127 Musis
ook zeventiende-eeuws zilveren drink
gerei dat niet van gilden afkomstig is.
Een bijzonder intrigerend voorbeeld
daarvan is een molenbeker, die in twee
etappes gemaakt lijkt te zijn: de jaarlet-
ter op het huisje is die van het jaar
1614, terwijl de kelk uit 1617 dateert
(afb. 2)Molenbekers behoren tot de
categorie van de zogenoemde 'scherts-'
of 'fopglazen', die eigenlijk maar één
bedoeling hadden, namelijk het aanwe
zige gezelschap zo snel en zo grappig
mogelijk dronken te laten worden. Het
idee bij een molenbeker is dat de drin
ker door op het tuitje te blazen de wie
ken van het molentje in beweging zet.
Hij heeft de tijd de kelk leeg te drinken
zolang de wieken draaien. Lukt het hem
niet om in die paar seconden de beker
tot op de bodem te ledigen, dan is hij
een dronk verschuldigd aan de overige
leden van het gezelschap. Men kan zich
de lacherigheid en komische taferelen
die bij een dergelijke braspartij ontston
den gemakkelijk indenken, zoals het ook
gemakkelijk is zich voor te stellen dat
daarbij niet al te voorzichtig met het
drinkgerei werd omgesprongen.
Mogelijk had de Rotterdamse beker
eerst een glazen kelk -een molenbeker
met een glazen kelk bevindt zich bij
voorbeeld in de collectie van het
Rijksmuseum te Amsterdam- met een
dergelijke decoratie, die tijdens een
drinkpartij jammerlijk sneuvelde, waarna
de eigenaar een zilversmid, opdracht gaf
een nieuwe kelk te maken van wat min
der kwetsbaar materiaal, die toch zo veel
mogelijk op het oorspronkelijke glas
leek.
Hoe breekbaar glas ook is, toch bleven
heel wat glazen bewaard. Meestal gaat
het daarbij om glazen die voor een spe
ciale gelegenheid zijn gemaakt, zoals
huwelijks- en geboorteglazen.
Dergelijke gegraveerde gelegenheidsgla
zen zijn typisch Nederlands en dit hangt
ongetwijfeld samen met de belangrijke
plaats die gezin en gezelschap in de
Nederlandse cultuur innamen. Binnen
de beslotenheid van de huiskamer werd
veelvuldig het glas geheven op geboorte,
verloving, huwelijk, vriendschap, verjaar-
Nora Schadee is conservator, verbonden aan het
Historisch Museum Rotterdam
dagen, het betrekken van een nieuwe
woning of de aankoop van een lapje
grond. Dat glas was dan toepasselijk ver
sierd met een gravure die bij voorbeeld
de wederzijdse wapens van de jongge
huwden tonen en allerlei symbolen die
naar de huwelijkse liefde verwijzen.
Het Historisch Museum bezit van dat
soort huwelijksglazen een fraaie serie
achttiende-eeuwse Rotterdamse voor-
beelden. Een betrekkelijk vroegglas,
daterend uit 1729, gedenkt het huwelijk
van Herman Vingerhoed, een
Rotterdamse regent, met Maria 's-
Graafweg (afb. 3). De rijk gedecoreerde
kelk toont beide familiewapens met
elkaar verbonden door ineengeslagen
handen. Aan de andere zijde heeft de
graveur onder meer een huwelijksaltaar
afgebeeld waarboven een man en een
vrouw elkaar de hand geven, een cupido
met brandende fakkel en een bloot jon
getje met een hond, welke laatste zeker
de trouw voorstelt. Een alleraardigst
detail is dat zich in de ornamentrand
langs de bovenzijde twee kleine vooi -
stellingen bevinden, een van een haantje
op een hennetje, de andere van een
hennetje met kuikens, waarmee wor
verwpzen naar de huwelijkse vrucht
baarheid en de gehoopte en verwachte
kinderzegen
In 1738 trouwde Jacoba Catharina
Vingerhoed, een dochter uit het eerste
huwelijk van Herman Vingerhoed, met
Jean Bichon, heer van IJsselmonde, die
evenals zijn bruid tot de Rotterdamse
elite behoorde. Ook voor die gelegen
heid werd een glas gemaakt en wel door
dezelfde graveur als van het glas uit
1729 (afb. 4). Het Historisch Museum
wist dit glas, dat opmerkelijk groot is en
27 cemtimetei hoog is in plaats van de
gebruikelijke 20 tot 22 centimeter, vorig
jaar voor zijn collectie te Verwerven.
Ook van dit glas treffen de fraaie pro
porties en de rijke versiering, waarin
opnieuw allerlei fijn gegraveerde, toe
passelijke details zijn verwerkt. Beide
glazen zijn gegraveerd met de techniek
van de radgravure, een methode van
graveren die ook in Duitsland veel is
toegepast. Het Historisch Museum bezit
echter ook glazen die met stipgravures
zijn versierd, een techniek die uitslui
tend in Nederland is beoefend. Bij de
stipgravure brengt de graveur met een
diamantstift putjes aan in het glas. De
gestipte delen geven een licht effekt,
ongestipte delen blijven donker en vor
men zo schaduwpartijen. Halftonen zijn
mogelijk door de putjes dichter of min
der dicht op elkaar te zetten. De klassie
ke definitie van het uiteindelijk resultaat
luidt dat de voorstelling als een waas op
het glas lijkt te liggen. Frans Greenwood
(1680-1763), geboren en getogen te
Rotterdam, was degene die deze tijdro
vende en moeilijke wijze van decoratie
als eerste beoefende. In de collectie van
het Historisch Museum bevindt zich
een gesigneerd en op 1747 gedateerd
glas van zijn hand, dat een oranje-appel
voorstelt (afb. 5). De verheffing van
Willem IV van Oranje tot stadhouder
der Zeven Provinciën was waarschijnlijk
de aanleiding hiervoor.
Een ander aardig voorbeeld van een
'politiek' glas in de collectie dateert uit
de tijd van de partijstrijd tussen prinsge-
zinden en patriotten, ofwel oranjeklan
ten en Keezen. De radgravure stelt een
keeshond voor, die heel oneerbiedig zijn
poot licht bij een Oranjeboom. Het
Historisch Museum bezit ook veel
gewoon drinkgerei zoals zeventiende
en achttiende-eeuwse flessen,achttiende-
eeuwse glaasjes met de karakteristieke
slinger in de stam, tinnen bekers, kroe
zen en kannen, en bekers van aarde
werk. Samen met schilderijen en de
meer bijzondere stukken geven deze een
goede indruk van de wijze waaróp de
Nederlander van alkohol placht te
genieten. Het nieuwe museum m
Schiedam, De Gekroonde Brandersketel,
laat zien hoe de jenever en likeuren
werden gestookt, verpakt en gekonsu-
meerd. Een bezoek aan het Schielands-
huis, waar gegraveerde glazen, zilverwerk
en vergulde bekers van het Wijnkopers-
gilde uit de collectie van het Historisch
Museum Rotterdam te zien zijn, geeft
een aanvullend beeld van de zorg die
rijke Nederlanders ooit aan hun drink
gerei besteedden.
4. huwelijksglas Bichon - Vingerhoed, radgravure onbekende in Rotterdam werkzame graveur, 1738
5. huwelijksglas Patijn- Beeftingh, radgravure, onbekende graveur, 1746 ext: verlovingsglas, stipgravure onbekende graveur, ca. 1785.
6. oranje-appel, stipgravure, Frans Greenwood, 1747
7. vermaakte beker van het Rotterdamse wijnkopersgilde, zilververguld, onbekend 1722 en Salomon de la Balie 1752