maasstad
'De mensen komen hiergraag omdat de entourage zo leuk
ROTTERDAM - Een oase van rust, zo vlak bij de stadse bedrij-
vigheid die het centrum van Rotterdam zo kenmerkt. Menig flat-
gebouw en de drukte aan de Maasboulevard doen amper vermoe-
den dat op slechts een steenworpafstand een paradijs verscholen
ligt waar flora en fauna ongebreideld hun gang kunnen gaan. Het
Arboretum Trompenburg is in het buitenland dan ook bekender
dan onder de inwoners van Rotterdam. Ten onrechte, want de bo-
tanische tuin is een groen juweeltje waar het heerlijk genieten is.
Van de kleurenpracht die de mondiale floracollectie tentoon-
spreidt en van vogels als de koperwiek, bosuil, sperwer en specht.
En niet de in de laatste plaats van de absolute stilte. Het Arbore
tum Trompenburg is een stukje Rotterdam dat nog niet door en
met de stad besmet is.
Belofte
'Heel dichtbij ver weg van de stad'
gen Oude Plantage en het Noordelijke
Kralingse Bos als uitersten heeft. De ge-
schiedenis begon in de achttiende eeuw.
Kralingen was toen nog een zelfstandige
gemeente. Als buitenplaats was het ge-
bied Trompenburg populair onder de
welgestelde Rotterdammers die de smeri-
ge stadslucht en de vooral 's zomers stin-
kende open riolen wilden ontvluchten. In
1820 werd het oudste gedeelte van de
tuin aangelegd volgens de toen populaire
Engelse landschapsstijl. Dat veel bomen
en planten uit die tijd er nog steeds staan,
is illustratief voor het feit dat de mens
misschien wel het meest ontwikkelde
maar niet het sterkste leven op aarde is.
Het verhaal wil dat de beroemde admiraal
Tromp destijds op de buitenplaats heeft
gewoond en in die hoedanigheid de naam
voor de tuin heeft aangereikt.
Een kleine veertig jaar later breidde de
cargadoors- en redersfamilie Van Hoey
Smith voor fl. 16.000,- het gebied uit met
mee de basis voor het huidige Arboretum
Trompenburg. Zijn zoon had vijftig jaar
lang met hart en ziel leiding gegegeven
aan het Arboretum Trompenburg en en-
kele internationale onderscheidingen
voor zijn dendrologische kennis gekre-
gen waarmee het Arboretum Trompen
burg wereldwijd bekend is geworden.
Met de oprichting van de Stichting Arbo
retum Trompenburg is de tuin als open-
baar bezit veiliggesteld. In 1996 werd een
gloednieuw entreepaviljoen geopend ten-
einde de almaar groeiende stroom bezoe-
kers te kunnen opvangen. „Het Arbore
tum Trompenburg is nu ook een etalage
voor Nederlandse kwekerijen. Daar doen
we ook een bollenproject mee. Ter obser-
vatie zitten er zo'n 10.000 exemplaren in
de grond. De kwekers kijken hoe de plan-
ten zich ontwikkelen en het publiek heeft
er veel plezier van", vertelt Vis.
Voor beeldend kunstenaar Willem Visser
Tekst: Jeroen Bootsman
Foto's: Dick Sluijter
er in de zomer veel mensen die hier hun
lunchpauze doorbrengen en hun boter-
ham eten", vertelt Vis.
Het Arboretum heeft een roemrijke ge-
schiedenis achter de rug die mooi en uit-
gebreid door Hans W. Blom is beschre-
ven. Het Arboretum Trompenburg maakt
deel uit van de zogeheten 'groene long'
in Kralingen; een ecologische groene zo
ne die de in het zuiden aan de Maas gele-
twee kleinere buitenplaatsen, enkele
stukken weiland en tuinderijen. Om-
streeks 1870 zag tuinarchitect Zocher
zijn ontwerp voor het westelijke gedeelte
gerealiseerd. In 1920 eiste de iepziekte
vierhonderd slachioffers. Een reorganisa-
tie werd noodzakelijk.
De toenmalige eigenaar James van Hoey
Smith begon met het verzamelen van bij-
zondere bomen en struiken en legde daar-
vormt het licht- en kleurenspel, dat zich
prominent manifesteert in het Arboretum
Trompenburg, een constante inspiratie-
bron. Na een lange periode waarin hij
zich baseerde op wereldse onderwerpen
als sport, reclame en televisie en waarbij
de invloed van Popart een belangrijke rol
speelde, koos hij voor een meer naturalis-
tische benadering. Sinds enige jaren zijn
de natuur en het landschap zijn belang-
rijkste bronnen van inspiratie. Zo speelt
de geslotenheid van het bos, waarbij men
aan alle kanten is omringd door vegetatie
en invallend zonlicht voor verrassende
partijen zorgt, in bepaalde werken een
belangrijke rol. In ander werk is het juist
weer de openheid van het typisch Hol-
landse landschap waar de nadruk op ligt.
het niet anders, want het drijft hier voor-
namelijk op vrijwilligers. Maar ik geef
onmiddellijk toe dat het leuk is om op
mooie zwoele zomeravonden de tuin lan-
ger geopend te houden.
Daarom hoopt Vis ook dat het Arboretum
Trompenburg in de toekomst meer be-
zoekers uit Rotterdam mag verwelko-
men. Ze zullen hoe dan ook niet teleurge-
steld worden. „Als ze ons eenmaal weten
te vinden, komen ze altijd weer terug. Ze
vinden het zo leuk dat ze gelijk donateur
woren", uit Vis haar hoopvolle verwach-
ting.
Hoe luidde dat cliche ook alweer dat haar
gelijk lijkt te geven? 'Bloemen houden
van mensen!'
Het Arboretum Trompenburg is geves-
„Mijn werk is wel altijd figuratief geble-
ven. Op de grens van het abstracte. Dat is
nooit veranderd. Ik ben geinteresseerd in
d£t wat ik waarneem en hoe. Maar vroe-
ger was ik teveel bezig met ideetjes ver-
zinnen om dingen kunstmatig in scfene te
zetten. Maar in wezen heb je genoeg aan
het beeld zelf. Nu probeer ik een bepaal
de sfeer op te roepen door mijn beeld op
het doek weer te geven. lets zo direct mo-
gelijk neerzetten. Met heel weinig juist
heel veel zeggen. Een miniem onderwerp
op een boeiende manier schilderen. Een
uitdaging waar ik steeds beter in slaag",
doet Visser zijn werkwijze uit de doeken.
Geen wonder dat hij maar al te graag in
het Arboretum Trompenburg aan het
werk is. Sinds een jaar of drie verzorgt hij
er een tekencursus. Een klein groepje van
hooguit zeven personen komt zes weken
bijeen om 2,5 uur te tekenen met de vege
tatie van het Arboretum Trompenburg als
onderwerp. „Een handige oefening om
mensen op een andere manier naar din
gen te laten kijken. Als je iets leuk vindt
om te doen, is dat het begin van talent.
Dan is er altijd wel een kern van aanleg
aanwezig. Iedereen werkt op eigen ni
veau. Het belangrijkste is dat men er ple
zier aan beleeft. Maar een zekere teken-
vaardigheid is natuurlijk wel vereist.
Vis geeft toe dat het jammer is dat het Ar
boretum Trompenburg slechts 66n keer
per jaar 's avonds open is. „Helaas kan
tigd aan de Honingerdijk 86 en telefo-
nisch bereikbaarvia 010 - 233 01 66. Ge
opend op werkdagen van 9.00 tot 17.00
uur en tijdens het weekeinde van 10.00
tot 16.00 uur. De zondagsopening geldt
van april tot en met oktober. In de perio
de november-maart is de tuin op zondag
gesloten, evenals van 25 december tot en
met 1 januari en tijdens de paasdagen.
De toegangsprijs bedraagtfl. 5- per per-
soon. Een jaarkaart voor twee personen
kostfl. 25,-. Kinderen totzestien jaar mo-
gen onder begeleiding gratis naar bin-
nen. Rondleidingen worden georgani-
seerd op afspraak.
Uiteraard kan er (voor fl. 2,50) altijd
meegelopen worden met de periodieke
Zwaan-kleef-aanwandelingenDonateurs
hebben onbeperkt gratis toegang tot de
tuin.In de bezoekersruimte is een grote
collectie zaden, ansichtkaarten en boe-
ken te koop. Wie meer wil weten over de
geschiedenis van het Arboretum Trom
penburg als buitenplaats in hetparkland-
schap van Kralingen, doet er goed aan
het boek van Hans W. Blom van het His-
torisch Genootschap Roterodamum te le-
zen, uitgegeven door de Stichting Bevor-
dering van Volkskracht. Het boek is ui
teraard bij het Arboretum Trompenburg
verkrijgbaar.
Wie zich wil voegen bij de tekencursus
kan telefonisch contact opnemen met do-
cent Willem Visser via 010- 452 46 13.
men'vertelt medewerkster Adelien Vis.
Maar gek genoeg valt de animo uit Rot
terdam nog altijd tegen. Een toeloop die
in het niet valt bij de belangstelling uit het
buitenland. Een gegeven dat Vis betreurt.
„Ik denk dat er domweg te weinig men-
sen op de hoogte zijn van het bestaan van
de botanische tuin zo vlak naast de deur.
Uiteraard verwacht je zo'n plek niet mid
den in de stad aan te treffen. Jammer,
want het is heerlijk om hier te komen",
meent Vis.
Een wandeling door de tuin, die een tota-
le oppervlakte van zes hectare bestrijkt,
lost die belofte ruimschoots in. Omgeven
door een permanent geurencluster kijkt
de bezoeker de ogen uit. Het Arboretum
Trompenburg laat zich niet aan banden
leggen door seizoenen. Of het nu de win
ter, lente, zomer of herfst is die regeert;
de tuin is altijd getooid met een kleurrijk
schouwspel dat zich in allerlei mooie tin-
ten aan de bezoekers openbaart. Zelfs
met een fikse plensbui kan het nog een
belevenis zijn om door de tuin te lopen,
want regendruppels die in de struiken be-
klijven, kunnen een betoverend beeld op-
roepen.
„Er zijn nu heel mooie herfstkleuren te
bewonderen", vertelt Anne Hidler, een
van de enthousiaste rondleidsters die op
ontbreken niet; gele aronskelk, vliegen-
zwam, toverhazelaar, levensboom, ve-
nijnboom en treureik. Daarnaast beschikt
het Arboretum Trompenburg over de na-
tionale referentiecollectie van de geslach-
ten eik, beuk en hulst. Hidler laat niet na
om tijdens de rondleiding leuke wetens-
waardigheden te spuien. Van een bepaal
de boom weet ze te vertellen dat de bast
zoveel vocht herbergt dat een bosbrand te
overleven valt. „Sommige bladeren ge
ven een heel speciale geur af als je er met
je vingertoppen overheen wrijft. Pinda-
kaas of caramel, maar soms ook katten-
pis", lacht Hidler.
In de zogeheten succulentenkas is er een
grote verzameling cactussen en vetplan-
ten te bewonderen. Kortom; het is bezoe
kers ten zeerste aan te raden hun ogen
goed de kost te geven. Wie vergeten is in
Rotterdam te zijn, ziet tussen de bomen
door de wolkenkrabbers van de stad op-
doemen. Het plezier wordt nog verder
verhoogd als je via de pittoreske brugge-
tjes een al even nostalgisch volifere be-
reikt waar naar hartelust gepicknickt kan
worden. ,,We hebben ervoor gekozen om
geen horeca uit te baten, want we vrezen
dat het stille karakter van de tuin daarmee
te veel geweld wordt aangedaan. Het zou
ook teveel rommel opleveren. Maar het
staat bezoekers uiteraard vrij om zelf
broodjes en koffie mee te nemen om die
in de tuin te consumeren. Overigens zijn
Arboretum Trompenburg herbergt meer
dan 4000 verschillende soorten planten,
struiken en bomen afkomstig uit de hele
wereld. Om die reden heeft de tuin we
reldwijd een naam op te houden onder
groenspecialisten en tuinliefhebbers. „Ei-
genlijk zijn we in het buitenland veel be
kender dan in Nederland. Er komen hier
heel wat studenten en toeristen, vaak in
excursieverband, die op plantenjacht zijn.
Niet zelden komen televisieploegen uit
het buitenland hier opnamen maken voor
tuinprogramma's. Jaarlijks begroeten we
zo'n 50.000 bezoekers. Een aantal dat
een gestage groei doormaakt, want veer-
tig jaar geleden waren het er niet meer
dan 2000. Dat geldt ook voor ons dona-
teursbestand. Overigens denk ik dat men-
sen uit Rotterdam vooral voor de rust ko-
vrijwillige basis de mensen maar al te
graag doet kennismaken met al dat moois
dat de tuin herbergt. De klinkende Latijn-
se namen spreken boekdelen. Om maar
een selectie op te noemen; Azalea Klon-
dyke, Allium Sphaerocephalon, Sorbus
Megalocarpa, Fagus Sylvatica Aura Pen-
dula, Acer Pseudoplatanus, Hosta Cris-
pula en Acer Griseum. Exotische, veelal
zeldzame planten en bomen uit onder
meer Noord-Amerika, China, Japan, Ko
rea en Chili zoals de Tulpenboom, Vaan-
tjesboom, Heuchera, Hosta en Apen-
boom die niet alleen een lange reis heb
ben overleefd, maar ook de grillen van
het Nederlandse klimaat schijnbaar moei-
teloos weten te overleven.
Maar ook meer vertrouwd en toch tot de
verbeelding sprekende, klinkende namen