Vakbeweging. Ylaardingen. Klerikale onderwijs-liefde. Het katholieke raadslid Wittkampf verklaarde onlangs, dat hij in 't bijzonder nooit zou medewerken om een sociaal-demokraat mede invloed te geven op het onderwijs. Dat de katholieken in het algemeen dit standpunt innemen, is bekend en zij hebben er ook goede redenen voor een ontwikkeld volk te vreezen. Hoe de katholieken voor het onderwijs weten te zorgen, blijkt in België, waar de klerikalen, zoolang ze aan de regeering zijn, voornamelijk hun zorg hebben besteed aan een zoo volledig mogelijke volksverdomming door systematische uitroeiing der openbare school en aldaar konden, volgens de offieieele statistiek, van de 13.510 in 1908 ingelijfde rekruten 1.536 lezen noch schrijven. Het grootste kontingent dezer 1.536 aanklachten tegen het beschavingsvijandig klerikalisme werd geleverd door het zwart klerikale Vlaanderen 1.080. Daarenboven konden 605 rekruten alleen lezen, zelfs hun naam schrijven konden ze niet3.097 konden wel lezen en schrijven, maar zelfs de eenvoudigste berekeningen niet maken. In dit opzicht staat het roomsche België bovenaan in de rij der Staten. Of onze partij daar ook nog bescha vingswerk te over heeftEn dan zou het roomsche „Huisgezin" nog wel willen, dat alle socialisten, liefst wellicht in een harington verpakt, naar Perzië gingen De geestelijken in het leger. Terwijl de roomsche en een deel van de anti-revolutionaire pers schreeuwen, dat men uit het voorstel-Duijs om de vrijstelling van militairen dienstplicht voor geestelijken en a.s. geeste lijken op te heffen, weer eens kan zien hoe anti-gods dienstig de sociaal-demokraten zijn, valt in het christelijk- sociaal weekblad De Beukelaar de rechtzinnige predikant H. C. Ruys onzen partijgenoot volkomen bij. Hij schrijft Her is ook zeer te betreuren, dat de Kamer met zoo groote meerderheid het. amendement verwierp dat ook geestelijken wilde gebieden hun dienstplicht te vervullen. Het is een teleurstelling, dat geen een van de rechtsche predikant-Kamerleden heeft ver klaard, dat zij met vele kollega's het zich een eer zouden rekenen het vaderland te dienen en zeer gaarne zouden zien, dat het amendement werd aangenomen. Als een van»hen het had willen ver klaren, dan had hij op de instemming van vele kollega's kunnen rekenen. Een geestelijke, zoo Protestant als Roomsch, behoort in het leger thuis. Ook in den tijd dat zij nog worden opgeleid, kunnen zij invloed ten goede oefenen op het kazerneleven, zij kunnen er ook het volk leeren kennen met al zijn goede en kwade eigenschappen. De heer Duijs meende het ernstig toen hij zeide, dat de aanstaande geestelijken een moreelen steun kunnen geven aan de zwakkeren en dat het dienen voor hen wel eens heel goed zou kunnen zijn. Wij zijn hem dankbaar voor zijne woorden. Wij voelen met hem, dat de predikanten hun volk dikwijls zoo weinig kennen als zij de pastorie ingaan, en het kan me dunkt niet worden betwijfeld, dat het van groote sociale beteekenis zou zijn als a 1 onze predikanten eenige maanden het kazerneleven geheel hadden mee gemaakt. In het bijzonder sluit ds. Ruys zich aan bij Duijs' denkbeeld om de geestelijken bij de administratie-troepen te doen dienst doen. Aan de glasfabriek ,,Uto" van de firma Jansen, kregen van den zomer de jongens verzekerd dat hun loon niet minder zou bedragen dan 6 gulden per week. Wat zij minder verdienden zou door het kantoor worden bijge legd. Door een kantoorbediende werd dit zoo opgevat, dat het loon 6 gulden zou bedragen buiten de te halen premies, terwijl de aangeplakte mededeeling duidelijk het woord „inclusief" bevatte. Hierdoor is eenige weken deze jongens te veel loon uitbetaald en toen deze fout werd opgemerkt en de vorige week de jongens hun 6 gulden werden volgemaakt met de premies, toen ontstond er gemor en weigerden zij Maandagmorgen te werken, wanneer hun niet werd toegezegd f 6.loon, exclusief de premies. De volwassenen weigerden te werken zonder de jongens en zoo stond weldra de geheele glasfabriek ledigde fabrikant doofde de ovens en stuurde ook een aantal plaatswerkers naar huis. De sekretaris van het hoofdbestuur der Ned. Ver. van Glas- en Aardewerkers, er mede in kennis gesteld zijnde, kwam te Schiedam en wees den jongens niet alleen, maar ook de volwassenen op het verkeerde van hun gedrag. Hij ging met een paar arbeiders naar de directie toe, waar hij gedaan wist te krijgen, dat een paar inmiddels ontslagenen teruggenomen zouden worden en dat de directie zou overwegen of zij nog de foutieve loonbetaling voor een of twee weken zou laten voort duren nadat de arbeiders weer aan het werk zouden zijn. Maandagavond gingen de arbeiders weer aan het Werk. Succes. Door den moderne Havenarbeidersbond is een loonactie gevoerd voor de expeditiewerkers. Als gevolg hiervan, heeft de Expediteursvereeniging zich uitgesproken dat het daggeld voor losse arbeiders wordt f 2.50 en f 1.25 voor een halve dag. Voorheen was het loon f 2.25, dus een verhooging van 25 ct. per dag of f 1,50 per week. Een mooi succes. De staking hij de firma van Driel te Dordrecht, de sleepbooteigenaar welke inbreuk heeft gemaakt op de wijze van afvaren ten nadeele der arbeiders, duurt nog steeds voort. Het is de firma gelukt twee booten met onderkruipers te bemannen. De stakers houdfen echter moedig stand. Van den Bukkersgezellenbond ontvingen we het volgende De vreeselijke duurte. Aan H.H. Fabrikanten en Patroons in het Brood, Koek-, Banket-, Chocolade- en Suikerbewerkingbedrijf. WELED. HEEREN, Wij veroorlooven ons hiermede, U den roep van onze vakgenooten uit de bedrijven van brood-, koek-, banket-, chocolade- en suikerbewerking over te brengen, om in deze benarde tijdsomstandigheden de loonen te verhoogen. Hoewel wij ons - feitelijk van de verplichtingen ont heven zouden kunnen achten, U de cijfers der algemeene duurte te releveeren, omdat deze in bijna elk blad en tijdschrift te vinden zijn, willen wij er toch enkele regelen aan wijden. Bekend achten wij het dat de loonen in ons land en in het bijzonder in onze bedrijven op een peil staan, dat een der laagste der geheele wereld genoemd kan worden. Dit peil maakt dat in tijden, waarin de levensbehoeften tegen normale prijzen worden verkocht, de arbeider chronisch gebrek lijdt, omdat hij zelfs die prijzen niet kan betalen. Het spreekt van zelf, dat de ontbering dan in tijden als deze verschrikkelijk wordt en honger en gebrek om zich heen grijpen. Volgens de offieieele cijfers van het Centraal Bureau voor de statistiek zijn vanaf het jaar 1903—1910 de prijzen van 29 der meest noodzakelijke levensmiddelen gemiddeld 13 pCt. in prijs gestegen. Bruine boonen, erwten, koffie, margarine, olie e. d. zijn alle met 12, 15, 20 tot 25 pCt. in prijs gestegen. Wat de groenten, kool etc. betreffen is het nog een stuk erger. Wij bedienen ons hiervoor van een geschrift dezer dagen uitgegeven door het statistisch bureau der gemeente Amsterdam. Daarin komt ook een opgave voor van de prijzen der groenten op de gemeentelijke markten in de maand September der jaren 1910 en 1911. Een groote mand andijvie kostte in 1910 van f 0.50 f 0.75, in 1911 van f 1.25f 1.75 bieten stegen van fO.Ol-f 0.04 tot f 0.030.06; deze cijfers waren voor spercieboonen (per zak) van f 1—f 1.75 tot f2—f3.50; snijboonen f 1.25—f 2 tot f 1.50—f250; Bloemkool per stuk f 0.02—f0.18 tot f0.16—f0.28; roode kool f0 02 f 0.04 tot f 0.06f 0.18 savoye kool f 0.02 f 0.04 tot f 0.07f 0.22 koolrapen (H.L.) f 1.f 1.40 tot f2.50f3.een mand kropsla van f 0.20f 0.35 tot f0.70f120; een mand postelein f 0.15f 0.25 tot f 0.60f 0.80. Merkwaardig is ook de duurte der zuur kool, bedroeg in October 1910 de prijs van een vat f4.50f7, deze was in 1911 f32f34. Wij gelooven niet, dat het noodig is, deze cijfers nader toe te lichten. Zij spreken voor zichzelfzij bevatten een somber dreigement voor den komenden winter. Het is het hongerspook, dat achter deze cijfers verscholen ligt en op zijn prooi loert. Is het te verwonderen, dat overal de roep om loons- verhooging, het eenige middel om den gevreesden vijand het hoofd te bieden steeds luider wordt Met waardeering hebben wij er de laatste weken kennis van genomen, dat een groot aantal werkgevers in onze bedrijven het loon wat verhoogd hebben. In het bijzonder zijn het de coöperatieve bakkerijen. Wij gelooven evenwel best aan de mogelijkheid, dat tal van patroons dit eveneens gedaan zullen hebben, doch ons zulks niet bekend geworden is. Voor zoover ons de firma's in onze bedrijven bekend zijn, die loonsverhooging toegekend hebben, laten wij ze ter voorbeeld aan de overige heeren werkgevers hier volgen Coöperatieve bakkerijen 1. „De Eendracht" te Culemborg, één gulden tot einde Maart 1912. 2. „De Toekomst" te Groningen, één gulden tot Maart 1912. 3. „Vooruit" te Meppel, één gulden tot einde Maart 1912. 4. „De Dageraad" te Amsterdam, fl.50 aan alle gehuwden f 0.50 voor ongehuwden. 5. „Vooruit" te Delft f 1. 6. „Helpt eikanker" te Eindhoven f 1. 7. „Het Volksbelang" te Maastricht f 1. 8. „De Volhardingte dern Haag, gehuwden f 1. ongehuwden f 0 50. Bakkerspatroons. 9. Van den Berg te Leeuwarden, één gulden tot Maart 1912. 10. G. Starmans te Maastricht, een gezel f2. drie gezellen f 1. Chocoladefabrikanten. 11. Van Houten te Weesp. Ongehuwden die minder dan f 9.verdienen f 0,50 gehuwden beneden een loon van f20*f 1.opslag 12. A. Driessen van f 0.50 tot f 150 al naar de grootte van het gezin. Naast onze appreciatie voor den gegeven toeslag, moeten wij er toch de aandacht op vestigen dat deze geringe toeslag allerminst bevredigend genoemd kan worden. Wij kunnen veilig aannemen dat de levensbehoeften 18 a 20 pCt. duurder zijn geworden, zoodat een loons verhooging, die eenigermate den nood zou kunnen lenigen, op twee gulden tot twee gulden vijftig per week zou moeten neerkomen. Wij verzoeken heeren werkgevers in onze bedrijven derhalve, zich de noodstand der arbeiders van thans goed voor oogen te stellen en met redelijke verhoogingen voor den dag te komen Wij maken er heeren werkgevers op attent, dat wij ons ten zeerste aanbevolen houden tot het ontvangen van hunne gunstige besluiten ten deze, waarvan wij regelmatig in ons orgaan ,,De Bode" melding zullen maken. Inmiddels verblijven wij Hoogachtend Voor het Bondsbestuur A. HILLEBREGT, Voorzitter. I. GOUDSMIT, Secretaris. Nieuwe schunnigheidjes. Wij zullen nog eens een paar dingen van den antirevolutionaren „Argus" signa- leeren. Meer dan signaleeren niet, want hij en zijn kor nuiten schijnen bang als een wezel, van een ernstige zaakrijke polemiek. Werkelijk zet hij zijn beerput even open, maar hij verzwijgt zorgvuldig wat door zijn tegenstanders wordt aangevoerd. Bij zulke bewijzen van welvoeglijkheid pas je er voor, geregeld polemiek te leveren. Maar dat neemt niet weg dat het wel de moeite waard is de gangen van dit veeloogigmonster na te gaan. Zoo doet men het nu weer voorkomen als of de hou ding van Ter Laan bij de behandeling der Militiewet de obstructie was der socialistische fractie. Handig wordt den broederen verzwegen dat elke verdediging getuigde van andere inzichten dan die der meerderheid, die nu eenmaal op bestelling werkt. Men schakelt doodleuk den terugtocht der rechterzijde en de gebeurtenissen van Zwarten Woensdag en de tweedaagsche obstructie uit en wil zelfs zoover gaan dat men het doet voorkomen alsof de geestige rede van Duijs, over de militieplichten der geestelijken verraden heeft dat het voortgezette obstructie was. Zoo bestrijdt men de socialisten, maar men vergeet tevens dat daar mede nog weer eens bijzonder bewezen is hoeveel liefde deze christenen voor het militarisme hebben. Dat is één. Het tweede schunnigheidje is niet geschreven door „Argus",. Het vind een plaatsje als gewoon nieuwsbericht en is overgenomen uit de Ded. Jongel. Bode. Het luidt als volgt Dezer dagen stond ik in een onzer hoofdsteden op het achterbalcon van de tram met een arbeidersvrouw de kleeren hingen haar langs het lijf, slordig en gescheurd. Ze had anderhalf uur gewacht voor een schouwburg, vertelde ze den conducteur, om een biljet te koopen voor de opvoering van „De twee weezen". Al haar best deed ze om den conducteur, een oud man, die zeide nooit in 'de komedie te zijn geweest, te beduiden hoe mooi het wel was. „Ik zal er wel nooit komen" zeide de man. „Je ziet komedie genoeg in de wereld, en dan kost het me geen cent". 't Kost maar veertig centen, m'n man en ik gaan d'r haast iederen Zondag heen", zei de vrouw. „Je kan niet altijd thuis zitten of in een café Ik dachtdat is, zeg maar veertig cent in de week, of twintig gulden ruim in een jaar. De toeslag waarvoor velen nu in den duren tijd adressen schrijven, en de wereld op stelten zetten 1 En zie eens in onze groote steden hoe de pretgeie- genheden bezocht zijn I De bioscopen verrijzen bij tientallen in de centra der bevolking. En wie er komen? De kwartjesmenschen vooral. Zoolang ik die theatertjes nog zoo vol en telkens nieuwe openen zie, geloof ik niet aan den nood van den duren tijd. Dit is agitatie middel van de socialisten, anders niet Ziet ge, dat nieuws wordt den lezer met graagte voorgezet in blaadjes, wier geestesrichting met den werkman o zoo is begaan in verkiezingstijden. Ze liegen, of helpen de leugen verbreiden, zoo erg, tot zoo lang, tot ze zelf gelooven dat het waarheid is. 't Is fijn spul Werft abonneés voor „De Moker". Gedenkt trouw den Steunpenning. Steunt „De Moker" door uwe advertentiën.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

De Moker | 1911 | | pagina 3