Van nachtclubs en goktenten tot cultuur- en museumboulevard
111 Call %uJw %3I iLCSI
ROTTERDAM - De Witte de Withstraat, misschien wel een van de meest
besproken straten van Rotterdam. 'Van hoerenstraat tot kunstboulevard'
wordt er vaak geroepen over de straat in de wijk Cool. Uit onderzoek is
gebleken dat de straat nog steeds een negatief imago heeft, maar die me-
ning wordt uitgesproken door mensen die er nog nooit zijn geweest. „Dat
verandert wel zodra ze een stap in de Witte de Withstraat hebben gezet",
zegt Ed de Meijer van bewonersvereniging Cool. Zit er een kern van
waarheid in de indianenverhalen, of valt het wel mee met de hoeren,
drugs en criminaliteit in de straat waar kunst en cultuur steeds belangrij-
ker lijken te worden?
De hoek van de zuidzijde van het oostelijk gedeelte van de Witte de Withstraat vandaag de
dag. foto: Dick Sluijter
De Witte de Withstraat werd in 1871 aan-
gelegd en vanaf het begin door voorna-
melijk artsen en doktoren bewoond. Niet
veel later kwamen er enkele winkeltjes en
eindjaren twintig, begin jaren dertig was
de straat uitgegroeid tot een gewaardeer-
de winkelstraat. Totdat de lijnbaan in
1954 werd aangelegd. De Witte de With
straat verloor haar functie en de gemeente
speelde daar slim op in. Het stadsbestuur
was druk bezig met het beleid op het ge-
bied van de horeca. In de Witte de With
straat kwamen veel panden leeg te staan
doordat winkelier's moesten vertrekken in
verband met de te grote concurrentie van
de lijnbaan.
Het bestuur zag zijn kans schoon en zei in
de jaren '60: 'Horeca? De Witte de With
straat is een goede locatie met genoeg
ruimte'. „Er kwamen van die oude disco-
theken en dancings met van die glitter-
bollen aan het plafond", weet De Meijer.
„Langzamerhand werden de discotheken
steeds groter en gingen die oude dancings
failliet. Sindsdien (jaren '70) is de gok-
wereld zich op het uitgaansleven in de
Witte de Withstraat gaan storten. Toen
zijn onder het motto 'Gokken en een hap-
je eten' de eerste shoarma-zaken onstaan.
Naast gokken en eten was het voor gok-
kers ook gebruikelijk om naar de hoeren
te gaan. Er waren dan ook enkele borde-
len, maar je had er geen last van. Er was
geen sprake van straatprostitutie zoals
bijvoorbeeld in de Karel Doorman-
straat."
Toen ging het balletje rollen. De Meijer:
„Onder andere de Joegoslavische en de
Turkse mafia wilden hun graantje
meepikken. En toen viel ook nog de eer
ste dode in de Witte de Withstraat, waar-
door bewoners en politie een kruistocht
tegen de goktenten begonnen." Die
kruistocht heeft er voor gezorgd dat de
goktenten begin jaren '80 inderdaad ver-
dwenen, maar daarmee waren de proble-
men niet uit de weg geruimd. Grote, dure
panden kwamen leeg te staan. „En daar
kwamen mensen in, die hun geld op een
andere manier verdienden." Hiermee
doelt De Meijer op de intrede van drugs
in de straat.
Ben Munnikhuis is eigenaar van de ge-
lijknamige slagerij in de Witte de With
straat en weet nog goed hoe de drugs de
straat 'binnendrong'. „Om te beginnen
was er in de Eendrachtsstraat een soort
instuif voor jongeren. Ze rookten er wiet
en namen pillen met van dat spul wat nu
in die paddestoelen zit. Toen er wat har-
dere drugs op de markt kwamen, waren
die in de Witte de Withstraat te krijgen.
Vooral in nachtclub de Pinnenloop werd
veel van dat spul ver-
handeld", aldus de
slager.
De voorgangers van i
De Meijer hielden zich
intertijd vooral vast
aan het beleid om de
politie in te schakelen
tegen drugs en crimi-
naliteit. Maar zestien
jaar geleden (toen De
Meijer in dienst trad
van de bewonersorga-
nisatie) werd een pre-
ventief beleid ontwik-
keld. „De politie werd
altijd achteraf inge-
schakeld en wij wilden
de aanleiding van de
politie-optredens
voorkomen." Naast
het ontwikkelen van
een beter beleid tegen
criminaliteit en drugs
constateerde de bewo-
nersorganisatie samen
met Stadsontwikke-
ling dat de Witte de
Withstraat kwaliteiten
had en dat die benut
moesten worden.
Als snel onstond het
idee dat de Witte de
Withstraat de verbin-
ding tussen Museum
Boijmans Van Beu-
ningen en het Mari-
tiem Museum, een
museumboulevard
moest worden. „ln
New York bestaat een
wijk met alleen maar
galeries, volgens de
gemeente moest hier
ook zo'n gerealiseerd
worden", weet De
Meijer. En die galeries
kwamen er ook, zei
het gesubsidieerd.
Binnen niet al te lange
tijd waren de meesten
al weer failliet en kwa
men er commerciele
galeries voor in de
plaats.
Slager Munnikhuis zet
vraagtekens bij het nut
van de galeries in de
Witte de Withstraat.
„Ik heb nog nooit ie-
mand met een schilderij over straat zien
lopen. Volgens mij zijn ze er meer voor
de gezelligheid, want ik denk niet dat de
economie er beter van wordt. De eetcafes
daarentegen doen het hartstikke goed."
Dick Kuijpers van galerie Van Eijck
weerlegt de woorden van de slager stel-
lig. ,,Wij zijn juist heel belangrijk voorde
straat. De Witte de Withstraat heeft lang
last gehad van een slecht imago. De gale
ries hebben dat weten weg te poetsen
door beter publiek te trekken." Ook over
de verkoop en bezoekersaantallen heeft
Kuijpers niet te klagen. „Ik zit hier nu vijf
jaar en in het begin was het best tobben,
maar de laatste anderhalf jaar gaat het
steeds beter. Niet dat ik nu ineens een du
re wagen voor de deur heb staan, maar ik
te kopen. Bovendien komen er steeds
meer mensen in de Witte de Withstraat.
Bijvoorbeeld bezoekers van het oogzie-
kenhuis die niet direct terecht kunnen,
komen nu even een kijkje nemen. Dat ge-
beurde vroeger echt niet. Ook neemt het
aantal klanten van buiten de stad steeds
meer toe."
Vooralsnog bijft het een feit dat de gale
ries niet echt voor een financiele impuls
kunnen zorgen. Dat is volgens Valentijn
Byvanck van het Centrum voor Heden-
daagse Kunst Witte de With eenvoudig te
verklaren. „Nederlanders lopen niet
warm voor hedendaagse kunst. Ze vinden
een kunstenaar en zijn werk pas interes-
sant als hij al twintig jaar dood is." Toch
De zuidzijde van het oostelijke gedeelte van de Witte de Withstraat, waar onder andere
hetpolitiebureau was gevestigd, werd tijdens de bombardementen gedeeltelijk verwoest.
Deze foto is in 1938 gemaakt. Tegenwoordig is er een supermarkt gevestigd.
foto: Gemeentearchief Rotterdam
-f
Vader van Ben Munnikhuis voor zijn slagerij omstreeks 1900.
foto: slagerij Munnikhuis
kendheid te geven. Aan de andere kant
kunnen mensen die een
bezoek brengen aan het
Centrum voor Heden
daagse Kunst ook nog
even langs een galerie
gaan."
Witte de With is sinds de
oprichting in 1990 geves
tigd in de gelijknamige
straat en staat in de inter-
nationale kunstwereld
hoog aangeschreven. „We
produceren tentoonstellin-
gen voor het buitenland en
werken samen met buiten-
landse kunstenaars", zegt
Byvanck. „Op dit moment
is er in New York een ten-
toonstelling van ons te
zien en heeft een Spaanse
kunstenaar hier werken
hangen." Hij geeft ook
aan dat het Centrum ook
in kunstminnend Neder-
land bekendheid geniet.
„De bezoekers komen uit
heel het land. Iedereen die
voor kunst naar Rotter
dam komt, weet dat de
Witte de Withstraat de
cultuur-as is. Driehonderd
stappen in welke richting
dan ook en je loopt tegen
een kunstinstelling aan."
Naast het plan van muse
umboulevard, moest er
wat gebeuren met de
beeldbepalende panden in
de straat. Veel panden
stonden leeg en moesten
dus een invulling krijgen.
die goed zou aansluiten op
de 'kunstplannen'. Het
oude bankgebouw bij
voorbeeld, dat werd in ge-
bruik genomen door de
kunstinstelling 'Link'.
Toen de MTS vertrok,
vestigde het Nederlands
Foto Instituut zich in het
leegstaande pand.
Ook werd de term 'bran-
chering' in het leven ge-
roepen. Winkels en hore
ca moesten in het beeld
van de 'kunststraat' pas-
sen. Daarom is het belang
rijk om te weten wie het
publiek is. „We hebben
analyses gemaakt en daar-
uit is gebleken dat vooral kunstminnende
jongeren en tweeverdieners een bezoekje
brengen aan de Witte de Withstraat",
zegt De Meijer. „Bovendien is de straat
van oudsher internationaal en tolerant,
zodat allochtonen en homo's hun plek
hebben kunnen vinden."
Ondanks dat De Meijer tevereden is over
de uitvoering van de plannen moet er vol
gens hem nog wel het een en ander veran-
deren. ,,De Witte de Withstraat moet nog
meer worden gebruikt als verbinding.
Bijvoorbeeld Boijmans Van Beuningen
staat op een eiland. Er is in Rotterdam
veel te zien en te beleven, maar je moet
wel weten waar alles zit."
Munnikhuis ziet de toekomst van de Wit
te de Withstraat positief tegemoet. Vol
gens de slager worden de panden in de
straat alleen maar duurder. „Voor som-
mige pandjes betaal je nu zes a zevendui-
zend gulden per maand. Op dat schitte-
rende pand", zegt de slager terwijl hij
naar cafe Het Gelach wijst, „hebben wij
(de slagerij, red.) nog een bod van 50.000
gulden gedaan. Het ging toen aan onze
neus voorbij voor vijfduizend gulden
meer, maar nu heb je het nog niet voor
een miljoen."
Na het verdwijnen van het gokwezen en
de discotheken is de overlast voor een
heel groot deel afgenomen. Volgens
wijkagent D. den Ouden is dat vooral te
danken aan de inzet van de Wijk Ontwik-
kelings Maatschappij (WOM). „Zij heb
ben er voor gezorgd dat de illegale hore
ca en het gokwezen uit de Witte de With
straat zijn verdwenen. Daar zijn 'goede'
horeca-ondernemingen voor in de plaats
gekomen. Vroeger hadden we met veel
vecht- en zelfs schietpartijen te maken."
Volgens Den Ouden is de overlast van te
genwoordig beperkt tot geluidsoverlast.
„Maar dat houd je altijd als je horeca in
de straat hebt." Samen met het geweld is
ook drugs uit het straatbeeld verdwenen.
„Er zit nog den coffeeshop, en om nou te
zeggen dat we daar last van hebben...."
Wie vandaag de dag een wandeling door
de Witte de Withstraat maakt, kan inder
daad concluderen dat van criminaliteit
geen sprake meer is en dat kunst en cul-
tuur een belangrijke stempel op de straat
drukken. Maar dat er helemaal niets meer
gebeurd, is overdreven. Slager Munnik
huis: „Gisteren is de kluis van mijn buur-
man nog leeggehaald."
In vergelijking met de schietpartijen,
drugsdealers en hoeren mag men tegen
woordig dus niet klagen. Het gaat goed
met de Witte de Withstraat en wanneer de
straat zich blijft ontwikkelen, zal het nog
veel beter gaan.
Groothandel voor kantoormeubulair 'Blikman en Sartorius' in 1953. Nu is het Nederlands
Foto Instituut in dit gebouw gevestigd. foto: Gemeentearchief Rotterdam
Witte de Withstraat
blijft zich ontwikkelen
Tekst: Johan van Boven
Galerie Van Eijck. foto: Dick sluijter
Het internationaal bekende Centrum voor Hedendaagse Kunst Witte de
With. foto: Dick Sluijter
Foto's: Dick Sluijter en Gemeentearchief Rotterdam
mag niet klagen. Ik ben wel zeven dagen
per week open, want dat heb ik echt no-
dig."
Dat het steeds beter gaat met de galeries
is volgens Kuijpers het logische gevolg
van de economische situatie in Neder-
land. „Men verdient steeds meer en heeft
dus ook meer geld om onder andere kunst
zijn de galeries volgens Byvanck wel de-
gelijk van belang. „De galeries richten
zich voornamelijk op Rotterdamse kun
stenaars en wij werken vooral op interna
tionaal niveau. Als er in een galerie een
expositie is die er echt uitspringt, is dat
voor ons misschien ook interessant om de
betreffende kunstenaar internationale be-