Ditjes en Datjes. Uit ons Vereenigingsleven. d.i. vóór het in-werking-treden der nieuwe tariefwetten in Duitschland, hun graan binnen te hebben, gelukte het den wegers met de Duitsche handelaren een contract at te sluiten, waatby deze laatsten zich verbonden hun graan niet met de elevators te ontvangen. De staking eindigde met een volkomen overwinning der stakers en vanaf dien tijd lagen de groote, dure machines werkloos, d.i. renteloos. Dat de heeren kapitalisten dit niet prettig vonden, is te begrijpen. Maar dat ze opnieuw een conflict zouden uitlokken, valt minder te begrijpen van menschen, die „in het belang der Rotterdamsche haven1' heeteft te weken. Twee Engelsche schepen, de „Lord Dufferin" en de „Lugano" weiden nu door de elevators gelost. Ziedaar de oorzaak der beroering. De heeren hebben de slappe periode voor het moment hunner operatiën gekozen, in de verwachting dan zoo veel te gemakkelijker te overwinnen. Maar de haven arbeiders zijn uitmuntend georganiseerdde samenwer king tusschen de algemeene en christelijke vereenigingen schijnt vertrouwbaar en indien de strijd ontbrandt, zal 't zeker hard tegen hard gaan. Aan den eenen kant de strijd om winst van het kapitaal in de machines vertegenwoordigd, aan den anderen kant de strijd om geheel het bestaan der graanwerkers. De verantwoordelijkheid voor zulk een strjjd, kome geheel op hen, die hem thans bij herhaling uitlokken. Uit den knoeiwinkel van het N.A.S. Ein delijk zich genoopt gevoelende, na door geestverwanten mede te zijn bestookt, gaf de heer Van Erkel de volgende verklaring over de verdwenen gelden der glasblazers, in het Volksdagblad „Toen ik kennis nam van het smerige epistel in De Vakbeweging, wist ik niet, dat er een congres had plaats gevonden van den „Ned. Glasblazers- bond." „Ik kon niet veronderstellen, dat het hoofdbestuur van genoemden Bond een dergelijke voorstelling van de zaak zou geven, welker verloop bij hen evenals bij de overige aangesloten organisaties bij het N. A. S. bekend was. „Daarom liet ik het antwoord over aan het hoofdbestuur van den Glasblazersbond, in de ver wachting, dat dit naar waarheid door hen zou wor den gegeven. Doch nu bleek uit het verslag van het congres in Het Volk, dat de zaak niet is meege deeld, zooals zij zich werkelijk heeft toegedragen. „Nu tracht men mij persoonlijk te beschuldigen de f 900 te hebben verduisterd „Zou men nu denken, dat ik mij persoonlijk hier tegen zou verdedigen? Dat doe ik beslist niet! De organisaties welke in 1905 waren aangesloten bij het N. A. S., weten, dat het geld niet is verduisterd of spoorloos verdwenen is, maar dat het geb'nikt is voor de arbeidersbeweging, waarvan mede oorzaak zijn geweest de organisaties, die zich af scheidden en het N. A. S. voor de gemaakte schulden lieten opdraaien:" Ook het Bestuur van het N. A. S. erkent schuld, wil het feit niet verdedigen, maar. vindt dat er toch niet van „knoeierijen" mag worden gesproken. Is dat te scherp voor de smerige daad, geld voor stakende arbei ders gegeven, die er groot gebrek aan hebben, aan dezen te onthouden? Zondag j 1. zou van Eikel zich in een vergadering van het hoofdbestuur v. d. Glasblazersbond te Delft komen rechtvaardigen, maar hij had later bericht ge zonden verhinderd te zijn. De vergadering werd nu tot later uitgesteld. Als zich dan maar geen nieuwe „ver hinderingen" voordoen. De schandaal-colportage der Volksbonderg. In de Schied. Cour. zijn een paar ingezonden stukjes verschenen van een „Hoogstraatbewmer", in welke het lawaai der contra-schandaalcolportage van de zijde van den R. K. Volksbond zeer behoorlijk onder handen ge nomen werd. Na de onnoemelijk-brutale zet van het Bestuur van den R. K. Volksbond om te gaan publiceeren, dat het een adres bij de Hoogstraatbewoners zal doen cirku- leeren. om aan den Gemeenteraad een verbodsbepaling van colportage te verzoeken, had menigeen toch wèl de verwachting gehad, dat de contra-schandaalcolpor tage zou worden gestaakt. Maar neen hoor. Verschenen Zaterdagavond was het weer precies hetzelfde tooneel'van een anarchistisch colporteurtje, omringd door een bende schreeuwende kwajongens, die schijnbaar geheel slechts handelende naar speciale opdracht, schreeuwden als magere varkens, wanneer het colporteurtje z'n mond opendeed, maar zwegen, wanneer de „Grijd tegen het papieren gevaar" werd uitgevent. 't Is in één woord een schandalige vertooning, die de Volksbonders prachtig karakteriseert. En 't blijkt zoo overduidelijk, dat de roomsche colporteurs ten eenen- male onbeivust zijn van wat ze doen. Je moet ze maar eens hooren! Ze kunnen niet eens de titels hunner ge schriften behoorlijk uitroepen. „D'r loopt 'r een en deze is nog lang de slechtste niet met stalen gezicht te schreeuwen over arnachisten enz. enz. Het Bestuur van den Volksbond moet z'n clowns toch eerst eens behoorlijk voor den dag leeren komen, eer het de lui den boer opstuurt. We houden in den regel er niet van, bij alles en nog wat de politie te halen. Maar we zouden, in de plaats van het anarchistische colporteurtje verkeerende, toch zeker eens probeeren, of we die parasieten, dat schreeuwerige goedje, niet met een aanklacht wegens hinderlijk-volgen ons van het lijf konden houden. Uit een christelijk gemoed. In de Zondags bode komt een ingezonden stukje voor uit Maassluis, waaruit blijkt welke liefde ook een orthodox protestant z'n naaste kan toedragen. Hier is 't Maassluis, 14 Maart 1907. Mijnheer de Redacteur Zou UEd. zoo vriendelijk willen zijn om op onder staande vragen een antwoord te geven? Zoo ja, dan zou ik Uwe hooggewaardeerde gedachten eens willen vernemen of Christenouders, die de Doopsbelofte afge legd hebben, hunne kinderen kunnen toevertrouwen aan onderwijzeressen, die zóóver gaan dat ze in hoogsteigen persoon colporteeren met Sociaal-democratische bladen, organen die van Christelijk stanpunt bezien niet anders dan verderfelijk en vergiftigend op den volksgeest kun nen inwerken? Dit is de eerste vraag en de tweede luidt: Mogen onderwijzeressen, met het oog op de Lager- onderwijswet, handel drijven, al zij het slechts door het venten van Sociaal-democratische couranten? Dankende voor de verleende plaatsruimte heb ik in middels de eer te zijn, Uw ijverige en getrouwe lezer X. We willen bij deze gelegenheid er op wijzen, dat we in ons blad van 23 Maart aan Ds. Dijkmans, die munt trachtte te slaan uit bovenbedoeld optreden van onder wijzeressen aan de openbare school, de vraag stelde: durft Ds. Djjkmans beweren, dat sociaal-demokratische onderwijzers aan kinderen het socialisme leeren? Nog steeds is geen antwoord daarop ontvangen. Dat moet den ijverigen en getrouwe lezer van De Zon dagsbode wel tot nadenken stemmen. Op de gestelde vraag antwoordt de Redactie van De Zondagsbode o.m.: Zeker is in art. 37 der Wet op het L. O. handel drijven verboden. Maar als nu bjj het bedoelde venten geen winst beoogd, maar de bladen verkocht wor den tegen den kostenden prijs, alleen met het doel om propaganda te maken, kan dan genoemd art. worden toegepast? Wat zal de christelijke X 'n wrevel hebben, dat er geen straf kan worden toegepast op menschen, die de brutaliteit begaan voor hun overtuiging te durven uit komen Breimachines. De Kamer van Arbeid voor de Bouwbedrijven te Schiedam heeft in hare vorige week gehouden vergadering besloten naar aanleiding van een bij haar ingekomen circulaire van de Kamer van Arbeid voor de Confectiebedrijven te Haarlem tot hen, die eenige gegevens bezitten omtrent de cylinder- of rondbreimachines het verzoek te richten deze aan den Secretaris der Kamer, (Warande 87 alhier), te wil len mededeelen; en aan hen, die genegen mochten zijn zich van een rondbreimachine te voorzien, den raad te geven, zich liefst persoonlijk en in elk geval scnriftelijk te wenden tot den Secretaris van genoemde Kamer te Haarlem (Langendijkstraat lOrood). Het Palingproces. Dinsdag 16 April had onze partijgenoot P. de Bruin zich voor de Rechtbank te Rotterdam te verantwoorden, terzake dat hij in De Moker de eer en goeden naam van den belastingdeur waarder Paling zou hebben aangerand. Het geïncrimi neerde artikeltje luidde als volgt: Kijkjes op het Bureau voor Arbeidersrecht. Onder de rubriek „belastingzaken" valt ook iets te zeggen over het optreden van den heer Paling deurwaarder alhier bij de directe belastingen. Wij hebben kennis gekregen van twee feiten, die alleszins het recht geven den belastingschuldi gen te waarschuwen tot voorzichtig-zijn, wanneer ze ooit met den heer Paling te maken krijgen. In een der hiervoor bedoelde gevallen h^- eft de betrokkene zich gewend tot de superieuren van genoemden ambtenaar, met het gevolg dat hij een behoorlijke reprimande gekregen heeft. We hebben geprobeerd over z'n optreden een uitspraak te krijgen van een hooger college, doch dit achtte zich tot oordeelen onbevoegd. We hopen echter, dat hij in het signaleeren van z'n handelingen aanleiding vinden zal, zich wat in te toornen. Zoo we verdere staaltjes van z'n te ver-gevoerden ijver te weten komen, zullen we niet verzuimen ze wereldkundig te maken. Dit niet als dreigement, maar als welgemeende raadgeving. Beklaagde betoogde niet in te zien den klager be- leedigd te hebben. Waar hij van meening was dat de deurwaarder z'n boekje te buiten was gegaan, had hij slechts den ambtenaar tegen den ambtenaar willen beschermen. De deurwaarder had, toen hij bij 'n belastingschuldige beslag had willen leggen, maar niet in huis werd toe gelaten omdat de belastingschuldige naar de fabriek moest, zich naar het politie-bureau begeven om gerech- terlijk de deur te doen openen, maar toen de werkman uit zijn woning kwam en op z'n fiets wilde stappen, werd hij door de getuigen des deurwaarders, die ver klaarden te handelen op diens bevel, genoodzaakt terug te keeren. De Bruin betoogde, dat z.i. alzoo een onrechtmatige daad had plaats gehad, welke vervolgd had kunnen worden, terwijl deze meening hem later door een rechts geleerde werd bevestigd. Na het getuigen-verhoor, waarbij enkel bleek, dat de reprimande, voorwaardelijk toegezegd door den ontvan ger, niet had plaats gehad, nam de Officier van Justitie z'n requfsitor, achtte het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen en eischte f 25.—boete of 5 dagen hechtenis. Bij de verdediging verklaarde de Bruin steeds ver wonderd te zijn geweest, dat op dit vrij onnoozele stukje een aanklacht was ingediend. Hij had bij de samen stelling ervan zelfs niet eraan gedacht, den deurwaar der Paling te beleedigen. Daarvoor had hij geen enkele reden; hij kende den man niet eens. Maar bij de vele belastingzaken door het Bureau voor Arbeidersrecht behandeld, waren verschillende malen klachten aangebracht over de wijze, waarop de deurwaarder optrad. Uit deze tezamen had hij den in druk gekregen, dat de ambtenaar niet steeds even tactvol optrad. En naast het opvolgen van z'n instructies be hoort de ambtenaar ook daarin niet tekort te schieten vooral de belasting-ambtenaar, die in den regel bij het publiek toch weinig sympathie heeft, moet zorgen, dat z'n optreden niet onnoodig prikkelt. Dat trouwens de heer Paling zelf geheel tevreden was over z'n optreden in het betrokken geval, neemt spr. niet aan, daar P. des anderen daags aan de vrouw van den vervolgde z'n leedwezen kwam betuigen. Beklaagde bedoelde dan ook slechts den deurwaarder tot grootere voorzichtigheid aan te sporen; zelfs bij ernstig nadenken kan hij niet inz:en hem beleedigd te hebben de beschuldiging tot opzettelijke beleediging wijst hij zoo beslist mogelijk af. De uitspraak volgt over 8 dagen. Coöperatief ziekenfonds. Na een rede van F. Mol in een vergadering, Dinsdag j.l. in Het Volkshuis gehouden, werd besloten tot de oprichting van een coöpera tief ziekenfonds over te gaan. Een voorloopig bestuur werd gekozen, dat de propaganda zal voeren en verder de organisatie zal voorbereiden. Het voorloopig bestuur werd samengesteld uit de heeren P. de Ruiter, voorzitter, J. J. Gabel Jr., secre taris, en E. Dijkhoffz, penningmeester. Bloempjes «it den Raad. Een enkel slechts In de zitting van j.l. probeerde de voorzitter zoo maar even in de verordening op de straatpolitie een bepaling op te doen nemen, waarbij het verboden wordt couranten of andere gedrukte stukken aan te bieden. Het voor stel was 's morgens pas ter visie gelegd. Dank zij de h.h. de Groot en van der Schalk straalde het mooie plannetje van den burgemeester. Het voorstel komt nu in de volgende vergadering in behandeling. Er is nu thans gelegenheid dit onverwachte presentje nog eens goed te bezien. Eu daaraan hopen we mee te doen. Gemeente-werklieden. De afdeeling Schie dam van den Bond voor Nederlandsche gemeente-werk lieden hield op Donderdag 14 dezer een openbare ver gadering in „Het Volkshuis", waarin P. Schoonderwoerd sprak over „Landelijke Organisatie". De vergadering was niet bijzonder druk bezocht. De plaatselijke vereeniging „Algemeen Belang" was uitge- noodigd voor debat te zorgen, doch had het van veel meer algemeen belang gevonden, aan die uitnoodiging geen gevolg te geven. Natuurlijk niet omdat ze omtrent de deugdelijkheid van hun standpunteenigszins ongerust zouden zijn Typografen. In het jongste no. van het Grafisch Weekblad komt het volgend schrijven uit Schiedam voor Kalm is 't hier in de typografenwereldbladstil. En rustig drijft der typo's levensbootje op den zilten vloed, door geen golfje van ontevredenheids-gedachte gestuwd, zóó, dat de inzittenden ongerust zouden worden. Ze .wiegen zich in volle gerustheid onbekommerd domm'len ze in, in gelatene tevredenheid. Waarom zonen ze ook niet? Wat deert 't hun, dat de arbeidsvoorwaarden, waaronder ze werken, nog in zoo menig opzicht te wenschen overlaten Wat deert 't hun bijv., dat de loonen nog zóó onvoldoende zijn, dat in de allereerste voorwaarden van hun levensonder hond niet kan worden voorzien Hebben ze niet het onschatbare voorrecht, in de

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1907 | | pagina 2