Ditjes en Datjes. Vlaardingsche IJzerkoekjes. Een jonge staker wilde met Paschen belijdenis doen, maar de kerkeraad der oud-Gereformeerde Gemeente weigert hem als lidmaat aan te nemen, zoolang hij staker is. Toch is hij maar besloten, geen onderkruiper te worden. Teleurgestelde .lintjesjacht. Als summum van laffe vorsten-opkammerij was een comité gevormd, om den Prins-Gemaal voor z'n zeetochtje bij gelegenheid van de ramp van de „Berlin" een huldeblijk aan te bieden. 't Zaakje was door wat groote hansen opgezet, een baron, wat burgemeesters, wat gep. militairen, enz. Zouden daarmee hun kruip-op-de-buik-sport beoefenen. Als zoo'n zaakje slaagt, dan regenen er meestal wat blikjes en daar zijn sommigen wat dol op. Maar de prins-gemaal had een verstandige bui en liet de huldeblijklievende heeren weten dat hij van hun „eerbewijzen" niet gediend was, want dat hij niets had gedaan als z'n gewonen plicht. Dat was 'n tegenvaller voor de heeren. Blikjes regenen doet het nou ook niet 't Is te hopen dat het verstandige woord van den Prins-Gemaal de verhitte gemoederen van sommige monarchistische drijvers wat bekoelen zal. De dwaas heden liepen al te ver. Belasting-vrije millionairs Het Volk schrijftDoor B. en W. van 's-Gravenhage is naar het „Vaderland" meedeelt, een nota tot den raad gericht naar aanleiding van het feit, dat onze partijgenoot Ter Laan in ee raadsvergadering van 31 October j.l. de aandacht had gevestigd op het feit, dat de koningin en de prins der Nederlanden niet zijn aangeslagen in den hoofdelijken omslag dier gemeente. Waar de grondwet bepaalt, dat de koningin vrij is van „alle personeele lasten," meenen B. en W., dat hieronder ook de gemeentelijke inkomstenbelasting is begrepen. En de prins is vrij, omdat de Haagsche be lasting berust op de rijksbelasting op het personeel, ter wijl de prins niet in die belasting is aangeslagen. Ook naar de huurwaarde kan hij niet worden aangeslagen, meenen B. en W., omdat hij het paleis aan het Noord einde niet „bewoont," niet „in gebruik heeft," maar er alleen in „woont," terwijl de koningin er de bewoonster en gebruikster van is. Deze uitlegging van B. en W. is een buitenkansje voor de koningin en den prins. Zij is echter niet juist een buitenkansje voor de gemeente 's-Gravenhage en hare ingezetenen. Zij, die in staat worden geacht be lasting te betalen en daartoe worden toch zeker wel de beide vorstelijke personen gerekend worden daarin aangeslagen, omdat het billijk wordt geoordeeld dat wie in een gemeente woont en dus mede geniet van de voordeelen en gemakken die de gemeente door hare zorgen uit belastinggeld aan hare ingezetenen ver schaft, daarvoor ook meebetaalt.. Het is in Den Haag bekend, dat de gemeente vrij wat doet en nalaat ten behoeve van de vorstelijke per sonen. Om maar één voorbeeld te noemen de asfal teering van het Noordeinde, waarnaar alle daar wonende winkeliers verlangen, kwam tot dusver niet in stand, omdat de koningin voor hare paarden aan keibestrating de voorkeur geeft. Maar toch gaan deze beide millionairs vrij uit van belasting, terwijl op duizenden minimumlijders de belas- tingzuigpomp wordt aangezet. Militaire rompslompen. Daar gaat ie weer voor niks (Frisia, 19 Januari '07.) Men schrijft uit Zutfen aan de Milicien Zaterdagmorgen arriveerden hier één majooréén kapiteinéén luitenant en twee sergeant-majoors uit het garnizoen te Arnhem. Dezen waren noodig om de resul taten van het schijfschieten van 2 (zegge twee) aspirant-viermaanders op te nemen. Zang, Muziek, Tooneel. Wij vestigen den aandacht op achterstaande advertentie van den Schied. Bestuur- dersbond, betreffende den gezelligen avond op Zondag 17 Maart, in de Officieren-Vereeniging. Het programma is zeer varieerend; het zal ongetwij feld een genotvolle avond zijn. Kaarten zijn op Zaterdag 16 Maart 's avonds van 810 uur in „Constantia" verkrijgbaar. Houders van kaarten worden verzocht dan te komen afrekenen. „Excelsior." De zangvereeniging zal Zondagmiddag te 4 uur in de groote zaal der S O. V. repiteeren. De leden worden verzocht vooral op te komen. R. K. propaganda en papieren gevaar. - In de Nieuwe van Zondag 1.1. schrijft zekere A. van Dongen, Lid van de Propaganda-club „St. Paulus", over „Propaganda." Wij kennen den inzender niet. Maar uit z'n schrijven blijkt ondubbelzinnig, dat we hier te doen hebben met een der vele slachtoffers van dweepzuchtige katholieke leiderseen der velen die, dank zij geheel eenzijdige voorlichting, dank zij een bizonder groot vooroordeel tegen alles wat zij niet kennen, doch alleen op gezag van anderen geleerd hebben te schuwen en fanatiek te bestrijdeneen der velen dus, van wien men ervaart dat ze handelen uit onwetendheid De heer Van Dongen rekent zich tot de „propagan disten." Althans hij schrijft: Wij, propagandisten, weten het immers, als wij onze actie voeren, dan verwachten wij geen beloo- ning, geen lof, maar strijden voor de goede zaak. Dat weten wij, dat van den tegenstander ons slechts verdachtmaking wacht, dat onze actie tegen het „Papieren Gevaar" wordt gedoodverfd als domperij, dat en nog veel meer hebben allen die propaganda maken reeds zoo dikwerf ondervonden. Maar wat wij niet zouden mogen verwachten is, dat zelfs van hen die wij onze vrienden noemen, voor ons werken slechts een glimlach, dikwijls een schou derophalen, soms zelfs spot ons deel is. Doch dan zouden wij hen willen vragen „Zijt gij ziende blind Begrijpt gij totaal niets van den strijd onzer eeuw Is het niet uit liefde voor u-zelven, dan ten minste uit liefde voor uw kind, dat overal door de porno grafische voortbrengeselen dreigt te worden verleid. Ziet gij dan niet, die zee van zielverpestende lec tuur, die als een vloedgolf ons vaderland dreigt te overstroomen Men zou geneigd zijn dezen „propagandist" den raad te geven zich niet noodeloos druk te maken en zich eerst eens te overtuigen of dat geweldige „papieren ge vaar" in werkelijkheid bestaat, of althans van eenige be- teekenis is. Maar 't zal wel niet gemakkelijk zijn, dit koortsig brein tot rust te krijgen, dat zelfs „vloedgolven" van papieren gevaren ziet. 't Is ten hoogste interessant ervan kennis te nemen. Maar natuurlijk is de „propagandist" nog niet aan het einde van z'n betoog. Hij gaat oldus voort Hebt gij nooit in die z.g. „Neutrale Pers" gelezen die sensatieberichten over kloosterschandalen, mis daden van priesterfe enz., advertenties ter aanbeve ling van de meest schandelijke praktijken Is het U nooit overkomen op fabriek of werkplaats dat men de laagste schimpscheuten durfde veroorlooven op uwe Kerk, Priesters en Sacramenten en gij zoo niet dadelijk gereed waart den belager afdoende den mond te snoeren Hoordet gij nooit in openbare vergaderingen die sociale wanbegrippen verkondigen, zonder dat gij in staat waart ze te weerleggen? In het licht dezer feiten vragen wij U„Is pro paganda noodig.? Moeten wij den strijd lijdelijk aan zien Moeten wij wachten, evenals in Frankrijk, tot ook in ons vaderland een aanslag wordt gepleegd op onze altaren Welnu, daartegen gaat onze strijd, tegen de on zedelijkheid, in boek, courant, (reclame)plaat en tegen al wat ongeloof is. Daarom, steunt de R. K. pers, en verwijdert al die geschriften, boeken, platen eïl al wat zich Neutraal noemt uit Uw huisgezin en mocht ze U gratis wor den toegezonden, verbrandt ze direct, maar laat ze niet op tafel slingeren, waar ze dan toch door de kinderen of dienstboden worden gelezen. Men zal begrijpen, waarom we de veronderstelling maakten, dat we hier te doen hebben met een meer onnoozel, dan geducht strijder. Zelfs worden aan het slot van z'n propagandabetoog de katholieke opgeroepen tot bestrijding van de sociale revolutie, hetwelk dan nog niet de grootste onmogelijkheid is, welke verkocht wordt. En de redactie van de Nieuwe waakt er niet eens voor dat haar geestverwant door zulke dwaasheden zich be lachelijk maakt. We willen onzen onbekenden katholieken vriend een goeden raad geven. Kalmeer je; er is geen enkele reden tot opwindingen lees als je tot kalmte gekomen zijt, nog eens aandachtig wat je wel geschreven hebt. Schreeuw niet zoo over de verdorvenheid der „neu trale pers." Is de katholieke pers beter staat ze moreel hooger? Neen, vriendje. We hebben in het vorig no. van De Moker over je „propagandaclubs" en over je katholieke pers een en ander verteld; gij hebt geen recht op anderen af te geven. Uw strijd gaat tegen schandelijke praktijken? Tegen de onzedelijkheid in boek, courant, (reclame)plaat en tegen al wat ongeloof is? Ge vergist ge schromelijk. Ge zijt het instrument van anderen tot onwaardigen en onwettigen partijstrijd. Ge zijt het middel, dat, niet ter wille van eenig beginsel, maar uit zuivere, lage concurrentie-zucht geëxploiteerd wordt. Ge zoudt strijden tegen de onzedelijkheid in boek, courant enz.? Dwaasheid, verbeeld 't je niet, In ons vorig no. stelden we aan de kaak de in uw oogen toch zeker wel afschuwelijke advertentie omtrent den „kritieken leeftijd" der vrouwen, welke het katholieke blad De Nieuwe Schiedamsche Courant had geplaatst. En als aanvulling daarvan knippen we nog het volgende uit een advertentie, voorkomende in datzelfde katholieke blad van 7 Maart 1.1. De heer J. J. Zandwijk, wonende Oostersteeg 2 te Vlaardingen, meldt ons: Ruim drie jaar had mijn dochter zeer veel pijn te doorstaan in den rug en in de zijden, die haar oorzaak vond in een nier ziekte. De urine was donkerbruin, bijna zwart en liet veel wit bezinksel na, zij had veel last met haar water, elk oogenblik moest zij hieraan toegeven en er kwamen dan zeer kleine hoeveelheden. Bij het minste werk, dat zij deed, was zij verschrikkelijk vermoeid en was zij geheel lusteloos geworden Tot zóóver slechts, 't Zijn slechts enkele, maar wel sprekende bewijzen, geachte heer propagandist voor onze bewering, dat gijlieden de schurftige schapen niet in andermans, maar in uw eigen stal hebt te zoeken. En indien gij werkelijk met ernst den strijd tegen schandelijke praktijken voeren wilt en strijd voeren tegen de onzedelijkheid in boeken, couranten enz., dan wijzen wij u op deze ergerlijke, om geld geplaatste onzedelijke reclame's, die ge in de eerste plaats te be strijden hebt, omdat ze voorkomen in een katholiek blad. Indien we zien, dat ge ook daartegen strijd durft voe ren, zullen we niet nalaten daarvan extra melding te maken. Maar we vreezen, dat dit niet noodig zal zijn Hebt uwe vijanden lief. De pater was den menscheneter aan 't bekeeren. Ge moet uw vijanden beminnen, sprak hij. Dat kan ik nietzei de zwarte. Dat is 't gebod van God, zei de pater. Ge moet dat naleven. Ge kunt alles, als ge maar wilt. Al wat ge wilt, zei de zwarte, maar dat kan ik niet. Niet En waarom niet Ik heb geen vijanden meer om te beminnen. Gis teren heb ik den laatsten opgefretst. Professorale wijsheden. Voor de Christelijke Jongelings-Vereeniging „Liefde en Vrede" hield Woens dag één der professoren van de Vrije Univesiteit, de heer H. Bavinck, een lezing over „Christendom en Maat schappij." De conclusie van het zeer professorale betoog was deze „Indien slechts drie volkszonden waren uitgeroeid, n 1. het Mammonisme, de Prostitutie en het Alcoho lisme, dan zou er van geen sociale kwestie sprake kunnen zijn." Indien we het al niet wisten, dat men om prof. aan de Vrije Univesiteit te kunnen worden, nu niet zoo heel veel in zijn mars behoeft te hebben, dan zou deze be spottelijke conclusie het ons wel leeren. De „vrije" we tenschap van onze „vrije" universiteit is al al geen haar beter, eer slechter dan de door onze bourgeoisie, tot de warewetenschap geijkte van onze liberale univer siteiten. Als slecht geldzucht, hoererij en drankzucht waren uitgeroeid, dan was er geen sociale kwestie meer 1 Dat juist door den maatschappij-vorm, waaronder wij tegenwoordig leven, de geldzucht wordt aangewakkerd niet alleen, maar den mensch bijna als grondbeginsel wordt opgedrongen. „Elk voor zich en God voor ons allen!" is immers de speuk, waarnaar men door ons concurrentie-systeem is gedwongen te handelen dat de door het kapitalistisch voortbrengingssysteem afge jakkerde proletariër, juist door zijn afmatting, zijn uit putting, zijn treurige huisvesting, zijn slappe voeding, vergetelheid zoekt in den drankdat zoovele arme, afgetobde vrouwen gedwongen zijn een gevloekt'bestaan te zoeken in prostitutie, ook dat zijn dingen, die er bij de ,,vrij"-wetenschappelijke bol van dezen prof. niet in kunnen. Het onderscheidingsvermogen dezer „grootheden" is zoo scherp, dat zij dingen die in het algemeen slechts gevolgen zijn, voor hoofdoorzaken aanzien 1 Dat ook deze gevolgen moeten worden bestreden, spreekt vanzelf. Onze vrije profesoren praten er echter maar wat over, hunne volgelingen sputteren er wat tegen, maar wat zij er tegen doen, dat is zoo'n bitter schijntje En als de heeren 't in dit verband over onze begin selen hebben, dan noemen ze ons zoo materialistisch. We zijn dan menschen, die geen oor hebben voor de volkszonde van den tegenwoordigen tijd. Dat de heeren echter de goedheid hebben, hunne verzuchtingen te sparen. Onze bestrijding dier volkszonde is minstens zoo stevig als de hunne. Zij kan die toets glansrijk doorstaan! Vreemd? Naar wij vernemen zijn door de melkver- koopers een tweetal vergaderingen gehouden om te be spreken of ook niet dezen zomer de melk op 41/2 ct. per kop kan worden gehouden. Andere jaren was de prijs 's winters 4x/2 ct., 's zomers 4 ct. Wij vernamen nog niet of hiertoe definitief werd besloten. Wij zetten hierboven het woordje „Vreemd" met een en dat wel hierom Wie onze melkverkoopers kent, weet dat niet allen behooren tot het paganistisch volksdeel. Velen behooren tot het „christelijk" deel der natie. Mogen deze „christenen" met „paganisten" samenwer ken om hun inkomen te vermeerderen, terwijl kuipers, timmerlieden, kantoorbedienden etc dit niet mogen doen Zij worden of werden ras van hun „paganistische" vakgenooten gescheiden. En waarom deze kleine ondernemers nu niet Dat de christelijke arbeiders hieruit de les trekken, die er in opgesloten ligt. Zoodra arbeiders zich vereenigen om hun maatschap pelijke positie te verbeteren, trachten de leiders der christelijke partijen hun kracht te breken door het breekijzer der christelijke vakorganisatie. Niet uit eenig oogpunt van christelijk belang dient dit te geschieden. Slechts uit het oogpunt van kapitalistisch belang. Indien eenig christelijk belang daartoe dreef, zouden, zoo spoedig patroons- ot ondernemersorganisaties wer den opgericht, ook de christelijke patroons daaruit moeten worden gehaald en een „christelijke" patroons organisatie moeten vormen. Dit is echter nog nimmer gebeurd en gebeurt ook thans niet. „De Stem". - Zaterdagavond j.l. vierde de Zang- vereeniging „De Stem des Volks", onderafdeeling van de afd. onzer partij, haar eerste jaarfeest. Het was voor de talrijke aanwezigen een avond van genot. De zangvereeniging zelf bracht een negental liederen ten gehoore, die blijkens het applaus zeer in den smaak der aanwezigen vielen. De Muziekvereeniging „Voorwaarts" bracht als altijd niet het minst tot het slagen van den avond bij. Dr. van Leeuwen hield een speech over de beteeke- nis van vereenigingen als deze, voor de arbeiders en herdacht tevens in eenige gevoelvolle woorden onzen overleden partijgenoot Adema. De heer Sauvlet van Rotterdam, humorist en couplet-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1907 | | pagina 3