No. 17.
ZATERDAG 22 Juni 1907.
7e Jaargang.
ORGAAN der Afd. Schiedam en Vlaardingen der Sociaal demokratische Arbeiderspartij,
Stokken Yoor 't eerstvolgend nimmer moeten uiterlijk Woensdag a. s. 's middags 12 unr in het bezit der Redactie zijn.
AfdeeÜDgsnieuws.
De aanstaande Gemeenteraads
verkiezingen.
ABONNEMENTSPRIJS:
25 cent per kwartaal
franco per post 30 cent j hlJ ^uitbetaling.
Losse nummers 2 cent.
Bureau van Redaktie en Administratie
Gebouw „COUSTANTIA", Hoogstraat.
Spreekuur voor de Redactie:
's Woensdagsavonds van 77,—81/, uur.
ADYERTENTIEN:
3 cent per regel.
Bij abonnement belangrijke korting.
Zondag 16 Juni hield de Afdeeling Schiedam een
huishoudelijke vergadering in „Constantia."
De opkomst was goed.
De notulen der vorige vergadering werden onveranderd
goedgekeurd. Bij de mededeelingen bleek dat sinds
de vorige vergadering 5 nieuwe leden zich hadden
aangemeld.
Uit het 3 maandelijksch overzicht van De Moker bleek
weer dat ons blad zich zelf kan bedruipen, hoewel de
sleunpenning in ieders gunst wordt aanbevolen.
Met alg. stemmen werd een lid geroyeerd inzake z'n
houding ten opzichte van de Statenverkiezingen. De
details zijn te over bekend om die nog eens te ver
melden.
Over de Gemeenteraadsverkiezingen werd nogal druk
gediscussieerd. Besloten werd in district I, II en III
met één candidaat, onzen partijgenoot P. de Bruin uit
te komen.
De voorzitter der Prop. Club deed nog een beroep
op de leden der Aldeeling om krachtig mee te werken
bij de a.s. verkiezingen. Onze voorzitter sloot zich
daarbij aan en met een opwekkend woord werd deze
vergadering gesloten.
M. J. van Dijk,
Secr.
Verkrijgbaar bij den Secr. en in „Constantia," Nieuwste
brochures
Socia.al-Democratische Gemeente-Politiek, prijs 10 cent.
Oificiëel Congres-Verslag 1907, prijs 25 cent.
Verschillende andere brochures nog voorhanden.
De verkiezingen voor de Provinciale Staten hebben
het praktische resultaat van versterking der clericale
bondgenooten opgeleverd en het zedelijke resultaat van
veroordeeling der liberale scharrelpolitiek. Beide resul
taten zijn in gelijke mate belangrijk.
Het praktische resultaat. De clericale bondgenooten
hebben het bewijs geleverd, dat zij zoowel door hun
leuzen als door hun organisatie meer dan ooit in staat
zijn, een meerderheid der kiezers op hun candidaten te
laten stemmen. Hun leuzen, hoe valsch en bedriegelijk
en leugenachtig ze ook mogen zijn,ze hebben de
verdienste van duidelijk en pakkend te wezen. En al
ontbreekt zelfs iedere schijn van waarheid eraan, ze
zijn in ieder geval positie! men heeft er houvast
aan ze beteekenen iets, ze zjjn op zich zelf iets en
leven niet door ontkenning van daartegenoverstaande
leuzen alleen
Bovendien, de clericale partijen hebben het bewijs
geleverd, dat een meerderheid der kiezers gevoelig is
voor hun anti-socialisme. Op zeldzaam handige manier
hebben de politieke Christenen van den groeienden
invloed der sociaal-democratie gebruik gemaakt, om
hun eigen macht te versterken. Zij hebben de leuze
uitgevonden „Mark tegen Christus" ot „Socialisme tegen
Christendom." Z\j hebben de door en door leugenachtige
stelling onder hun aanhangers ingang doen vinden, dat
de sociaal-democratie in strijd is met Gods woord, het
christendom bedreigt ei van duivelschen oorsprong is.
Daardoor hebben zij bovendien ook politieken invloed
gekregen op dat deel der kiezers, dat in den grond
der zaak van bun politiek christendom niets wil weten
maar hun socialistenbestrjjding bewondert.
Zoo is het praktische resultaat dezer verkiezingen
voor de provinciale staten een versterking van den band
tusschen de clericale overwinnaars van allerlei kleur
en een versterking van de reactie tegen de vrijmakings
beweging der arbeidersklasse. De clericalen doen op
hun manier ook wel aan arbeidersbeweging en arbeiders-
politiek. Maar zoowel Patrimonium „als de Roomsch-
Katholieke Volksbond leveren bij iedere voorkomende
gelegenheid het bewijs, dat de staatkundige coalitie
meer voor hen beteekeut dan de strijd voor de vrijmaking
der arbeidersklasseal hun arbeiderseischen offeren zjj
geregeld op aan de eischen van het clericale verbond.
Het zedelijkresultaat. De vrijzinnige bondge
nooten hebben op onbarmhartige wijze den stryd ver
loren. Ze waren zoo fier en zelfbewust en ze rekenden
zoo vast op de overwinuing. Nu moeten ze wel erkennen,
dat hun anticlericale leus geen vat heeft op de kiezers,
dat men genoeg heeft van de beginsellooze liberale
scharrel-politiek. De liberale vrijheidsleus had vóór het
begin der 19e eeuw en tot op zekere hoogte nog tot
1848 recht van bestaan. Maar nu heeft ze dat niet
meer. Een werkelijke aanval op de vrijheden, door het
liberalisme gebracht, is niet meer mogelijk Het minis
terie Kuyper heeft het wel even beproefd maar onver
biddelijk werd het daarom in 1905 naar huis gestuurd.
_Een andere leus dan deze verouderde vrijheidsleus
bezitten de vrijzinnigen niet. Ze moeten het daarom
doen met de negatieve lens van anticlericalisme alleen.
Ook te Schiedam hebben de vrijzinnigen dat bewezen
door in den verkiezingstijd met in 't geheel niets anders
voor den dag te komen dan met een door en door
auticlericale rede van Dr. van Raalte, een clericalen-
vreter, van het meest onvervalschte kannibalistische
soort, die in zijn niet-anticlericale oogenblikken ook nog
vrij zinnig-democraat is.
De anti-clericale polities zonder meer is zedelijk
veroordeeld door den uitslag der afgeloopen staten
verkiezingen. Van ontkenning, van negatie alleen kan
op den duur geen enkele partij en geen enkel partij-
verbond bestaan.
Wat moeten de vrijzinnigen dan? Het is natuurlijk
mogelijk dat zjj in hnn anticlericalisme alleen en daarmee
in hun volledige beginselloosheid zullen volharden. Maar
het is toch ook zeer goed mogelijk, dat de vrijzinnig
democraten en de oud-liberalen beiden door deze ver
kiezingen tot het inzicht zijn gekomen van het doellooze
en averechtsche hunner taktiek. En in dat geval kan
het niet anders of de oud-liberalen zullen hun conser
vatieve, anti-democratische en anti-socialistische vlaggen
weer omhoog halen. En de vrijzinnig-democraten zullen
dan weer als 6 jaar geleden stelling nemen tegenover
het conservatieve antidemocratisme der oud-liberalen en
de positieve leus eener democratische wetgeving weer
laten klinken. De Unie-libéralen zullen zich dan natuurlijk
bjj een van beiden moeten aansluiten.
Het zal vanzelf een groote zedelijke moed kosten om
dit te doen. Want de vrijzinnigen geven daarmee voor
goed de kans op, een „vrijzinnige" meerderheid in het
landsbestuur te krijgen. En waar het liberalisme een
groot verleden heelt, is het buitengewoon moeielgk, dat
zelf voor gesloten te verklaren en te erkennen dat er
een nieuwe periode met nieuwe leuzen en een nieuwe
tactiek moet worden begonnen. Maar waar de „vrij
zinnigen" op hun vingers toch wel kunnen narekenen,
dat ze nooit meer regeeringspartij zullen worden, omdat
ze ter eene zijde door de clericalen en ter andere zijde
door de sociaal-democraten worden weggedrongen, daar
zal toch deze zedelijke overwinning van de vrijzinnige
groepen op zichzelf geen onmogelijkheid hoeven te zijn.
Dan zonden ook de nu vereenigde vrijzinnigen weer
op een zedelijk zuiveren grondslag komen te staan
dan kunnen de leuzen van vooruitgang van de vrijzin
nig-democraten en van stilstand of achteruitgang van
de oud-liberalen weer onbelemmerd worden geuit. Dan
zal het zedelijk resultaat dezer verkiezingen niet blijven
rusten bij een veroordeeling van de vrijzinnige schar
relpolitiek, maar zich uitstrekken tot de zedelijke ver
heffing van het politieke liberalisme van verschillende
schakeering en verschillend doel.
Dat de sociaal-democraten ook bij deze verkiezingen
weer in ieder opzicht zich om niets hebben bekommerd
dan om den dienst van den vooruitgang en van de
politieke oprechtheid en zedelijkheid, zonder te vragen
naar meer of minder succes, dit is ook te Schiedam
weer bewezen. Daar komen wij evenwel een andere
maal in een ander verband nader op terug. Ondanks
het gesmaal vooral van vrijzinnig-democratische zijde
over het zoogenaamd onpraktische werken der sociaal
democraten en over de onvatbaarheid van de sociaal
democraten voor de praktische eischen van het oogen-
blik, zijn het nu weer de sociaal-democraten gebleken
te zijn, die het helderst inzicht in de ontwikkeling der
politieke partijen hebben gehad en die door het onbe
vlekt hoog houden van hun beginselen zedelijk het
sterkst hebben gestaan en daardoor hun land een dienst
hebben bewezen.
Maar daar zullen wij thans niet langer stil bjj staan.
Van meer direct belang is op dit oogenblik de vraag:
hoe de afloop der Statenverkiezingen nu terug zal wer
ken op de Raadsverkiezingen.
Of men wil of niet, maar niemand kan zich onttrek
ken aan den invloed van deze Statenverkiezingen. Voor
de stad Schiedam blijft natuurlijk evengoed als voor
iedere gemeente in Nederland het feit van beteekenis,
dat het clericalisme won en het liberalisme verloor.
Zich losmaken van den indruk der meer dan gewel
dige veroordeeling van een beginsellooze en karakter-
looze yrjjzinnige scharrelpolitiek kan men zich natuurlijk
ook hier niet. Maar wanneer men de cjjfers nauwkeurig
bestudeert zooals die in de 3 Schiedamsche kiesdistric
ten waren, dan komt men tot de ontdekking, dat te
Schiedam zelf een besliste clericale meerderheid niet
bestaat. Een liberale evenmin. Maar een clericale ook
niet. Dit waren de cijfers
District I. Liberalen 361 en 298. Cler. 539 en 537.
Soc.-Dem. 112 en 93.
II. Liberalen 520 en 393. Cler. 627 en 596.
Soc.-Dem. 171 en 156.
III. Liberalen 436 en 369. Cler. 577 en 561.
Soc.-Dem. 178 en 170.
Nu waren in I ingeleverd 989 geldige biljetten, in
II 1266 en in III 1193, de volstrekte meerderheid was
dus geweest 495 in I, 634 in II en 597 in III. Was
deze verkiezing een Gemeenteraadsverkiezing geweest,
dan zouden de clericalen alleen in district I verkozen
zijn geworden en zou er een herstemming hebben moe
ten geschieden in de districten II en III tusschen de
liberalen en clericalen. Nu zijn de kiezersaantallen voor
de Provinciale Staten en voor den Gemeenteraad wel
niet dezelfde, maar de verhoudingen tusschen de partijen
in de verschillende districten zijn ook in deze cijfers
toch goed terng te vinden, zooals trouwens ook uit de
laatste raadsverkiezingen blijkt.
Voor Schiedam wordt dus de clericale overwinning
tot een bedenkelijk kleintje teruggebracht. De veroor
deeling van de vrijzinnige scharrelpolitiek en de afhan
kelijkheid van de liberalen van de sociaal-democraten
gelden ook voor Schiedam.
En nu de praktijk van het geval.
De clericalen kunnen alleen rekenen op District I.
In de beide andere districten beslissen hun tegenstanders
wat er gebeuren zal; of liever de sociaal-democraten
beslissen dat, omdat de liberalen alléén niets kunnen en
een meegaan met een niets dan anti-clericaal beginsel
loos liberalisme voor de sociaal-democraten eenvoudig
onmogelijk is.
Nu zijn de sociaal-democraten minstens even anti-
clericaal als de liberalen. Het absoluut zedelooze en
leugenachtige der clericale coalitie, het weerzinwekkende
farizeïsme der politieke christenen, het geweldlievende,
ijdele en zelfverheffende van het politieke christendom,
de reactielust en de afkeer van iederen vooruitgang
bij de „christelijke" politiek zijn eenige van de redenen,
waarom de sociaal-democraten anti-clericaal zijn. Mee
gaan met een partij, dl0 alle zedelijkheid en iederen
vooruitgang met voeten treedt, kunnen de sociaal
democraten natuurlijk niet.
Maar daarin ligt nog niet opgesloten, dat zij met de
„vrijzinnigen" willen meedoen door dik en dun. Juist
nu, nu de clericalen langzamerhand teruggedrongen
worden en eerst III, daarna II verloren en weldra ook
in I in de minderheid zullen zijn, juist nu is het
van het grootste belang, dat de „vrijzinnigen" voor een
positief levensbeginsel zorgen en hnn positieve politieke
leuzen frank en vrij v°°r den dag brengen. Op dit
DE MOKER