Werkt voor „De Moker".
Verkoopdagen
No. 12.
Zaterdag 18 Mei 1912.
12e Jaargang
SOCIAAL-DEMOCRATISCH WEEKBLAD VOOR HET KIESDISTRICT SCHIEDAM.
De Moker
ZATERDAG 8 en ZONDAG
9 JUNI in „CONSTANTIA"
Wij vragen dringend aller medewerking!
Jubilaris.
Uit de afdeeling.
De klassenstaat.
Vrij zinnig fatsoen.
ABONNEMENTSPRIJS:
35 cent per kwartaal j
franco per post 40 cent lij vooruitbetaling.
12 cent per maand t
Losse nummers 3 cent.
Redactie- en Administratie-adres
GEBOUW „CONSTANTIA".
Ingezonden stukken voor het eerstv. nummer moeten
u i t e r 1 ij k Dinsdagsavonds 9 uur in ons bezit zijn.
ADVEETENTIËN: 71/, cent per regel.
Arbeidersvereenigingen 3 cent per regel.
Bij abonnement belangrijke korting.
is eiken Zaterdag verkrijgbaar:
Te Schiedam Nieuwsticht N.Z. 32
Zalmstraat 22.
„Constantia", Boterstraat 30.
Te Vlaardingen J. van Driel, Oosterdwarsstr. 27.
Aan bovengenoemde adressen worden ook abonne
menten aangenomen.
De abonné's worden verzocht bij adresverandering
daarvan kennis te geven aan de Administratie.
Teneinde een begin te maken met de delging
van de schuld van »De Moker« zullen op
worden gehouden.
Daar moet véél gekocht borden en dus
óókvéél' te verkoopen zijn.
Wij wekken ieder, die »De Moker« goed
gezind is, op, iets voor het doel af te staan.
Alle voorwerpen, van veel, maar ook van
minder waarde zijn welkom
Zaterdagsavonds van 89l/2 uur kan men
z'n artikelen etc. aan M. Geijtenbeek in
Constantia« afdragen.
Als je veertig jaren lang
Bij één baas zijt geweest,
Steeds zijn brandkast hebt gevuld
Met opgeruimden geest,
Als je 't meeste van 'dien tijd
Liep met gelapte broek,
Zondags voor versnapering
'n Sneê recfamekoek,
Als je voor 'n hongerloon
Je beste krachten gaf,
Je soms 'n daagje „kui'ren" kreeg
Als een gerechte straf,
Als je vrouw op koopjes uit,
Zich sjouwde moe en lam,
Of dagen aan de waschkuip stond
Voor schaamde boterham,
Als je al die jaren lang
Steeds in de zorgen zat,
Je karkas zwak en mager werd,
Je beenen moe en mat,
Als je altijd eten kreeg,
Aardappelen met
De „meubileering" van je brood
In lommerd was gezet,
Als je nooit je hebt verzet,
Slechts slaafsheid hebt gekend,
Je bij den ouwe staat bekend
Als 'n goeie, dooie vent,
Als je met genoegen zag
Dat de zaken groeiden,
Terwijl jij in een lekke schuit
Door het leven roeide,
Als je ondervonden hebt
Alles wat maar naar is,
Dan wordt ge op dien dag bekransd
Als een Jubilaris
H. M.
Doet ge wel iets voor „De Moker"
Zondagmorgen vergaderde de afd. huishoudelijk. Mede
gedeeld werd o.a. dat sinds de vorige vergadering 3
^eden waren toegetreden en 6, waarvan 4 wegens vertrek,
aren afgevoerd. Voorts werd medegedeeld dat naar
Aanleiding van een voorstel onzer tooneelvereeniging het
ians onder bijzonder gunstige voorwaarde mogelijk ge-
iaakt was een onzer partijgenooten in gedeeltelijk vasten
dienst van „Constantia" te stellen.
De uitgebrachte fin. verslagen wezen aan, dat het afge-
loopen kwartaal bijzonder gunstig was geweest. V.n.l.
ook voor het gebouw.
Vpor delging der oude Moker-schuld deelde de Voorz.
namens het Bestuur mede, dat een vast fonds hiervoor
was opgericht waarvan M. Gijtenbeek het beheer had
op zich genomen en dat in verband hiermede over enkele
weken in „Constantia" een verkoop van allerhande arti
kelen zou worden gehouden.
Hierop werd aan de orde gesteld de behandeling der
voorstellen van de Moker-commissie van afd. Vlaar
dingen. Na langdurige discussie werden deze met een
kleine meerderheid van stemmen aangenomen.
Bij de Rondvraag geeft Klepke kennis dat hij wegens
gevorderden leeftijd moet bedanken als vaandeldrager.
De voorzitter brengt hem een woord van hartelijken dank
voor de veeljarige vervulling dezer functie.
F. Kok doet mededeeling, dat hij wegens vertrek naar
Amerika zijn lidmaatschap moet opzeggen. De voorz.
vertolkte de gevoelens der veigadering door namens de
afd. een woord van leedwezeu uit te spreken over het
vertrek van dezen ijverigen strijder, welke steeds als er
gewerkt moest worden, op het appèl was.
Een voorstel tot adhaesie-betuiging aan de motie-
Amsterdam III inzake een buitengewoon Congres, werd
niet voldoende ondersteund.
Hierna werd de vergadering gesloten.
De afd. secr.
Er loopt door de maatschappij een horizontaal schei-
dingsvlak. De groote massa er onder. Een kleine
minderheid er boven. Die laatsten genieten van de
voortbrengselen van de handen van de eersten. Zij
nemen de winsten en de lusten. De anderen krijgen
het werk en de lasten. Die kleine minderheid houdt
er de groote massa onder. Zij gebruikt daarvoor den
staat, het leger, en zelfs het recht. Telkens komt men
in schoonklinkende redevoeringen en in fraai gestelde
artikelen vertellen, dat er niets van waar is, dat de
staat niet gelijk zou optreden voor anderendat het
leger tot iets anders zou dienen dan tot verdediging van
alle ingezetenendat de politie anders zou doen dan
allen gelijk beschermendat de justitie anders dan in
volle rechtvaardigheid vonnis zou vellen.
Maar de practijk vloekt met deze theorie. Dagelijks
brengt zij nieuwe voorbeelden, dat de rechtstaat het
recht handteert in het belang van de bovenste tien
duizend en tegen het belang van de massa.
Fel belicht het geval met de hoofdbestuurders van
Machinisten- en Stokershond het klassekarakter van den
staat en zijn instellingen weer.
Duitsche patroons en Duitsche stokers en machinisten
op de Rijnschepen staan in strijd met elkaar. De slaven
vragen verbetering van hun positie. Maar de heeren
willen het niet geven. Elke stuiver aan hun werkvolk
meer is minder winst voor de rijke ondernemers. En
ook een rechtgeaard industrieel laat zich door zijn
arbeiders niets afvragen. De verhouding is pas goed
als de arbeider tevreden is met wat de patroon biedt.
Daar zijn de arbeiders echter aan ontgroeid, vandaar de
staking.
In deze staking dreigde ook het Hollandsche personeel
betrokken te worden. Het bleek althans noodig aan
Kerkhoff en Van 't Hoff, dat zij naar Duisburg trokken,
om hun mannen raad te geven. Dit deden zij per cir
culaire. Zij raadden aan rustig hun arbeid voort te zetten.
Maar een vertrouwensman van de arbeiders, van ge
organiseerde arbeiders, is voor de dienaren van den
klassestaat een burger, die buiten het gemeene recht
staat. Zoo'n man kan de arbeiders komen aanraden
Wekt ge uw vrienden wel op, zich te abonneeren?
door te werken. Het kan evengoed zijn, dat hij hun het
tegendeel aanraadt. In alle geval, hij raadt den arbeiders
aan, datgene te doen, wat hij van belang acht.
En dat juist mag niet. In een klassestaat althans niet.
Dat moet de klassestaat voorkomen. Anders kan hij wel
ophouden staat te zijn. Dan kunnen de bovenste tien
duizend, de heeren kapitalisten, hem wel missen.
Zoo heeft de Duitsche regeering en haar dienaren
het begrepen. Zij heeft haar plicht gedaan tegenover
de regeerende klasse en Kerkhoff en Van 't Hoff zijn
gevangen gezet.
Men zou hebben kunnen volstaan, ze evenals men
het met Zigeuners doet, de grens over te jagen. Zulk
een behandeling was te fatsoenlijk geweest. En dan
bereikt men ook niet zooveel, als de heeren kapitalisten
wel behaaglijk is. Men scheidt de vertrouwensmannen
dan alleen maar lichamelijk van de arbeiders. Ze zouden
zich dan nog door post of telegraaf e. d. hun voorlichting
kunnen geven. Dat mocht ook niet. Ze moesten èn naar
lichaam en naar den geest afgezonderd worden. Men
zette ze gevangen. Gelijk dieven en moordenaars.
Men praat deze daad van onrecht tegenover de arbeiders
en bevoorrechting van de kapitalisten goed, door te
zeggen, dat men „lastige vreemdelingen" allen zoo
behandelt.
Wie gelooft een oogenblik, dat dit de reden is Als
een Rotterdamsche patroonsvereeniging haar voorzitter
of secretaris naar een Duitsche stuurt, terwijl die Duitsche
in loonstrijd is met haar arbeiders, zou dan de Duitsche
regeering er een oogenblik aan denken, dien Hollandschen
voorzitter of secretaris gevangen te nemen, als „lastige
vreemdeling Zij zal er niet aan denken. Desnoods
zou zij, indien de Duitsche arbeiders van de komst van
dezen patroon-voorzitter op de hoogte waren, het Duitsche
leger of de Duitsche politie gebruiken, om dezen „vreem
deling" tegen eigen landgenooten te beschermen.
Want die voorzitter wordt door den Duitschen klasse
staat niet aangezien als een „lastige vreemdeling". Hij
komt dienen de belangen van zich zelve en daardoor
van zijn Duitsche klassegenooten de Duitsche onder
nemers. Voor hen is de staat. Dus ook voor hem.
En laten wij van Kerkhoff en Van 't Hoff eens een
ergerlijk beleedigende onderstelling maken. Zij vergeven
het onsMaar stil eenszij waren naar Duitschland
getrokken, om hun Hollandsche kameraden aan te raden
onderkruipersdiensten te verrichten. Zij waren er heen
gegaan, om de Duitsche arbeiders te benadeelen en de
Duitsche ondernemers te bevoordeelen. Geen Duitschen
onderdaan had de Duitsche staat dan inniger aan het
hart gedrukt dan deze vreemdelingen. Van hun lastigheid
was dan niets gemerkt. Politie en leger hadden dan
voor hen klaar gestaan, om hen zoo noodig te bescher
men tegen de „lastigheid" vau Duitsche onderdanen.
En als die Duitsche onderdanen zich niet ingehouden
hadden tegen deze vreemdelingen, dan waren niet de
vreemdelingen, maar de Duitschers zelve om hun „las
tigheid" opgesloten.
Zoo blijkt dus weer uit het opsluiten van onze land
genooten en medestrijders, dat de staat is een klassestaat.
Gij zegt, lezerjawel, de Duitsche.
Wij antwoorden met een vraag wat doet de Neder-
landsche regeering tegen gevangennemen van haar
onderdanen
Het antwoord iser zijn arbeiders opgesloten. En
ook de Nederlandsche staat is een klassestaat.
Dus beschermt de Nederlandsche regeering zoo goed
als de Duitsche de ondernemers.
Volksweekblad.)
De vrijzinnigen willen altijd wel zoo'n beetje voornaam
doen en hebben o zoo dikwijls aanmerkingen te maken
op het „fatsoen" der sociaal-demokraten.
Ook naar aanleiding van enkele interrupties, die een
enkele onzer vrienden zich op de vergadering der vrijz.-
demokraten tegen Mr. Marchant veroorloofde, hoorden
wij weer het „fatsoen" der sociaal-demokraten bekriti-
seeren. En vooral menschen, die niet gewoon zijn ver
gaderingen te bezoeken, willen het luidst hun oordeel
geven.
Brengt „De Moker" in elk arbeidersgezin