de patriot, de hoop, de walvisch Slechts enkele stukken in het gemeentearchief, de naam van een straat (vroe ger steeg) en die van één van Nederlands meest imposante molens herinne ren eraan dat Schiedam ooit een zekere rol heeft gespeeld in de Nederlandse walvisvangst. Het was geen belangrijke rol, hoewel Schiedam wordt genoemd als behorend tot de eerste Nederlandse steden die zich in compagnieverband met de noordvaart bezig hielden. Zonder dat hieraan verdere conclusies mogen worden verbonden is het zeker dat Schiedam ook behoort tot de laatste steden die winst zagen in de 'kleine visserij' zoals de walvisvangst werd genoemd. Nog tussen 1787 en 1790 rustte Mr. Bernhard Johan Pielat van Bulderen, een bekend regent uit die jaren een walvis vaarder uit, die eerst onder de naam 'De Patriot' en later als 'De Hoop' deelnam aan de jacht op spek en baleinen. De namen die hij aan zijn schip gaf, zeggen iets over de politieke gezindheid van de Schiedamse fine fleur. Precies zoals de namen van enkele molens uit die dagen: de Hoop, de Eendracht, de Vrijheid, de Meyboom, de Batavier en de Washington. Merkwaardig in dit verband is dat de in 1794 geheel nieuw gebouwde molen aan het einde van de Walvischsteeg juist geen patriottische naam kreeg maar op geografische gronden werd benoemd. De naam van de Walvischsteeg (later -straat) zou in verband kunnen staan met de werfactiviteiten die tot de helft van de zeventiende eeuw het beeld van de west zijde van de Lange Haven vanaf de tegenwoordige Koemarktbrug tot aan de Vismarkt hebben bepaald. Jacques de Gheyn tekent op zijn kaart uit 1598 achter eenvolgens een kleine helling, een schip in aanbouw, activiteit aan een schaaf- of draaibank, het balkengat, zoutketen, enkele gebouwen die de indruk geven dat het werkplaatsen betreft, een op de wal getrokken schip, naast eentje in staat van afbouw en een kiellegging op de Vismarkt. Ook de Walvischsteeg wordt door De Gheyn getekend, waarbij op zijn kaart alleen duidelijk is dat de huizen aan de westzijde ervan kennelijk bij de scheepswerven hebben behoort. Op de achtererven tekent hij tenminste balken en kaapstanders en zijn mensen druk aan het werk. Over de naam van de steeg valt niets met stellige zekerheid te zeggen. De naam Walvischsteeg zou gegeven kunnen zijn in het begin van de zeventiende eeuw, toen ook Schiedam zich als een der eerste steden in Nederland mede ging toeleg gen op de 'kleine visserij'. Dit gebeurde enkele jaren nadat de Hollanders waren uitgegriezeld over de avonturen van Willem Barentz en de zijnen op Nova Zembla en uit Barentz' verslag vooral de verhalen over de talloze walrussen en walvissen overeind waren gebleven. Van der Feijst deelt in 'de Geschiedenis van Schiedam' mee dat vanuit Schiedam vanaf het begin van de zeventiende eeuw in compagnieverband gevaren werd op Groenland. Dit gebeurde onder de vlag van de in 1614 opgerichte Noordsche Compagnie. De initiatiefnemer daartoe was Lambert van Tweenhuysen (1565-1627) die in 1612 het schip 'Neptunus" onder schipper Willem Cornelisz. van Muyden uitrustte voor de walvis- en robbenvangst. Helaas was niemand vertrouwd met de walvis- of robbenvangst en liep de tocht uit op een fiasco. Anders was dit in 1613 toen Van Tweenhuysen met twee nieuwe schepen het experiment herhaalde. Nu waren twaalf ervaren Baskische walvisjagers aan boord: drie harpoeniers, drie stuurlieden van walvissloepen en zes voor het koken van traan en het kappen van baarden. Tot de eerste steden die toetraden tot de kamers van de Noordsche Compagnie behoorde ook Schiedam. Of aan de kleine werven aan de Lange Haven ook sche pen voor de walvisvangst zijn gebouwd, valt vooralsnog niet vast te stellen. Of er schepen vanuit Schiedam zijn uitgereed is daarbij een andere vraag. Daartoe zullen de werven wel in staat zijn geweest. Dat tussen de naam Walvischsteeg, de aanslui ting van Schiedam bij een van de kamers van de Noordsche Compagnie en de aanwezigheid van de op visserij georiënteerde werfnijverheid verband kan bestaan, lijkt voor de hand liggend. Wel kunnen we vermoeden waarom de naam 'de Walvisch' op deze plaats herinnert aan een in 1794 vanuit Schiedam niet meer beoefend bedrijf. Juist terwijl we van z'n patriottische stichters eigenlijk wel wat revolutionairders hadden mogen verwachten. De omgeving van de molen De Walvisch in 1598 volgens Jacques de Gheyn. Op de vis markt in de kiel van een vissers schip gelegd. Het straatje is de Walvisschstraat 89 Musis

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 1996 | | pagina 89