f
mm
fililIC'
Musis 14
O
CO
=3
5
3
oc
co
temeer door de overal massaal zichtbare oranje aanwezigheid
van monniken op weg naar het Grand Palace om daar te bid
den voor de zopas overleden koningm-moeder en naar het
grasveld waar binnen enkele dagen in het bijzijn van koning
Poemibol de verbranding in het openbaar moest plaats heb
ben.
Het Grand Palace hoort tot de vaste pelgrimages. Ook hier
worden goede zaken gedaan op het uitgestrekte terrein dat
volgepakt staat met prachtige gebouwen, bonsais, bomen en
beelden waaronder de Hollandse zeelui die hier al sinds de
achttiende eeuw op wacht staan onder hun potsierlijke hoge
hoed en ruime jassen als bescherming tegen de dagelijkse
bloedhitte van tropisch Bangkok. Petje af.
De gebouwen en beelden zijn beplakt met kleine, kleurige
spiegeltjes en goud en versierd met vele strekkende meters
wandschildering. Het middelpunt is de tempel waarin zich de
emerald Boeddha bevindt; een beeldje van groene jade van
ongeveer veertig centimeter hoog. Deze pracht mogen de
bezoekers alleen zittend bewonderen en foto's maken is ten
strengste verboden.
Ook elders in het stadsbeeld overheersen tempelcomplexen en
stupas: halfronde massieve gedenktekens, meest zonder deur of
binnenruimte. Ze domineren de oude stad met als een der
hoogtepunten de gouden stupa hoog boven Bangkok. Het uit
zicht daar is schitterend ondanks de hoogbouw aan de hori
zon. De wandeling ernaartoe loopt over een kermisachtige
braderie waar zowel gebakken sprinkhanen, wormen, vogeltjes
en allerlei ondefinieerbaars wordt verkocht naast prachtig
houtsnij- en draaiwerk waaronder prachtige stoelpoten en
uitgesneden draken in zwaar, inlands teak.
De kermisattracties waren daarbij van het soort dat in Europa
allang is uitgestorven.Voor een paar muntjes zagen we een
zeemeermin in de persoon van een klein Thais meisje met een
blonde pruik op haar hoofd en een vissestaart van karton.
Enige uitstallingen verder werd onze nieuwsgierigheid gewekt
bij een schildering waarop een man verslonden werd door een
metershoge slang. Binnengekomen troffen we twee hagedissen,
drie konijnen en twee slangen in diepe slaap in hun ijzeren
kooien en een bewaker die ook al geen moeite deed om zijn
ogen open te houden.
Benauwd bleef het. (Wonderlijk datje in een temperatuur van
ongeveer dertig graden wel veel transpireert, maar weinig pist).
De zegening door de monniken bij de grote stupa was daarom
een verfrissing. Met een kwast van bamboe gooiden ze uit een
heilig vat water over ons heen en boden ons bloemen te koop
aan die als offerande bij de boeddha moesten worden gelegd.
Meenemen was verboden. Zegening en offerandes maakten
dienst uit van een big-business. De handel liep als een trein.
Op gezette tijden werd het heilige vat met vers water bijge
vuld en de bloemen bij de peinzende boeddha weggenomen
om aan nieuwe groepen pelgrims als verse waar te worden
verkocht.
Kantanaburi- Natuurlijk mocht de Bridge on river Kwai niet
in het reisprogramma ontbreken. De kunst liet ons er voorlo
pig ook de ruimte voor.Vrijwel de gehele weg erheen voerde
door overstroomd gebied. De trein leek hier door een allang
bestaand meer te rijden met hier en daar een bouwwerk en
plankieren als vervanging voor ondergelopen trottoirs en per
rons. De Thais zijn eraan gewend. Ondanks de modder, de
chaos en de benauwde atmosfeer. Dus ook toen een Taise
vrouw met een zak bananen op het hoofd uit de trein naast
het planken perron stapte en tot haar middel in het water ver
dween. Dat er door iedereen - ook door de vrouw - om gela
chen werd, betekende echter niets. Lachen is in Thailand een
manier om emoties, schrik, verdriet en verlegenheid te verber-
gen.
Het guesthouse in Kantanaburi bleek een tweepersoons india-
nenhuisje van bamboe met de toepasselijke naam 'The jolly
frog'.
Kikvorsen, zo voelden we ons ook na de vochtige treinreis
langs de rivier, maar de vrolijkheid verdween in het oorlogs
museum van Kantanaburi. Tot noodlesoeptijd bekeken we de
imponerende foto's van de beulsarbeid aan de Birma-spoorweg
en de beroemde, maar ontluisterend kleine en lelijke brug
(ongelofelijk dat voor dit onaanzienlijke bouwwerk zovelen
zijn gestorven), bezochten we de Chinese begraafplaats en