Een cadeau van de firma Smulders Ontwakiüg. E apitalistendien aar Art. 1638 c én d. Raadsverkiezing werden samengesteld als volgt: bureau I Lagerwey voorz., Kranen en van der Drift leden, Koop- mans en van der Velden plaatsvervangende leden bureau II W. A. Beukers voorzA. C. A. Nolet en van der Schalk leden. Smit en Goslinga plaatsvervan gende leden. Tot leden van de Commissie voor De Arbeidsbeurs en het gemeentelijk Werkloozenfonds werden benoemd de patroons J. van den Tempel, B. G. Hoogendam, G. van Meurs, J. H. Soheuerman, F. J. Smit en H. Stooker de werklieden G. Breure, W. J. Dries, A. A. Marrevée, J. van der Most, H. v. d. Wal en Th. C. Pluym. Bij deze stemming brachten 5 Raadsleden een blanco-stem uit (voor patroons zelfs 6), blijkbaar als protest tegen de schandelijke verknoeiïng der Arbeidsbeurs- en Werkloozenfonds-verordeningen door den Gemeenteraad. Zóó verscherpen zich de tegen stellingen Over het voorstel van B. en W. om een crediet van f 200.— beschikbaar te stellen voor het ge meentelijk werkloozen fonds ontspon zich eenig debat. Bjj de stukken ontbrak n.l. iedere opgave van het aantal leden der 2 (zegge twee) toegetreden ver- eenigingen en van het aantal werkloozen daaronder. De Bruin vroeg naar die getallen, die hij noodig achtte te weten om over de grootte van het aangevraagde bedrag te kunnen oordeelen. De Voorzitter gaf een ver keerd antwoord, blijkbaar niet op de hoogte, en werd daardoor oorzaak van een scherpen uitval van De Bruin, die weer den heer Goslinga tot een vinnigheidje aan De Bruins adres verleidde. De heep Van Westendorp legde daarop uit hoe de vork in den steel zat, erkende dat de door De Bruin gevraagde cjjfers hadden meegedeeld moeten worden, en verzekerde dat de grootte van het crediet berustte op de door de werkloosheids-commissie gegeven cijfers. De voorzitter was weer gered. En het crediet werd zon der hoofdelijke stemming verleend. Bp het adres van den Ned. Bond voor lichame lijke opvoeding, vragende om subsidie, en het af wijzend prae-advies van B. en W. daarop, gaf de heer Goslinga den Voorzitter een leelijke pil te slikken. Dat prae-advies werd n.l. gemotiveerd door uiefls dan dit argument: dat de subsidievragende bond geen organi satie te Schiedam had. De heer Goslinga vroeg zeer terecht daarom, of de Bond dan wel subsidie moest krfjgen volgens B. en W. indien hij een afd. te Schiedam had. De Voorzitter stamelde: „neen, dat is niet het eenige argument, het is slechts de druppel die den emmer deed overloopen." Waarom de heer Goslinga onder algemeene hilariteit opmerkte: „dan is de emmer toch heelemaal vergeten." De Voorzitter vergat te vragen of iemand stemming verlangde, gaf een hamerklap op de tafel, en ging over tot het volgende nummer. Ook deze keer ontbrak er iets aan de leiding des voorzitters (stijl Nieuwe Schiedamsche Courant Het voorstelletje van B. en ff. in zake de plaatselijke Inkomstenbelasting en de daaraan toegevoegde tabel van progressieberekeningen gaven aanleiding tot een zeer verward debat, dank zij op nieuw I de uiterst onvoldoende leiding. De heer Goslinga begon n.l. met voor te stellen, het voorstelletje van B. en W. om advies naar de financieele commissie te zenden, en De Bruin ondersteunde dat voorstel, maar wilde het advies uitgebreid zien tot de progressieberekeningen. De heer Goslinga lichtte zijn voorstel zeer in 't kort to°, De Bruin verdedigde zijn voorstel om in het voorstel Goslinga ook de progressieberekeningen te betrekken, eenigszins uitvoeriger, daarbij erop wijzende dat die berekeningen de uitvoerbaarheid van progressie toch zeker wel hadden aangetoond en dat belasting naar draagkracht dus op geen practisch bezwaar kan afstuiten. In plaats dat de Voorzitter nu den heer Goslinga vroeg of hij met dit denkbeeld van De Bruin meeging, en daarna hetzij het voorstel-Goslinga alleen, hetzij het gecombineerde voorstel-Goslinga—De Bruin in bespreking bracht, ging hjj erg omhalerig vertellen, dat B. en W. alleen huu voorstelletje hadden ingediend, dat die pro gressieberekeningen daarmee niets te maken hadden en dat dus De Bruin buiten de orde was. Een onmo gelijk "debat" volgde hier natuurlijk op. De heer van Westendorp wierp den Voorzitter opnieuw een reddings boei toe, en deze maakte toen pardoes een einde aan de besprekingen en liet stemmen. Het voorstel-Goslinga werd aangenomen met 16 tegen 2 stemmen (de heer Wittkampf had het bestreden, en de heer Kranen had er zich tegen verklaard toen de Wethouder van Financiën hem op een vraag had mee gedeeld, dat het voorstelletje van B. en W. 554 per sonen zou ontlasten, wat de heer Kranen te veel vond). Het voorstel-De Bruin om B. en Wuit te noodigen, gehoord de financieele commissie, prae-advies aan den Raad uit te brengen over de ingediende progressie berekeningen, werd daarop zonder hoofdelijke stemming aangenomen. (De Bruin had zjjn voorstel overeen komstig een aanwijzing van den heer Van Westendorp aldus geformuleerd.) Voor De Bruin is deze beslissing een groot succes. Reeds bij de eerste begrooting, aan wier behandeling hij deelnam, stelde hij de kwestie van belasting naar draagkracht, maar geheel tevergeefs Sedert kwam hij er doorloopend op terug, wist ten slotte den Raad te bewegen tot het verzoek aan B. en W. om de thans ingediende progessie-berekeniugen te maken, en kreeg nu gedaan dat B. en W. dooreen prae-advies die progressie-kwestie aan de orde zullen stellen. Een woord van hulde aan De Bruin voor dit mooie resultaat van volhardend en beleidvol optreden is hier alleszins op zjjn plaats. Uit het debat over deze kwestie moeten nog twee dingen worden vermeld lo. dat de heer Koopmans B. en W. vroeg, hoeveel kiezers voor den Gemeenteraad door het voorstelletje van B. en W. hun kiesrecht zouden kwijtraken, en dat, toen B. en W. verklaarden dit niet te kunnen zeggen, hun toen de opdracht is verleend dit te onderzoeken en aan den Raad mee te deelen; 2o. dat volgens mededeeling van den heer Lagerwey door het voorstelletje van B. en W. zouden worden ontlast 118 personen van klasse II, tezamen een belastbaar inkomen hebbende van f 85000. J) deze getallen wijzen op een ontkiezing op groote schaal bij het aannemen van het voorstelletje van B. en W. Om 4 uur was de voorstelling afgeloopen. De meer dan ongelukkige leiding van den voorzitter maakte ze nog veel langer dan anders noodig was geweest. Op de meest hondsche en hardvochtige manier zjjn de werlieden der firma Smulders deze week er aan her innerd, dat zij niets zijn dan ar beid s- en winst-leveranciers voor het kapitalistisch bedrijf, waarin zij werken. In dezelfde week, waarin de arbeiders besloten een cadeau voor meneer Harry te koopen voor een 14-weken-lange storting van een half uur loon per week, besloot de firma Smulders een cadeau aan haar arbeiders te geven van twee werkuren per dag, gelijkstaande met een wekelijksche loonkorting van f 1.50 t o t f 2.50, De firma Smulders vond zeker, dat, „De Moker" haar arbeiders nog niet duidelijk genoeg had gemaakt, dat een kapitalistische onderneming als de werf Gusto hen alleen gebruikt zoolang zij ze noodig heeft, en hun loon inkort (door verkorting van den arbeidsdag) ot hen werkloos maakt, wanneer de firma dat in 't belang acht van haar kapitaal en haar winst. En daarom be sloot zjj, op een krasse manier juist nu in deze periode van flikfooierij de arbeiders eens door een sprekende daad aan hun slavenondergeschiktheid van het kapitaal te herinneren. Of heeft de firma Smulders opnieuw willen toonen, welk een onbeperkte heerschersmacht zjj in haar fabriek bezit, en met welk een trekdiere n-w i 11 o o s h e i d haar arbeiders zich laten ranselen en gebruiken? Arbeiders, toont dat de firma zich daarin vergist! Toont dat gij geen trekdierenhart maar een menschenziel bezit. Toont dat gij u niet wilt laten gelijkstellen met een werktuig en een machine! En komt op voor Uw menschenrechten, terwille van Uzelf, Uw familie, Uw lotgenooten! Laat het antwoord op deze loonsverkortin^ een toetreding tot Uw vakvereeniging in de eerste plaats zijn. Weest arbeider met Uw medearbeiders in den strijd der arbeidersklasse tegen het kapitalisme. En houdt er mee op. Uw voornaamsten vijand, den voor- naamsten onderdrukker van Uzelf en Uw klasse, hetkapitalisme, te versterken door flikflooierijen en dergelijke kapita- lisme-dienende lievigheidjes. De firma Smulders heeft U er opnieuw aan herinnerd dat gij voor haar niets dan arbeiders zjjt; dat wil zeggen: niets dan arbeidsleveranciers, niets dan winstmakers voor het kapitaal. Welnu, wilt zelf ook niets dan arbeiders zjjn, staande naast Uw medearbeiders en met hen mede strijdende den moeieljjken maar over winuingszekeren strjjd vóór de vrijmaking der arbeidersklasse uit de boeien van het kapitalisme. Sluit U aan bij Uw klasse-organisaties! Zooals ook in andere plaatsen van ons land het ge val is, gaat te Schiedam het klassebewustzjjn onder de kerkelijke arbeiders ontwaken. De onvermoeide propaganda der S.D.A.P. en de toenemende verscherping van den klassenstrijd in allerlei deelen van ons land kunnen ten slotte geen ander gevolg hebben. De vergadering, waarin de heer Diemer bij de be handeling van het speciale punt „artikel 1688 c en d van het B. W." het arbeidersklassestandpunt verdedigde tegenover het werkgeversklassestandpunt, wees daar reeds op. Eu nog veel sterker doet dat de vergadering van St. Eloy over de staking te Beek en Donk, die aangekondigd wordt als dienende ter bestrij ding van de verkeerde meeningen over die staking verkondigd (zie „Kapitalistendienaar" in dit nummer), De leiders der „christelijke" arbeiders-organisaties zullen natuurlijk alles doen wat zij kunnen om te be- toogen, dat hun optreden voor de arbeiderszaak iets anders is dan onze klassenstrijd. Wij gunnen hun het pleizier, een anderen naam aan dezelfde zaak te geven. Aan ons het genoegen, te constateeren dat ook bjj hen het klassebewustzjjn is ontwaakt! De Nieuwe Schiedamsche Courant plaatste als „tegengif" tegen de van klassenstrijd sprekende woorden der heeren Mouwens en Swartjes over de staking te Beek eu Dook (zie ons no. der vorige week) een gemeen stukje van een R. K. Priester tegen de „stakers". Natuurljjk moesten ook Roomsche arbeiders daartegen in opstand komen, en verscheidene zonden kun protest naar de redactie van de Nieuwe. Maar jawel, deze kapitalis tendienaar scheepte ze in haar „Correspondentie" (num mer van 4 Februari) aldus af, prachtig reclame makende voor den „klassenstrijd" Men zendt ons van verschillende zijden ingezon den stukken, een protest bevattende tegen het artikeltje over de staking te Beek en Donk, giste ren aan het „Huisgezin" ontleend. Daar wjj in deze kwestie reeds het „hoor en wederboor" toe pasten zoowel door het opnemen in het verslag van de Volksbond-vergadering van het door den heer Swartjes gesprokene, als door het plaatsen van het stukje waarin bedoelde R. K. Priester de betrokken kwestie in 't licht stelt, meenen wjj, dat er voor de plaatsing van die ingezonden stukken geen redf-n is en zien wij ons dus genoopt de op name te weigeren. Verledeu Maandag had in het Gebouw van den R.K. Volksbond een vergadering plaats, waarin het Rotterd. Raadslid Diemer het tot den Schiedamschen Gemeenteraad gerichtte adres der christelijke organisaties over art. 1638 c en d van het B. W. behandelde. De voorzitter J. van der Most sprak er zjjn spijt over uit, dat het Sbhiedamsehe patronaat, dat tegen het adres ageert, niet vertegenwoo'digd was. Hjjzeide dat aan 't eind der vergadering gelegenheid zou zjjn tot het „stellen van vragen". De heer Diemer begon met te constateeren dat tal van gemeenteraden in den tegenwoordigen tjjd bewerkt worden zoowel van patroons- als van arbeiderszjjde in zake art. 1638 c en d. Na een uitvoerige uiteenzetting van de voorgeschie denis der wet op het arbeidscontract oehandelde spr. de beteekenis van dat contract. Hij wees op de groote worstelingen bjj de invoering van het contract, bieren daar gevoerd, maar noemde de gevolgen van het con tract, vóór de invoering gevreesd door de patroons en met vreugde verwacht door de arbeiders, van zeer kleine beteekenis. De art. 1638 c en d zelf hooren tot het aanvullend, niet tot het dwingend recht. Oorspronkelijk was de bedoeling, deze aitikelen tot dwingend recht temaken. Maar Mr. Drucker veranderde dat, omdat hjj meende, dat andeis het betere dan het voorgeschrevene in deze artikelen zeker niet kon worden ingevoerd, en dat anders ziekelijke en zwakke arbeiders nog moeilijker onderdak zonden kunnen worden gebracht. In de Tweede Kamer toonde men zich evenwel alge meen van meening, dat de zedelijke plicht van toepas sing der art. 1638 c en d voor de patroons bestond. De regeering sprak zich in dien geest uit, de Kamer leden eveneensbjjv. Mr. Tideman, de heer 'v. Dedetn, de heer Duymaer van Twist, en de heer Talma (thans minister). In 't algemeen kan men dus zeggen, dat de geest was, dat men vast moest houden aan 't uitbetalen van loon in de gevallen van deze artikelen. En wat deden de patroons? Overal waar ze konden, schakelden zjj deze artikelen uit het contract. Niet het minst onder de bouwvakpatroons, zooals nu te Schiedam getracht wordt. Het stellen van voordeelen in de plaats van die der art. 1638c en d kwam bjjna nergens vooralleen te Amsterdam en te Haarlem Voor de eigenaardigheid vermelden wfi hier nog eens, dat de ééne hoogstaaugeslagene voor een bel. ink. van ƒ61000 inge schreven staat.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1910 | | pagina 2