V erkiezings vreugde. Vlaardingsche Uzerkoekjes tot loutering van de „fatsoenlijke" burgerjj, welke zich hier zoo licht ontstemd toonen kan, ontleenen we het volgende vergadering-verslag aan Het lolk, met een bescheiden herinnering aan het bekende spreekwoord van den splinter en den balk 't Stuk speelt te Amsterdam. Staalman spreekt. Het stond met reuzenletters op kleurige aanplakbiljetten, het werd door strooi- papieitjes den volke kond gedaan: Staalman spreekt Woensdagavond in „Tut Heil des Volks", gaat hem hooren! A^n die roepstem had in de eerste plaats gevolg gegeven een aanmerkelijk deel der Rijksverze keringsbank, door Staalman met een genadig lachje begroet. Met daverend applaus ontvangen, kwam plechtstatig de heer Kreuzen de zaal binnen en nam plaaté iu de onmiddellijke nabijheid van den heer Brants die op de jongste Staalman vergadering in hetzelfde lokaal door den spreker werd aangeduid als: „de bediende des heeren Kreszen." Nog vóór de heer Jan Janze de vergadering had geopend, staat de heer Brants op, vragende„Voorzitter is er debat?" De voorzitter: Dat zal u straks worden mee gedeeld. Brants: Als er geen debat is, blijven we niet. V o o r z.Het zal straks worden meegedeeld. De heer Janze opent nu met een kort woord en het uitspreken van een gebed, de vergadering en geeft onmiddellijk het woord aan Staalooan. Brants; Is er geen debat V o o r z.Zal u moeten afwachten, ik heb de leiding en niet u. Dat gaat nietroept nu Brants en anderen beamen dat dit niet eerlijk is. Als ge u niet kalm houdt, laat ik u de zaal uitzetten, de politie is aanwezig. Stemmen: Dat kan niet, we hebben betaald. Lawaai. Hoera Brants blijft protesteeren, zoodat de voorzitter gelast, politie te halen om hem te verwijderen. Een gehelmd orde-bewaarder verschijnt, wien de voorzitter Brants aanwijst als de orde-verstoorder. Groot rumoer volgt en gebulk: „Nietwaar,hij doet niks!" De aanwezigen loopen te hoop, er wordt geschreeuwd, geprotesteerd, de voorzitter en de politie-agent vormen het middelpunt der samenrottende christelijk-demokra tische en christelijk koaliseerende menigte. Boven de menschenkluwe steekt hoog uit de breede figuur van den heer Krenzen, die zijn best doet, den politie-agent gunstig te stemmen voor de koalitie-christenen. Eindelijk wordt het tusschen den president en de koalitie-broeders op een akkoordje gegooid, Brants mag voor ditmaal blijven. De politie-man stelt zich voor de bestuurstafel, de voorzitter Janze graait zich in de baard en verkondt met groot gewicht„Wie zich nu nog eenmaal vanavond tegen mijn leiding verzet, gaat onverbiddelijk de zaal uit De politie-agent knikt: Ja, ja! Daarmee was dit openings-incident gesloten en maakte Staalman onmiddellijk van het lawaai gebruik om de koalitie-kristenen onder handen te nemen. Toen hij er op wees dat de kracht van het konservatisme Dinsdag in Zuid-Holland was gebleken, werd sterk geapplaudi seerd. Gij stemt uwe konservatieve gezindheid dus toe! aldus spreker. Weer applaus. Gril zilt dus trotsch op uw konservatisme, wat niet fraai is, want dan zjjt gij geen Kuyperianen. Immers dr. Kuyper heeft gezegd, dat de toekomst is aan de demokratie! (Algemeen gelach.) Spr. verzekert herhaaldelijk, dat zijne partijgangers en hij blijven: christelijke demokraten geheel volgens de lijnen, door dr. Kuyper aangegeven en dat er voor konservatieven en voor revolutionaire demokraten bjj de zijnen geen plaats is. Spr. is in zjjn leven voor teleur stellingen geplaatst, doch voor de demokratie heeft hjj altijd pal gestaan. En als de heeren van de koalitie het hem lastig maken, dan zij hun gezegd, dat hij nog zijn volle strijdlust heeft overgehouden. Als men nu meent dat de christen-demokraten niet meer tot de christelijken behooren, dan dient mede deeling het feit, dat nauwelijks een week geleden dr. Kuyper met hem, Staalman, onderhandelde over weder- zijdschen steun bij de Staten-verkiezingen. Als de christen-demokraten toen de schrale toezeg gingen der koalitie hadden aanvaard, zouden ze door de kerkelijke koalitie zijn geprezen als goede christelijke s rjjdmakkers. Talma was bereid zijn Staten-kandidatuur in Den Haag af te staan aan een christen-demokraat, door Staalman's partij aan te wijzen, waarvoor een letter zetter werd aangewezen. De christeljjk-historischen wilden aan de christen- demokraten afstaan een distrikt in Amsterdam, wat z\j zelve nog niet hebben en ook niet krijgen zullen waar schijnlijk. Later wilde dr Kuyper in Amsterdam II Diepenhorst van een kandidatuur ten voordeele van een christen- demokraat laten afzien, doch de anti-revolutionairen uit Amsterdam II wilden dat toen niet. En de katholieken wenschten zelfs geen Staten-kandidatuur in den Helder in te trekken, waarop zjj absoluut geen kans hebben. Ook de laat«te 14 dagen heeft dus Kuyper, die den christen-demokraten wèl invloed wilde geven, moeten bukken voor het konservatisme der christelijk-histori- schen en Roomsch-katholieken. Om de heeren der koalitie nu te noodzaken op den duur den christen-demokraten wel invloed toe te kennen, is geadviseerd, dat de christen-demokraten links zouden stemmen. oortgaande bespreekt hij tei loops het verraad van den christen-demokraat Van Munster, waarvan de chris telijke koalitie een schunnig gebruik heeft gemaakt, zelfs dr. Kuyper. Komende op de beteekenis der Staten-verkiezing voor distrikt VIII noemt spr. het een verregaande brutaal heid der koalitie, om in dit arbeidersdistrikt aan te komen met. een kandidaat als Fabius, d e verpersoon lijking van het konservatisme. De konservatieven van daar straks applaudisseeren nu niet! Geroep: Wilt gij het hooren(Het applaus der jongeheeren wordt nu geweldig ingezet.) Spr.: Ja, ze applaudisseeren, doch één troost hebben we, dat het niet zjjn arbeiders, doch jongelieden, die den strijd om het bestaan nog niet kennen. Geroep: Juist! Spr. noemt het schande, dat iemand als Fabius aan de arbeiders van VIII wordt voorgesteld. De christelijke arbeiders uit VIII moeten daarop het antwoord geven door te kiezen tégen het konservatisme, vóór de demokratie. (Applaus.) Voor het debat W6rd een uur toegestaan. Daarvoor gaven zich op Kreuzen, Nauta, Brants, Van Munster en Salentijn. Toen Van Munster zich opgaf, werd ge roepen: „Tweehonderd gulden!" Staalman merkt op, dat hij ook voor het debat be tamelijkheid vereischt en hij het beneden zijne waardigheid acht van gedachten te wisselen met de heeren Kreuzen en Van Munster. Kreuzen: Nu kom je in het ware licht. Het lawaai begint weer, Nauta doet een beroep op den ernst der aanwezige koalitie-christenen, de hoofdbestuurder der Chr.-Demo- kratische Partij Hartendorf komt er tegen op dat aan een verrader het woord zou worden verleend. Van Munster: Ik wil vjjf minuten het woord om den aanval op mjj te weerspreken, ik wil geen debat. Onder vreeseljjk rumoer geeft Jan Janze het woord aan Nauta. Kreuzen schreeuwtOngehoord, er is iemandvan verraad beschuldigd, die moet zich verdedigen. Nauta tracht de aanwezigen te kalmeeren. Kreuzen zwaait met armen en beenen, roept„Staal man heeft Van Munster van verraad'beschuldigd, hij is zelf een verrader, wie weet voor hoeveel geld!" Eindelijk spreekt Nauta door, die Staalman verwijt, niet alleen bij de christelijke partijen, doch ook bij de vrijzinnige partijen te zijn geweest om zijn partij invloed te bezorgen. Borgesius moet gezegd hebben: „Daar kon niets van komen", en Marchant zei: „Dien je schriftelijke voor stellen maar in." (Geroep: bravo, bravo!) In Scheveningen en Den Haag hadden de christen- demokraten reeds tot steun aan rechts besloten voor hun partij tot het tegendeel besloot. En heeft toen niet „Het Vaderland" aan Staalman getelegrafeerdjouw mannetjes doen tegen jouw advies? (Uitbundig rumoer. Geroep: 300 gulden!) Bjj de repliek van Staalman was het weer vroolijk. Toen een nog niet geheel droog jongmensch Staalman herhaaldelijk interrumpeerde, zei spr.: „Jongeheer, wil jij je mond houden en je hoed afzetten!" Het jongmensch gaf geen kamp, tot uit het publiek geroepen werd: Zuigeling, ga naar bed! (Algemeen gelach.) Bij het voortgaan van Staalman roept een ventje Nou wordt-ie vroom Staalman daagt daarop het ventje uit, op het podium te komen. Onder veel lawaai trachten vele aanwezigen den schreeuwlelijk daartoe te bewegen. Toen hij daartoe niet geneigd bleek, konstateerde Staalman, dat die schreeuwer een lafaard was. Veel lawaai maakte ook het oud-Statenlid Outersterp, oud-keurmeester aan het abattoir, die voor ettelijke jaren in een verkiezingsspeech den kiezers wou leer en hoe zjj worst moesten maken. Voorzitter Jan Janze waarschuwt hemanders ging-ie er uit, want de politie-agent was er nog. Brants, „knechtje van Kreuzen", verwijt Staalman op z'n drukkerij tot 3 uur 's nachts kinderen te laten werken. Een leugen! zegt Staalman. Brants maakt lawaai, de politie-agent wordt weer geroepen. Brants wordt onder een vreeselijk kabaal der anti's verwijderd, die schreeuwen: „Oranje boven" en: „dat is nou die mooie Staalman!" Een bestuurslid bestijgt het schreeuwtdat zijn nu dezelfde kerk zingen: 'k Zal met mijn gansche hart o Heer, U dank bewijzen; Op hoogen toon, Uw goedheid prijzen. spreekgestoelte menschen die in en de Ofschoon Nauta herhaaldelijk poogde zijne anti-revo lutionaire geestverwanten tot een fatsoenlijk optreden te bewegen, mocht hem dit slechts voor een serin? deel gelukken. Op herhaald verzoek van den voorzitter en terwijl een deel der anti's de trappen afstommelden, bleef een ander deel bij het met gebed sluiten der verg dering waar Staalman sprakgaat hem hooren! Volgens de Nieuwe een alleszins betrouwbaar blad gingen de vorige week uit de voor haar redaktie- bureau opeengedrongen schare juichkreten op, bij bij bekend worden van den uitslag der staten verkiezingen en liet een geestdriftig toeschouwer zich zelfs „leve de zwartenontvallen. Nu, we kunnen 't best hebben, dat de katholieken opgetogen waren. Dat is ieder op z'n beurt wel 'ns de onze komt ook wel. Natuurlijk hadden de „getrouwen" iets verdiend trouwens, de verkiezingsfuiven zijn de wereld nog niet uit. En vooral bij de kerkdijken blijven ze in grooten eere Volgens de Nieuwe werd omstreeks half tien nog de heer Hoogerbrugge met tweespan van Overschie gehaald en ten huize van den heer Nolet geleid. Weldra schaarde zich daar om de verlichte veranda in diens tuin niet alleen leiders, propagandisten en aanzienlijken, maar ook meerderen in werkmauskleeding, die aan het verkiezingswerk beduidend aandeel hadden genomen of er levendige belangstelling in hadden betoond En dai geeft de Nieuwe een verhaal hoe mr. Von Briel Sasse dank bracht aan den Heer, wien in hoogste instantie (volgens onze bescheiden meening toch eerst na de verkiezings-leugens over „dure tabak" en „hooge belasting!") den goeden uitslag te danken was. En ook hoe de heer Job Schelle vis, leider (wie lacht daar?) der christeljjk-historischen, uit de volheid des harten dank bracht aan den Heere God, Wiens opperste leiding ook weer bij dit moeilijk verkiezings werk bleekWat dus beteekent dat de opperste leiding van God door den heer Schellevis afhankelijk werd gemaakt var; de 18 stemmen, welke de heer Nolet gekozen deden zijn. Als'dat een „paganist" eens durfde zeggen!... Opgetogen, vertelt de Nieuwe verder, wekte hij de feestgenooten op, het „Wilhelmus" te zingen, gevolgd door het „Wien Neerlands bloed...." Onder al die bedrijven werd er een aardig slokje gedronken. De gasten zeiën later, dat er blijkbaar wel op gerekend was want 't was er zoo royaal. En booze tongen zeggen dat sommigen niet zoo vast op d'r beenen meer stonden bij 't vertrek als bij 't ko men Och, wat 'n lasterHet puikje der rechtzinnigheid.... Niet alleen aanzienlijken waren 't, die van dat alles genoten, maar ook meerderen in werkmanskleeding. We hoorden ook wel zoo iets. En zelfs méér als de Nieuwe vertelt. „Men" vertelt dat de heeren Paus-i en Schoppens mede ter feest getogen waren, om van hun oprechte belangstelling te doen blijken. Om fatsoenlijk voor den dag te kunnen komen, had den beide heeren hun in den stryd verhitte gemoederen „afgekoeld" met een behoorlijk aantal wippertjes; zóó respektabel wel, dat ze, ofschoon voor geen klein ge ruchtje vervaard, toch onder den zichtbaren invloed der bekoeling waren. Ze merkten dat zeivers ook, naar 't schijnt, want schoon van de beste voornemens tot schoone toasten wellicht vervuld, zonk, op 't kritieke moment, hun de moed in de schoenen. Maar Paus-i stapte toch ten slotte naar 't doelwit, om het alle goede bedoelingen ten spijt, niet verder te brengen dan het geachte gezelschap bij herhaling te verzekeren dat hij maar een nederige werrekman was.... Schoppens had zich bij voorbaat maar tusschen enkele boompjes weggestopt Blijkbaar was-i benauwd voor de reis. Zeg 'reis, Nieuwe, weet jij soms, wie 't riep„leve de zwartenEn ook waarom 't geroepen werd Daar gaat de anti-these. Naar wij uit goede bron vernamen zouden de besturen der kerkelijke kies verenigingen hunnen leden voorstellen tegenover de af tredende conservatief-liberale raadsleden J. v. Dussel- dorp A. M.z. en L. v. Gelderen geen eigen candidaten te stellen. Met andere woordende partijen „die ook op politiek terrein rekening gehouden willen hebben met den levenden God," zullen thans gaarne mede werken aan de herkiezing van twee aftredenden, die volgens hen daarmede „niet gerekend willen hebben Welk een treurig gekonkel. Nog voor eenige dagen daverden de luchten van de strijdkreten der liberalisten en clericalisten en thams zullen de heeren hand aan hand ter stembus spoeden, omde candidaten van den arbeid te weren I

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1907 | | pagina 3