hetzelfde zijn
PPSlllli
afiii
van - zoals nu - op de Nieuwe Haven.
Geen zichzelf respecterend stadsbestuur
der zal het daarom uit z'n hoofd laten
om dit veilige, goedkope, energiesparen-
de nationale vervoermiddel met enige
regelmaat publiekelijk aan te prijzen. Al
was het maar om alvast de weg te berei
den voor meer ingrijpende maatregelen
straks zonder daarmee direct op stem
menverlies te komen.
Voor het oplossen van plaatselijke ver
keersproblemen zal de metro slechts
beperkt nut hebben. De veranderingen
zullen ook niet op dit punt liggen. In de
(deel)planontwikkeling waarin
Crooijmans betrokken was, speelde deze
overweging ook nauwelijks een rol.
Haar was het inpassingsontwerp toebe
deeld. Het resultaat is een nog niet
onbetwist tracé waarover de metro een
nauwe lus rondom het stadshart trekt
om vervolgens in een wijdere boog het
industriecomplex Vijfsluizen te bereiken
teneinde onder de Nieuwe Maas, rich
ting Hoogvliet te verdwijnen.
Wat die metroverbinding planologisch
zo interessant maakt, is de nieuwe orde
ning die zich langs het traject zal vol
trekken.
i-ii lil
daarmee niet. De mate waarin haar
gedachten actueel zijn, wordt in hoge
mate bepaald door de plaatselijke
omstandigheden. In Amsterdam is de
fiets ontegenzeggelijk zoveel sneller,
gemakkelijker en goedkoper dat stadsbe-
steldiensten per citybike (met zaktele
foon en elektronische beveiliging) er
een goed belegde boterham aan ontwi-
keverdienen. In Rotterdam groeit
inmiddels de waardering voor de fiets en
ook in Schiedam zal menigeen liever
voor de tweewieler kiezen als straks elke
parkeerplaats alleen voor goed geld ver
geven wordt en de file voor de parkeer
garage bij de Nieuwe Passage reeds
begint op de Nieuwe Damlaan in plaats
Crooijmans: 'Belangrijk is het gegeven
dat het metro traject een hele, bestaande
historische stadskern toevoegt aan zo'n
sterke openbaar vervoersstructuur als dit
onderdeel van het metronet. Zowel
vanat Rotterdam-Centrum als vanaf
Hoogvliet ligt de binnenstad van
Schiedam op maar een paar stations en
slechts enkele minuten gaans. Natuurlijk
kan dat consequenties hebben doordat
Schiedammers met die metro een mak
kelijke gelegenheid hebben om hun stad
te verlaten. Het omgekeerde gebeurt
ook met de komst van reizigers van bui
tenaf. Al jaren zien we in Nederland een
sterke toename van fun-shopping. Niet
langer is belangrijk hoe een individuele
ondernemer zich profileert, maar de
omgeving waarin deze zich bevindt.
Mensen kiezen voor 'Oosterhof', het
'centrum van Delft ol Gouda', voor
'Rotterdam' of het 'Zuidplein' waarmee
een hele planologische accommodatie in
z'n geheel wordt aangeduid'.
'In de aantrekkelijkheid van een winke
lareaal spelen de bereikbaarheid en
gemak een rol. Wil een centrumgebied
optimaal functioneren, dan moeten
ofwel ruime, goedkope parkeergelegen-
heden aanwezig zijn ofwel zich ideale
aansluitingen bevinden op zowel het tij—
nvertakte lokale openbaar vervoersnet,
interregionale lijnen en interlokale ver
bindingen. Schiedam krijgt, al kan het
nog enige tijd duren voordat alle obsta
kels zijn weggenomen, een fantastische
aansluiting'
Zeker telt hierbij mee dat Schiedam
ingrijpende operaties uitvoert in de bin
nenstad, waarbij een belangrijk kernge
bied - dat van het stadserf - dichtbij
twee metrostations komt de liggen.
Binnen afzienbare tijd komt daar ook
nog eens een directe aansluiting bij op
de tram-plusverbinding. En dat terwijl
deze haltevoorzieningen zich bevinden
op wat straks de snelste verbinding gaat
worden tussen de Zuidwestelijke
Maasoever en het centrum van
Rotterdam. Het belang daarvan gaf
Carel Weeber nog eens aan in zijn vraag
'Waarom komt de herontwikkeling van
de Nederlandse binnensteden zo slecht
op gang', die hij recent voorhield aan
Nederlandse stedebouwkundigen en de
(bouwjoverheid: 'Stadsvernieuwing en
herontwikkeling zijn begrippen die slechts
zijdelings met elkaar te maken hebben.
Stadsvernieuwing beoogt meestal junctieher
stel van het bestaande. Herontwikkeling
grijpt veel dieper in. Hierbij wordt verande
ring in het stadsbeeld niet uitgesloten.
Stadsvernieuwing koestert bestaande architec
tuur en historische waarden. Herontwikkeling
stelt deze aan de orde en schuift deze
desnoods opzij om de binnenstad de gelegen
heid te geven zich aan te passen aan een
zich verjongende economie en erkent dat ook
moderne architectuur en nieuwe stedebouw-
kundige inzichten de plaats van het bestaan
de mogen innemen.
De Nederlandse steden hebben de neiging om
bestaande gebouwen als relikwieën te koeste
ren. Dat is slecht voor de economie. Op die
manier is de binnenstad hooguit vanuit toe
ristisch oogpunt interessant. Het buiten
beschouwing laten van herontwikkelingsmo-
gelijkheden is bovendien slecht voor de grond
prijsontwikkeling. De duurste grond wordt in
dat geval blijvend onbenut gelaten. Tenslotte
is de bouw dan nog het slachtoffer van de
gevoerde politiek. De binnenstad is nu een
maal financieel, technisch en creatief de beste
plek om te bouwen. Als stadsvernieuwing een
conserverend proces is dat zich richt op de
achterstandsgebieden is herontwikkeling revi
taliserend en vernieuwend. Herontwikkeling
baseert zich op de gedachte dat geschiedenis
een zich continu voltrekkend vernieuwings
proces is waarin veranderingen welkom en
zelfs noodzakelijk zijn'.
Door een aantal historische oorzaken
(kaalslag in de jaren '60 en '70 en stag
natie van de ontwikkeling van de bin
nenstad) voltrekt zich momenteel in
Schiedam een proces dat veel weg heeft
van een planmatig herontwikkelen. Dat
daarbij tevens een heroverweging van de
historische- culturele- en woonfuncties
11 Musis