I No. 6 ZATERDAG 11 April 1908. 8e Jaargang. ORGAAN der Afd. Schiedam en Vlaardingen der Sociaal demokratische Arbeiderspartij. Stukken ïoor 't eerstvolgend nummer moeten uiterlijk Woensdag a. s. 's middags 12 uur in het bezit der Redactie zijn. De Moker Afdeelingsnieuws. Eenige kantteekeningen op de rede van pater Knippenburg. Waar de arbeiders vooral op moeten letten bij het Arbeidscontract. ABONNEMENTSPRIJS: Losse nummers 2 cent. Bureau van Redaktle Bebouw „CONSTANTIA", Hoogstraat. Bureau van Administratie Rhoonschestraat 7boven A D V E RTENTIEN: 3 cent per regel. Bjj abonnement belangrijke korting. is eiken Zaterdag verkrijgbaar Te Schiedam: Nienwsticht N. Z. 32. Groote Markt 3. Zalmstraat 22. „Constantia", Hoogstraat. Te Vlaardingen: Markgraatstraat 20. Aan bovengenoemde adressen worden ook abonne menten aangenomen. De abonné's worden verzocht bij adresverandering daarvan kennis te geven aan de Administratie. i I Colportage. De colportage''te Vlaardingen en Maassluis is weder ter hand genomen. Wie echter verzekerd wil zjjn ge regeld „De Moker" te ontvangen, geve zich aan de administratie of de colporteurs op als abonnée. De prijs is 25 cents per 3 maandeD of 30 cent fraco per post. S. D. A. P. afd. Vlaardingen. Wij vestigen de aandacht van onze leden op achterstaande adver tentie Huishoudelijke Vergadering. Met het oog op de belangrijkheid van deze vergadering, ook wat betreft de behandeling van den beschrijvingsbrief, verzoeken wij trouwe opkomst en tijdige aanwezigheid.' Het Bestuur. In de rede van dezen pater (zie verslag Nieuwe Schiedamsche van 30 Maart) vinden we tegen de soc.- demokratie ingebracht het beweren, als zou het socialisme brengen een onduldbare staats-almacht. Hiermede be wijst deze pater dat hij het socialisme niet begrijpt, wij juist zijn tegenstanders der staats-almacht en overal verkondigen wjj het, dat we niet zjjn z.g. staatssocialisteu. Reeds in 1861, 22 October wees Liebkrecht er op in eene redevoering gehouden te Crematzau in Saksen, dat het de vakvereenigingen zjjn der arbeiders die den socialistischen toekomststaat voorbereiden, dat deze de elementen zjjn, waarmede eene nieuwe samenleving zal worden opgebouwd en dat de geschiedschrijvers der toekomst, nagaande den ontwikkelingsgang der maat schappij in het tijdperk, waarin we nu leven, het oprichten van iedere vakvereeniging, mits goed georganiseerd, in dezen zin als een hoogst gewichtig feit zal beschouwen. In de Kamerredevoering van Troelstra op 13 Nov. 1.1. betoogde deze, dat het algemeen kiesrecht nu dubbel noodig is, nu de regeering door de ziekte-verzekering en de onderdoms-verzekering beslag gaat leggen op een deel van de verdiensten der arbeiders, als dat geschiedt zonder dat zij zelf medezeggingschap hebben, is het dnldelooze staatsvoogdij. Ten slotte behandelt spreker, zoo 'zegt ons het verslag van de werkzaamheden der sociaal-demokratische Kamerfraktie 1907, de vakorga nisatie van Amsterdam. Laat men met die bonden reke ning houden, hun recht van petitie erkennen, hen vrij laten om te ijveren voor het kiesrecht. De vakorganisatie is een mooi stuk organisch leven, dat zich ontwikkelt en dat men niet moet pogen den kop in te drukken. En juist die vakorganisatie ziet er het beroerdste uit in Katholieke landen en floreert het best in overwe gend Protestantsche landeD, als Duitschland, Engeland, Amerika (Ver. Staten), ofschoon volgens den eerw. heer Knippenburg het Protestantisme voorop stelde net indi vidualisme. Spr. verwarde het religieuse met het maat schappelijke terrein. De spreker gaf blijk al bijzonder weinig van de S.-Demokratie te weten, waar hjj (vol gens verslag) zeide, dat de Socialist niet bedenkt, dat de fout ligt in het fondament. Dit wist de vriend des sprekers, Dr. Kuyper beter, ten minste in 1891, toen deze op hun (den anti) Sociaal Congres zeide: Slechts dit eene is, zal er voor u een sociale vraag bestaan, noodzakelijk, te weten dat ge de onhoudbaarheid van den tegenwoordigen toestand inziet en deze onhoudbaarheid verklaart niet uit bijkomstige oorzaken, maar uit een font in den grondslag zelf, van ons maatschappelijk samenleven. Voor wie dit niet erkent en acht dat het kwaad te bezweren is door het kweeken van vromer zjjn (en hier schijnt onze goede pater de oplossing te zoeken) door vriendelijker bejegening of milder liefde gave, moge er eene godsdienstige en moge er eene menschenliefdevraag bestaan maar eene sociale vraag bestaat er voor hem niet. Die bestaat voor u eerst zoo ge bouwkundige kritiek oefent op de menschelijke maat schappij zelve en diensvolgens eene andere inrichting van het maatschappelijk gebouw gewenscht én mogelijk acht. En in de aanteekeningen op deze rede lezen we: Hiermee is niet gezegd dat ook de godsdienstige en menschenliefde-zijde van het vraagstuk niet zeer be langrijk is, maar alleen uitgesproken, dat wie niet verder ziet en zijn voelhorens niet verder uitsteekt, nog zelfs niet aan de Sociale Vraag toe is." Zoo staat het dus met mijn confrater Knippenburg, die alleen de religieuse zijde ziet en deze fundament noemt. In de peroratie dezer rede wees zijn eerw. ook op de koene woorden van Leo XIII, zg. aan 't adres van 't kapitalisme. Hieromtrent zeide pater Coelestinns in zjjne rede, 30 Maart gehouden te Breda, (volgens verslag Bredasche Crt.) „Paus Pius X heeft ook gezegd dat alles beter zou kunnen worden als het gebod der naastenliefde maar beter werd toegepast. Spreker is het met den Paus eens, maar hij constateert dat dit gebod van naastenliefde niet tot zijn recht is gekomen tot op den dag van heden. Moeten wij nu tot den Paus zeggen„Uwe Heiligheid komt daar wel wat laat mee", maar dan zou de Paus antwoorden: „Ja, mijn zoon, wij hebben altijd de liefde betracht, maar er is niet naar geluisterd." Maar zullen ze er dan in het vervolg wel naar luisteren? Al dat preeken heeft niet uitgewerkt dat de kapitalisten hun arbeiders meer loon geven." Pater Knippenburg beval aan de Kath. Sociale Aktie. Hij bedoelde toch niet de bekende brandspuit-aktie bjj gelegenheid mijner eerste rede te Schiedam? ZijnEerw. bedoelde echter wel die Kath. Sociale Aktie, waarbij de Katholieke kamerleden stemden om een enkel voorbeeld te geven voor de 7 millioen snelvuurgeschut en tegen de schoolvoeding voor arme kinderen. Toch is pater Knippenburg de ergste niet. Zjjne redeneering berust op niet weten. Zjjneerw. zal goed doen getrouw na te gaan de stemmingen der door de zoogenaamde Katholieke partij gekozenen ter Tweede Kamer vooral en ook in Gemeenteraden en Staten. Deze studie zal Zjjneerw. een anderen kjjk geven op de zaken. In mijn eerste werkje: „De groote vraag" schreef ik in meer dan een priester klopt een socialisten-hart, maar men maakt hun wjjs, dat het socialisme tegen het geloof is." Pater Knippenburg behoort tot de bedro genen en ofschoon Zjjneerw. nog niet kan denken vóór de arbeidersklas toch gevoelt hij voor den nood der zwoegers. Moge bij dit gevoel komen het inzicht en dan wordt de redenaar van den R. K. Volksbond een vurig socialist. Jan van den Brink, Breda, 5-4-'08. R. K. Priester. ui 11. Wat verstaat de wet onder loon? De wet maakt hierbjj onderscheid tusschen inwonende en uit wonende arbeiders. Hoe de inwonende arbeider betaald zal worden en waarin voor hem het loon zal bestaan, bepaalt de wet nietzij laat den wetgever en den in- wonenden arbeider volkomen vrjj om dit te bepalen zóó als zjj dat wenschen. Het loon van den uitwonenden arbeider daarentegen is aan regelen gebonden door de wet en mag alleen bestaan in le. geld, steeds te betalen in Nederlandsche pasmunt ook al is het loon bjj arbeidscontract of arbeidsreglement vastgesteld in buitenlandsche pasmunt 2e. voedsel en middelen van verlichting en ver warming (petroleum, brandstof enz.), doch alleen dan, wanneer die artikelen gebruikt worden ter plaatse waar ze wordem verstrekteen werkgever kan dus Zoon verstrekken in den vorm van koffie op het werk, vuur en licht in het schaftlokaal der fabriek, enz.wil een werkgever boven het overeengekomen loon- voedings-, verlichtings- of verwarmingsmiddelen cadeau geven, dan is dit geen loon en dus wetteljjk niet verboden; maar als loon mogen deze dingen alleen op het werk zelf worden verstrekt; hierbij zondert de wet uitdrukkelijk alkohol- houdende dranken uitwordt er dus door den werk gever jenever, bier of een andere alcoholhoudende drank op het werk verstrekt, dan mag dit alleen als cadeau en niet als een deel van het loon ook deze uitzondering is het onthouden waard3e. kleeding mag alléén dan als loon worden verstrekt indien ze gebruikt wordt bij de waarneming van de dienstbetrekkingzooals bjjv. voor den portier in een hotel, den bediende van een kapper, den knecht van een verver enz.alle andere gevallen zijn wettelijk uitgezonderd; 4e. een bepaalde hoeveelheid der voortbrengselen van het bedrijf, waarin het loon wordt verdiend, of van de grond en hulpstoffen in dat bedrijf gebruikt; maar de wet maakt ook hierbjj weer beperkingen die voortbrengselen moeten n 1. tot de eerste levensbehoeften van den arbeider en zjjn gezin be- hooren en mogen nooit in grooter hoeveelheid gegeven worden dan het gezin gebruiken kan (bjjv. aardappelen, brood enz.)die grondstoffen moeten door den arbei der kunnen gebruikt worden voor zjjn arbeid in het bedrijf van zijn werkgever (bjjv. in de huisindustrie het benoodigde garen, wol, katoen enz.)5o. het gebruik en de bekostiging van het onderhoud van sommige voor werpen, ook al worden die voorwerpen niet in het bedrjjf gebruiktde wet noemt die voorwerpen evenwel met name, en wel: een woning, een lokaal, een stuk grond, een weide, een stalling voor dieren die den arbeider toebehooren, en werktuigen of gereedschappen andere voorwerpen mogen niet als loon worden be handeld; 6o. Onderricht door of vanwege den werk gever dit geldt uitsluitend voor joDgens of meisjes, die het bedrijf waarin zij werken nog moeten leeren. 12. Wat kan de arbeider doen indien bij arbeidscontract of arbeidsreglement een andere vorm van loon wordt vastgesteld dan de wet toelaat? De wet blijkt het mogeljjk te achten, dat de werkgever van zijn overmacht gebruik zal maken om ook in ongeoorloofde vormen loon te betalen, bjjv. dat een werkgever kruidenierswaren enz. levert in de plaats van loon. In dat geval kan de arbeider als loon eischen het vijfvoud van de waarde van dit ongeoor loofde loon, maar daarbij mag hjj niet tot een hooger bedrag komen dan l/s meer dan het plaatselijk stan- daardloon. Een voorbeeld ter verduidelijking: het stan- daardloon in een bepaald vak is 15.—maar de werKgever betaalt slechts f 6.— en allerlei huishou delijke artikelen ter waarde van f 3.nu mag de arbeider in de plaats van die f 3.— volgens de wet 5X3, dus 15 eischen, wat met zjjn in geld betaald loon van f 6.samen f 21.— zou maken; het standaardloon ter plaatse is evenwel f 151/s meer geeft f 20— de betrokken arbeider mag dus geen f 21.doch slechts f 20.eischen. Aan duidelijkheid laat deze bepaling niet veel te wenschen over; maar zeker is, dat er alleen dan in de praktijk gebruik van zal gemaakt worden wanneer de dienstbetrekking ver broken is of zal worden; anders zou de arbeider zich niet een dergelijke onwettige loonsbetaling laten op leggen. Intusschen, ook hier ligt werk voor de orga nisatie. die bij voldoende kracht den onwettig-bande- lenden werkgever tot een wettige loonbetaling zal kunnen dwingen, door gebruik te maken van dit artikel der wet. 13. Wanneer en hoe lang kan een uitwonend arbeider het loon opeischen overeenkomstig de berekening in no. 10 gemaakt? De wet bepaalt, dat dit loon moet worden opgeëischt binnen 6 maanden

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1908 | | pagina 1