No. 41
ZATERDAG 12 December 1908.
8e Jaargang.
Stukken ïoor't eerstvolgend nummer moeten uiterlijk Woensdag a. s. 's middags 12 nnr in het bezit der Redactie zijn.
ORGAAN der Afd. Schiedam en Vlaardingen der Sociaal demokratische Arbeiderspartij.
De Moker
Jaarboekje en Scheurkalender.
De Post-abonnee's
Heeroom's reclame
Onze Moraal in de Kamer
ABONNEMENTSPRIJS:
25 cent per kwartaal j Uj vooruitbetalin
franco per post 30 cent j
Losse nummers 2 cent.
Bureau van Redaktie
Gebouw „CON8TA1STIA", Boterstraat 30.
Bureau van Administratie
Rhoonschestraat 7boven
ADVERTENTIEN:
3 cent per regel.
Bp abonnement belangrijke korting.
is eiken Zaterdag verkrijgbaar:
Te Schiedam: Beierlandschestraat 1.
N'.euwstickt N. Z. 32.
Zalmstraat 22.
„Constantia", Hoogstraat.
Te Vlaardingen: Markgraafstraat 20.
Aan bovengenoemde adressen worden ook abonne
menten aangenomen.
De abonné's worden verzocht bij adresverandering
daarvan kennis te geven aan de Administratie.
Wij verwjjzen naar achterstaande advertentie van
den Brochnrenhandel en wekken partijgenooten en
geestverwanten op met animo voor die uitgaven te
werken. Er zijn nog tientallen arbeiders, die nog steeds
niet op de lijst staan van de bestellingen en er toch op
hooren
Komt, partijgenooten, aan het werkVerwaarloost
ook de schriftelijke propaganda niet
kunnen tot en met den 15 December a.s. het abonne
mentsgeld per postwissel of postzegels oversturen. Na
dien datum wordt per postkwitantie, groot 37ys cent,
over het bedrag beschikt.
De Administratie.
Van den kansel is de Roomschen verboden de inwij
ding van ons nieuwe gebouw bij te wonen en de verga
dering met Vliegen als spreker, te bezoeken.
Wij danken Heeroom voor de moeite om onder zijn
eigen schaapkens de aandacht te vestigen op de S. D.
A. P. En wij bevelen ons beleefd aan voor veel her
halingen.
Ieder weet, dat geen boeken ooit meer gelezen worden
dan de boeken op den Index geplaatst. Met dit feit
voor oogen kannen wij zeggenhet gaat goed zoo
Zooals men weet heeft de bezittende klasse twee
methoden om ons te bestrijden. De zoogenaamde wei-
tenschappelijke methode, waarbij professoren als T eub
en van der Vlucht voor de wagen worden gespannen
en de godsdienstig-zedelijke methode, waarbij natuurlijk
alles wat zich christelijk tooit aan den wagen trekt,
vanaf professor tot ja tot broeder Hoizinga toe.
Bij het debat over werkeloosheid had Treub de sociaal
democratie doodgemaakt en nu (je kon nooit weten,
sommige dooden keeren weer in 't leven terug) deed
jónkheer meester de Savornin Lohman 't nog eens
dunnetjes over.
Hp bedoelde niet het dunnetjes te doen: maar'twas
toch dunnetjes.
Wjj weten allen, dat er in onze samenleving van de
hoogste geboden der moraal niets terecht komt. On
zelfzuchtigheid, dapperheid, trouw, waarheidsliefde, recht
vaardigheid, algemeene menschenliefde beroeren wel
ons hart en dezer deugden Majestijd wordt erkend door
ieder onzer.
Maar de wreedheid van het kapitalistme drijft de
menschen niet als broeders na elkaar toe, maar als
beesten tegen elkaar op. De handelaar, die op de
meest geslepen wijze zijn concurrenten en afnemers kan
bedriegen, brengt het het verste. De fabrikant moet
winst maken, winst die gehaald wordt uit onbetaalde
arbeid van zijn arbeiders, uit handige manoeuvres op
de groote afzetmarkten. De groote landeigenaar toont
zijn „menschenliefde" door zijn land te verhuren tegen
f 50.per pondemaat eD tegen f 55.— als hjj dit
krijgen kan. Op 1 dag worden op de beurzen der hoofd
steden voor miljoenen „gewonnen" door handige zakea-
menschen.
De kapitalistische klasse plengt krokeiilDn tranen
over de ellende en de werkeloosheid van het proleta
riaat.
Omdat al de leden dier klasse zoo slecht zijn
Neen, maar omdat het kapitalisme geen menschen-
gemeenschap erkent, omdat het kapitalisme en zijn
zede weten slechts keut, winst-voortbrengers in de arbeiders
en winst-opstrijkers in de bezitters.
Dit is de werkelijkheid. Ja, er sterven werkeloozen
van honger, temidden van weelde, omdat productie en
verdeeling van goederen absoluut ongeorganiseerd zjjn;
ja, er ljjden menschen gebrek na een leven van 50 of
60 jaren hard zwoegen en sloven, omdat (wjj zeggen
niet de kapitalisten, al kon dit misschien menigwerf)
het kapitalisme en zijn wetten van zedelijkheid en
politieke wetten den arbeider slechts kennen als winst
machine.
Het is struisvogelpolitiek deze zaken te verbergen.
In theorie, in woorden moge een hooge zedelijkheid
erkend worden, het kapitalisme laat niet toe dat deze
zedelijkheid wordt uitgeleefd. Er is maar één mogelijk
heid om de naastenliefde ook practisch geldend te doen
worden en dat is deze:
?ejn .andere grondslag van samenleving,
de socialistische.
Gelijkheid van rechten voor arbeiders en bezitters is
de economische gelijkberechtiging, is de oph-ffing van
het kapitalisme. Zoolang het kapitalisme er is moei er
onderdrukking zijn, m t het gevoel van haat bij de
onderdrukten, met de verstomping van rechtsgevoel bij
de onderdrukkers. Daarom brengt een hunkeren naar
meer gerechtigheid ook bij goed begrip onzer samen
leving een machtige hartstocht met zich om te strijden
voor een hoogere maatschappij, die Waarheid en WezeD,
Liefde en Gerechtigheid mogelijk, ja noodzakelijk doet zijn.
In het bekende maandschrift: De Nieuwe Tijd, had
partijgenoot Gorter in een artikel o.m. 1) bovenstaande
uitvoering bewezen. Zoo zegt hij van den denkenden
arbeider: „Hij voelt, dat wanneer de arbeiders zege
vieren en de communistische maatschappij bestaat, dat
dan eerst de zedewet voor allen in ons zal kunnen
bestaan." Daarom voelt hij ia zjjn strijd een eerste
dageraad voor de hoogste zedewet in zijn hart jegens
alle menschen. „Immers, als de soc. maatschappij een
zegen voor allen is, dan is ook in de poging haar te
brengen, iets van algemeene internationale menschen
liefde."
Verder trekt Gorter uit de geschiedenis deze conclusie,
dat nooit als eigen klasse of eigen volk daardoor werden
geholpen, de hooge geboden der moraal tegen den
vijand hebben gegolden en (zegt G. verder) ook wjj
zullen niet opofferend, niet solidair, niet trouw en niet
eerlijk zjjn tegenover de vijandige klasse, als het waar
achtig heil onzer klasse ons dit voorschrijft. Hjj voegt
er echter bij, alsot hij reeds van te voren wist, dat
deze uitdrukking uit haar verband zou worden gerukt
„Onze tegenstanders leiden hieruit wel eens af, dat wij
tegenover de kapitalisten altijd alles geoorloofd vinden.
Dit is onjuist enz."
Nn moge het in menig oor hard klinkenvooral dat
„niet trouw en eerlijk" tegenover de vijandige klasse
en ook wij vonden dezen vorm ongelukkig gekozen om
G.'s gedachte weer te geven. Hierover viel dan ook
onze zeer „Christelijke" jonkheer Lohman.
Door alleen aan te halen in dea geest dezer laatste
woorden, gaf de heer Lohman zelf al het eerste en
beste bewjjs, dat hjj tegenover de Sociaal-democratie
zich van eerljjkheid en goede trouw ontslagen rekent.
Hij liet achterwege op te merken, scheen het bjj het
lezen van Gorter's artikel zelfs niet te hebben opgemerkt
dat het gansche artikel één felle aanklacht is
tegen het stelsel, dat van Lohman tot Treub verdedigd
wordt.
In wiens ziel die dageraad ook maar ééns weerblonken
heeft vaa een samen-leven van menschen in het volle
Zonnelicht van Liefde en Waarheid, van Vrede en
Gerechtigheid, hoe zon hij niet branden van haat tegen
een maatschappij, tegen een stelsel, dat dit vurig be
geerde tegenhoudt.
Wie, die verlangt naar het zonlicht, zal de grijze,
droevige mistigheid niet haten, die op den Decemberdag
de zon verbergt?
Neen, Lohman had deze woorden noodig om te kannen
uitroepenhoe zedeloos, hoe onbeschaamd-slecht zijn
toch die socialisten Wat zijn wij, Christenen, dan braaf
Merkwaardigin hetzelfde artikel wijst Gorter op de
tegenstrijdigheid, die ontstaan moet tnsschen woorden
en daden van de bezittende klasse.
Diezelfde „vrome", „zedelijke" klasse, die overloopt
van naastenliefde en van barmhartigheid en van recht
vaardigheidszin vermoordt bij honderdtallen de mannen
en vrouwen in de fabrieken, de kinderen, ja de onschul
dige arbeiderskinderen in de onduldbare hitte van de
fabrieksovens, in de krotten der achterbuurten.
O en zjj weten het wel, want hnn eigen kinderen
mogen leeren en worden wat ze willenadvocaat,
dokter, notaris, dominee, handelaar, fabrikant.
Als het niet het kapitalisme is, dat de rechtvaardig
heid tegenhoudt
als wij znlke ellendige misleiders zijn door dit te
beweren
dan blijft er maar één mogelijkheid over, en wel deze,
dat niet uit het kapitalistisch stelselmaar nit de kapi
talistische klasse zelf de Satanische macht voortkomt,
die de naastenliefde eu.de gerechtigheid tegenhouden.
Hebben de maatschappelijke kornuiten van Lohman
dit liever
Wij weten beter, wij weten, ja, mét Gorter, dat er
een hoogere zedelijkheid bestaanbaar en aanstaande is,
een zedelijkheid, die niet berust op moord en op roof,
op onrecht en verkrachtingeen zedeljjkheid waarbjj
de welvaart van honderden niet berust op de ontbering
van duizenden, waarbij geen elleDde het volk zal teisteren
temidden van de groote weeldewij weten dat deze
zedelijkheid, waarvoor wjj strjjden, wordt tegengehouden
door het kapitalisme.
Gaarne laten wij het aan Lohman en de zijnen over
om de Atjeh-moorden, de koloniale oorlogen, de militaire
uitgaven en het volks-tekort te verdedigen.
W\j gunnen het kapitalisme en zijn "verdedigers zjjn
zedelijkheid.
De rust van hnn geweten is hun zaak.
Maar als ze de soc.-democratie denken te bestrijden
op dergelijke manier, dan schreeuwt iedere fabriek,
ieder uit elkaar gerukt gezin het uit, dat hun zedelijk
heid een logen is.
Om de p-aatjes van zedelijke verontwaardiging van
den heer Lohman te logenstraffen, haalde Troelstra o.a.
deze woorden aan van Marx„de internationale arbei
ders-associatie en alle tot haar behoorende vereenigingen
en individuen erkennen Waarheid, Recht en Zedelijkheid
als de grondslag vaa hun optreden onder elkander en
jegens al hnn medemenschen, zonder onderscheid van
kleur, belijdenis of nationaliteit."
Hoe de „eerljjkheid en goede trouw" zijn in acht
genomen door de aanhangers van Jhr. Lohman blijkt
zeer eigenaardig uit wat Groen van Prinsterer (de
geestelijke vader van Knyper en Lohman beide) verhaalt
over niemand minder dan prins Willem I: Verzoening
ten koste van Holland en Zeeland le beletten, was nu
de toel-g van den prins. Hjj wekt mistrouwenhij maakt
des konings stedehouder verdachthij beweert, dat diens
bedoelingen met zjjn beloften in strijd zijn" enz.
De heeren moeten zich nog eens aandienen als hand
havers der moraal!
Frissche morgen!
De antithese, dat kreupele paard, dat in den wedstrjjd
Dit maandschrift is, zeer terecht, een particuliere uitgave,
zoodat de opstellen over litteratuur, filosofie, godsdienst ook par
ticuliere uitingen zijn, geen partij-meeningen. Tevens is het echter
wat economie, maatschappij-kritiek enz. aangaat ons wetenschap
pelijk arsenaal en als zoodanig zeer aan te bevelen.