Uit de Vakvereenigingen. Vlaardingsche IJzerkoekjes. Spreker gaf een historische schets van de houding die de kerk aangenomen had tegenover de arbeiders- Hoe de R. K. kerk leert, dat buiten haar geen zalig heid te verkrijgen is, hoe zij de geesten bindt, geen ander inzicht toelaat en onverbiddelijk diegenen welke er een andere meening op na willen houden, uit de kerk stooten. Hoe tijdens de Fransche Revolutie het volk de banden, die hen aan de kerk bonden verbrak en de eenigszins idiote stelling verkondigde, dat het alles wat aar de kerk herinnerde, wilde wegvagen. Toen eenige jaren later Napoleon op het tooneel verscheen, was zijn eerste werk, de verbroken banden met den Paus weder te herstellen. Napoleon deed zulks niet uit godsdienstige, maar wel uit staatkundige over tuiging. Hij zag in den godsdienst het gezag. Want het is van algemeene bekendheid dat hijzelf met den gods- niets op had, ja zelfs nooit een mis bijwoonde, in dien tijd tenminste niet. Dat hij het concordaat sloot, met het oog op voordeel voor zich en zijn klassegenooten, wordt wel het beste bevestigd door de woorden die hij bezigde, n.l.„Het leven der arme bevolking is zoo vrengdeloos hier op aarde, laten wij hen tenminste een beter leven hiernamaals beloven, zij zijn dan toch dood en dan hebben wij hier geen last aan hen." Natuurlijk, de arme bevolking, niet meer bang gemaakt met een hel, en blij gemaakt met een beter leven hiernamaals, moest eens op de gedachte komen zich op aarde een beter leven te veroveren. De kerk leende zich tot dat reactionaire gedoe. Nog erger, Lamenais, een geestelijke, een goed zoon van de kerk, kwam natuurlijk door zijn ambt, veel in aanraking met de bevolking, leerde hun nooden kennen en zocht naar middelen den ellendigen toestand van de bevolking weg te nemen. Hjj schreef een brochure, getiteld„Woorden van een geloovige", waarin hij de nooden van het volk uit eenzette en de middelen aangaf, om te geraken tot een samenleving, welke in overeenstemming was met het evangelie. Hjj ging zelfs naar den Paus, om aldaar zjjn zaak te bepleiten hij kreeg ten antwoord dat de zaak onder zocht zou worden, en het gevolg was, dat het boekje op den Index gezet werd en een iedereen die het las zon schuldig staan aan doodzonde. Dat was een fout van de kerk. Had zij tot nu toe de macht in handen gehad, nu begon zij haar heerschappij te verliezen over de menigte, 't Gevolg van de fout, om zich niet aan te passen aan de maatschappelijke omstandigheden. Spreker wees er op dat het verschijnsel niet alleen in de R. K. kerk voorkomt, maar in de Anglikaansche kerk precies eender en in de protestaDtsche kerken evenzoo. Overal staan de kerken aan de zjjde van het behoud, omdat zulks haar eigen behoud is. Trots alles gaat echter de arbeiders-beweging voor waarts, voortgekomen als zij is uit de maatschappelijke omstandigheden, door de kapitalistische productiewijze. De taktiek echter is gewijzigd. De wijze van werken der arbeiders hebben zij afgezien en nu wordt er gepoogd den vijand met zijn eigen wapenen te bestrijden. Eerst kreeg men Patrimonium, waar de arbeiders zoo'n beetje zoet gehouden worden door vergaderingen nit te schrijven waar gebeden en gedankt werd, en ook wel eens over vakaangelegenheden werd gesproken. Vervolgens de werkmansbond, onder leiding van Dr. Visser, en later de R. K. Volksbond. Altemaal organisaties om de moderne arbeidersbe weging tegen te werken, even zooveel dammen tegen het rooie gevaar. Zij hebben echter de leiding over de beweging ver loren en zullen die niet meer herkrijgen. Nn reeds met verkiezingen of anderszins moeten de heeren, willen zij kans van slagen hebben, zich omhullen met een rooie mantel, teneinde de arbeiders te lokken. En ook de kerkelijke arbeiders beginnen reeds onder de vleugelen der kerk weg te loopen en willen wat hnnne economische positie betreft, daarin zelf baas zijn en bedanken voor de inmenging de geestelijke heeren. Ja, ook die beweging zal aan hunne handen ont glippen, en de kerk zal zich tegen die beweging te pletter loopen. Hiermede besloot spreker zijn rede. Voor het debat gaven zich twee personen op, welke beiden het christelijke standpunt verdedigden. Zij werden door den spreker uitvoerig en tot genoegen van de verg. beantwoord. P. De lieer Windhorst als werkgever. Naar aanleiding van het ontslag door den brander Windhorst aan twee zijner brandersknechts (van wie een reeds 16 jaar in zijn dienst was geweest) gegeven, had vorige week Vrjjdag een conferentie plaats tusschen den heer Windhorst Jr. en de boekhouder der firma, de heer Dulfer, en de hoofdbestuurders van den Bond van arbeiders in alcoholhoudende en alcoholvrije dranken, A. Kardux en Kruit en den voorzitter van den Schied. Bestuurdersbond, onze partijgenoot P. de Bruin. Het onderhoud, dat lVs uur duurde, had geen resultaat. Aangedrongen werd dat althans een der ontslagenen, thans nog werkeloos, weder in dienst werd genomen, doch de heer Windhorst weigerde. Door de vertegenwoordigers der arbeiders werd de pertinente verklaring afgelegd, dat de ontslagenen in geen enkel opzicht verantwoordelijk waren voor de artikelen „Uit Jeneverstad", in Het Volk verschenen, en dat zij geenerlei inlichting hadden verstrekt. Dat hunnerzijds geweigerd was de juistheid dier artikelen te gaan betwisten, ligt voor de hand, omdat een brandersknecht in den regel niet zoo gemakkelijk de pen voeren kan. De heer Windhorst ontkende dat hjj de beide werk lieden ontslagen had, naar aanleiding der artikelen in Het Volk, al werd het ontslag toevallig in dezelfde week gegeven, waarin die artikelen verschenen. Het ontslag werd gegeven toen hij meende dat de menschen moutwijn hadden weggegeven. Later is hem ge bleken dat de beschuldiging onjuist was, en heeft hij ze ook ingetrokken. Echter had hjj zoo veel grieven tegen de ontslagenen, dat hjj ze niet wilde terugnemen. Anderzijds werd met klem gewezen op het feit dat, de menschen dus ontslagen zijn voor een misdrijf, dat gebleken is, dat zij niet hebben gepleegd en dus de heer Windhorst verplicht was geweest de vergissing, door hem begaan, te herstellen. Valsche betichting eischt eerherstel en 't is niet eerljjk zich te gaan dekken met een aantal later op te snorren vermoedens. Waar zóó duidelijk als hier blijkt, dat er geen concrete feiten tegen de ontslagenen zijn aan te voeren, bljjft alleen het vermoeden, dat het ontslag naar aanleiding der artikelen in Het Volk is gegeven en dat de heer Windhorst de onbillijkheid zóóver gedreven heeft, dat hij menschen straffen ging voor daden, voor welke zij in het minst niet aansprakelijk waren. Gewezen werd op den ernst van den toestand, daar de vakvereeniging niet wiliekeurig haar leden laat broodeloos maken en dus de hardnekkigheid van den heer Windhorst een conflict met de arbeidersbeweging onvermijdelijk maakte. Niets mocht echter baten en dus werd de conferentie beëindigd. Het woord en de daad is thans aan de vakvereeni ging, die de zaak hiermede zeker niet zal beëindigd achten. Patroonsmanieren. Bjj den schilderspatroon G. van Meurs, was vanaf Maart e-n gezel werkzaam. Deze gezel was door den heer v. Meurs aangenomen, onder voorwaarde, dat hij vast werk zou hebben, als hetgene hij presteerde de goedkeuring des heeren v. Meurs kon wegdragen. Na drie maanden werkzaam geweest te zijn, herin nerde de gezel v. Meurs aan zijne belofte. Het ant woord was, dat de arbeid volkomen naar genoegen was, en hij er niet aan dacht hem van de winter op straat te zetten. Edoch, de belofte van dien patroon schijnt zooveel waard te zijn als een rotte kool bjj een groen tevrouw. J.l. Zaterdag kreeg de gezel aanzegging, dat hjj over 14 dagen op kon hoepelen. Zooals men begrijpen kan, was de man in 't geheel niet tevreden met dat ontslag, en vroeg hij v. Meurs naar de redenen, daar hem toch vast werk be loofd was. Ja, zei v. Meurs, „ik ben niet van plan mjjn kunde en die van mijn broer over de straat te laten halen door jou." De man stond ve baasd, hij kon zich vol strekt niet herinneren, dat hij tegen wie dan ook, over de kunde van zijn patroon en diens broer gesproken had. Hij vroeg dan ook den naam te mogen weten van den persoon d;e zulks gezegd had. De lieer v. Meurs wist echter wel te beschuldigen op grond van die be schuldiging iemand de straat op te smijten, maar den naam te noemen van den beschuldiger, dat deed van Meurs niet. 't Is mogelijk dat hij zulks niet kon. 't Is wel een teekenend staaltje van de rechtspositie van den gezel. Men wordt beschuldigd men mag zich niet alleen niet verdedigen, maar ook den naam van den beschul diger mag men niet weten, alleen de straf, bestaande in een hongerkuur, mag men dragen, voor een feit dat men niet eens begaan heeft. En de andere schildersgezellen Zij leven maar voort in een toestand van doffe berusting. Zjj praten eens over het geval, vinden het schande en suffen verder. Geen wonder dat de heeren patroons zulke onrecht vaardigheden durven begaan. De schuld ligt bij de gezellen. Bond van arbeiders in alkoliolhoudende en alkoliolvr^e dranken. Onze afdeeling hield 26 Sept. een huisg. verg. welke door 27 leden bezocht was. Na goedkeuring der notulen, werden de ingek. stukken behandeld o.a. het ontvangen antwoord van den heer Kranen op een aan hem door de afd. gericht schrjjven, aangaande het bekende ontslag. De heer Kranen bleef weigeren een conferentie met het hoofd bestuur en de ontslagene te honden. Na een woord van protest door den Voorz. werd besloten in dezen geen verdere stappen tegen dezen liberalen patroon te doen. Hierna kwam in bespreking de brutale aanslag op onze organisatie door den patroon Windhorst. Nadat de voorz. de feiten, aan de vergadering had medege deeld, werd vanuit de vergadering ook aangedrongen op een krachtig verweer tegen Windhorst. De voorz. gaf de verzekering dat het hoofdbestuur al het moge lijke in dezen zal doen. Ook deelde hij mee dat beide ontslagenen flnanciëel door den bond gesteund zjjn. De oprichting van een werkloozenfonds werd nog in beraad gehonden. Algemeen was men van gevoelen dat de oprichting daarvan in ons bedrjjf met groote moeilijkheden zou gepaard gaan. Voor een commissie tot huisbezoek gaven zich een een 12-tal leden op waarmede onder leiding van Kruit, gesalarieerde van den Bond, zoo spoedig mogelijk zal worden begonnen. Nadat bij de rondvraag nog verschillende vragen beantwoord waren en de voorzitter nog de mededeeling deed, dat het plan bestond, om binnenkort een openbare protest-vergadering tegen Windhorst te houden werd de verg. door den voorz. gesloten. De Secretaris. <41asbewerkers. Uit het laatste nummer van den Glas- en Aardewerker nemen wij de volgende correspondentie over Schiedam. Het is nu reeds meer dan 10 weken dat we hier in de groenzaak stil liggen. Een ieder kan dus begrjjpen, hoe het in vele gezinnen is gesteld. De heeren echter bekommeren zich daar niet om. Als er groote winsten te maken zijn strijken zij ze op en als er slapte komt zetten ze de arbeiders zonder meer op straat. Nu zou men zeggen dat dergelijke handelwijze van de patroons den arbeiders de oogen moet doen open gaan. Zij moesten toch inzien dat datgene wat vandaag de een overkomt, morgen den anderen arbeider over komen kan. Zij moesten toch inzien dat zij allen een en hetzelfde belaug hebben en ook een en denzelfden strijd om lotsverbetering hebbeD te voeren. Maar neen, zeer vele zijn er nog die meenen op zich zelf beter voor hunne belangen te kunnen opkomen. Zij doen dit dan door de organisatie links te laten liggen en de ge organiseerde arbeiders zoo hard mogeljjk tegen te werken. Een mooi voorbeeld daarvan ondervonden wij voor een paar weken. Nadat het uitlessen reeds meer dan zes weken had geduurd ging een commissie met den patroon spreken om het werk dat er nog was onder alle arbeiders te verdeelen. Dit kon heel goed gebeuren en daardoor zou ieder nog in de gelegenheid zijn geweest een stuk brood te verdienen. Maar de patroon kent zijn pappenheimers Hij zon het regelen als het alle arbeiders goed was. Hij die dus altijd de regeling der werkzaamheden in handen houdt en niet duldt dat er een arbeider of de organisatie tusschen komt om 'n woordje mede te spreken in die regeling, hij liet nu zoo goed als de geheele regeling aan de arbeiders over. Maar hij wist wat hij deed. Hij wist wel dat het werk verdeelen, waardoor dus sommigen iets minder zouden verdienen, om daar door aan andere kameraden ook een stuk brood te geven, een goede gelegenheid was om twist onder de arbeiders te brengen. Helaas, 'n paar arbeiders hebben er zich voor laten gebruiken en hebben gewerkt naar den patroon zijn zin. Toen de eerste vergade ing gehouden werd vonden alle a'beiders het goed dat er eene regeling zou ga- troffen worden, waardoor het werk zou worden ver deeld, maar op de tweede vergadering waren er een paar dwarsdrijvers en onder aanvuring van een hunner die toch al niet te goed bekend staat in de arbeiders wereld, werd het idee van de hand gewezen en de werkeloozen aan hun lot overgelaten. Wjj hopen nu maar één ding en dat is dat die on georganiseerde arbeiders, die thans zoo weinig solidari teitsgevoel tegenover ons toonden, nooit in dezelfde positie geraken en nooit een beroep op het solidariteits gevoel behoeven te doen. Maar, wij kunnen het hopen, maar wij weten ook dat elk aibeider in dezelfde positie verkeert en dat wij allen onder den druk van het kapitalisme zitten. Zjj zullen ons noodig hebben, zooals wjj hen thans noodig hadden. Laten wij ons dan zoo hoog stellen dat we hun beschamen en toonen dat wij als arbeiders beter onze plichten kennen. Werkt allen mede om de organisatie krachtig te maken en het solidariteitsgevoel aan te wakkeren, want o, arbeiders, dat laat te Schiedam nog zooveel te wenschen over. Metaalbewerkers. Wjj wekken alle georganiseerde arbeiders op, Zaterdag 10 October met de krachtige Schiedamsche Afd. van den Alg. Ned. Metaalbew. Bond het B-jarig bestaan dier Afd. feestelijk te gaan her denken. De Bondsvoorzitter Dekkers, een pittig en prettig spreker, zal de feest- en propaganda-rede houden. „Kunst en Strjjd" en „Nieuw Leven" zullen voor de muziek- en tooneel-voordrachten zorgen. Het kan dus een goede en propagandistische avond worden. Bureau voor Arbeidersrecht. Over het tweede kwartaal werden behandeld in 't geheel 79 zaken, verdeeld als volgt 12 Militie. 12 Burgelijke Zaken. 38 Belasting-zaken. 12 Loonsvordering. 5 Ongevallenwet. Een succesje heeft de afd. Vlaardingen van den Alg. Ned. Metaalbewerkersbond weer te boeken.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1908 | | pagina 3