Een stormachtige Raadszitting. De Ambachtsschool Van alles wat. erfpacht willen in 't bizonder de katholie ken niets, heelemaal niets weten En alleen als ze een paar tegenstanders een hak kunnen zetten, zijn ze van een ander principe Ook hier zit moraal in, brave katholieke zedemees- ters. Maar eene, waarvoor men terwille van zichzelf, maar geen openbare propagande gaat maken. Na 2 uren in besloten zitting te hebben geraasd, kwam de Gemeenteraad verleden Dinsdag eindelijk tot een openbare zitting. De storm deinde nog na. Voor ernstige zaken was geen belangstelling. Want ook in het openbaar zou het nog eens van leer gaan en dat vooruitzicht beklemde de gemoederen en de hersens onzer vroede vaderen. Er was grond verkocht aan de gemeente Rotterdam door de Naamlooze Vennootschap „Keilen van Nieuw- Mathenesse," waarin de heeren van der Schalk en Cool een hoofdrol speelden. Het krantje van de katholieken was over dien verkoop heftig te keer gegaan en had de heeren van der Schalk en Cool, die beiden ook raadslid zijn, beschuldigd de gemeente te hebben be nadeeld en hun plicht als raadslid niet te zijn na gekomen. De heer von Briel Sasse trachtte door een interpella tie aan de beschuldigingen van het katholieke blad een schijn van gegrondheid te bezorgen, door van den Bur gemeester een officiëele verklaring te vragen, dat B. en W. nooit eenig aanbod van genoemde Vennootschap hadden gekregen en evenmin iets afwisten van de plan nen van verkoop aan Rotterdam. Dat was wel leep bedacht. De Burgemeester moest natuurlijk „neen" zeggen dat wist ook de heer von Briel Sasse wel. Maar door dat „neen" van den Burgemeester moest het den indruk maken, of de heeren v. d. Schalk en Cool toch eigenlijk hun plicht hadden verzuimd. De heer van der Schalk liet dat evenwel niet op zich zitten. Na de interpellatie van den „leider" der anti revolutionairen kwam de heer van der Schalk ook met een interpellatie, waarin hij feitelijk een antwoord gaf op de beschuldigingen van de katholieke „Nieuwe Schiedamsche Courant." Zeer terecht merkte de Bur gemeester op, dat het toch eigenlijk niet aanging, zulk een zaak in den Raad ter sprake te brengen maar hij vergat er bij te voegen (welk verzuim wij bij dezen voor hem herstellen), dat de heer von Brie) Sasse er mee begonnen was, op een handige manier een schijn van schuld op heeren van der Schalk en Cool te laden en dat het riddelijker en eerlijker van den heer von Briel Sasse zou zijn geweest, openlijk voor den dag te komen als woordvoerder in den raad voor de beschuldigingen in de katholieke „Schiedammer." De heer van der Schalk toonde aan, dat de Vennoot schap, waarvan hij een der voornaamste belanghebben den was, eenvoudig een gewone koopmanszaak had ge daan. Hij wist dat de hooge Oomes te Schiedam het niet aandurfden, dien grond „en bloc" aan te koopen. Toen kwam er een mooi bod van Rotterdam. En de heeren van der Schalk en Cool met hun medevennooten hapten grif de 61/2 ton winst naar binnen. Een dood eenvoudig kapitalistisch koopmanszaakje dus. Anders niet. De hee^ von Briel Sasse zat er nu tusschen. Hij had niet verder gekeken dan zijn rechtsgeleerden neus lang is, had heel handigjes politieke munt willen slaan uit het liberaal-zijn van de kapitalistische kooplieden van der Schalk en Cool, maar voelde dat hij zich leelijk misre kend had. Dan maar een andere koers uit. De Nieuwe Schiedammer werd verloochend„het bedoelde blad is slechts het orgaan van een gedeelte der rechtsche partij de fractie der anti-revolutionairen is niet verantwoorde lijk voor dat blad." De heilige antithese werd gewoon weg verloochendDie arme heer Dresch, die daar met zijn gedriesterd artikel in zijn hemd werd gezetEn be minnelijk gaf de heer von Briel Sasse den raad, een motie uit te lokken. De motie werd klaar gemaakt. De heer Ris diende ze in. Er stond in, dat de „houding" van de heeren van der Schalk en Cool „correct" was geweest. Ja maar, dat was nu ook weer niet de bedoeling ge weest van den anti-revolutionairen leider Mr. von Briel Sasse. Op de onhandigheid van zijn interpellatie en op de daarop gevolgde onhandigheid van zijn verloochening der antithese-broederen en op de daaraan vastgekoppelde onhandigheid om zijn tegenstanders het denkbeeld eener motie aan de hand te doen, volgde nu de vierde onhan digheid in eene zoo korte spanne tijdsde anti-revolu tionaire leider diende een tegenmotie in, waarin de hou ding der heeren v. d. Schalk en Cool „onwelwillend" werd genoemd. De hoofdzonde der plichtsverzaking was nu teruggebracht tot een enkelvoudige burgerlijke onwel levendheid. Dat was een paar rechter-antithese-mannen nu toch te krasde heeren Bender, Smit en van der Velden trokken er vóór de stemming tusschen uit; de leider der anti-revolutionairen verdiende dat protest ten volle om zooveel onhandigheid. Met algemeene stemmen op 1 na (die van den heer von Briel Sasse natuurlijk) werd de correctverklarings- motie aangenomen De voorstemmers waren de katholieke Raadsleden Honnerlage Grete, Lagerwey, Nolet en Witt- kampf en de liberale Raadsleden van allerlei schakeering van Westendorp, Loopuyt, Gouka, de Groot, Dirkzwa ger, Kranen en Ris. Over de antithese heen bezegelden de kapitalistische Raadsleden deze koopmanszaak als „correct" en jaloerscn suize-bolde het in hun hoofden61/2 ton winst. Zelfs zagen zij niet, welk een armzalig figuur de heeren Dresch en von Briel Sasse maakten, dank zij hun zeldzame on handigheden. Het was een armzalige vertooning, die de vertegenwoordigers der bourgeoisie te zien gaven. De gemeenteraad besloot op advies van B. en W. de verstrekking van ambachtsonderwijs over te laten aan de particuliere ambachtsschool. Op dat advies en dat besluit 'komen wij de volgende week uitvoerig terug. Maar wij willen nu toch reeds even wijzen op het afzichtelijke gekonkel dat hier plaats heeft. De ambachts school, of liever het Bestuur daarvan (de vereeniging als zoodanig nam geen dergelijk besluit), vraagt de ge meente eventjes 20 pCt. bijdrage in de kosten, »het benoodigde kapitaal voor de stichting eener ambachts school binnen deze gemeenteen bovendien f 2500. voor het gebruik van de lokalen der op te richten ambachtsschool door de Gemeentelijke Burger-Avond school. Er is dus kennelijk al overeengekomen, dat de Gemeentelijke Burger-Avondschool zal verhuizen naar de Particuliere Ambachtsschool Verder zal de gemeente die Particuliere Ambachtsschool „het benoodigde kapitaal voor de stichting" verschaffen en bovendien nog f 2500 jaarlijks voor het gebruik van de lokalen dier particu liere school, gebouwd met door de gemeente verschaft geld. Is dit gekonkel geen schandaal Moet dus terwille van een paar eerzuchtige menschen de geheele gemeente met haar Raad afstand doen van alle begrippen van eer en plicht? Waarom neemt de gemeente dan zelf niet den bouw ter hand als ze toch het kapitaal moet ver schaffen en als ze toch al lokalen noodig heeft voor haar Burger-Avondschool en als ze met dat alles toch al 20 pCt. van de kosten op zich zal nemen Deze geheele geschiedenis van de ambachtsschoolstichting krijgt een zeer bedenkelijk karakter. Het wordt hoog tijd, dat er eens ander bloed in den Raad komt. De volgende week zullen wij gelegenheid hebben, ook hierop terug te komen. Rusland. -- Op 5 Maart is de tweede Doema ge opend. Aller oog is op dit tweede Russische parlement gericht. Wat zal het vermogen Wat zal het doen Wat zal zijn lot zijn De verwachtingen zijn gematigd. Vooralsnog is elk overtuigd, dat de machtige autokratische hofkliek, met „Vadertje" voorop, maling zal hebben ook aan deze volksvertegenwoordiging, wanneer ze het waagt het abso lute gezag aan te randen. De eerste Doema werd ontbonden toen ze de regeering ter verantwoording riep over de massa-moorden van Bjelostok. Maar dank zij de revolutie was de Czaar ook al overtuigd, dat er toch zooiets van een volksvertegen woordiging zijn moest, wilde althans voorloopig de alge- heele ondergang van het absolute stelsel worden opge schort. Misschien was een tweedeDoema, die zich spiegelen kan aan het lot harer voorgangster, meer handelbaar. „Vadertje" heeft zich misrekend. De Doema is samen gesteld uit 485 afgevaardigden, welke aldus zijn verdeeld Rechterzijde 89 afgevaardigden (31 monarchisten, 37 conservatieven, 21 onafhankelijken)het rechtsche cen trum telt 91 afgevaardigden (22 Octobristen, 21 gema tigden, 48 Poolsche en andere nationalisten). Het linker centrum wordt gevormd door 33 verschillende progressisten en 76 kadetten, samen 109 leden. De linkerzijde bestaat uit 195 man, verdeeld in ji arbeidersafgevaardigden 52 sociaaldemocraten18 sociaal-revolutionairen37 van de linkerpartij en de rest bijloopers van allerlei radicale schakeeringen. In de eerste zitting gaf deze Doema reeds blijk van hare gezindheid. Bij de voorlezing van het Keizerlijk Besluit, betreffende de bijeenroeping van de Doema, verhieven de leden der rechterzijde zich van hun zetels om eenleve de Keizer aan te heffen. Maar het was slechts 'n honderd man die daaraan deelnamen; de overige bleven kalm zitten en zwegen. De kadet Golowin werd tot voorzitter gekozen der linkerzijde met 356 tegen 102 stemmen. Deze verkiezing bleek de rechterzijde nogal onaangenaam. Golowin gaat hun veel te ver. Bij de verkiezing van 5 onder-sekretarissen voor de Rijksdoema, hebben de kandidaten van de links staande partijen wederom de overwinning behaald, 2 kadetten en 3 socialisten werden gekozen. Gedurende het verdere verloop der bijeenkomst nam de Doema weder met op één na algemeene stemmen den door de eerste Doema opgestelden rooster van werkzaam heden aan, Eeri der Doema-leden, den Pope Gregorius Petrof, is door de H. Synode het oponthoud in Petersburg en de uitoefening van zijn mandaat als Doemalid verboden. Natuurlijk staat hij aan de zijde van het volk. De arbeiders te St. Petersburg hebben op den dag der Doema-opening een groote manifestatie gehouden. De Frankf. Ztg. geeft er het volgende verhaal van Toen de Doema-leden het Taurische paleis, waar het parlement vergadert, verlieten, stond er een ontelbare menigte hen op te wachten. Studenten, werklieden, enz. vroegen hen, of zij tot de linker- of de rechterzijde be hoorden. De eersten werden toegejuicht, de anderen uitgefloten. Kroesjewan, de aanlegger der programs, werd uitgejouwd. De arbeidersafgevaardigden werden aangezocht om de menigte toe te spreken. Zij zeiden, dat zij om in de Doema te kunnen zegepralen, rekenden op de onder steuning van het volk. Gij zult haar hebben, riep men. Een afgevaardigde uit Afa zeideZweert, dat gij be reid zijt met ons te sterven voor de bevrijding van het volk. Wij zweren het! Daarna zette een eindelooze stoet zich in beweging, maar weldra wilde de gendarmerie chargeeren het protest der menigte was echter zoo geweldig, dat de troepen achteruit deinsden. Het volk hief nu de Russische Marseillaise aan. Na j elke toespraak der arbeidersafgevaardigden riep men Hoeden af! en zong men den revolutionairen treurzang. In de Foertsjoskaja-straat chargeerden de politie en gendarmerie met getrokken sabels. Verscheidene gewonden werden weggedragen, maar op een gegeven bevel ging de stoet, die 20.000 man sterk was, uiteen, met opdracht, in groepjes bijeen te komen voor de universiteit. Daar had 's avonds eene vergadering plaats ter eere van verscheidene leden der oppositie en om de socialis tische zegepraal te vieren. De socialistische Doema-leden spraken in verscheiden zalen en werden geeftdriftig toegejuicht. Om 8 uur kwamen troepen en politie aanzetten, maar de hoogeschool was toen reeds ontruimd. Buiten werd de menigte op 30.000 man geschat. De socialisten zullen een voorstel betreffende amnestie indienen. Deze manifestatie toont den opgewekten geest, door de verkiezingszege over de Russische arbeiders gekomen. België. In de Kempen, een groote, dorre streek, vanuit de Belgische provincie Limburg tot in de pro vincie Antwerpen zich uitstrekkend, zijn rijke kolenlagen gevonden. Zooals 't in een goed klerikaal land behoort, heeft de regeering zich gehaast dien ondergrondschen rijkdom te grabbel te gooien aan een stuk of wat rijke winstjagers, die natuurlijk bij de pinken waren. Maar al zal het nog wel enkele jaren duren alvo rens met de exploitatie wordt aangevangen de voor waarden der konsessies moesten nog worden vastgesteld, en daarbij (iep het zonderling. De kwestie werd gesteld de regeering heeft honderden millioenen aan enkele kapitalisten toegesmeten, wat zullen de arbeiders genie ten Er kwam een strooming in de Belgische Kamer om den arbeidsdag voor de mijnwerkers der Kemper- mijnen op 8 uur te bepalen. Maar de regeering verzet zich. Op de „goede" gron den dat als het voor de Kemper geschiedt, het ook voor de andere mijnen niet kan uitblijven. Minister Smet de Nayer verklaart zelfs met een stalen gezicht, dat het een beleediging voor de arbeiders is, als men bepaalt, dat ze maar een bepaalden tijd zich mogen laten uit zuigen. Ten slotte werd er gestemd. Een amendement-Gielen, achturenwerk in de mijnen van gansch het land, wordt verworpen. Hetzelfde gebeurt met het amendement-Pirmez tienurenwerk vanaf 1 Januari 1908. Het amendement-Pepin (8 uren werken, nederdalen en opstijgen inbegrepen) wordt verworpen met 93 stem men tegen 33 en 3 onthoudingen (De Vigne, Féron en Fléchet.) Het amendement-Beernaert een koninklijk besluit heeft het recht den arbeidsdag in de mijnen te bepalen wordt aangenomen met 79 stemmen tegen 46 en 5 onthoudingen. Bijna al de liberalen stemmen tegen. Het amendement-Vandervelde-Denis, dat het amende ment-Beernaert wijzigt en 10 uren arbeid vaststelt) ne derdalen en opstijgen inbegrepen) wordt aangenomen met 70 tegen 53 stemmen en 4 onthoudingen. Een nieuw amendement-Vandervelde-Denis, den werk- duur der houwers op acht uren bepalend, wordt aange nomen met 59 stemmen tegen 50 en 10 onthoudingen. De socialistische linkerzijde barst in toejuichingen los. De voorzitter. Al de andere amendementen val len dus. FurnémontEn de regeering ook! (Gelach) Men omringt de ministers, 'die zeer ter neer gesla gen zijn. De zitting wordt in de grootste sensatie gesloten. De staking; te Ryssetl. Door beide partijen is bemiddeling aanvaard van den arts Utenhove te Rijs- sen. Deze heeft de volgende voorstellen aangeboden le. Alle arbeiders worden weer aangenomen en aan hun oude machines geplaatst. Kunnen niet weer alle arbeiders terstond aangenomen worden, dan geschiedt zulks geleidelijk, doch binnen één maand zullen allen aangenomen zijn. 2e. De firma Ter Horst zal, nadat de loonregeling, ingesteld op 12 November 1906, 3 maanden heeft ge golden, in overleg treden met een commissie, benoemd door en uit hare arbeiders, om zoo mogelijk een loon regeling of loonsverandering in te stellen, naar genoegen van beide partijen. 3e. Worden bovengenoemde voorstellen aangenomen, dan zal de arbeid op nader te bepalen datum hervat worden. Van de firma Ter Horst kwam het volgend antwoord „Wij zijn genegen de arbeiders die wij plaatsen kunnen, zoo spoedig mogelijk weder aan te nemen. Zij moeten dat werk verrichten dat wij hen op dragen, «Joch met den wensch om op dezelfde machines geplaatst te worden, zal zooveel mogelijk rekening gehouden worden. Onze loonregeling van 12 Nov. 1906 blijft van kracht. Mocht ons echter na verloop van tijd blijken dat misstanden hierin voorkomen, zoo zijn wij ten alle tijden bereid die onder de oogen te zien." De stakers zijn met dit antwoord begrijpelijkerwijze niet erg ingenomen. Volgens de kapitalistisch-gezinde nieuwsbladen trek ken schier dagelijks meer stakers weer aan 't werk, en zouden nu reeds 377 bezig zijn. Volgens een politie- telling van Maandag zijn het er 270, van welk getal 250 moeten afgetrokken voor bazen enz. die reeds van 't begin af gewerkt hebben. Het aantal stakers bedroeg de eerste week 750, nu nog na 14 weken 720. De firma Ter Horst beleeft niet veel pleizier van hare vele pogingen met list en geweld stakers tet werken over te halen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1907 | | pagina 2