m
t
Een dagje in de Gouden Eeuw van Brugge
"V
Vv- - -
BRUGGE - Hier moet ooit het geld gerold hebben.
In de middeleeuwen was Brugge een van de rijkste
steden van Europa. Van heinde en verre kwamen
mensen naar de stad om er het beroemde Vlaamse la-
ken te kopen. Aan de grachten en pleinen bouwden
de schatrijke kooplieden hun kleine paleisjes. Die
welvaart hadden de Bruggenaren voor een groot deel
te danken aan de handel met de Engelsen. Nu wordt
de stadskas weer gevuld door Britten. Massaal ko-
men ze naar Brugge om de vergane glorie te bekij-
ken, op de voet gevolgd door busladingen Japanners
en Hollanders.
TEKST: CHRISTINA BOOMSMA
FOTO'S: BELGISCH VERKEERSBUREAU
4^%
Brugge staat bekend om haar kant; in de stad zijn vele tientallen kantwinkeltjes te vinden.
De eigenaar van het Bourgon-
disch hof wappert met zijn han-
den. „Vol, vol, complet, geen
kamers." Is er dan een congres
in Brugge dit weekend? Hoofd-
schuddend haalt de dikke man
de lege bierglazen op. „Zomer,
winter, het is hier altijd vol, had
ge maar moeten reserveren."
Het is meteen duidelijk dat je als
toerist in Brugge niet het alleen-
recht hebt. Bezoekers moeten de
stad delen met honderden ande-
ren, die een 'dagje gouden
eeuw' komen doen. Toch lijkt
dat niemand echt te storen. Het
is toerisme van het bescheiden
soort, zonder McDonald's, get-
toblasters of 'Brugge bij Nacht'
kaarten. In ieder geval trekt de
stad zelf zich er niet veel van
aan; de afgelopen eeuwen is er
weinig veranderd aan de pitto-
reske grachten
en pleinen. On-
verstoorbaar sta-
ren de paleizen
en koopmans-
huizen op de
toeristen neer.
Langs de grach
ten, of beter ge-
zegd, 'reien' lo-
pend, lijkt de
glorietijd van
Brugge nog niet
zo lang geleden.
Met een beetje
fantasie kun je je
best voorstellen
hoe hier de
Vlaamse heren
zijn uitgereden, de banier met de
leeuw van Vlaanderen wappe-
rend boven het hoofd. Alleen
een groepje Japanse toeristen,
dat angstvallig dicht bij elkaar
over het plein schuifelt, ver-
stoort het historisch uitzicht
vanaf het terras tegenover het
stadhuis. Totdat een bruidsstoet
van zes witte jaguars het plein
op rijdt. De bruid laat zich door
de fotograaf en Japanse toeris
ten vastleggen voor het ruim
vijfhonderd jaar oude gebouw.
Van buiten is het stadhuis een
indrukwekkend gotisch bouw-
werk, van binnen een museum
met kleurige wandtapijten die
vertellen over de geschiedenis
van Brugge. In 1464 werd in dit
stadhuis de eerste vergadering
van de Staten Generaal der Ne-
derlanden bijeen geroepen door
Filips de Goede, hertog van
Bourgondie. Een mijlpaal in de
geschiedenis van de Lage Lan-
den. Maar je kunt er dus ook
nog gewoon trouwen, of je pas-
poort halen. Achter de troon van
Filips de Goede hangt een bord-
je: 'Secretarie linksaf.'
Het valt niet te ontkennen dat
Brugge een hoog Anton Pieck-
gehalte heeft. Vlakbij het stad
huis ligt de Rozenhoedkaai, het
meest gefotografeerde plekje
van de stad. Zelfs bij de meest
nuchtere toerist slaat de nostal
gic toe bij het bekijken van de
trapgeveltjes die weerspiegelen
in het water. Hier is ook het be-
langrijkste opstappunt van de
rondvaartboten. Na een dag lo-
pen over de kinderhoofdjes lijkt
een half uurtje in een boot zitten
wel een verleidelijk alternatief.
Zoveel mogelijk toeristen wor-
den in een van de open rond-
vaartbootjes geladen. 'Door-
schuiven', roept de bestuurder
in drie talen. De tocht gaat gro-
tendeels over de 'Groene Rei',
een van de
belangrijk-
ste grachten
van Brug
ge. Onder-
weg vertelt
onze kapi-
tein over de
geveltjes en
bruggetjes
die voor-
bijglijden.
„Links het
kleinste go-
tische
raampje
van Euro-
pa, rechts
het oudste
kroegje van Brugge, voor u het
beeld van de schilder Jan van
Eyck." Onder de stenen ogen
van de Brugse schilder, aan het
eind van een doodlopende rei,
maakt de rondvaartboot rechts-
omkeert en doet hetzelfde stuk
nog een keer. Pas aan het eind
van de tocht zijn er weer nieuwe
dingen te zien; een Begijnen-
klooster uit de dertiende eeuw,
kleine vakwerk huisjes die ge-
vaarlijk over het water heen hel-
len. Zelfs de zwanen zijn een
toeristische attractie. Volgens
een legende moeten de vogels
goed verzorgd worden, om on-
heil over de stad te voorkomen.
Men houdt dan ook scherp in de
gaten hoeveel zwanen er zijn en
of het ze goed gaat. Voor dat
doel hebben ze allemaal de B
van Brugge en een volgnummer
op hun snavel.
„Vergeet u de kapitein niet",
zegt de bestuurder bij terug-
komst aan de Rozenhoedkaai.
Een snelle rekensom van het
aantal toeristen in de boot maal
de prijs van de tocht doet de
Hollanders in de boot - hoe toe-
passelijk - ertoe besluiten om
met een stalen gezicht de opge-
houden hand te negeren bij het
uitstappen. Het is wel goed zo.
De tocht was weliswaar mooi,
maar kort en gedeeltelijk dub-
bel. En uit de beknopte uitleg
onderweg werd ook al niet veel
duidelijk.
Brugge kun je het best lopend
bekijken. Met droog weer en
een zonnetje is dat ook een ui-
terst aangename bezigheid. Na
iedere hoek volgt wel weer een
mooier straatje; op een paar me
ter afstand is altijd wel een ter-
rasje. De Bruggenaren houden
duidelijk van het goede leven.
Waarschijnlijk is deze bourgon-
dische instelling een overblijfsel
van de vijftiende eeuw, de tijd
dat de fabelachtig rijke hertogen
van Bourgondie hof hielden in
Brugge. Toch waren de stede-
lingen al veel eerder gewend
aan het goede leven. Al in de
vroege middeleeuwen wist een
aantal handelaren het monopolie
te bemachtigen op de invoer van
Engelse wol. Schathemeltjerijk
werden ze ervan, bovendien
hadden ze de macht in de stad in
handen. Dankzij de levendige
handel vonden steeds meer am-
bachtslieden werk in de stad. Zij
keken met jaloerse ogen naar de
kleine groep handelaren die de
macht in handen had. Om ook
een graantje mee te kunnen pik-
ken verenigden zij zich in gil-
den. De gevestigde orde van pa-
triciers was niet van zins dit
over haar kant te laten gaan. Zij
klopten bij de Franse koning Fi
lips IV de Schone aan voor hulp.
Het geschil werd in 1302 beslist
in de Gulden Sporenslag. Nie
mand had verwacht dat de geza-
menlijke gilden die slag ook
zouden winnen, maar uiteinde-
lijk kon een aantal ambachtslui
triomfantelijk plaatsnemen in de
raad van schepenen. Wat volgde
was Brugge's gouden eeuw,
waarin de stad zich ontwikkelde
tot het belangrijkste handelscen-
trum van Europa. De klad kwam
erin toen het Zwin, Brugge's
verbinding met de zee, begon te
verzanden. Bovendien had de
handel te lijden onder de con-
currentie van Antwerpen. De
komst van het rijke Bourgondi-
sche hof in de vijftiende eeuw
zorgde voor een korte opleving,
maar de handel herstelde zich
niet. Ondanks vele pogingen
slaagden de Bruggenaren er niet
in de verbinding met de zee
open te houden.
Maar of de bourgondische in
stelling nu van de rijke hertogen
afkomstig is of niet; feit is dat je
in Brugge plannen om aan de
lijn te doen be
ter thuis kunt
laten. Een be-
zoek aan de
stad is niet
compleet zon
der een warme
Vlaamse wafel,
bij voorkeur op
straat gegeten,
zo uit het zakje,
met alleen wat
suiker. De keu-
ze in restaurants
is schier onein-
dig. Aan de
centrale pleinen
is hier en daar
nog wel een
toeristisch restaurant met een
Wiener Schnitzel en Biefstuk
met patat op de kaart te vinden,
maar in de meeste 'tavernes'
gaat het beter toe. Gerechten als
'Lamszwezerik in tijmsaus,
Vlaams Wildbraad in een rode
portsaus, romige Belgische cho-
colademousse' klinken al alsof
je er de volgende dag spijt van
zult krijgen. De waard reageert
meewarig op de vraag of alles
echt met roomboter bereid is.
Natuurlijk, wat denken die Hol
landers wel? is uit zijn hoofd-
schudden af te lezen. „Slecht
voor het lijf, maar goed voor de
ziel," knipoogt hij.
De markt, het grote centrale
plein in Brugge, is 's avonds
nog steeds druk en gezellig. De
83 meter hoge Halletoren, ook
wel Belfort genoemd, torent hier
boven alles uit. In dit fort wer
den vroeger de 'vrijheidsbrie-
ven' en schatten van de stad be-
waard. De beklimming van alle
366 treden levert een prachtig
uitzicht over de stad op. Het kan
Brugge is met de auto ongeveer twee-en-een half uur rijden
vanuit Rotterdam. Buiten de stad, op loopafstand van het oude
centrum, is ruim voldoende parkeergelegenheid. De stad is ook
per trein hereikhaar. Hoewel er in Brugge tientallen hotels zijn,
is het raadzaam enkele weken van te voren te reserveren,
Voor meer informatie: Belgisch Verkeersbureau, Kennemer-
plein 3, 2011 MH Haarlem. 023 - 534 44 34.
een tijdrovende bezigheid zijn;
in veiband met veiligheidseisen
worden de toeristen alleen in
kleine groepjes en op gezette tij-
den toegelaten.
Beneden, op een van de vele ter-
rassen, worden verschillende
soorten Brugs bier geschonken.
Een frisse Straffe Hendrik voor
overdag, in het zonnetje bij-
voorbeeld, of een donkere Brug
se Tripel voor's avonds. „Vroe-
ger waren hier veel bierbrouwe-
rijen, nu is er nog maar een,"
weet de ober te vertellen. Het
bier heeft een heel eigen ge
schiedenis in Brugge. Op een
steenworp afstand van de markt
ligt het fraaie kasteel van de he
ren van Gruuthuse. De heren
dankten hun grote rijkdom aan
de verkoop van gruut, een krui-
denmengsel dat het bier smaak
gaf. In het kasteel is nu een mu
seum geves-
tigd dat een
goede in-
druk geeft
van het rijke
leven rond
de vijftiende
eeuw.
Achter het
kasteel, over
het piepklei-
ne Bonifaci-
usbruggetje,
staat het
kantklosmu-
seum. Toen
de hertogen
van Bour
gondie een-
maal vertrokken waren kwam
het met Brugge nooit meer
gqed; in de negentiende eeuw
leefde een groot deel van de
Brugse bevolking in armoede.
Om in hun levensonderhoud te
voorzien sloegen de vrouwen
massaal aan het kantklossen. De
stad staat nu nog altijd bekend
om haar kant. Om de paar meter
is een winkeltje te vinden waar
de witte werkjes verkocht wor
den. Kanten theemutsen, pya-
ma's, kinderhoedjes, schorten
en kleedjes; wie kant wil, kan't
hier krijgen. Diezelfde winkel-
tjes hangen overigens ook vol
met gobelins en wandtapijten,
veelal met historische taferelen.
Na middernacht wordt het leeg
op de Markt. In het uiteindelijk
toch nog gevonden hotel valt het
besluit de volgende dag naar
Oostende te gaan. Een verkeer-
de beslissing;. het contrast tus-
sen de knusse straatjes van
Brugge en het lawaaierige beton
van de badplaats is te groot. Te-
rugrijden dan maar?
r-f:
m
BruestarwebfeT
8ru£s tenwfcfer
MaasstaD
VAKAIUTIE
'Slecht voor het lijf, goed voor de ziel'
Het indrukwekkende stadhuis is een centraal punt in de stad.
"'.A-
Steffi*',
ST
I-'?!*"
Gezicht op een van Brugge's reien, met op de achtergrond de Belfort-toren.
j
A. -
m 39 r
Air. M*
n
SOBS
Het tarwebier is een van de vele Brugse biertjes die op de terrasjes geschonken worden.