Ditjes en Datjes.
De uitsluiting te Goirle.
Uit de Vkkvereenigingen.
fen, dat de reclames der betrokkenen tegen hnn aanslag
bijna zonder uitzondering worden afgewezen.
Bij de behandeling eener ontwerp-verordening, waarbij
de raad het benoemen en het ontslaan van gemeente
ambtenaren en bedienden aan anderen opdraagt, stelde
De Brnin voor, de behandeling te verdagen tot een
werkliedenreglement zou zjjn vastgesteld. De heer Koop-
mans ondersteunde het, maar de raad wist 't anders.
Bjj de artikelen hadden de kerkelijken weer een
plannetje en werden verschillende betrekkingen, waar
voor ze misschien wel vrindjes weten, aan de bevoegd
heid van B. en W. onttrokken, 't Werd een warwinkel
van voorstellen, welke benoemingen door B. en W. en
welke door den raad moesten geschieden, maar een
voorstel-De Brnin om alle benoemingen aan den raad
te brengen, vond bij de kerkeljjken weer de heftigste
bestrijding.
Het voorstel-De Brnin tot invoering van progressie
in de inkomsten-belasting, werd vrij breedvoerig be
sproken.
De heer mr. Jansen (kath.) betoogde, dat er geen
rechtsgrond is voor progressieve belastingheffing. De
basis moet zijn, dat men betaalt naar 't genot wat men
van de gemeenschap heeft en op dien grond zonden de
armen meer moeten betalen dan de rijken, w mt de
armen genieten het meest van de gemeente
De heer Wittkampf (kath.) gevoelt wel wat voorbe
lasting naar draagkracht, maar als hij vóór het voorstel-
De Brnin stemt, is 't toch hem meer te doen om een
geheele herziening der verordening te vei ki pgen.
De heer Lagerwey (kath wethouder van financiën,
dringt er echter bij den laatsten spr. op aan, op dien
grond niet vóór het voorstel te stemmen. De verorde
ning is pas herzien, kan niet elk oogenblik worden
gewijzigd. Spr. ontraadt aanneming van het voorstel ten
sterkste, mede op grond, dat er te Schiedam zoo weinig
vermogenden zijn en hij vreest, dat er bij zwaren be
lastingdruk heel wat vermogenden de stad zullen uitgaan.
Wat dit laatste betreft, antwoordde De Brnin, dat,
als er weinig vermogenden zijn, er niet veel kan
nen weggaan. De verordening, zooals ze nu is, bevredigt
niemand, doch Ged. Staten hebben den raad het mes
op de keel gezet en de goede wjjzigingen van den raad
moesten worden teruggenomen. Daarom meende spr.,
dient thans de billijkheid langs anderen weg betracht,
waar Ged. Staten den raad vrij zullen laten. Het ver
antwoordelijkheidsgevoel der bezittende klasse, die zich
haar positie in de huidige maatschappij toch wel bewust
zal zjjn, benevens de billijkheid ten opzichte der niet-
bezitters overschaduwen den „rechtsgrond" van mr.
Jansen.
Dat de arme van de gemeenschap méér profiteert als
de rijke, was voor spr. groot nieuws,- hjj dacht zoo
enkel maar hoeveel 't kind van den rijke aan onder
wijs jaarlijks méér kost dan 't kind van den arme.
Spr. aanvaardt de kwalificatie van mr. Jansen, dat
hij halen wil, waar te halen is en deed daaro u het
voorstel.
Na nog eenige bespreking werd het echter verworpen
met 10 tegen 9 stemmen.
De Brabantsche arbeiders beleven tegenwoordig een
ellendigen tijd. Ieder oogenblik moet door hen een zwaren
strijd gestreden worden. De katholieke groote bladen,
zooals De Tijd, Het Centrum en vooral het Katholiek
Sociaal Weekblad van Mr. A-lberse, achten het blijkbaar
voorzichtiger aan die gebeurtenissen geen beschouwingen
te wijden.
't ls voor die redactie ook een moeilijke taak, omdat
zij in deze vierkant de katholieke patroons, die in deze
worsteling met hunne goed katholieke arbeiders gewik
keld zijn, zouden moeten afvallen.
En toch. wat zon het een steun in den rng der
arbeiders zijn geweest, die strijden en streden voor hnn
goed recht, als die bladen openlijk partij hadden ge
trokken voor den werkman.
Daarover bedenken zij zich echter liefst zoolang tot
de strjjd voorbij en daamee de kans verdwenen is, zich
de handen te branden. Dit verschijnsel hebben wij waar
kunnen nemen bij den strijd der Boxtelsche houtbewerkers.
Eveneens bij den strijd der Beeksche schoenmakers.
Bij de groote uitsluiting van de Tilburgsche metaalar
beiders hetzelfde en bjj de hangende kwestie te Goirle
is het niet anders.
Is de zaak van die arbeiders dan niet te verdedigen?
Wij zullen zien
De Box'elsche houtbewerkers streden tegen onrecht
matige loonsverlaging en deze hadden, mede op advies
van den geestelijke adviseur hunner organisatie, het
werk neergelegd.
De Beeksche schoenmakers streden niet voor verbete
ring van arbeidsvoorwaarden of tegen verslechtering
daarvan, maar uitsluitend voor hun vereenigingsrecht.
En nog niet voor het recht om zich te mogen organi-
seeren in eene „neutrale" organisatie, maar om zich te
mogen vereenigen in een goede katholieke leerbewerkers-
vereeniging, aan het hoofd waarvan een geestelijk
adviseur stond.
De Tilburgsche metaalbewerkers verzetten zich tegen
een arbeidsovereenkomst, waarin veel slechte maar
weinig of geen goede bepalingen, vervat in de wet op
„het arbeidscontract", waren opgenomen. Omdat deze
arbeiders meer goede eu minder slechte bepalingen in
hun arbeidsovereenkomst wenschten opgenomen te zien,
werden zjj medoogenloos op straat gegooid.
En hoewel dit alles aan de groote katholieke „pers"
bekend was, werd door haar geen noemenswaardige
beschouwing aan die zaken gewjjd, vóór dat ze waren
afgeloopen.
Ook wordt de Goirlesche kwestie zooveel mogelijk
doodgezwegen door de groote katholieke bladen.
Mr. Aalberse heeft, voor zoover ons bekend is, in
het Katholiek Sociaal Weekblad daarvan zelfs nog met
geen woord gerept. Is het feit, dat daar te Goirle pl.m.
400 kath. arbeider(sters) door 4 katholieke patroons
zjjn uitgesloten van niet genoeg belang om daarvan
melding te maken Of vindt mr. Aalberse de oorzaak,
die de Goirlesche patroons aanleiding heeft gegeven
hun arbeiders uit te sluiten van zooveel gewicht, dat
zij daarmede gedekt zijn? Wij zonden het haast moeten
gelooven.
Daarmede zou deze echter zeer in strjjd komen met de
zienswijze van zijn geloofsgenoot den Eerw. heer L. Poell.
Want deze schreef in het Hoog-Ambacht„Huiswe
vers, ziet ge nu wat ge aan uw „St. Severus" hebt.
Heeft die de kat de bel niet aan moeten binden
Ons is bekend, dat de houding van den Eerw. heer
L. Poell, in dezen, door verschillende zijner geloofsge-
uooten, natuurljjk uit kapitalistische overwegingen,
wordt afgekeurd.
Wj achten het daarom van genoeg belang nog eens
duidelijk de oorzaken van dien verwoeden strijd mede
te deelen.
Bjj menschenheugenis was het behangsellinnen te
Goirle op handgetouwen geweven. Daarmede vonden
ongeveer 180 menschen hun brood.
De firma Pujjenbroek wenschte dit „doek" thans op
machinale getouwen te laten weven. Op zichzelf hadden
de organisaties der arbeiders daar niets tegen, mi's er
maar maatregelen weiden getroffen tegen de eventneele
werkloosheid, die daardoor onvermijdelijk zou ontstaan.
Verschillende voorstellen werden de firma Pujjenbroek
dan ook voorgelegd maar geen daarvan werd door haar
aanvaard. En terwijl de onderhandelingen tnsschen de
organisaties en de firma nog gaande waren, stelde de
laatste haar arbeiders voor de keus zonder overeen
komst te weven, wat zij gebood, of' de poort uit.
De arbeiders kozen het laatste, omdat zij zonder een
goede overeenkomst de gevolgen niet konden overzien.
Want niet alleen dat er een groot aantal handwevers
broodeloos zou worden, maar ook de vrees dat deze als
concurrenten van de machinale wevers gebruikt zonden
worden, waardoor onverbiddelijk hnn loon zou dalen,
deed hun niet ingaan op de voorwaarden der firma,
zonder een behoorlijke overeenkomst.
Toen echter de arbeiders van de firma P. geweigerd
hadden, zonder een behoorlijke overeenkomst, het be-
hangseilinnen machinaal te weven, verklaarden zich
drie andere Goirlesche firmas met de firma P. solidair
cn sloten ook hunne arbeiders uit, hoewel deze bij de
zaak weinig of niet geinteresseerd waren. Bij die firma's
heeft niet de christelijke overtuiging of het persoonlijke
maar het klassebelang den doorslag gegeven voor
hun daad.
Daarin zien wjj de vrees van de katholieke bladen
om die zaak behoorlijk onder handen te nemen.
Zjj zijn bevreesd dat de arbeiders daaruit te veel
zullen leeren dat deze zich ook nauwer aaneen zullen
sluiten, dan op 't oogenblik 't geval is, dat deze zich
niet langer znllen afzonderen in secte-organisaties,
maar zich zullen organiseeren in één organisatie, die
zich uitsluitend bemoeit mee hun aller economische
klassebelangen.
Daarom ook het stilzwijgen over het optreden der
jnstitie tegenover de arbeider
Hoeveel malen hebben wjj er niet reeds op gewezen
dat de justitie een instrument der bezittende klasse is,
dat zjj gebruikt tegen de arbeiders
Met feiten is door ons telkens duidelijk gemaakt, dat
wij een „klassejustitie" hebben.
Dat moet natuurlijk door de handlangers der be
zittende klasse, in casn der groote katholieke pers,
verzwegen worden.
Feiten als te Goirle plaats hebben gehad, kunnen
die bladen niet bekritiseeren, omdat zij zelf deel uit
maken van datgene, wat| zij gezag noemen.
Om het gezag te Goirle te handhaven worden weer-
looze arbeiders door de „kozakken" flink eu tot bloedens
toe afgeslagen.
Om het gezag, natuurlijk het gezag van het kapita
lisme, te handhaven, treedt men daar tegen de stakende
arbeiders op, erger als in Eusland nog plaats kan vin
den.
Wat zullen die bladen meedeelen aan de arbeiders van
een justitie, die zij zelf mee in stand houden, waarvan
wij de volgende schandelijke eischen tegen stakende
arbeiders knnnen bekend maken
Voor de rechtbank in Breda stonden Zaterdag 1.1.
terecht P. H., A. S., IJz. en B., allen wegens overtre
ding van het verbod van samenscholing.
Door den officier werd voor P.H. 6 weken, voor A.
S. 1 maand en IJz. en Br. lOdagen gevangenisstraf
geëischt.
Tegen H. v. A., die een onderkruipersronselaar be
dreigd had, werd niet minder dan 5 maanden geëischt.
Voor die zelfde rechtbank stond op dien zelfden dag
terecht F. P., iemand die niet bij het Goirlesche conflict
betrokken is. Deze had iich schuldig gemaakt aan
gewelddadig verzet tegen marechaussees, had deze zelfs
geslagen en gestompt. Tegen hem werd slechts 3 weken
geëischt, terwijl er bovendien nog 23 menschen znllen
terechtstaan als hebbende „overtreden" het verbod van
samenscholingen.
Wij vragen, wat zullen die bladen de arbeiders ver
tellen van hnnne jnstitie, bij zoo'n klasseberechting
Niets, nietwaar
Zouden ze het toch doen, dan zoudt fgij kunnen ant
woorden gij wilt het zoo en wilt gij het niet zoo,
verander het dan, want daartoe bezit gij machtfwij
hebben immers eene christelijke meerderheid in de Tweede
Kamer.
Maar juist omdat ze het zoo willen, daarom worden
die zaken verzwegen.
Gjj arbeiders znlt daaruit echter leeren, wie uwe
ware vrienden zijn. Wel zijt gij goed, wanneer men n
gebruiken kan tegen de moderne vakbeweging en de
soc.-dem. Maar als gij opkomt tegen uwe patroons, als
gjj uwe belangen gaat behartigen, als gij u verzet tegen
verslechtering van arbeidsvoorwaarden, als ge stenn
noodig hebt tegen de klassejustitie, als gij onschuldig
wordt afgeslagen door de marechaussees, dan heeft men
geen goed woord voor u ove".
Daaruit moet gij de les trekken, dat ge met en naast
uwe medearbeiders moet strijden tegen het kapitaal en
vóór den arbeid.
Dat de strijd niet gevoerd wodt vóór of tegen den
godsdienst, maar vóór of tegen de belangen der arbeiders.
(De Eendracht).
De toegang tot de asaal der Officieren-Ver.
Wij omvingen een heele reeks ingezonden stnkken
over die zaak maar zullen zoo vrij zijn, ze geen van
allen te plaatsen. Laten de inzenders zich onmiddelijk
wenden tot het Bestuur van „Kunst aan het Volk"
dat kan dan beoordeelen of door een of meer der in
zenders iets goeds aan de hand wordt gedaan,
Slechts eene opmerking willen wij maken. De meer
dan onbeholpen toegang tot den zaal maakt iedere
regeling moeilijk, waut bjj eenigszins grooten toevloed
van menschen is die toegang, met welke regeling ook,
onvoldoende. Het komt ons evenwel voor, dat het
standpunt van het besiunr van K. a. h. V. volkomen
juist isin de zaal zelve heerscht de meest volmaak
te orde zonder dat eenig toezicht of eenige dwang
noodig is het is dns slechts de kwestie het publiek
„op te voeden" tot het bewaren van een eveugroote
orde bij het binnenkomen en het komt ons voor, dat
dit best mogelijk isindien het bestuur van K. a. k.
V. de maatregelen van den laatsten avond nog wat
uitbreidt, dan is de regeling van den menschenstroom
ook buiten het gebouw bereikt. Alleen door het pu
bliek te leeren, hoe het zelf moet handelen om de on
aangenaamheden van dezen toegang te vermijden, komt
men tot een werkelijk goed resultaat.
Een voorbeeld ter waarschuwing. —Het
bericht, dat de afd. Schiedam van den bond van arbei
ders in alcoholh. en alkoh. vrjje dranken, die tal van
jaren, van hare oprichting af, in „Constantia" verga
derde en uu plotseling een ander tehuis koos, heeft
hier en daar ontstemming gebracht.
We laten voorloopig daar, of er een feitelijk recht daar
voor bij andere dan de leden der betrokken organisa
tie mogelijk is. Want we stellen als hoofdzaak voorop,
dat iedere vakvereeniging zelf den weg te kiezen heeft,
dien zij gaan zal, en dat andere hunne meening niet
zullen vooropstellen.
Maar daarmede vervalt natunlijk niet het recht aan
derden feiten te beoordeelen en te toetsen aan
succeskansen.
Van die stiekkiug is onderstaande beschouwing.
Eenige jaren geleden poogde de Scfiied. Bestuurders-
bond organisatie te brengen onder de werklieden der
Kaarsenfabriek „Appollo". Tot dat doel werd een
vergadering belegd die door een 20-tal „Appollo"-wer-
kers was bezocht, waarvan elf zich bereid verklaarden
een vereeniging op te richten.
De vergadering werd gehouden in „Constantia".
Bjjde propaganda die ons elftal voeren ging om de
vereeniging grooter te maken, werd hun verteld dat
voor velen een bezwaar tegen toetreding zon vervallen
als niet in „Constantia" vergaderd werd.
O ja, dit bezwaar wordt meer gehoord dan in krin
gen der Branders- en Distillateursknechts. Voor den
nuchteren beschouwer doemt aanstonds de vraag op:
hè, als de strijd voor betere arbeidsvoorwaarden, voor
verhooging van den stoffelijKen en den zedelijken toe
stand ondergeschikt is aan den vrees voor een paar
steenen mnren dan staat 't te bezien of dat
soort „strijders" in tijden van nood niet eer gevaarlijk
dan voordeelig zal wezen.
De kaarsenmakers-vereening heeft het antwoord wèl
gegeven. Buigende voor den aandrang koos ze een