m Proef Park+Ride Alexander RGSP zet in op regioparken en groen Voorne-Putten Subsidies bodemsanering en jeugdzorg Start aan leg fietspad Rondje Voorne-Putten A www.stadsregio.info Rotterdam Bekendmakingen algemene wet bestuursrecht Tourniquets ook bij stations RandstadRail STADSREGIO Albrandswaard Barendrecht Bergschenhoek Berkel en Rodenrijs Bernisse Bleiswijk Brielle Capelle aan den IJssel Hellevoetsluis Krimpen aan den IJssel Maassluis Ridderkerk Rotterdam Rozenburg Schiedam Spijkenisse Vlaardingen Westvoorne BEKENDMAKING ALGEMENE WET BESTUURSRECHT TRENDBREUK IN WONEN EN ECONOMIE BOUWEN AAN SAMENHANG U STADSREGIO.INFO Foto: Automobilisten kunnen binnenkort gratis parkeren bij station Alexander in Rotterdam als zij verder reizen met het openbaar vervoer. De stadsregio Rotterdam neemt vanaf 26 mei twee jaar lang een proef met doelgroepparkeren bij station Alexander in Rotterdam. De P+R-parkeerplaatsen zijn daar dan in principe alleen bestemd voor automobilisten die hun reis vervolgen met het openbaar vervoer. Als zij met een elders gestempelde inrijparkeerkaart kunnen aantonen, dat zij na het parkeren met trein, bus of metro naar een andere verder gelegen zone zijn gereisd, dan kunnen zij bij terugkeer het P+R-terrein gratis verlaten. Het P+R-terrein Alexander wordt door de toegenomen mobiliteit steeds vaker gebruikt door automobilisten die geen gebruik maken van het openbaar vervoer. Daar- door komt de beschikbaarheid van P+R-parkeerplaatsen in het gedrang. De proef betekent dat er vanaf 26 mei een einde komt aan het algemene gratis parkeren. Auto mobilisten die niet van het openbaar vervoer gebruik maken, kunnen dan alleen tegen betaling op het P+R- terrein Alexander parkeren. Voor parkeerders in de directe omgeving van het P+R- terrein ligt het parkeertarief gelijk aan dat van elders in de wijk. Tijdens de proef zal de bezettingsgraad op het P+R-terrein en de parkeerdruk in de directe omgeving Het dagelljks bestuur van de stadsregio Rotterdam maakt bekend dat de regioraad op 12 mei 2004 heeft besloten: 1. het jaarverslag en de jaarrekening 2003 vast te stellen met een resultaat van 5.039.794 en dit resultaat als volgt te bestemmen: toevoeging aan de algemene reserve 113.392 toevoeging aan bestemmingsres. minimalisatie doorbelastingen 474.411 toevoeging aan bestemmingsreserve GDU 1.334.797 toevoeging aan bestemmingsreserve de 8oer-EHSS€ 618.502 toevoeging aan bestemmingsreserve Volkshuisvesting 2.401.632 toevoeging aan bestemmingsreserve Jeugdhulpverlening 97.060 2a. de Verordening Woninggebonden Subsidies als volgt te wijzigen: 1aan de verordening een artikel 7a lid 1 toe te voegen, luidende: "De regioraad kan jaarlijkseen programma voor benoemde woningcategorieen vaststellen"; 2. aan de verordening een artikel 7a lid 2 toe te voegen, luidende. "Hetdagelijks bestuur kan aan- vullende voorwaarden stellen waaraan het door de regioraad vastgestelde programma zoals ge- noemd in lid a beboort te voldoen Deze voorwaarden zijq: a. Grote woningen Als voorwaarde om voor een subsidie voor een grote woning in aanmerking te komen, zal de woning een huurwoning moeten zijn, die: minimaal 5 kamers heeft; geen hogere huur heeft dan het maximum van de huur van de Huursubsidiewet van het jaar waarin de woning wordt opgeleverd; toegewezen wordt aan een groot huishouden, Indien aan deze voorwaarden wordt voldaan bedraagt de subsidie 4.000 voor een vijf en 8.000 voor een zeskamerwoning. b. Levensloopbestendige woning Een levensloopbestendige woning is een woning waarin mensen die afhankelijk zijn van zorg en dienstverlening tot aan intensieve pleegzorg toe zelfstandig kunnen wonen. Woningen van sociale huur tot aan de middetdure koopgrens van 222.000 komen voor de regeling in aanmerking. De woningen moeten aan de volgende voor waarden voldoen: Rolstoei- en braneardtoegankelijke voordeur en badkamer; Temperatuurbegrenzer; Badkamer: toegankelijk vanuit de hat en slaapkamer; Badkamer: verstevigde wanden t.b.v. stoel en later aanbrengen van steunen; lage ronde drempels 5+ of 6+ toiletpot en verstevigde wanden voor later aanbrengen van steunen; Rolstoelvriendelijk hang- en sluitwerk; Alarmering; Meterkast rolstoeltoegankelijk; Seniorenslot/spion c.q. glasstrook; Schuifdeuren (doorgang/zorg i.v.m. leeffuncties); Antislip vloertegels in sanitaire ruimten. Indien aan at deze voorwaarden wordt voldaan, wordt voor de meerkosten van deze investering een subsidie toegekend van 2.500 per woning c. Sociale koopregeling Bij het bouwen van een sociale koopwoning wordt aan de initiatiefnemer een bijdrage ineens verstrekt van 10.000 per woning, indien de stichtingskosten van de woning uitkomen op 136.134, met als voorwaarde bij verkoop een anti-speculatiebeding in de vorm van een be schermde koopconstructie (MGE). d. Bouwen in bestaand casco Ter stimulering van het bouwen van starters woningen in bestaand casco wordt een bijdrage van maximaal 10.000 per woning beschik- baar gesteld. Voorwaarde is dat de huur niet hoger is dan het maximum van de Huurwet. 2b. 1 De aanmeldingen zoals weergegeven in het bij het besluit gevoegde overzicht als programma voor de besteding van het restant van de BWS- middelen (Besluit Woninggebonden Subsidies) vast te stellen, waarbij: a) de aanmeldingen voor de verbetering van particuliere huurwoningen per goedgekeurde aanvraag voor 100% worden gehonoreerd; de aanmeldingen voor de overige categorieen per goedgekeurde aanvraag vooi 36,8% worden gehonoreerd. rekening houdend met het normbedrag per woning en het werkelijke aantal Woningen tot een maxi mum van het aantal zoals aartgemeld; 2 in december 2004 het niet benutte budget verhoudingsgewijs over de goedgekeurde plannen te verdelen tot maximaal 100% van de aanvraag. de begroting jeugdzorg 2004 (totale bestedingen 62.822.422) vast te stellen. RUIMTELUK PLAN REGIO ROTTERDAM 2020 kaart van de toekomst b) 3. Het dagelijks bestuur van de stadsregio Rotterdam maakt voorts bekend dat op 14 april 2004 is beslo ten de secretaris van de stadsregio Rotterdam te mandateren om voor een bedrag van,€ 150.000 subsidies te kunnen beschikken voor onvoorziene uitgaven in de jeugdzorg. De besluiten liggen van dinsdag 24 mei 2004 tot en met maandag 12 juni 2004 op werkdagen (gedurendt de aldaar gebruikelijke openingstijden) ter inzage in de gemeentehuizen binnen het werkgebied van de stadsregio Rotterdam, alsmede (van 8.30 tot 17.00 uur) bij het Bestuurlijk Informatie-centrum (8IDOC) van de Bestuursdienst Rotterdam, kamer 100 van het Stadskantoor, ingang Rodezand 18 te Rotterdam. De voorstellen die aan deze besluiten ten grondslag liggen, zijn daar eveneens te raadptegen. Rotterdam, 17 mei 2004, het dagelijks bestuur van de stadsregio Rotterdam, gemeten worden. Tevens zullen de gebruikers gevraagd worden wat zij van de nieuwe regeling vinden. De resul- taten zullen gebruikt worden om te bepalen of de proef na twee jaar wordt omgezet in een definitieve regeling. De stadsregio Rotterdam wil met de introductie van het P+R-systeem het openbaar vervoer en het fietsgebruik te stimuleren. Als automobilisten een OV-jaarabonnement hebben, kunnen zij bij de dienst Stadstoezicht in aanmer king komen voor een gratis P+R-abonnement. In een nieuwe loge bij de in/uitgang van het P+R-terrein, kan men daarover meer informatie krijgen. Naast deze nieuwe regeling zijn onlangs ook andere maatregelen doorge- voerd, zoals toezicht, verbeterde verlichting en camera's. De gebruikers worden met borden gewezen op de ver- anderingen op het P+R-terrein Alexander. Ook zullen flyers verstrekt worden aan de huidige gebruikers van het P+R-terrein en de direct omwonenden krijgen een fol der in de bus. Via de lokale media wordt ook informatie verstrekt over de nieuwe maatregelen. Voor meer infor matie over de proef kunt u contact opnemen met de dS+V, mevrouw Van't Hoogerhuijs, tel. 010-4895253 of met de heer Lulofs, tel. 010-4895744. Meer samenhang, meer variatie en meer.kwaliteit. Dat was de boodschap van de bestuurders Wolf (stadsregio Rotterdam) en Van Heijningen (provincie Zuid-Holland) tijdens de persconferentie van 28 april jl over het voorontwerp van het Ruimtelijk Plan Regio Rotterdam 2020 (RR2020). Het plan schetst een trendbreuk in wonen en economie voor de regio. Aan de hand van '10 punten voor de regio Rotterdam' beschrijft de nota de opgave voor de ruimtelijke ontwikkeling tot 2020. De 10 punten sluiten aan op de ruimtelijke visie uit de nota Koers en Inzet van oktober 2003. Die heeft geleid tot drie hoofddoelen die als leidraad dienen voor de beleidsvoorstellen in RR2020: 1 een compleet en goed functionerend groenblauw (groen en water) raamwerk in de regio; 2 een hechte aansluiting op de (inter)nationale economische netwerken waar de regio Rotterdam deel van uitmaakt; 3 binnen de regio een grote diversiteit aan kwalitatief goede woon-, werk- en verblijfsgebieden met goede verbindingen voor verschillende vervoersoorten. Het voorontwerp RR2020 bevat voorstellen voor een grondige aanpak van 5 gebieden in de regio. Noordas: versterken van de kennis- en diensten- economie en de woonomgeving; Zuidflank: ontwikkelen van het landschap en het logistiek-industrieel complex; Zakencentrum Rotterdam: versterken van het stedelijke topmilieu; Greenport B-driehoek: ontwikkelen van een hoogwaardig en duurzaam glascomplex; Rivierzones: transformeren t.b.v. wonen en werken aan het water. Met 5 andere punten wordt een forse investering in de kwaliteit van het woon- en leefmilieu in de regio beoogd. Trendbreuk in de transformatie van verouderde woon- en werkmilieus; Pro-actieve aanpak van de milieuproblematiek; Offensieve aanpak van groen en water; Investeren in de versterking van infrastructuur en knooppunten; Ruimte voor kwaliteit. De komende maanden wordt er nog druk overlegd over het Voorontwerp RR2020. Dit overleg mondt uit in een bestuurlijke conferentie op 28 juni, waar de conclusies over de opgave voor het uit te werken Ontwerp RR2020 zullen worden besproken. Volgend voorjaar is er een officiele inspraakprocedure met burgers en maatschap- pelijke organisaties over het Ontwerp RR2020 en vindt consultatie van regiogemeenten plaats. Het dagelijks bestuur van de stadsregio Rotterdam en het college van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holand hebben het voorontwerp Regionaal Groenblauw Structuurplan (RGSP2) vastgesteld. Het plan zet in op de ontwikkeling van 3 regioparken en de verdere ont wikkeling van Voorne-Putten als groen eiland. Het voorontwerp is een visie op groenstructuur en water in de Rotterdamse regio. De regio wil het woon-, werk-, en leefklimaat verbeteren door voldoende recreatiemo- gelijkheden in en om de stad te bieden en oplossingen bieden voor wateroverlast, -techniek en kwaliteit. Het plan is een co-productie van stadsregio en provincie in overleg met ander overheden, natuur- en milieuorga- nisaties, ANWB en WLTO. De besturen willen drie regi oparken ontwikkelen als hoogwaardige recreatieland- schappen bij Rotterdam, te weten IJsselmonde, Rottemeren en Delfland. Zij hebben een groenblauwe inrichting en vervullen een belangrijke functie voor recreatie, natuur en waterberging. De landbouw is hier beheerder van het recreatieve landschap. De groenblau we zones verbinden de regioparken met de stad en aan- grenzende groengebieden. De voorgestelde groenont- wikkelingen ten noorden van de Nieuwe Waterweg zijn belangrijk voor de ecologische en recreatieve verbinding tussen de stad, het regiopark Delfland en de kust. Het is essentieel deze schakels in de stad te beschermen en versterken, evenals het slechten van (infrastructrele) barrieres. Het plan zet ook in op versterking van Voorne-Putten als groen eiland. Het is noodzakelijk om de groenblau we structuur te versterken om de groeiende recreatieve druk op de kust op te vangen en kwetsbare natuurge- bieden te ontlasten. Zo ontstaat ook ruimte voor de wateropgave en een kan impuls worden gegeven aan de economische ontwikkeling. Versterking van de groenblauwe randen van het eiland en de kreken in het gebied, biedt kansen om waterberging te koppelen aan ecologische en recreatieve verbindingen en wellicht aan vormen van landelijk wonen. De landbouw is hier voed- selproducent en beheerder van het aantrekkelijke open landschap. Om met een realistisch en uitvoerbaar RGSP2 te komen wordt in 2004 aan het plan een concreet uitvoerings- programma toegevoegd. Hierin staan prioriteit en fase- ring van de uitvoering, financiering, de organisatie van projecten en de ruimtelijke-ordeningsaspecten. Uitwerking van de prioriteiten zal leiden tot concrete groenblauwe projecten, eventueel gecombineerd met investeringen voor werken en wonen. Het ontwerp RGSP2 (inclusief het uitvoeringsprogramma) wordt eind 2004 aan het stadsregionale en provinciale bestuur voorgelegd voor voorlopige vaststelling. Bodemsanering Albrandswaard: 350.000 De stadsregio Rotterdam heeft een bedrag van ruim 350.000 toegekend aan de gemeente Albrandswaard voor bodemsanering op de locatie Lageweg - Gedempte Koedood. Op deze locatie worden woningen gebouwd. Op basis van eerdere toezeggingen heeft het dagelijks bestuur de volgende subsidies voor jeugdzorginstellin- gen verstrekt voor het jaar 2003: Bureau Jeugdzorg: 112.935 Bureau Jeugdzorg krijgt voor twee voorpostmede- werkers in Delfshaven en Charlois een structured subsi die. Zij spelen een actieve rol in de lokale jeugdzorgnet- werken, waarin de onderlinge afstemming en samen- werking met de jeugdgezondheidszorg, de kinderop- vang, het onderwijs, het sociaal-cultureel werk, politie en justitie en (allochtone) steunorganisaties worden georganiseerd. De voorpostfunctionarissen worden voor 50% gefinancierd door de Gemeente Rotterdam en voor 50% door de stadsregio Rotterdam. Bureau Jeugdzorg: 30.000 De subsidie voor Bureu Jeugdzorg wordt door de stadsregio verstrekt als een tegemoetkoming in de registratiekosten voor het bestrijden van de wachtlijsten in de jeugdzorg. Collegio: 5.188 Deze subsidie aan deze organisatie wordt verstrekt voor dekking van de kosten voor de externe begeleiding voor deelname aan de jongerenraden van het Regionaal Jeugdwelzijnsberaad. Deze jongerenraden worden georganiseerd om kennis uit te wisselen en de deelname van jongeren te bevorderen. In juni 2004 wordt een begin gemaakt met de aanleg van de twee ontbrekende schakels in het fietspad 'Rondje Voorne-Putten'. Het gaat hierbij om de uitvoering van 18 kilometer nieuw fietspad tussen de Boulevard Oostvoorne tot aan de Noorddijk richting Rockanje en vanaf Hellevoetsluis op de Oudenhoornse Zeedijk tot aan de haven van Zuidland. Het Rondje Voorne-Putten wordt speciaal aangelegd voor recreanten die per fiets het eiland Voorne-Putten willen ver- kennen. Het Rondje Voorne-Putten is een aaneengesloten fietsroute langs de kust van Voorne-Putten, die loopt vanaf de Boulevard in Oostvoorne, langs Hellevoetsluis en eindigt vooralsnog aan de haven van Zuidland. Het pad, dat uit- sluitend bestemd is voor fietsverkeer, loopt voor een groot deel door de Voornse duinen en door buitendijks gebied. Het totale trace is 80 kilometer lang en zal uiteindelijk de gemeenten met elkaar verbinden. Extra aandacht is besteed aan de veiligheid voor de fietsers. Het fietspad wordt gro- tendeels vrijliggend van overig verkeer aangelegd. Het eerste gedeelte van de route, de Boulevard in Oostvoorne naar de Noorddijk in Rockanje zal op 1 oktober 2004 gereed zijn. Het bestaande voet- en fietspad maakt plaats voor een weg en op de huidige weg zal het nieuwe fiets- en voetpad worden aangelegd. Hierdoor krijgen de fietsers en voetgangers een prachtig zicht op de duinen. Als alles volgens de huidige planning verloopt zal in 2005 het gehele trace Oostvoorne-Zuidland berijdbaar zijn. De aanleg van het fietspad gebeurt in fasen. Het is de intentie van alle samenwerkende partijen dat de nog ontbrekende schakels in 2004 en 2005 worden aangelegd. De stadsregio Rotterdam en de provincie Zuid-Holland financieren het gehele plan. Het Waterschap De Brielse Dijkring is project- verantwoordelijk en het aanspreekpunt voor alle vragen. Een uitgebreid bericht is na te lezen op de website van de gemeente Westvoorne: www.westvoorne.nl de secretaris, mr M.C Jansen, de voorzitter, mr I W. Opstelten Foto: Met de aanleg van de ontbrekende schakels is het Rondje Voorne-Putten voor fietsers binnenkort compleet Het dagelijks bestuur van de stadsregio Rotterdam heeft besloten om het programma van eisen van het project zo aan te passen, dat er tourniquets worden geplaatst op de haltes en stations van RandstadRail. Met deze maat- regel is een bedrag gemoeid van 10 miljoen. De tourniquets op de stations en haltes van RandstadRail zijn nodig vanwege de toekomstige introductie van de chipkaart en voor de sociale veiligheid in het openbaar vervoer. Verbetering van de sociale veiligheid heeft voor het dagelijks bestuur hoge prioriteit. Daarom heeft het bestuur gekozen voor de mogelijkheid om de haltes en stations van RandstadRail volledig af te sluiten. Hiermee wordt vandalisme vermeden en voorkomen dat delen van de haltes en stations hangplekken worden. In 2003 heeft het dagelijks bestuur al besloten de tourni quets bij de bestaande metrolijnen te plaatsen. Het besluit over tourniquets in het project RandstadRail is dan ook een logische voortzetting van dat beleid. In het vastge stelde programma van eisen van RandstadRail was nog geen rekening gehouden met de invoering van tourniquets in combinatie met de afsluitbaarheid van stations/haltes buiten de exploitatietijden. De Stuurgroep RandstadRail had het dagelijks bestuur daarom gevraagd, het program ma van eisen van RandstadRail te wijzigen om de plaatsing van de tourniquets mogelijk te maken. Bij de kostenraming zijn de halte Wilgenplas en Rotterdam Centraal buiten beschouwing gelaten. Voor station Wilgenplas zal eerst een besluit genomen moeten wor den over de eventuele verplaatsing naar de locatie Meijersplein. Hiervoor wordt binnen een aantal weken een voorstel van de gemeente Rotterdam verwacht. Bij Rotterdam Centraal zullen de extra kosten alleen be- trekking hebben op de plaatsing van tourniquets die binnen het project RandstadRail vallen. Toegangspoor- tjes die bij Rotterdam Centraal geplaatst worden in het kader van het reguliere tourniquetproject, worden niet in de kosten meegenomen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Maaspost / Maasstad / Maasstad Pers | 2004 | | pagina 11