No. 36.
Zaterdag 4 November 1911.
lie Jaargang.
SOCIAAL-DEMOCRATISCH WEEKBLAD VOOR HET KIESDISTRICT SCHIEDAM.
De Moker.
Jeugdorganisatie.
De Commissie voor de Propaganda
TREURIG LOT.
De botsing in den Raad.
Uit de Tweede Kamer.
ABONNEMENTSPRIJS:
35 cent per kwartaal I
franco per post 40 cent bij vooruitbetaling.
12 cent per maand t
Losse nummers 3 cent.
Redactie- en Administratie-adres
GEBOIIW „CONSTAXTIA".
Ingezonden stukken voor het eerstv. nummer moeten
u i t e r 1 jj k Dinsdagsavonds 9 nur in ons bezit z\jn.
AD VERTENTIÉN: 71/, cent per regel.
Arbeidersvereenigingen 3 cent per regel.
Bij abonnement belangrpke korting.
is eiken Zaterdag verkrijgbaar:
Te Schiedam: Nieuwsticht N.Z. 32.
Zalmstraat 22.
„Constantia", Boterstraat 30.
Te Vlaardingen J. van Driel, Oosterdwarsstr. 27,
Aan bovengenoemde adressen worden ook abonne
menten aangenomen.
De abonné's worden verzocht bij adresverandering
daarvan kennis te geven aan de Administratie.
'ongelieden van 14 tot 18 jaar en leden derS.D.AP.
tusschen 18 en 20 jaar, welke als lid wenschen toe te
treden tot een eventueel op te richten Jeugdorganisatie,
worden verzocht zich daartoe vóór 15 November bij het
Bestuur aan te melden.
Voor het Bestuur,
J. VAN 'T ZELFDE, Secr.
verzoekt partijgenooten en geestverwanten, welke een
handje willen helpen, a.s. Zaterdagavond in „Constantia"
een lijst te komen halen. Wij beginnen met het huisbe
zoek voor de kiezerskweek, waaraan iedereen kan hel
pen. Een ieder kenne dus z'n plicht.
lederen Zaterdagavond van 8Vj10 uur moeten de
afgewerkte lijsten ingeleverd worden.
A.
Vaal hangt de kille nevel
Op 't grauw van veen en zand.
Een gure herfstdag roept weer
Aan 't werk op 't akkerland.
En langs den straatweg trekken
De scham'le troepjes voort,
't Eentonig klompenklossen
Doorklinkt het slapend oord.
Daar ligt de sombere akker,
Gebruind van 't dorre blad
Der aardvrucht, die den bodem
Ontwoekerde zijn schat.
Zij wacht den werkers handen
Dier havelooze schaar,
Die 't wroeten in den modder
Reeds deden jaar op jaar.
In koud' en wind en regen,
Voor d' eig'naars van den grond,
'Voor handel en fabrieken,
Voor Pluto's gulz'gen mond.
Daar zijn zij aangekomen
Op 't troost'loos akkerland,
Met vrouwen en met kind'ren.
En nu met rappe hand
Opsteken, wroeten, zoeken
En kruien, wat 't maar kan
En tot verpoozing 's middags
Een schrale boterham.
En 's avonds heerlijk rusten
In een armzal'ge kluis,
Bij wat armzalig voedsel 1
Is 't leven zoo geen kruis
T. H.
Werft abonnees voor „De Moker'
Reeds in de dagen, toen voor de eerste maal (1909)
de rechterzijde De Bruin uit de commissie van Bij
stand weerde en onze afdeeling daarover een open
bare vergadering noodig oordeelde, die in de zaal
der S. O. V. is gehouden, reeds toen is te kennen
gegeven, dat een zoodanige willekeur, onder een
lafhartig aangeduide, niet eerlijk genoemde beschul
diging verborgen, dwingen zou tot een daad van
protest, dat dezerzijds zeker niet lichtvaardig mag
worden gebruikt, omdat het is tegen het belang
der gemeenschap, dat ook hier moet worden g e-
diend, maar dat ten slotte als éénig wapen over
blijft tegen een machtsdronken bende, die zich aan
matigt met anderen te sollen naar believen.
Uit den treure is door De Bruin bij alle voordrach
ten voor burgerlijke en raadscommissiën, waarbij stel
selmatig de sociaal-demokraten werden uitgesloten,
kritiek geoefend en ook enkele malen is voorgesteld
zulk een voordracht terug te zenden, welke voorstel
len echter alléén door den heer Koopmans zijn ge
steund.
Twee jaar lang heeft men den tijd gehad hem het
wapen uit de hand te slaanbij herhaling, is door
De Bruin in den laatsten tijd er op gewezen, welk
een gevaarlijk spel gespeeld werd enduidelijk te
verstaan gegeven nog laatst bij de benoeming der
Commissie voor het Burgerlijk Armbestuurdat
een dergelijke uitsluiting niet langer onbeantwoord
zou blijven.
Maar de rechterzijde wilde niet luisteren naar göede
woorden.
In 1909 heeft burgemeester Brants herhaaldelijk
zijn afkeuring over het gevaarlijke spel uitgesproken
en ook de tegenwoordige burgemeester keurde het
meermalen af en had zich voorgenomen zijn grooten
invloed aan te wenden, teneinde de kwestie tot een
oplossing te brengen.
Alles was en bleef nochtans zonder eenig resultaat
en zelfs geven de stemmencijfers geen hoogen dunk
van den invloed van den heer Honnerlage Grete, ja,
laten ze gerechten twijfel of hij zelf gedurende zijn
raadslidmaatschap niet trouw aan de uitsluiting is
blijven meedoen.
Trouwens, nog bij de voordracht voor het Burgerl.
Armbestuur was het juist de burgemeester, die de
voordracht trachtte te verdedigen, zij het heel zwak
en die terugzending der voordracht afwees.
De heeren waren heel boos, dat nu het middel der
obstructie is aangewend geworden.
Zeker, men gebruikt het niet voor zijn pleizier.
Maar men had het kunnen voorkomen, doch wilde
het niet.
Dan dienen óók de gevolgen aanvaard te worden.
Want het kon nu toch bekend wezen, dat een sociaal-
demokraat nu eenmaal niet van koekebakkersdeeg is
en zich maar niet laat knijpen door elk wie lust tot
knijpen heeft.
Merkwaardig was weer de hóuding der vrijzinnigen.
Ze hebben gestemd vóór de motie. Dat is waar,
maar daarmee hield alles op.
De dwaasheid van den heer Houtman maar latende
voor wat ze is, die een onwettige daad zou bevor
deren om een rechtmatig protest te breidelen, mag
geconstateerd worden, dat de vrijzinnigen ook thans
weer den geheelen strijd aan den sociaal-demokraat
hebben overgelaten.
En tóch waren ook zij er bij betrokken, want de
heer Gèrlach was eveneens zorgvuldig buiten alle
commissies gehouden.
Maar zélfs de heer Gerlach vond geen aanleiding
ertoe mede te werken, dat door het in bespreking
brengen der voorstellen tot verhooging of verlaging,
het protest wat krachtiger klinken zou.
Trouwens, een ruggegraat te zoeken bij de zgn.
vrijzinnige fraktie is vergeefschë moeite. Van leiding
bespeurt men de laatste jaren heelemaal niets meer
en in stede van den strijd om het recht, den strijd
tegen de willekeur der rechterzijde, die met de raads
leden maar sjouwt, zonder eenig overleg, van de
Gedenkt trouw den Steunpennlng.
eene commissie naar de andere, inplaats van dien
strijd nu maar eens te helpen uitvechten, was juist
de wanhoop bij de vrijzinnigen het grootst.
En lieten ze De Bruin weer alleen staan, die het
blijkbaar niets verwonderde, maar kalm zijn eigen
weg ging.
Of de rechterzijde zal geleerd hebben en of nu
in de toekomst ook de sociaal-demokraten hun ver
tegenwoordigers zullen verkrijgen in de commissies
voor het Ziekenhuis, Armbestuur, St. Jakobs-Gast-
huis enz. enz., het moet worden afgewacht.
Er behoeft zeker niet te worden gedreigd, want
dreigen is kinderwerk. Maar onze aanhang, ons ver
trouwen in de gemeente geeft ons recht op aandeel
in het bestuur en het staat zoo vast als een paal
boven water, dat een voortdurende miskenning, een
voortdurende onderdrukking niet anders kan beant
woord worden dan met een protest, waarbij wat nu
geschied is, nog maar kinderwerk is geweest.
't Was een waarschuwing, een demonstratie van
wat mogelijk is om willekeur te straffenin het be
lang der gemeente moet de willekeur verdwijnen
De Militiewet.
De Nederlandsche volksvertegenwoordiging is thans
bezig de Militiewet te behandelen en wanneer die
wet gereed is en bekrachtigd en uitgevoerd, laten ze
dan maar eens opkomen, de Duitschers, Franschen,
ja, ik zou haast zeggen, wij nemen Engeland ook
nog op den koop toe. Als die nieuwe Militiewet ge
reed is, dan keeren we weer terug naar de dagen
van Tromp en De Ruijter, dat we drie groote mo
gendheden in een jaar tot driemaal toe den trotschen
vlag doen strijken
Maar, lezers van'„De Moker", wind u niet te zeer
op met het oog op roemrijke overwinningen, die het
Nederlandsche leger zal behalen. Die tijden zijn voor
bij en voor' goed ook. Wat echter niet voorbij is,
dat is de treurige waarheid, dat ge weer meer van
uw inkomen zult moeten storten in den bodemloozen
put van het militairisme. Over deze zaak is al
heel wat te doen geweest in onze volksvertegenwoor
diging. Reeds vele ministers zijn daarover gestrui
keld, ja zelfs is het heele kabinet van minister De
Meester, nadat eerst uit dat ministerie minister Staal
was heengezonden omdat hij niet duur genoeg was
en toen minister van Rappard ook het beentje werd
gelicht, heengegaan en werd het opgevolgd door het
tegenwoordig kabinet. De herziening der Militie
wet geschied dus op christelijken grondslag.
We zullen zien of er iets christelijks bij is.
De Militiewet, waaraan ze nu aan 't oplappen zijn
een geheele nieuwe wet komt er niet, 't is qen
herziening der wet van 1901 was tot stand geko
men even vóór het optreden van het ministerie-Kuy-
per. In die wet waren de grondslagen gelegd om te
komen tot een volkslegereen stelsel zooals in Zwit
serland bestaat. Ofschoon de gedachte, die in het
ontwerp had voorgezeten bij de behandeling in de
Kamer gröotendeels was verknoeid, bleef er toch nog
een sprankje over, dat dreef in de richting van het
volksleger. Naast een eerste oefentijd van 8V2 maand,
was aangenomen, dat degenen, die zich vóór-oefen
den op de plaats hunner inwoning en dus een zekere
mate van geoefendheid bezaten bij hun in dienst
treden, slechts 4 maanden behoefden te dienen. Bij
die wet was ook weer veel dat zwaar drukte op het
arbeidende volk: wij behoeven maar te verwijzen
naar de drie herhalingsoefeningen, die moesten wor
den medegemaakt en waartegen onze partijgenoot
Ter Laan in en buiten de Kamer een onvermoëiden
strijd heeft gevoerd. Maar de idee, dat het soldaatje-
spelen niet persé medebracht om in de kazerne te
luieren, was reeds mooi, om daarin een stap te zien
op den weg naar het zgn. volksleger.
Dat voorbereidend onderricht werd aari de militaire
autoriteiten opgedragen en deze autoriteiten waren
juist de verwoedste tegenstanders van dat nieuwe
stelsel. Een wet, die aan de uitvoerders onsympathiek
Steunt „De Moker" door uwe advertentiën.