Musis 62 Op de Maastrichtse academie kreeg ze een opdracht die haar stimuleerde om met tekenen door te gaan. Het Stedelijk Bureau Amsterdam, een exposities organiserende instelling die in de plaats van Museum Fodor is gekomen, vroeg haar om een affiche te maken voor een van zijn tentoonstellingen. ,,Ik moet zeggen dat het me een kick gaf om overal in de stad die door jou ontworpen affiche te zien hangen." Naast de uit gevoerde affiche werd haar ook gevraagd om een schets te maken voor een affiche voor een tweede tentoonstelling in het Stedelijk Bureau. Ze koos voor een heel andere aanpak, die er uiteindelijk toe leidde dat ze van de tekening behangpapier heeft laten maken, waarmee ze later nog een muur op de aca demie heeft kunnen bedekken. Toen ze afgelopen zomer van de Jan van Eyck kwam, wist ze zeker dat ze voortaan vrij wilde werken, met tekenen als voor naamste bezigheid. Boeken, die ze al op de academie had gemaakt, heeft ze nadien diverse keren geëxposeerd, terwijl ze ook met haar tekeningen op groepsexposities aanwezig was. Zo liet ze in oktober potloodtekeningen in Pand Paulus zien, wat er waarschijnlijk toe heeft geleid dat ze daar nu met een solopresentatie komt. Met tekeningen op houthoudend papier, want dat blijft toch haar voorliefde te hebben. „Wat ik er vooral zo prettig aan vind, is het feit dat houthoudend papier potlood en stift zo goed opzuigt. Het is echt papier met karak ter, dat gaat meespelen in je werk. Wit, houtvrij papier doet dat een stuk minder. Dat het houthoudend papier gaat ver- bruinen, vind ik op zich nie.t zo erg. Ik vind dat wel mooi, die kleur. Maar het publiek kan het niet waarderen. Mensen die een tekening willen kopen, willen haar over vijftig jaar nog aan de wand hebben. Ik zoek nu wel naar duurzamere papier soorten, maar kan er nog steeds niet aan wennen. De kleur en het soort materiaal staan me lang niet aan." Claudie de Cleen tekent op tafel. Zo wil ze de tekeningen ook geëxposeerd zien: op tafel neergelegd, niet aan de wand. „Op zo'n blad neerkijken, geeft toch een ander effect dan als je de tekening aan de muur prikt en je er frontaal tegen aan kijkt." Toch kijken we op haar atelier naar een van die muren waar tegen haar voorbeelden hangen. Voorbeelden is een groot woord, het zijn wel inspiratiebronnen. Ogenschijnlijk simpele voorstellingen, van mensen die een bepaalde relatie onderhou den, met andere mensen of met dieren. Of ze nemen een hou ding aan, bevroren in een geste, in een stap, een blik. „Kijken en bekeken worden, een positie innemen waar je staat en iets bepaald ziet. Ik zoek altijd naar een houding van waar uit mensen handelen. Dat is één onderdeel van mijn werk. Ik kan ook een fantasiewereld oproepen. Die wereld is bepaald door een verlangen, een verlangen naar herinneringen. Ik heb een bijna onbeschaamde hang naar romantiek. Om die reden zie je mooie landschappen, waar vogels in rondvliegen, met exoti sche vergezichten, bergen." „Ik ben door die twee jaar op de Jan van Eyck academie een stuk zekerder geworden. Ik heb zelfvertrouwen gekregen, maar heb ook geleerd om mijn twijfels te accepteren. Ik weet nu de rust te vinden om te zien of iets in mijn werk goed of fout gaat. Dat vind ik het belangrijkste dat ik op de academie heb opgedaan. Natuurlijk ben ik in die twee jaar ook beter gaan tekenen. Maar het gaat mij toch meer om de dingen die ik teken. Ik pas daar mijn tekenstijl bij aan, dat kan per gemoeds toestand wisselen. Ik werk nu graag op klein formaat, A-4 en nog wel kleiner, ik probeer er echt alles op uit. Ik wacht tot het is uitgeput, tot ik er echt gek van word, maar dat duurt maar! Het blijkt nog lang niet uitgeput, dat formaat biedt onuitputtelijk veel." „Door te tekenen probeer ik de dingen te begrijpen. Hoe mensen functioneren, hoe ze zich tot elkaar verhouden, hoe ze relaties met andere mensen en met dieren aangaan. Dieren zijn belangrijk voor me, ik vind het prettig zo'n mooie vogel te tekenen. Ik heb wel eens de gedachte dat dieren meer weten dan wij mensen. Dat probeer ik dan te vertalen." „Je vraagt je af waarom ik met ga schilderen. Ik heb daar op de Jan van Eyck wel over na gedacht, maar ik ben gestopt bij tekenen. Ik heb er weinig behoefte aan. Met tekenen werk ik alleen met potlood en papier. Ik houd van pure dingen. Ik stop al heel snel, dan heb ik het gevoel dat ik te veel ga versie ren. Dan staat er te veel op het papier" Claudie de Cleen exposeert tekeningen uit de laatste twee jaar in Pand Paulus, Korte Haven 125 in Schiedam, tot 2 februari kunt van donderdag tot en met zondag van 13-18 uur nog stiel even kennis nemen van haar werk.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 1997 | | pagina 62