijk het duivelsche v&n ons belastingsysteem doorzien konden. Die knappe, sluwe klasse, tot belangstelling of ken- nimame van de sociale kwestie door het opkomen der arbeidersbeweging gedwongen, heeft nog een andere „sociale hervorming" op program. Zet open uw oogen arbeiders! Oordeelt of gij zooiets ook onder uw sociale hervormingen kunt verstaan! „Verzekering van ouderdom en invaliditeit" staat op het etiket. Wat biedt de bourgeoisie onder dat etiket aan? Wat zit er in het pakje, ditmaal door een vrij zinnig ministerie met rose vlekken aangeboden Moeten de arbeiders mede de premie betalen En zal de bij drage van den staat weer gevonden worden uit indirecte belastingen? Dat zou het systeem-Kuyper zijn, waa bij de arbeider betaalt: le direct, 2e indirect door belas tingen, waarvan de regeering zelf zeide, dat „niet wei nigen der verzekerden zeiven zullen behooren" tot de belastingplichtigen. Stel, die tweede gemeenheid durft deze regeering niet aan. Maar zal zij overgaan tot staatspensioneering, onzen vollen eiscli? Wij weten thans reeds dat dit vooralsnog niet het geval is, dat zou werkelijke sociale hervorming zijn; maar om daartoe te komen zal eerst de arbeidersklasse sterker haar drang moeten doen gevoelen, grooter zal de macht moeten zijn, die zij door organisatie in een onverzoenlijken klassenstrijd zich heeft veroverd. Niet met, maar tegen burgerlijke sociale hervormers zal zij haar macht, dat is: haar recht moeten veroveren. Intusschen zit de bourgeoisie met die lamme pensioen kwestie in de maag. De volmaakte arbeider, in dien zin volmaakt, dat hij gedwee uit zich dagelijks en veel winst laat maken, zijn gansche leven hard werkt, gezond blijft, zijn huis gezin zonder ziekten die geld kosten aan liefdadigheid, doet rondkomen; die voor een voldoend aantal voldoend sterke winstmakertjes zorgt, niet tot gehakt gemaakt wordt door „onvoorzichtig" omgaan met machines, zoo'n arbeider is in de oogen der maatschappij, nog niet volmaakt, want hij mist één eigenschap: hij gaat niet dood op den dag dat hij niet meer sterk genoeg is om voor winst voor zijn patroon te zorgen. In het eigen belang van den arbeider, natuurlijk, be treurt onze schoone maatschappij, dat de arbeider die eigenschap van op tijd krepeeren niet heeft. Want waar de arbeider in den regel niet gespaard heeft in den tijd vóór zijn aftakeling, zal hij op zijn ouden dag móeten gaan bedelen. Bedelen is een schande, in onze goede maatschappij, en die schande gunt zij den arbeider niet. Daarom en daarom alleen! zou zij wenschen dat het leven ophield tegelijk met de winst. Het winstmaken voor and ren was immers ook de eenige reden van zijn bestaan. Maar enfin, er moet iets gedaan worden en de kunst zal zijn den arbeider zijn loon ten deele te ontnemen en daarvan een p nsioenverzekering te maken. Voor ons is dus alles wat den vollen eisch van staatspensioneering niet haalt een poging der heerschende klasse die het opkomend arbeidersleger wil ontkrachten. Voor ons bedoelt de bourgeoisie voor haar sociale her vormingen hetzelfde als de Czaar, die de bijl ziet boven zijn hoofd, met zijn landarbeidersniet uit deernis met dat landarme volk, stervend van honger, strooit hij de aalmoezen der spotgoedkoope kroonlanden uit als enkele droppels over het dorstig, onmetelijk land. Neen, de boeren moeten de revolutie ontrouw worden, hun strjjd voor vrijheid vergeten, om één bete broods, hun ideaal vertrappen: voor bedrog dat weldaad schijnt. Strijd is dan ook voor ons de eenige uitkomst, onze hoogste plicht. Organisatie en strijd om de macht, om ons recht. Strijd vooral op het politieke terrein, op het veld waar alle arbeiders met gelijke belangen tegen over de gansche bezittende klasse komen te staan. Strijd voor ons scherpste en beste wapen. Algemeen Kiesrecht. Th. v. d. Waerdes. De arbeiderspers. Uit het jaarverslag der Duitsche pers blijkt weer eens levendig, welk een macht de socialistische pers in Duitschland vertegenwoordigt. De „Vorwarts", het orgaan der Berlijnsche partjjge- nooten, heeft thans 112000 abonné's, en bracht dit jaar aan de partijkas een zuiver overschot van 140,615,55 Mark. De „Gleichheit", het blad der Duitsche sociaal democratische vrouwen had op 1 Dec. 1905 al 28700 abonnés, maar op 30 Juni 1906 reeds 44000. Dat zegt genoeg voor de beteekenis die de vrouwelijke partijge- nooten zich met hun werk hebben weten te veroveren. Een moedige daad. De directeur van de ves tinggevangenis te Warschau werd Donderdagnacht door zes wachthebbende soldaten doodgeschoten, en de in gangen werden opengebroken. Alle nachtwakers werden gekneveld. 56 leden van het revolutionaire komitee werden bevrijd. De soldaten zijn met de bevrijders gevlucht. Oproep der politieke gevangenen te Kroon stad. „Geestelijk en lichamelijk gemarteld, wenden wij arbeiders, matrozen en soldaten ons tot alle eer lijke burgers van Rusland: Weet, dat wij, omdat wij beschuldigd worden propa ganda in 't leger gemaakt te hebben, hier stelselmatig aan allerlei kwellingen worden blootgesteld. Wij zp in koude vochtige schuren bijeengepakt, waar we op de planken moeten slapen. Beschimmelde muren verspreiden een ondragelijken stank. Het ontbreekt ons aan licht en lucht. Het wandelen is ons verboden. Wij zijn allen ziek, maar erger dan 't lichamelijk ljjden zp de moreele kwellingen. De wachten beschimpen ons. De officieren dreigen voortdurend ons neer te schieten. Een van de arrestanten moest meerdere dagen zonder slaap blijven, op deze manier hoopte men hem bekentenissen af te persen. Wij verwachten ieder oogenblik onze terdoodbrenging en vele geven er de voorkeur aan hun leven door zelf moord te eindigen, dan zulk een bestaan verder voort te slepen. 24 Augustus heeft zich onze beste kameraad, de zeer begaafde matroos Arnoldi opgehangen. In ons midden zijn meerdere zielszieken, die wij met moeite hiervan afhouden wij zijn overigens allen ziek." Dat is de wijze, waarop 't Czarisme zp slachtoffers maakt. Is 't te verwonderen, dat de revolutionairen daar ook hard tegen ingaan? Onderzoek alle dingen. „We verwerpen niet eiken staatsvorm, doch zullen den k 1 a s s e-staat bestrijden met al onze krachten," zoo eindigden we ons vorig artikel. Is er reden te spreken van een klasse-staat? Volgens beweren der burgerlijke partijen niet. De burgerlijke partijen, waaronder te verstaan de heele familie van voorstanders van het kapitalistische stelsel, al hebben ze zich de verschillende bijnamen van katho lieken, christelijk-historischen, anti-revolutionairen, oud- of jong-liberalen of vrijzinnig-demokraten gegeven. Volgens hen allen is er van een klasse-staat geen sprake. Zeker, de een vindt den bestaanden toestand over heerlijk, de ander minder volmaakt. De katholieken, christeljjk-historischen en anti-revolutionairen, in wien het meest volkomen conservatisme is vereenigd, hebben als trouwe beschermers van de brandkast een broertje dood aan alle vooruitgangs-begrippen en verklaren alle demokratische neigingen voor inblazingen van meester Duivel. Oók: al staan de belangen van zeer geloo- vige arbeiders tegenover die van zeer ongeloovige kapitalisten. De liberalen (door de mannen van het christelijk behoud voor de vaders van de soeiaal-demokratie uit gekreten) nog in verschillende groepen den renbaan in- dravend, de een wat vuriger galoppeerend dan de ander, maar de beste er onder toch nog met den gang van een oüe sleepersknol, houden de vaan van vrijheid en recht fier omhoog, althans met woorden. Als 't op daden aankomt, daden waarmee ook maar eenigszins de klasse-bevoorrechting der bezitters zou gemoeid zijn,

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1906 | | pagina 2