LOUTER KABOUTER HEEFT EEN NAAM
Kabouter
en legende; ook het verhaal van de vondst
van 'Het recept van Pinneke Proost' bevat er
zeil alle elementen van. In het voorwoord bij
het zopas verschenen document over de
bekendste Schiedamse kabouter ooit, spreekt
de bedenker. Marten Toonder van een jeugd
zonde die hij liet uitvoeren door Hans G.
Kresse, Frans van Lamsweerde, Kees van der
Weerde en Henk Kabos. Een aardigheidje, dat
hem vooral in herinnering bleet omdat de
opdrachtgever zo'n vriendelijke man was.
Welgemanierd ook, omdat hij het honorari
um als een vanzelfsprekendheid afdeed en
Toonder in de barre oorlogsjaren met enige regelmaat jonge klare zond, alsmede
suiker en whisky.
Dat 'Het recept van Pinneke Proost' het publiek nooit heeft bereikt hinderde
Marten Toonder niet. Hij informeerde er verder ook niet naar. En zo kon het
bijna gerede boekje onder het stof raken op de zolders van Herman Jansens
Distilleerderij totdat de Alkmaarse archivaris John Wigmans het op zijn speurtocht
naar het werk van Hans G. Kresse vijftig jaar later ontdekte.
Een vergeten meesterwerk in Schiedam. En dan nog wel een meesterwerk dat een
voor- en achternaam geeft aan de 'louter' kabouter. Die als eerste in de jaren vijf
tig al pront met het vingertje omhoog waarschuwde tegen de gevaren van het
alcoholgebruik: '...maar niet bij snelverkeer'. De kabouter die dagelijks door
Schiedam toerde op de Jansenauto's, in de kroeg verkeerde, een geziene gast was
in de Indonesische archipel, waar jenevers, likeuren en araks met zijn beeltenis grif
werden verkocht en in 1948 op het voetbalveld van SVV aanwezig was waar hij
de kruik al triomfantelijk omhoog hield voor de zojuist in de Rotterdamse kuip
landskampioen geworden rood-groene ploeg.
De kabouter van Herman Jansen was in z'n goede dagen overigens niet de enige
in z'n soort. Als verre neef van Piggelmee die het in zijn gebarsten Keulse pot in
de Spaansepolder bij gebroken thee hield, had hij meerdere familieleden in de
reclame. Onder andere het later geboren neefje Pukkie Planta, dat - met Drs P. als
Door Henk Kabos als
quasi houtsnede uitge
voerde initiaal voor de
legende van Pinneke
Proost
De 'stamkabouter' zoals
deze in een advertentie
uit december 1920 voor
het eerst werd afgebeeld
en zijn familielid na de
Tweede Wereldoorlog
tekstschrijver en de later tot kabouterspecialist geworden Rien Poortvliet in de
kraamkamer - ter wereld werd gebracht in het Reclamebureau Lintas aan de
Nieuwe Haven. Ook van zijn grootouders en ouders kunnen we zeker zijn, even
als van zijn broers, neven en zelfs een kleinzoon die nog steeds een bekende
nering drijft aan de Hoogstraat. Welke andere familierelatie kunnen we immers
toedichten aan het door Harr Wiegman getekende figuurtje dat met z'n kruiden
bitter als 'Proostje van Schiedam' voortleeft.
Als handelsmerk dateert de Kabouter van omstreeks 1920. Waaraan hij z'n bestaan
dankt, valt niet te achterhalen. Misschien zocht Herman Jansen met de keuze voor
juist de kabouterfiguur een eigen benadering van de markt. Wars van het gebruik
om voor jenever een algemeen symbool te kiezen zoals de veelgebruikte ereme
dailles, het wapen van Schiedam of een dierfiguur. Precies zoals hij tegendraads
ijverde voor de instandhouding van het gemeentelijke garantiezegel, tegen de
Musis 45