FEUILLETON.
Strijd voor het recht.
Vlaardingen.
socialist hier een witte raaf was en nu telt het
socialisme hier zijn volgelingen bij honderdtallen.
De jongste stemmingen hebben dit bij vernieuwing
bewezen.
Het is waar, in alle districten was tenslotte de
overwinning aan hunne tegenstanders, maar hunne
candidaten kwamen toch met een respectabel cijfer
uit de stembus. Na het beëindigen der stemming
juichte De Moker. En er was reden voor. Sommigen
vonden dat juichen dwaas, doch zonder grond.
Zulke nederlagen geven hope voor de toekomst.
Gaat de groei van het socialisme door, dan zullen
de nederlagen weldra worden omgezet in overwin
ningen, althans in één district en misschien wel in
twee.
Zij, die meenen dat het zoo'n vaart niet loopen
zal, zijn blind voor de verschijnselen des tijds.
Inderdaad daar is wel wat van aan, naar wij
meenen. Jammer, dat in het Sck. Vbl. al zoo dikwijls
precies het tegenovergestelde is beweerd. Of fluiten de
blinde vinken daar het meest
Hoort wat men nog meer durft erkennen
Deze toename der socialisten moet ons niet ver
wonderen.
Zij doen zulke schoone beloften. Zij voorspellen
een hemel op aarde, en velen laten zich door die
beloften verleiden zulk een toekomst trekt hen aan.
Bovendien heeft deze partij zich zeer verdienstelijk
gemaakt en doet dit nog.
Zij trekt zich het lot aan van den stand die
veelzins is miskend en vaak onrechtvaardigd behandeld.
Van den stand aan welken de maatschappij on
uitsprekelijk veel te danken heeft. Onze werklieden
hebben recht op een betere plaats in het sociale
leven, dan hen dikwijls is gegund. Voor hun noesten
arbeid komt hun toe een goed stuk brood en een
billijke en rechtvaardige behandeling.
En waar vele andere partijen nog zoo weinig
gevoelen en soms ook weinig doen om sociale
misstanden weg te nemen, is de socialist steedt
op zijn post om den arbeider te helpen. Wel dik
wijls met woorden alleen, of met middelen die wij
afkeuren of langs wegen die verkeerd zijn, maar
de belangstelling en de arbeid op zich zelve zijn te
prijzen en wekken de sympathie.
De schrijver komt vervolgens tot het oude kletspraatje,
dat het socialisme de groote vijand zou zijn van alle
godsdienst, wat hij nog nader zal betoogen.
Wij willen dien man, die blijbaar nog niet veel inkt
aan het Schied. Volksbl. heeft verbruikt, een goeden
raad geven en wel deze
Waarde heer, past op Als ge nog een klein beetje
verder u waagt op het terrein der studie en tever
geefs de strijd tusschen het socialisme en uw geloof
zult gezocht hebben dan zijt ge reddeloos verloren.
Ge zijt driekwart sociaal-demokraat een kleine
stap en de maat is vol
't Zal uw geloof niet schaden, we durven zelfs ver
onderstellen verhoogen. Zeker zal het in reiner sfeeren
komen, dan waar 't nu belasterd wordt met eiken
nieuwen dag
Een sukkel. De Nieuwe geeft een door en door
verknoeid verslag van de begrootings-debatten en een
leugenachtig overzicht „Uit onze Vroedschap".
Uit het feit, dat de heer Wittkampf zoo hard blafte
tegen het lid der le sectie, dat van het Grondbedrijf
niets had begrepen en het een denkbeeldig bedrijf had
Op den stoffigen, door de gloeiende zon beschenen
straatweg, die langs de oevers van de zwarte Raab
voorbij de steile rotsen van de Beiersche Jura loopt,
stond een kruiwagen, hoog beladen met grassoorten
en distels, zooals de armoede die vindt langs de
openbare wegen. Op den wagen uitgestrekt lag een
slapende man.
De aanblik van dien man was als een gloeiend,
schreeuwend protest tegen de zonnige September-
héerlijkheid overal om hem heen.
Men zou zich geen ellendiger mensch kunnen voor
stellen.
Zijn rug was gekromd door het dragen van te
zware lasten. Zijn beenen waren doorgebogen, zijn
magere, bloote voeten met een dikke stoflaag bedekt.
Zijn handen, breede, bruine, met dikke aderen be
legde arbeidershanden, waren veel te groot voor het
zwakke, kleine lichaam. Hij lag op den rug. Zoo
vermoeid was hij, dat de brandende zon hem niet
kon wekken. Ongehinderd gloeide zij op het gerim
pelde, gebrande gelaat van den man.
Het sprak van ootmoedige bescheidenheid en eer
lijkheid, het sprak ook van lange werkdagen in gloei-
enden zonnebrand, in regenstroomen en winterstor
men.
Het sprak van een leven vol onuitsprekelijke zorg
en moeite, van honger, van ziekte, van al het moei
lijke, dat voor den arme, den dienende is weggelegd.
Werft abonnees voor „De Moker".
genoemd, trok de Nieuwe de conclusie dat moest de
Bruin wezen 1
Iedereen in de Raad merkte wel uit de woorden
wisseling tusschen de heeren Houtman en Wittkampf,
wie het bewuste lid der le sektie was maar volgens
de Nieuwe moet en zal het „Vroede de Bruin" ofte
wel de nachtmerrie der firma DreschVerhoeven zijn
De heeren maken zich graag belachelijk
Het geheele raadsoverzicht is zóó onbenullig, dat we
ons niet kunnen voorstellen, dat zelfs de katholieke
arbeiders zich er door zullen laten misleiden.
't Is een scheidpartijtje tegen de Bruin, waarvan de
heer Wittkampf smullen kan
Een beetje te haastig zijn wij geweest met het be
richtje over de loonen der gemeente-werklieden. Wij
meldden dat de gemeente aan hare werklieden een
blijvende loonsverhooging van 60 cent had toegekend.
Alleen aan Plaatselijke Werken is de verhooging toe
gekend. De andere arbeiders in dienst van de gemeente
bijten voorloopig op een houtje.
Drankbestrijding. Men verzoekt ons te melden
De Afd. Schiedam van de Ned. Ver. tot Afschaffing
van Alc. Dranken verheugt zich in een gestadige groei.
Binnenkort hebben zich 10 nieuwe leden laten inschrij
ven, terwijl zich op de openbare vergadering, waarop
door D. het verband tusschen geheelonthouding en
arbeidersbeweging is uiteengezet, 9 nieuwe leden lieten
inschrijven. Het blijkt, nu dat de afdeeling haar geïso
leerd standpunt betreffende de arbeidersbeweging heeft
laten varen, het voor de afdeeling en voor de geheel
onthouding rijke vruchten draagt.
St. Nicolaas Kinderfeest. Partijgenooten en geest
verwantenook dit jaar wenschen wij weer tot u te
komen, om met St. Nicolaas de kleintjes een verrassing
aan te bieden.
Met het oog op den duren tijd hebben wij de prijs
zoo laag mogelijk gesteld; hopende' dat de deelname
daarom zoo groot mogelijk zal zijn.
De tijd is kort, er rest ons maar een enkele maand
voor opgaven, het laatst van November moeten wij de
lijsten weer sluiten, om zoo noodig nog 8 dagen den
tijd te hebben voor inkoopen en voorbereiding, Laten
dus de achterblijvers nu eens de eersten zijn.
De comm. waar men zich vervoegen kan is W. Boen
der, van Wagtendonk, Ooms en de dames As. Verdij-
seldonk en Ploos van Amstel.
De prijs bedraagt in centen
30 50 60 70 80
1— 2 3 4 5
onderste cijfers, aantal kinderen volgens daar bovenstaande
cijfers. Ouderdom van 312 jaren.
De Comm.
Lohman vindt navolgers In het college van B.
en W. schijnt een felle anti-socialistische geest door
gedrongen, die sommige van onze raadsleden speciaal
sommige anti-revolutionairen bezielde en bezielt.
Kan men gewoonlijk van dit College verwachten, dat
het het een of andere verzoek tot een onderwerp van
publieke bespreking maakte, bij ons adres voor het
beschikbaar stellen van goedkoope cokes voor sommige
groepen arbeiders, schijnt met die gewoonte gebroken.
Het voorhoofd was laag en somber, om de oogen lag
een pijnlijke trek van niet-begrijpen-kunnen. In zijn
treurige lijdzaamheid droeg het geheele gelaat een
trek van hulpeloosheid. Nog steeds bewoog de man
zich niet. Door uiterste afmatting lag hij als 't ware
dood ter neer.
In de heerlijke vroegte van den morgen reed een
jeugdig wielrijder over den weg met de ochtend
nevelen reed hij over de bergen, langs de schuimende
golven van de Raab.
In witte, phantastische figuren, in wolken, rookzui
len in sluiers en van diamanten fonkelende ge
waden, steeg de nevel op. Als een witte, heilige koning
trok hij met zijn zwijgende, zwevende geestenleger
over de weiden, hij plantte zijn zilveren vanen op de
rotsburchten van de hoogten.
Hij zweefde de zon tegemoet als een minnaar
bereid zich op te offeren.
En nog op zijn doodsweg deed hij werken van
schoonheid en goedheid. Van de groote, wilde braak
liggende velden, bezaaid met witte distelen, schiep
hij droomerig belichte sprookjeslanden, waar lichten,
fakkels en lampen gloeiden - vastgehouden door
stille biddenden. Hij streed met de lachende morgen
zon, die hem met gouden pijlen, speren en zwaarden
doorschoot, van de grauwe webben der spinnen op
de heide en in de struiken spon hij voor de jonge
morgenkoelte met juweelen bezaaide bruidskleederen.
Hij was een stervende, want reeds zette de over
winnende morgen hem den voet op den nek maar
hij stierf als een schepper, een kunstenaar in heilige
Gedenkt trouw den Steunpenning.
Zonder meer is door B. en W. voorgesteld het adres
voor kennisgeving aan te nemen.
Dat is óf een gevolg van den geest van eigen ge
rechtigheid, die alles wat van socialistische zijde komt
eenvoudig in een hoek smijtóf men heeft de zaak
niet aangedurfd.
Indien werkelijk socialisten-haat de aanleiding tot het
voorstel was, dan zullen wij er niet veel woorden aan
verspillen.
Dat veroordeelt zichzelf en komt wel terecht.
Lohman is van zijn dwaalwegen terug moeten keeren,
de anti-socialistische potentaatjes in den Raad zullen te
gelegener tijd voor dit zaakje hun afrekening ook wel
krijgen.
En als de andere veronderstelling juist mocht zijn,
dan, zeer zeker, was de gekozen weg de veiligste.
Ware het adres in behandeling gekomen, onze
„christelijke" meerderheid had voor den draad moeten
komen en van zijn arbeidersliefde moeten doen blijken.
Dat is voor haar gevaarlijk.
Nu kan ze met groot gebaar het parool uitgeven,
zoo'n adres van de S. D. A. P. smijten wij in de prulle-
mand, de schijn is dan gered.
Maar dat een adres, dat bedoelde voor de arbeiders
klasse iets te doen, op zulk een wijze behandeld wordt,
dat wordt in breede kringen gevoeld als een onrecht
matige daad.
Zoo omspringen met de stem der arbeiders, blijft
niet ongewroken.
Want de genoemde argumenten voor zoover ze
dien naam mogen dragen waren ver beneden peil.
Het zijn er twee, naar voren gebracht na een poging
van de heeren Hoogerwerf en Hoogendijk om de zaak
in bespreking te krijgen.
Het eerste is dat de begrooting omgewerkt zou
moeten worden als aan het verzoek voldaan werd.
Stel U voor de begrooting voor de Gasfabriek be
slaat in de geheele begrooting 2 bladzijden. De cijfers
daarin zouden eenige verandering ondergaan, wat van
zelf op het sluitcijfer van invloed zou wezen en er dus
op de uitgaven in de begrooting ook iets veranderd zou
moeten worden.
Maar een kind maakt men wijs dat dit een onover
komelijk bezwaar is. Indien dat zoo was, zou elk
amendement op de begrooting wel verboden mogen
worden.
Of is dat de bedoeling van Lohman en zijn volge
lingen in en buiten de Kamer
En zelfs, al was er bezwaar, dan nog dringt zich de
vraag op, of de cijfers der begrooting dan zwaarder
mogen wegen dan de nooden der arbeiders.
Ongewild misschien heeft de Voorzitter van den Raad
hier iets gezegd waaraan hij, bewoog hij zich op publiek
politiek terrein, nog wel eens op ongemakkelijke wijze
herinnerd kan worden.
Een praatje voor de vaak, noemen wij het argument
dat het tijdstip der indiening ongelukkig gekozen is.
Dit adres had gevoeglijk bij de begrooting der Gas
fabriek behandeld kunnen worden.
Denken de heeren soms dat wij van plan zijn ons
belachelijk te gaan maken door zulk een adres in te
zenden in het voorjaar of in een tijd van tamelijke
welvaart
Wij bedanken er feestelijk voor,
Meent de „christelijke" meerderheid, meenen B. en
W. in haar geheel of door het drijven van sommigen
uit dat College, op die wijze onze stem te moeten
smoren, men ga zijn gang.
Ondanks dat zullen wij, telkens als het door ons
noodig geoordeeld wordt, terugkomen.
schoonheid een onbeschrijflijke glans ging van
hem uit. Er was geen bloem, die hij niet had verjongd,
geen halm, die hij niet had gezegend, geen kleur,
die hij niet had verhelderd, geen insect, waarin hij
geen vleugje van levensvreugde had gewekt.
Men moet jonge, gelukkige, reine oogen hebben
om dat alles in zijn heerlijkheid te kunnen zien, de
openbaring der schoonheid te kunnen verstaan. Den
jongen man waren zij gegeven.
Plotseling had de zon overwonnen.
De nevelgeesten zonken weg en schitterende hel
derheid heerschte er. Alle bloempjes wendden hunne
gezichtjes der zon toe, als een groote, zwijgende hul
diging en aanbidding.
Ook in het hart van den jongen man leefde eerbied
en aanbidding.
Zijn hart klopte sneller van geestdrift en levens
moed.
„Ook ik zou mijn leven in de zon willen stellen,"
dacht hij„iets groots zijn iets bereiken, dat
mijn ziel uit het stof opheft."
Daar reed zijn rijwiel bijna tegen den dwars over
den weg staanden wagen van den arbeider. „Hé
vriend," riep hij, „schuif je kar wat op zij."
Toen de man zich niet verroerde, sprong hij half
toornig van zijn rijwiel en schudde den slapende ruw
bij den schouder.
Maar deze aanraking joeg hem een schrik door
zijn jonge, vurige bloed, het was alsof hij een ge
raamte had aangevat, zoo beenderig en mager was
de arm van den man.
(Wordt Vervolgd.)
Steunt „De Moker" door uwe advertentie».