Ditjes en Datjes. „OUWE TOON". Vlaardingsche IJzerkoekjes, wie voorheen als vrienden omgingen, zien elkaar met nauwlgks verholen minachting aan en menig dankt zijn GodIk dank U Heer, dat ik niet ben als die daar In den naam van Christus is daar de onverdraag zaamheid gepredikt en menig verlangt naar de rnstige dagen van weleer, als het periodiek terugkeerende Zondagsche vergif heeft uitgewerkt. Nog bloeit het onderwijs, voor hoe lang? Drie derden is de prijs, waarom wordt geworsteld en dan Reeds wezen we er op, dat de Savornin Lohman kweekelingen en liefhebberd-onderwijzers wilde aan stellen, dat de heer Dr. Vermeulen de waarde van 't onderwijs voor de vrouw uit de volksklasse betwijfelde, dat pastoor Hogenboom het onderwijs niet voor alle kinderen noodzakelijk achtte. En als we nu deze uit latingen bedenken, die zoo geheel weergeven de be doeling van de oprichters (de ouders zijn ook de dupe) der bijzondere scholen, dan rijst het beeld van België, Frankrijk, Spanje, voor ons op en met angst vragen we ons af: Waar gaan we heen met het volksonder wijs. Laten we in een paar woorden den toestand in België schetsen. In 1842 kreeg België zijn eerste schoolwetgods dienstonderwijs hoofdzaak, de heele schoolinrichting onder rechtstreeksch toezicht van de geestelijkheid. In 1879 kwam de tweede (nu liberale) schoolwet en bracht groote wijziging. Maar nu ontstond een strijd tegen de openbare school, waarbij de lastercampagne hier kinderwerk is. De openbare school was de voor kamer van de hel, de onderwijzer had zijn ziel aan den dnivel verkocht en op politieke vergaderingen, ook wel op straat, klonk het weldra Zij zullen haar niet hebben, De schoone ziel van 't kind, Zoolang men .nog in Vlaandren Een enklen Vlaming vindt. En het steriotype gebed was„Van scholen zonder God en meesters zonder geloof, verlos ons, Heer". Zelfs de Koning, die de wet geteekend had, moest het ontgelden„Gij zijt een koning van kartonwij zullen U het land uitjagen", schreef een weekblad van Hasselt. Alles werd nu ingericht tot „scholen met God" schuren, stallen, bouwvallige huizen, niets was slecht genoeg als school om „de schoone ziel van 'tkind" te Tormen. Schrijnwerkers, schoenmakers, uitgediende onder officieren, alles werd „meester met geloof" om der kin deren ziel te redden. In 1884 kwamen de katholieken weer aan de regeering en daarna kwam de 3de onderwijswet en met de openbare school was 't zoo goed als gedaan. Meer dan 1000 scholen werden afgeschaft en in Oost-Vlaanderen werden 15 scholen ingericht totkroegMenschen zonder bekwaamheid, zonder akte, zonder voorbereiding kregen de leiding in handen met het resultaat dat in Oost- Vlaanderen van de 100 schoone kinderzielen 30 in West- Vlaanderen 39 totaal verloren gingen. Zoo is het in België, zoo wórdt het hier zoodra de openbare school die nü nog het onderwijs aan de christe lijke scholen op houdt is verdwenen zoodra Kuiper's bartewensch van de 3/3 is veryuld. Weg dan volksont wikkeling, weg onderlinge verdraagzaamheid, waarvan Mr. Levy schreef: Aan die onverdraagzaamheid voet te geven, haar kunstmatig te doen ontkiemen en tot geloofs- haar te doen ontvlammen, dat is dej doodzonde der confessioneele school, haar vitium ariginis, haar oorspron kelijk gebrek, de misdaad die zij begaat tegen de eenheid des Nederlandenschen volks". En daarom is het du tijd met nauwlettendheid op de stille werkzaamheid der „vrije" school-opzichters toe te zien, zestig cleri- FEUILLETON.2) „Maar jij bent toch geen lid van die Bond „Ja mijnheer, ik ben lid van die Bond." „Je moest je schamen Toon. Dat je zoon daar lid, en nog wel voorzitter van is, wist ik, maar dat zal ik jou niet kwalijk nemen. Die is getrouwd en gaat dus z'n eigen weg; maar jij. Nu ben je zoo 35 jaar in dienst van onze firma, maar dat zou ik nooit achter jou gezocht hebben. Je bent ondankbaar Toon." „Ik ondankbaar mijnheer? Maar hebt u ons daar niét toe gedreven even goed als de andere patroons Toon kon zijn drift bijna niet inhouden. „Hoe dikwijls hebben we u niet verzocht om eenige centen per uur loousverhooging. Reeds eenige malen heeft onze Bond de patroons aangeschreven, waarop we niet eens ant woord kregen." „Toon, je wordt brutaal. Als je niet zoo lang in m'n dienst was, zou ik zulks niet verdragen, versta je. Ik wil je een ernstigen raad geven. Je bent nu de vijftig reeds in en je begrijpt dat ik niet meer aan jou heb, wat ik aan jonge knechts heb. Vandaar moet jij wat voorzichtiger zijn. Thuis heb je een zieke vrouw en nog kinderen die je hulp behoeven. Wat moet je beginnen als je je werk kwijt raakt Toon, ik geef je in overweging als lid van die Bond te bedanken. Ik calen zitten gereed het volksonderwijs te vermoorden en vooral, ja in de le eerste plaats de arbeidersklasse heeft toe te zien, dat haar, haar eenig onderwijs- en opvoedingsinstituut niet wordt ontnomen. „Het Volk" van Zaterdag 30 Juni schreef: „Het is een groot arbeidersbelang, dat hun kinderen tot onderwijzers hebben zelfstandige, fiere, vrije mannen en vrouwen, die hun kinderen niet tot slaven maar tot vrije menschen opvoeden." Daarom arbeiders, met de onder wijzers samen opgetrokken en in den naam van Uw kind, zooveel als in Uw vermogen is: Waakt over de openbare school! J. De Coöperatieve Bakkerij enz. Wij ont vingen het 7e jaarverslag dezer coöperatie, dat voor 't eerst een achteruitgang in ledental aanwijst (van 1168 teruggegaan op 1124). Het verslag zelf spreekt het vermoeden uit, dat de coöperatie haar grootste hoogte nu heeft bereikt, maar geeft niet aan op welke gronden dat vermoeden berust. De exploitatie zelve was even wel ondanks concurrentie en hooge meelprijzen gunstiger dan verleden jaar, zoodat nu 7 procent (tegen 6 V2 pro cent het vorige jaar) kan worden uitgekeerd als dividend aan de leden. Ook de exploitatie van den verbruikswinkel blijkt te zijn verbeterd; het dividend steeg van 3 op 4y2 procent. Aan hulpbehoevende leden werd voor een bedrag van f 497.56 aan vrjj brood en voor f 33.59ys aan vrij kruidenierswaren verstrekt. De 4-procentsspaarkas neemt niet op; het totaal be legde bedrag is f 2565.- Voor het meezenden van kinderen met de gezond heidskolonie werd f200 gebruikt; daarvan profiteerden 11 kinderen van leden en 27 van niet-leden. De uitgifte van het maandblaadje werd bij gemis aan „frisse lectuur" gestaakt. Overeenkomstig art. 4o der Statuten werd f 50. gezonden aan de uitgesloten metaalbewerkers der firma Klep te Breda, en f 50.— aan de slachtoffers van Regout te Maastricht. De exploitatierekening der bakkerij loopt over een bedrag van 121785.79, die van den verbruikswinkel over f 5785.175. De zaken blijken dus goed te loopen. En eenige van de aangehaalde cijfers bewijzen, dat deze Algemeene Coöperatie niet heelemaal een dividendsonderneming is. Uit de agenda van de Alg. Verg. op 18 October blijkt intusschen, dat er leden zjjn, die het schenken van f 50.aan het Bureau voor Arbeidersrecht van den S. B. B. niet kunnen zetten. Een aantal Roomschen gebruikten reeds dien stenn als voorwendsel om een eigen Roomsche Coöperatie te beginnen. Nu blijkt een aantal Patrimo niummannen ook al aan dien steun te gaan knabbelen. Zij stellen n.l. voor f 50.te schenken aan het Bureau voor Rechtskundig advies aan de Tuinlaan. Nu is er theoretisch natuurlijk niets tegen te zeggen, dat het eene bureau even goed gesteund moetj worden als het andere. Maar daarbij moet dan toch aan deze voor waarden voldaan worden: dat ze beiden gelijkelijk voor ieder openstaan en het bewijs geleverd hebben voor hun taak berekend te zijn. Van het Patrimonium-bureau moet dat nog bewezen worden; er zijn integendeel ook door ons staaltjes van het tegendeel meegedeeld geworden. W(j zyn er nieuwsgierig naar wat de Alg. Verg. besluiten zal en vooral wat er aan argumenten in het geding zullen worden gebracht. duld onder mijn personeel geen ontevredenheid. Denk aan je huisgezin." „Mijnheer, u stelt zware eischen. Als lid van m'n organisatie bedanken, het eenige wat ons nog hoop geeft onze ellendige toestand te verzachten? Dat zou beteekenen dat ik een verrader werd van mijn kame raden. Neen mijnheer, dat kan en dat mag ik niet doen." „Dus, je slaat mjjn raad in de wind? Je weet wat ik gezegd heb. Onder mijn personeel duld ik geen mensch die lid is van dien bond. Ik geef je tot Zaterdag tijd om na te denken. Of als lid van je vereeniging bedanken of ontslag." „Mijnheer, dat zou u niet helpen. Uw geheele per soneel is georganiseerd. Die het tot nog toe niet waren, zijn het gisteravond op de vergadering geworden." „Wat zeg je? Het geheele personeel...? Dan is dat jou werk. Jij hebt me de geheele boel opgeruid. Nu is het me duidelijk waarom je de laatste tijd zooveel met de anderen in schafttijd stond te praten, j(j die altijd even bedaard en kalm was. Geen oogenblik wil ik je meer in m'n dienst hebben. Hier heb je je geld tot Zaterdag en nu de deur uit." „Groote God Mijnheer „Ik heb m'n laatste woord gezegd, Toon." Toon ging naar de deur, bleek van woede. Draaide zich op de drempel nog eens om en beet zich op de lippen. Hij balde z'n grove vuisten, die hjj dreigend opdiief, deed met een smak de deur dicht en stond buiten. Blijkbaar nu eerst tot het besef gekomen zijnde, wat hem was overkomen, stond hij als radeloos. Zonderling. Hoewel er overdaad van werk is, worden er bg Gemeentewerken op last der Commissie werklieden (losse) ontslagen. En dat juist tegen den winter. Wij zijn er nieuwsgierig naar, wie in de plaats van die ontslagen werklieden zullen komen, wanneer het niet-afgemaakte werk zóó opgeloope» zal zijn, dat de Commissie tot het aannemen van nieuwe losse werklie den last geeft. Wij zullen onze lezers op de hoogte houden. Nog een» de sloot, de mnnr en de bouw- politie. In 't begin der week kwam de steenen massa, opgestapeld op de eerste bintlaag van het huis met de muur-in-de-sloot aan den Westfrankenlandsche laan, met donderend geraas naar beneden. Ze werden onmiddellijk opnieuw opgestapeld, nu op den muur-in- de-sloot zeiven, en daarna weer een eind verder. Zou het nu heusch geen tijd worden, bevel tot afbre ken en opnieuw opbouwen van dezen muur te geven Of moeten er eerst ernstige ongelukken gebeuren Tramtoestanden. Een der beide koetsiers, door Gebr. Hoek in de 7 jaren hunner exploitatie ontslagen, en toen ontslagen om redenen van onbe kwaamheid, is nu na 3 jaar opnieuw als koetsier aan genomen in de plaats van een, die met een getuigschrift van bekwaamheid is ontslagen. Of deze man, ontslagen nadat Gebr. Hoek tevergeefs getracht hadden hem voor den dienst geschikt te maken, nu wel geschikt is, zullen wg op 't oogenblik niet trachten te beoordeelen. Maar 't is toch wel vreemd, dat een niet-vakman, de tegenwoordige chef, een zeer bekwaam koetsier door zoo iemand vervangt. Maar misschien is ook dat weer niet vreemdde nieuw-aangestelde is n.l. Roomsch, en Roomsch is troef tegenwoordig te Schiedam. Naüperij. Nauwelijks bestond ons Bureau voor Arbeidsrecht eenige maanden, of ook de katholieken kwamen met een dergelijk Bureau op de proppen. En daar komt nu zoowaar ook „Patrimonium", en adver teert een „Bureau voor Rechtskundig Advies", adviseur Mr. Bonman. De berichten in de „christelijke" pers doen echter zien, dat het zaakje lang niet zoo grootscheeps is opgezet, als de advertentie wel zou doen vermoeden. Wie deze kostelijke adviezen wil inwinnen, zal zich eerst moeten wenden tot meneer die en die, wonende daar en daar, om vervolgens gezonden te worden naar het te Schiedam' gevestigde Bureau, waar men tegen betaling van dit of dat bedrag de eer zal genieten op „christelijke" wijze van het kastje naar den muur te worden gezonden. De Moker van 30 Jan. j 1. bracht ons reeds het vol gend schitterend staaltje van het degelijke werk van dat Bureau Iemand had een ongeluk gekregen, maar kon van de Rijksverzekeringsbank geen uitkeering krijgen. Hij stapte naar „Patrimonium", en na 40 centen te hebben geof ferd, werdt hg gelukkig gemaakt met een blad papier, waarop het volgende te lezen stond „U verzoekt aan Uw dokter op grond van Uw „laatste ongeval, of hij niet kan zorgen, dat u een' „blijvende uitkeering krijgt daar U niet meer in „staat zgt Uw gewone werk te verrichten." Een kostelijk advies, nota bene verstrekt onder het adviseurschap van een advokaat, Mr. Bonman Ontslag Vijfendertig jaren aan een stuk door ge zwoegd en nu als een hond op straat gejaagd. Dat was te veel. En z'n vrouwEen dikke traan rolde over zijn wangen. Reeds drie weken waren de metselaars en opperlie den in staking. De mannen hielden moedig stand. De patroons deden alle mogelijke moeite onderkrui pers te krijgen, doch het lukte hun niet. Toon zat thuis. De laatste dagen was de toestand van z'n vrouw ernstiger geworden, zoodat hg niet veel op straat kwam. Tot voor kort had hij de appèls nog bijgewoond, die 's morgens en 's middags onder de stakers gehouden werden, doch ook dit durfde hg al sinds eenige dagen niet meer te doen. Het bestuur had hem daar dan ook van vrijgesteld. Het was dood stil in de sombere kamer. Het beste wat in huis was, was naar de lommerd gedragen, omdat de vrouw ver sterkende middelen noodig had. Toon's dochter liep met geruischlooze pasjes de kamer op en neer, hier en daar wat opredderend, van tijd tot tijd glurend naar de bedgordijnen, waarachter een magere vrouw lag die met het eerste oogopslag meer voor dood dan levend zou aanschouwd worden. Eenige kinderen van 9 tot 14 jaar zaten op den grond ang stig fluisterend. Dat alles maakte de stemming nog somberder. (Slot volgt).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1909 | | pagina 3