Werk voort, werk voort, herstel uw Beurs!
Charles Jeurgens
Musis 20
Amerika du hast es besser
als unser Kontinent, das alte
In deze prachtige dichtregels van Goethe klinkt de afgunst
door waarmee het oude Europa naar het nieuwe Amerika
keek. Want terwijl Europa geketend was door zijn geschie
denis lagen in het nieuwe land de ongekende mogelijkhe
den. En zo profileerden de nieuwe Amerikanen zichzelf ook
maar al te graag. Een land zonder kastelen, zonder ruïnes en
dus zonder de last van het verleden. Amerika stond symbool
voor de toekomst; een toekomst gebaseerd op idealisme. Sinds
J. Hector St. John de Crèvecoeur in 1782 zijn Letters From an
American Farmer publiceerde, werd met het woord Amerikaan
niet langer de Indiaan maar de blanke kolonist bedoeld. En die
nieuwe Amerikaan, zo schreef Crèvecoeur is a new man, who
acts upon new principles, he must therefore entertain new
ideas and new opinions".
En had deze schrijvende hereboer geen gelijk? Want bracht de
onafhankelijkheidsverklaring van 1776 de bestaande wereldor
de niet aan het wankelen door te spreken van "dat alle mensen
gelijk geschapen zijn, dat zij van hun Schepper zekere onver
vreemdbare rechten hebben verkregen, waaronder leven, vrij
heid en het streven naar geluk"? Behalve de schok die deze
zinsnede op zichzelf al te weeg bracht, ging het idealisme nog
verder omdat gesproken werd van "alle mensen" en niet van
"alle Amerikanen".
De nieuwe Amerikanen bedeelden zichzelf een voortrekkers
rol voor de gehele mensheid toe. Daarbij zetten zij zich al
tegen het oude Europa waar het ene land na het andere ten
Oo
prooi leek te vallen aan despotisme en tirannie. In een vloed
aan publikaties werd dit beeld benadrukt. Een nieuwe mythe
was geboren. De idealen die uit de onafhankelijkheidsverkla
ring spraken, mogen dan misschien oprecht zijn geformuleerd
door de opstellers ervan; al gauw bleek dat "alle mensen" niet
eens alle Amerikanen, laat staan de gehele mensheid beteken
de. Vrouwen en zwarten werden buitengesloten.
In de verhouding tot het buitenland bleek al spoedig dat de
banden met het oude werelddeel Europa niet zomaar verbro
ken konden worden. De mooie woorden waarmee de idealisti
sche revolutionairen schetsten hoe de relatie tussen het
Amerika van de eenvoud en oprechtheid en het oude door
het verleden belaste en daardoor verdorven Europa zou moe
ten zijn, konden met of slechts voor een klein deel uitgevoerd
worden. Vanuit dit spanningsveld tussen idealisme en realisme
is de Amerikaanse buitenlandse politiek geboren.
Een van de belangrijkste mannen die deze politiek hebben
vormgegeven was de advocaat en latere (tweede) president van
Verenigde Staten John Adams (1735-1826), revolutionair van
het eerste uur. Adams was niet alleen een van de belangrijke
architecten van de buitenlandse politiek, hij was ook een van
de eerste diplomaten die naar het buitenland werden uitge
zonden: eerst naar Frankrijk (1778) en vervolgens in 1780 naar
Holland waar hij in 1782 officieel erkend werd als eerste
Amerikaanse gezant. Die erkenning had nogal wat voeten in
de aarde gehad, want net zoals de idealistische Amerikaanse
revolutionairen moeite hadden met het bepalen van hun posi
tie ten opzichte van het buitenland, zo bleef het ook voor de
Nederlanders lang onduidelijk hoe zich ten opzichte van dit
nieuwe land op te stellen. De meningen liepen uiteen van
terughoudendheid omdat Amerika wel eens een grote concur
rent op handelsgebied zou kunnen worden met het gevolg dat