r.:w f OER Kor Kegel Musis 22 Nieuw Rotterdam, koers 2005. Onder dat willekeurig gekozen motto - willekeurig omdat Rotterdam ook in 2007 of 2021 nieuw' zal zijn - is gedurende enkele maan den gediscussieerd over de perspectieven die de grote stad naast Schiedam heeft. Wetenschappers, wijkbewoners, ondernemers, opbouwwerkers brachten ideeën en opinies in. De veelheid aan bijdragen kreeg een afron ding met het Stadscongres van 14 december in De Doelen. Tenminste vijfduizend mensen hebben zich er de periode tot en met het Stadscongres mee beziggehouden, en om een idee te krijgen of dat veel is, zouden we het naar de Schiedamse schaal kunnen vertalen: als we de inwonertallen vergelijken, zou voor een dergelijk Schiedams initiatief een actieve deelname van 625 burgers kunnen worden verwacht. Dat is een aantal, dat bij de stads gesprekken van de gemeente Schiedam niet wordt gehaald. Zo was er in de Dwarsstraat een stadsgesprek over milieu en veiligheid met nog geen hand jevol wijkbewoners die niet op één of andere manier tot 'het kader' behoren. Het was een dieptepunt, tot teleurstelling van wethouders Aad Wiegman en Bart de Leede. Ze hadden meer verwacht na een vrij intensieve uitnodi gingscampagne. Over het algemeen kregen de stadsgesprekken onder leiding van wethouder Luub Hafkamp over Schiedam-Centrum c.q. het Hemaplein de meeste belangstelling. Nu dient het gemeentebestuur vooral onversaagd voort te gaan op de ingeslagen weg van stadsgesprek ken, maar mag daar even de vraag bij of er niet elke keer een uitvoeriger voorbereiding aan vooraf kan gaan, die zowel Yahya Gildiz in hartje Nieuwland als de rector van het Stedelijk Gymnasium bereikt? Een voorbe reiding, die een appèl doet op hun deelname? Nieuw Rotterdam koerst aan op 2005. Maar haalt Schiedam 2005 wel? De Schiedamse stadsgesprekken komen uit Rotterdam en Amsterdam overgewaaid, laat de Schiedamse gemeenteraad daar eerlijk in zijn. Zo origineel is het idee niet - en trouwens, is het niet de modieuze variant van de hoorzittingen, inspraakavonden en informatiebijeen komsten uit de jaren zestig en zeventig? Is het niet de Brede Maatschappelijke Discussie, maar dan op lokale schaal? We kunnen het positief bekijken. We kun nen de stadsgesprekken beschouwen als politieke forumavonden, met dat ver schil dat ze nu ook eens buiten verkie zingstijd worden gehouden. Zo bezien is het dikke winst.Vasthouden! De stadsgesprekken vonden plaats in het museum, er waren aanloopjes in het stadhuis, er waren sessies in de wijkcen tra. Je kon naar de politiek toe en de politiek kwam naar jou toe. Het oog merk was: interactie. En het experiment - of was het méér dan dat? - was qua interactie zeker geslaagd, waar het ging om de gedachtenwisseling tussen bestuurders en dat deel van de Schiedammers dat altijd wel podia vindt om meningen te berde te brengen. Er waren deskundige inleiders en bege leiders, we noemen de Groningse vast goedprofessor Prins, de Amsterdamse economie-hoogleraar Nijkamp, de Erasmiaanse cultuurhistoricus prof. Aijo Klamer, de stedebouwkundigen Bram van Hengel en Ron Klein Breteler. Een frisse visie op hoe je Schiedam binnen komt vanuit het station of vanaf het Marconiplein werd verwoord door ir. Joost Schrijnen, hoofd stedebouw in Rotterdam en tevens voorzitter van de landelijke bond van architecten. Het waren boeiende beschouwingen. Ze spraken over Schiedam alsof ze aan per fecte algemene beschouwingen bij de behandeling van de gemeentebegroting bezig waren: zó zouden we de fractielei ders graag horen! Het waren pakkende verhalen met eye-openers. De stadsge sprekken kregen een swingende intro. Het is niet anders, maar tegelijk is hier een steekje gevallen, waardoor het niet kwam van forse deelname van burgers van buiten 'het circuit'. Hebben we de schitterende inleidingen, de bloemrijke anecdotes, de peptalk, de plagerijen, eenmaal afgedrukt gezien in de lokale media? Zijn er in de aanloop tot de Schiedamse stadsgesprekken prikkelende visies publiekelijk ontvouwd, of zijn er kritieke pijnpunten in het beleid gena deloos blootgelegd op zo'n manier dat brede groepen in de stad er kennis van konden nemen? Dat is in Schiedam uitgebleven. Even voorbijgaand aan het élan, waarmee Musis discussies wil aanzwengelen, is er rond de stadsgesprekken in Schiedam dat nagelaten wat in Rotterdam juist zo wervend uitpakte: het overtuigen vooraf, het belijden; het laten horen van een mening, een filosofie. In de aanloop naar het Stadscongres gingen prominente inwoners van Rotterdam er geestdriftig tegenaan: in brieven en bundels, op opi niepagina's van kranten, gaven ze van tevoren hun koers voor 2005. Dat had een uitstraling. Als zo veel vooraanstaan de ingezetenen de aanloop tot het Stadscongres dermate serieus nemen, heeft dat een impact. Dan zetje als het ware een geloof neer, dat elke mening ertoe doet en dat het de moeite loont iedereen te horen en te laten vertellen. Dan gaan meer mensen meedoen. De stadsgesprekken in Schiedam hebben tot dusver bepaald niveau gehad: hierin zijn ze beter dan de hoorzittingen en inspraakavonden van voorbije decennia. De piek in de kwaliteit zat vaak in de inleidingen, maar waar zich dat in Schiedam concentreerde op het eerste kwartier van elk stadsgesprek, was er in Rotterdam gedurende de hele voorbe reidingsfase sprake van. Dat was in Schiedam niet het geval. Het Rotterdamse stadhuis had aantoonbaar de goede relaties op de Erasmus Universiteit aangeboord. Het Schiedamse stadskantoor liet na om de hier wonende hoogleraren, onderne mers, agogen en filosofen in te schakelen voor een publieke aanloop tot wat toch bedoeld was als stadsbrede debatten. Waarom niet de bio-professor van de Puttershoeksestraat gevraagd om zijn visie op de Gorzen in 2005? Waarom niet de rector van het Stedelijk Gymnasium ingezet om zijn licht te doen schijnen over de kenniskloof anno 2005? Waarom niet de voorzitter van de sportraad gevraagd een doorwrocht ver haal af te steken over hoe het bedrijfsle ven, de sportbeoefening en het accom moderen van activiteiten tot elkaar in relatie staan? Waar het om gaat, Tom Poes, is een list te bedenken waardoor intelligente zielen in Schiedam zich uitgedaagd voelen om hun - voor mijn part elitaire - zienswij zen op educatie, arbeidsmarkt, cultuur, stadsontwikkeling, recreatie en kennisin frastructuur aan grotere gezelschappen voor te leggen. Denk aan de lezingen van weleer bij de Wetenschappelijke Kring Schiedam, maar dan maatschappe- lijker. Het venijn van de paradox in de nu gehouden Stadsgesprekken is dat het

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 1997 | | pagina 22