FEUILLETON
Tweede Kamer.
Kleine Bazen.
Vakbeweging.
zijn eigen broer of vader, die moest hetzelfde lot onder
gaan. De Protestanten hadd-n das een zwaren tijd;
hrnne zaak leek wanhopig: wat moesten zij met hun
kleine troepje tegen den machtigen keizer doen Toch
hielden zij vol.
Een aanzienlijk, dapper en verstandig man, „Wil
helmus van Nassauwen', de Prins van Oiauje, plaatste
zich aan 't hoofd.
De Protestanten wonnenZjj namen de mooie
kerken dér Katholieken in bezit, haaiden er altaar en
beelden uit en hoorden er de preek in 't Hollandsch
En waar moesten dan de Katholieken bljjven Die
werden erg achteruit gezet. Zij mochten geen eigen
kerk hebben en niet met een kerkboek in de hand
over straat loopen. Ook zijn er zelfs enkelen ter dood
gebracht, maar ze hadden het toch niet zoo slecht, als
vroeger de Protestanten.
De Gereformeerden hadden alles te zeggen. Zij
regeerden op 't stadhuis en overal. Die niet van hun
geloof was, mocht zelfs 't kleinste postje niet hebben.
Dit waren de treurige gevolgen van de onverdraag
zaamheid en zij duurde tot 't einde der 18e eeuw, dus
meer dan 2U0 jaar.
Wordt vervolgd.)
Telkenjare omstreeks het laatst van November wordt
in ons Parlement een aanvang gemaakt met de openbare
behandeling der Staatsbegrooting. Voor dien tijd is er
reeds binnenkamers over gesproken, n.l. in de afdeelingen,
waar ieder lid, desgewenscht, het zijne over de te be
handelen onderwerpen kan opmerken.
Bjj de openbare behandeling worden echter eerst
algemeene (beschouwingen gehouden, waarbjj het beleid
der regeering, wat deze gedaan of nagelaten heeft of
van plan is te doen, wordt besproken.
De minderheid treed dan vooral critisch, de meer
derheid steunend op. Deze algemeene beschouwingen
geven dan een beeld van de naaste staatkunde des
lands, dat wil zeggen, in welke banen de regeering,
gesteund door de meerderheid der Kamer, meent te
moeten zeilen. Niet altijd echter is er evenveel stof
tot spreken over de houding der regeering, wat aan
gaat de groote zaken die van haar verlangd worden.
Wanneer een regeering in zp le of 2e jaar aan 't
roer is, kunnen er nog geen groote wetsontwerpen ver
wacht worden, waarover in de Kamer kan worden ge
sproken. Nu is het met deze regeeriug zoo gesteld,
dat toen ze optrad na den val van het ministerie De
Meester, zij de Kamer nog niet achter zich had, niet
de meerderheid had in de 2e Kamer. Een meerderheid
en wel eene zoo groot als in de laatste jaren ooit eene
regeering heeft gekend, n.l. 60 tegen 40, heeft de ver
kiezing van 1909 eerst gebracht. Steunende op deze
meerderheid kon de regeering eerst aan het werk gaan
om haar program af te werken. Het is dus het derde
jaar dat de regeering de begrooting indient. Nu zou
men zoo zeggen, dat bjj deze machtsverhouding in de
Kamer de verschillende ministers de vrije hand zouden
hebben om hunne opvattiugen omtrent de wetgeving in
wetsontwerpen te belichamen en zouden we, zoo niet
alles wat op voorziening wacht, dan toch wel een groot
deel daarvan reeds voor os hebben.
Maar wat is het geval. De sociale wetgeving die
van het meeste belang is en waaronder in de naaste
toekomst verstaan wordt de pensioneering der arbeiders,
de ziekteverzekering, de invaliditeitsverzekering, den
tienurendag, wijziging der ongevallenwetwat hebben
we daarvan tot nog toe gezien.
Hun vader was al heel klein begonnen. Op de
bovenachterkamer had hjj een kleine „kleermakerswinkel"
en zijn vrouw had beneden een een zaakje in aardap
pelen en g'oenten. Maar zoo had 't mes toch van twee
kanten gesneden en door een sober leven schoot er tel
kens méér geld over, dan bij anderen het geval zou
geweest zp.
Dat ging dan elke week naar „'t Nut", 't Geeft altijd
meer dan 't Rijk en is even vast, zei de vader. Toen
er een erfenisje bjj kwam, werd de zaak uitgebreid.
De aardappelhaiHel werd opgedoekt, de kleermakerij
uitgebreid door handel in confectie en een winkel.
De grootere winsten bléven gaan naar 't Nut, maar
nu telkens tot er genoeg wa*, om 't „in steen" om te
zetten, zooals vader 't noemde. In huisjes dus. Dat is
éven vast, als 't Nut en rendeert beter, zei hij.
Geen gróóte huizen, dat is te veel risico bij 't leegstaan.
Neen, van die kleintjes van een gulden of een daalder.
Daar zijn altijd zoo veel liefhebbers voor. (Niet voor de
geriefelijkheid, maar om den lagen prjjs
Ontwikkend was de man nietmaar als 't op rekenen
aankwam Geen breuken opstellen, maar de percenten-
rekening vooral, zooa's die in zp practLche leven voor
kwam Ik zeg altijd maar zooAls de inkoop zeshonderd
gulden is en de huur één-vijf-en-twintig, dan wordt ie
Minister Talma, eens de democratische voorman
van Patrimonium, heeft de eer deze wetten te
mogen uitwerken. Nu heeft deze Minister nog slechts
één wetje ingediend, die in de Kamer in behandeling
ts geweest, n.l. de Bakkerswet. Het ontwerp is
gewogen en te licht bevonden, het was niet afge
werkt, er ontbrak iets aan en jnist dat ontbrekende
maakte het heele ding tot een misbaksel. Het ontwerp
bedoelde de nacht- en Zondagarbeid in bakkerijen te
verbieden, maar de minister had vergeten of durfde er
niet wel aan, om den arbeisduur te regelen. Zooals we
in een vorig schrijven gezien hebben, is het ontwerp
gered vooreerst althans door de motie-Troelstra,
later door den minister overgenomen, om alsnog daarin
op te nemen de bepaling, hoe lang dat per etmaal of
per week in bakkerijen mag worden gewerkt.
Dan heeft minister Talma bij de Kamer ingediend
het ontwerp Ziekteverzekering. Dit ontwerp houdt ver
band met eene wijziging die de Ongevallenwet moet
ondergaan. Wanneer iemand een ongeval krijgt, valt
hij vau af het begin onder de ongevallenwet. In 't
vervolg zullen de eerste zes weken na een ongeval
onder de ziekteverzekeringswet vallen. En nu bepaalt
dat ontwerp, dat gedurende de eerste zes weken niets
wordt uitgekeerd.
Arbeiders, het is noodig hier een oog in 't zeil te
houden en goed toe te zien, dat eenmaal verkregen
rechten u niet weer afhandig gemaakt worden. Want
dat het ernst is aan die zijde, kunnen we zien toen
Schaper sprak in de Kamer over deze zaak en het
schande noemde, wanneer de eerste zes weken na een
ongeval niet werd uitgekeerd, en waarop de chr.-hist.
heer Dr. De Visser liet volgen „Het zal toch moeten",
waarop Schaper liet volgen: „Het zou een misdaad zijn".
De ziekteverzekeringswet is nu wel ingediend, doch
het verband van deze wet met de Ongevallenwet, daar
van is de Kamer nog onkundig en de behandeling kan
niet aanvangen, voor en aleer de Kamer ook de ge
wijzigde ongevallenwet voor zich heeft. Minister Talma
heeft een nota, een korte schets, beloofd aan de Kamer
over te leggen.
Zoo zien we, dat er nog niet veel gedaan is door de
regeering om voortgang te maken met de sociale wet
geving.
Het is ook zoo moeilijk, zei Dr. Nolens, want er
moet met zoo vele belangen rekening worden gehouden.
Ja, juist, doktor, daar hebt u een waar woord gezead.
Door n wel adders bedoeld misschien, <ïan het werkelijk
is, maar een feit is het, dat minister Talma met vele
belangen rekening moet houden. Uw groote meerderheid
bestaat uit verschillende politieke personen. Daarin
moet de heeren- en de arbeiderspartij zoet worden ge-
honden en ik geef graag toe, dat het zwaar werk is
om dat te volbrengen.
Er is wel veel gesproken over wat de regeering niet
heeft gedaan en minister Heemskerk heeft een lange
rede gehouden om dat alles te weerleggen, doch deze
rede van den eersten minister was wel jlang, maarniet
diep van gedachte. De minister schijnt de kunst te ver
staan om de Kamer te doen schudden van het lachen,
maar daaraan hebben de arbeiders van Nederland niets,
die verlangen daden van de regeering. Het debat stond
dan ook, volgens de verklaring van bladen van beide
partijen, op een laag peil. En dat kan al niet auders.
De regeering heeft wel is waar een groote meerderheid
achter zich, thans nog 59 tegen 41, maar deze meer
derheid is het slechts eens, wanneer het gaat om het
onderwjjs te verknoeien, wat reeds een paar jaren aan
den gang is, en wanneer het gaat om de oorlogsuitgaven
op te drijven. Moet er wat gedaan worden voor de
arbeiders, dan valt die meerderheid als droog zaud
totaal vijf-en-zestig. Elf er af voor onkosten blijft
vier-en-v(jftig, dan wordt dat negen percent.
Toen de oudjes stierven kwamen de zoons in de zaak.
Beiden hadden 't vak van den vader geleerd, omdat
een zoon meer rendeert dan een knecht
De z^ak werd op denzelfden voet voortgezet, maai
de zoons rekenden béter nog dan de vader.
Als een huis acht percent geeft en je kunt er
een bypothe k op krjjgen tegen vier of vijf, dan wil
dat zooveel zeggen, alsdat er vier of drie van over
schieten waar je heelemaal geen kapitaal voor noodig
hebt, nietwaar
Maar toen de zaak al beter ging, moesten ze hulp
hebben. Een knecht nemen? Twee knechts?
Nee Jan, i iét doen. Géén knechts nemen. Daar
zit te veel aan vast. Die hou-je altijd langer dan
noodig is. Wat moetje met die menschen in de slappe tijd
Wel, als je ze niet noodig hebt op een bepaalde
tijd, dan stuur je ze weg. Dat is klaar als een klontje.
Je kunt ze toch geen geld geven voor niks. Ze geven
óns toch waarachtig óók niks voor niks
Nee maar Jan, kijk es. Ik had zoo gedacht,
't Werk buitenshuis. Dan heb je met die menschen
niks te maken. Hebben wjj werk, dan hebben zij 't
ook, en wij niet, zij niet. Dat is geloof ik 't eerlijkste,
en daar valt ook niks op te zeggen. Daar ben je niet
zoo beperkt ook als met knechts thuis. Dan kun je
toch altjjd maar een bepaalde hoeveelheid afdoen,
nietwaar Krjjg je het drukker, dan neem je niet zoo
makkelijk er eentje bij, en die krjjg je ook niet zoo
uiteen. Dat hebben we gezien bij de bakkerswet. I
eerst noodige, waarvoor moet worden gezorgd, is, dat
er een flinke kiesrechtuitbreiding komt, waardoor alle
meerderjarige mannen, zoowel als vrouwen, hun stem
kunnen uitbrengen. Dan hebben we kans, dat er ander
bloed komt in ons parlementair leven.
Dus arbeiders, allen op voor het Algemeen Kiesrecht
voor mannen en vrouwen.
Rust, roest denkt het bestuur van het N. V. V,
Trots de actie voor het algemeen kiesrecht, gaat bet
bestuur vooit met de actie voor den 10 urendag. Wij
lezen in de Vakbeweging, het orgaan van den N.V.V.:
Het spreekt vanzelf dat, hoezeer de actie voor het
kiesrecht-petitionnement onze werkers ook in beslag
neemt, de beweging voor den tien-urendag en verbod,
resp. beperking van kinder- en nachtarbeid, welke zoo
heeft ingeslagen en ook de andere richtingen in de
arbeidersbeweging voor zich uitdrijft, met volle kracht
moet worden voortgezet.
De besturen van S D.A.P. en N.V.V. hebben daarom
besloten omstreeks de tweede helft van Januari zooveel
mogeljjk op denzelfden dag in een niet te groot aantal
plaatsen van ons land vergaderingen voor de propa
ganda van onze eischen te beleggen, waar tevens het
ontwerp-wijziging Arbeidswet besproken zal worden,
Mocht dit ontwerp as. voorjaar in de Tweede Kamer
in behandeling worden genomsn, dan zal, vlak vóór de
behandeling, in Den Haag een nationale betooging
worden georganiseerd, om op te komen tegen de halve
maatregelen welke worden voorgesteld en onze eischen
nogmaals te doen klinken. Binnenkort zullen de centrale
besturen zich te dezer zake wenden tot de betrokken
bestuurdersbonden en afdeelingen der Partij.
Metaalbewerkers. De leden van de afdeeling j
Schiedam van den Alg. Ned. Metaalb.bond worden
herinnert aan de ledenvergadering welke gehouden zal
worden op Vrijdag den 22 December a.s., waarop het
Volkspetionnement behandeld zal worden.
Net als kier. Een kras staaltje van patroons-
willekeur heeft zich te Leiden afgespeeld. Een arbeider
trachtte organisatie te stichten op de fabriek van de
fir ma K. Blans te Leiden, waar hij werkzaam was,
O.a. stelde hij zijn medearbeiders voor aan den patroon
een verzoekschrift te richten, om voor den nachtarbeid
verhooging van uurloon te geven. Hierdoor had hij
zjjn vonnis geteekend. Voordat het verzoekschrift over
handigd was, werd hem door de directie aangezegd,
dat hij met 14 dagen opzeggingstermijn ontslagen was.
Als reden gaf zij opslapte in het bedrjjf, het oude
smoesje om van „lastige" elementen af te komen. De
een of andere slavenziel heeft zich bepaald verdienstelijk j
willen maken en hem bij de directie aangebracht.
Hier of elders, voor de arbeiders blijft het: bukken,
of er uit
De moderne inquisitie treft dan alleen den misdadiger
nietde man is gehuwd en vader van 8 jonge kinderen.
Glasblazers). Als inzet voor het petitionnement
belegt de Glas- en Aardewerkersvereeniging a.s. Zondag
een openbare vergadering, waarop door v. Hinte, secre
taris van den Gemeentewerkliedenbond gesproken zal
worden over het Algemeen Kiesrecht en hare betee-
kenis. Wij hopen dat de hutters in grooten
aanwezig zullen zijn.
goedkoop, maar bij die thuiswerkers heb je er altijd
nog geuoeg, die weinig te doen hebben, of nog meer
willen verdienen.
En 't spaart een werkplaats nit, en afgepaste
werktijd, 't is toch eigenlijk schandalig zoo'n wet, die
je verbiedt te werken, als een mensch wilAls zoo'n
knecht niet wil, nou aliamaar in den regel doen
ze 't toch wat graag
En 't spaart vuur en licht en elke dag koffie en
thee
En 't is voor hun ook gezellig dat huiswerk. Ze
blijven bij vrouw en kinderen dat is toch ook wat
waard, zou ik meenen
II.
„Bij de gebroeders Zuiger wordt een leerjongen
gevraagd".
Zoo had er in de courant gestaan en Bram was er
geplaatst tegen een weekloon van acht stuivers.
We kenne riet meer geve voor een jonge, had
Jan tegen zijn vader gezegden je moet rekenen.
hjj kent niks van 't vak. En hij hoeft pas om acht
uur te komen en is 's avonds na zevenen al weer vrjj
met 's middags anderhalf uur schaftjjd Zoo kwam
de veertienjarige Bram in de zaak.
Maar al spoedig merkte hij, dat er van leeren niet
veel kwam. Schoenen poetsen, messen slijpen, brood
halen, vloer vegen, melk aannemen, pakken wegbrengen
enz. Toen zijn vader kwam klagen zei Jan, dat dat er
natuurlijk allemaal bij hoorde, maar de gebroeders
voelde toch wel, dat 't maar niet aanging, hem alléén
jjjainm