FEUILLETON DE 25000. Op den Uitkijk. Vakbeweging. De afrekening. Met rasscbe schreden naderen nn de raadsver* kiezingen, die ditmaal van meer dan gewoon belang zijn. Lange jaren hebben de klerikaal-konservatieven nn de macht volop in handen gehad. Met een meerderheid v»n 60 tegen 40, een meerderheid, gewillig in alles, omdat ze er is om te doen wat enkelen willen, omdat het gros der rechtsche leden niet méér i s, niet méér mag, niet méér k a n en niet méé- w i 1 zijn als stemvee, volgzaam en gedwee loopende aan de 1 idsels, die de hootdlieden in handen hebben, met zulk een meerderheid waarmede alles was te doen wat men wilwaarmede alle mooie verkiezings-beloften waren in te lossen geweest hebben de klerikalen niet anders gedaan als de zaak, die ze van de liberalen hadden overgenomen, op den zelfden voet voortgezet Wie is in staat eens één enkel punt te noemen, waarmede de noodzakelijkheid van een klerikale meerderheid voor het algemeen belang kan worden aangetoond Géén enkel besluit is er, geen enkele daad, die de groote beginselen, waarmede in verkiezings dagen de kiezers worden begoocheld, tot grondslag heelt. Wat deed de klerikale meerderheid in den raad echter wel Zg verklaarde zich tegen verbetering der volkshuisvesting en hielp de vereeniging „Volkshuisvesting" op de meest lafie manier ten gronde; z(j verklaarde zich tegen belasting naar draagkracht en stemden telken ja>e het voorstel-De Bruin tot pro gressieve belasting-hetfing naar den kelder zij verklaarde zich tegen een betrouwbare verpleging onzer zieken en verijdelden met allerhande flauwiteiten de oprichting van een nieuw ziekenhuis zij verklaarde zich tegen speciaal onderwijs aan zwakzinnige kinderen en is hardvochtig genoeg ge bleken de half-idiote kinderen der arbeiders liever voor schandaal langs den openbaren weg te laten slenteren dan te pogen hen te redden, voor zoover redden mogelijk is zij weerstond halsstarrig ee» behoorlijke zorg voor de werkeloozen en weigerde bij herhaling de slachtoffers der kapitalistische maatschappij op billijke wijze de helpende hand te bieden. Dit schuldregister is nog voor veel uitbreiding vat baar en we zullen in de volgende nos. van De Moker de akte nog heel wat aanvullen. Maar zien wjj nu alvast terloops eens, wat de klerikale meerderheid wél wist te volbrengen Iets te noemen, wat met hun „beginsel" te maken had, zal niet gemakkelijk zijn. Bij de raadsverkiezingen in 1909 kwamen ze in het verkiezingsblad Stemt Rechts, dat zwart zag van de leugens, met een aantal foto's beweren, dat ze de Gorzen hadden opgeknapt, de Ambachtsschool opgericht enz. enz. Zóó kunnen we nu óók wat voor hun opsommen, mogelijk dat ze daarmede bij stroop-achtige kiezers nog succes vinden kunnen. Barend Plet was Rijksambtenaar, telegrambesteller, gehuwd, veertig jaar oud en mocht zich verheugen in het voorspoedig bezit van vier kinderen. Een van vjjf, drie en 'n half, twee jaar en de jongste was twaalf dagen. Hij woonde ergens drie hoog in de nieuwe stad. Moderne woniugbalcon, waar vier potten geraniums ruim konden bloeien. Voorkamer, kleine kamer, alcoof, achterkamer, keuken, veranda, die verdacht kraakte als iemand 't waagde er op te komen en zolder achter alles te voegen 't verkleinwoordje „tje". Barend had razend respect voor z'n ega, die in ge vallen van subordinatie in strengheid niet voor majoor Pop onder deed, met dit verschil, da' haar bevelen en or ters steeds mondeling den weerspannige bereikten, terwijl Pop zulks schriftelijk pleegt te doen. Overigens was zij 'n „brandje" van zindelijkheid en 'n voorbeeld voor eiken minister van fluanctëu. 'n Model-huisvrouw voor 'n Rtiksambtenaar als Barend, die als alles eraf was mt-t ruim t 10 tractement thuis kwam. Toch kon zelfs Be'je, Barend's grootste andere helft, niet voorkomen dat er nu en dan tekorten waren, wat ook nu weer 't geval was, nu een nieuw kuiken het spektakel in Barend's ren kwam vermeerderen. De „juffrouw", de baker, de eierenboer, 'n waschvrouw, de luiermand, 'n rijtuig voor den doo dat a les vor derde uitgaven waartegen Bet's begrootiDg zelf niet op kon. In zoo'n tjjd had Barend kwade dagen en 't liefst deed-ie dan maar „dienst". Trappend op z'n kar met 'n witte „P. T." op 't rooie spatbord, trachtte hij dan z'n zorgen at te wen telen, wat wel niet altijd lukte, maar in elk geval Zoo is het Singelkwartier gerioleerd en bestraat, ter eere van het beginsel„tegen de revolutie het Evan gelie". Jammer gei oeg hebben echter de vrijzinnigen, als ook de sociaal-demokraat de Bruin daaraan met evenveel liefde geholpen. Zoo is om de tegenstelling van „hef christendom en het paganisme het Sterrenbosch aangelegd, waaraan echter o jammeralle paganisten tot den soci aal-demokraat toe, om 't hardst medewerkten Zoo zjjn er tal van gebroken gaslantaarns hersteld, verzakte straten hersteld, slooten gebaggerd, ja zelfs het carillon van de groote kerk is vernieuwd ter eere natuurlijk van het kristeljjk beginsel. Let eens op, of die volksverneukers bij uitnemendheid straks niet met de/.e soort dingen hun bestuur komen verheerlijken en het als „ter eere Gods" voorstellen. We kennen die zwarte politieke schuivers al op ons duimpje Weet ge, wat ze gedaan hebben? Allerlei vette en minder .vette baantjes hebben ze ingepikt voor hun klanten. Uit 't hoofd schrijven we zoo op, dat als volgt de kluifjes werden verdeeld Voor de anti's Voor de katholieken een havenmeester een Directeur-Arbeids beurs een stadstimmerman; een straatreiniger enz. enz. een schoolhoofd een secretaris-ziekenhuis; een stadstimmerman een straatreiniger brug- en sluiswachters politie-agenten enz. enz. Beide groepen tal van plaatsen in legio commissies. Andere groepen zyn er niet meer in Schiedam tenminste niet, die in aanmerking kunnen komen voorbaantjesDie er zijn mogen zich tevreden stellen met het betalen van allerlei belastingen. In het bijzonder legden deze ,,christenen"(?) die o zoo rechtvaardig zijn, zoolang ze minderheid moeten wezen, zich erop toe uit alle commissies de sociaal-demokraten zorgvuldig te weren en zelfs ver krijgt het raadslid de Bruin al sinds jaren geen plaats meer in een raadscommissie. Dit is natuurlijk maar een proeve van het rechts- vaardigheids-beginsel, dat onze klerikale meerderheid in den raad in toepassing brengt en men weet, hoe zorgvuldig de heeren uit alle burgerlijke commissies (voor Ziekenhui*, St. Jakobs-Gasthuis e.d.) het arbeiders-element weren, en er heeren-kliekjes van maken. Zooals de Bruin nog onlangs in den raad aantoonde, met welk gekonkel zelfs arbeiders als Van der Meer meedoen en waarmede bij herhaling de groote arbeiders-bevolking wordt miskend en in 't gezicht geslagen. Tusschen twee haakjes moet er bij gezegd worden, dat de Vrijzinnigen hun „vrijzinnigheid" ten toon spreiden met aan die stelselmatige en voortdurende uitsluiting onverdroten mee te helpen. {Wordt vervolgd.) Mr. J. C. von Briel Sasse. Zooals men weet, is ook de heer Von Briel Sasse aan de beurt van aftreden (in district II.) werd-ie op z'n wiel toch niet vervolgd met Bet's reke ningen. 't Was op den dag dat Barend's joDgste dertien dagen was, dat-ie van z'n laatste ronde op de seinzaal kwam. Een paar kameraads waren er nog, die even fluisterden toen Barend binnen kwam en dan stil aan hun bezigheden gingen. Een van 't troepje, de „bleeke", loopt op Barend toe„Zeg Plet, heb jij onze nummers al nagekeken „Neen," zegt Barend, „dat doet de Bruin altijd." „Nou ja, die doet 't voor ons, maar jij speelt toch zelf ook, is 't niet „Ja, 'k speel 'n twintiggie met m'n zuster." „Dat meende ik ook," zegt „de bleeke". „Heb jij niet 150 0?" „Neen, 15019." „Verdomme kerel," „de bleeke" slaat 'n gat in de lucht, „eu hei jij niet de lijst gezien Barend loopt nu naar de lijst en kijkt, de „bleeke" achter hem. Ze zien 't beiden, 15019 heeft de 25000. Barend kijkt nog eens goed, en dan zenuwachtig tot „den bleeke" „Klets er niet over, ze hoeven 't nog niet te weten." In minder dan geen tjjd verdwijnt Barend. Op straat danst alles voor z'n oogen. Stel je voor "n portie van de 25000da's voor hem en z'n zuster elk ruim f 500. Ru m f 500. En daar wist z'n Bet niks van, geen spaan Wel wist ze dat ze in hun club 'n stuk of wat twin- tigjes speelden, maar van dit uit z'n lijf had-ie 't gespaard. Z >u-ie 't Bet vertellen Ja, dan was-ie van 't gezanik at. Maar 't was toch ook weer beter van niet, dan was 't een verrassing, en wat 'n verrassing De jongens waren naar bed. Bet zat met den jongste op haar schoot. Ze zag nog 'n beetje pips om d'r neus, en deed nogal kortaf en toen Barend onhandig was ioen-ieeen bakkie koffie inschonk, kwam het los. „Wat doe je nou ook suf. Je bent droomerig, hoe 't Is nog niet bekend geworden, of de klerikale partijen hem weer kandideeren zullen en dus ook niet, of hij een kandidatuur zal aanvaarden. Zoo wél wat bijna elkeen verwacht dan zal het de moeite loonen eens uit te lokken, welke motieven onze kantonrechters er toe kunnen bewegen, tegen beter weten in strijd met de wet te handelen. Want de wet eischt nadrukkelijk dat het raadslid ingezetene der gemeente zij en elkeen weet, dat de heer Von Briel Sasse wel op het kantongerecht domi cilie heeft, maar te Nieuwveen woont. In het k; nton- gerechtsgebouw woont de portier, maar verder niemand en de heer Von Briel Sasse, vertoeft te Schiedam als het heelemaal noodzakelijk is, maar anders niet. Dat het hoogst immoreel is voor iemand, die tot taak heeft de wet te handhaven, die trouw gezworen heeft aan de wetten des lands, om zóó met de wet te sollen, daarvan gevoelt de heer Von Briel Sasse bljjk- baar niets, want anders had h(j natuurlijk al lang zjjn mandaat neergelegd. Maar wat zullen nu de kiezertjes besluiten, die zeggen zoo'n verschrikkelyken eerbied voor de w e t te hebben BUITENLAND. De Duitsche vakbeweging schijnt de crisis ran 1907—'08 ton boven zijn gekomen. De bij de Oeneral- kommission aangesloten bonden waren in 1908 achternit gegaan met 75000 leden. Bovendien moesten de kassen der bonden geducht aangesproken worden voor onder steuning der werkelooze leden. Aan het eind van de crisis, was het ledental der aangesloten bonden teruggeloopen tot 1,797,963. Dit zijn voor ons nog wel reuzencijfers, de achteruitgang baarde in Duitschland echter veel zorg. Deze achteruitgang in ledental hield echter niet lang aan. In 1909 gingen de vakbonden reeds flink vooruit, 1910 overtrof aller verwachtingen. Niet minder dan 200,000 leden werden ingeschreven en was het aantal leden geklommen tot 2,100,000. Meer dan 2 millioen ledenWij, in ons klein landje, kunnen ons moeilijk een voorstelling van zoo'n ledental maken. Toch is de Duitsche vakbeweging nog lang niet aan de uiterste grens gekomen. Talrijke feiten wijzen er op, dat het ledental nog met eenige getalletjeszal stijgen. Er zijn óók in Duitschland nog duizenden en duizenden ongeorgani seerden. Wjj weten echter dat de Duitsche vakbonden deze duizenden tot organisatie zullen brengen. BINNENLAND. De Kettingfabriek. Het bericht in het nummer van de vorige week over de gevoerde actie op de kettingfabriek zou oorzaak kunnen zijn, dat men een verkeerde meening van deze goed geslaagde actie zon krijgen. Er heeft, bij het aangaan van het contract geen tarief-verlaging plaats gehad, zooals w(j schreven, Enkele tarieven die in den loop der jaren verlaagd z(jn, wilde de Hoofdbesturen weer op het oude tarief kan je nou zoo stom wezenIs er soms 'n jarige maat op 't kantoor geweest Barend zet z'n kaken van elkaar, en zegt nijdig: „Ruik!" Bet ruikt niet, maar moppert, en dan haalt 't eene woord andere uit. „Nou- ja, kan je wel zeggen, as 'k hier met m'n wurmen omtob kan ik niet zien waar je zit." Barend gaat jan 't zweren, dood zal-ie vallen as-ie één druppelNou ja, 't was zoo al mooi, dood ging-ie toch niet op commando. Hij kon makkelijk 'n groote mond hebben, hij had geen zorgen, wie most den huisbaas betalen Wie de baker En toen kwam weer de heele lijst. Toen Bet de laatste beer opnoemde, zei Barend heel kalm„Ik ik betaal en nog wat meer ook, al was 't zesmaal zooveel." 't Woord was er uit en Barend was blij dat 't er uit wash(j pakte Bet om d'r heupen en wou gaan dansen. Ze duwde hem terug en toen danste hjj alleen. Z'n gezicht vuurrood, z'n overhemd half open, z'n uniformbroek afgezakt, 't was 'n vertooning die Bet de overtuiging schonk dat-ie of „straal" of mal was, Toen vertelde hij van z'n geluk, z'n kapitaal en B*t keek en keek en rekende intusschen. Allemaal 'n nieuwe verschooning, Barend 'n nieuwe demi, zij 'n zwarte mantel, kortom 'n compleete uitrusting, plus winter aardappelen, ingelegen snij- eQ spercieboonen cokes, twintig mud, enz. enz. Eu Bet en Barend sliepen heel slecht, dien nacht, 's Morgens voor dag en dauw ging Barend op stap naar z'n zuster. Was 't bij hem noodig, bij z'n zuster zou t eerst recht te pas komen, die had er zes en d'r man kwam weer gauw op de keien. Hij was 'n suiker bakker, broodmagere kerel en z'n vrouw 'n stumperd, altijd sukkelig en ziek. Barend's zuster had maar één ideaal en dat was 'n braudstoffen aakje te kunnen drijven, dan kon d'r man uit die pestfabriek, dat moordhol waar de hitte z'n vet en vlcesch had weg doen smelten. Barend wist dat

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1911 | | pagina 2