Peter de Lange De plannen voor de West wijk liggen klaar. De wijk moet nieuw leven
worden ingeblazen. Grotendeels gebouwd in de jaren '50 en '60 ver
toont de buurt de sleetse aanblik van zoveel na-oorlogse woning
bouw. Weinig gevarieerd, onaantrekkelijk voor jonge bewoners en in
toenemende mate moeilijk verhuurbaar. Wat in het kader van de
wederopbouw en 'het nieuwe na-oorlogse wonen' werd aangeprezen
als een 'omgeving blij en licht van kleur' dreigt het probleemgebied
van de nabije toekomst te worden.
Wat het verval vaak extra schrijnend maakt is dat het zich voltrekt ter
wijl de oorspronkelijke bewoners, die ooit als 'pioniers' in een wijk in
wording met gloedvolle woorden de eerste sleutels kregen uitgereikt,
er nog in grote getale wonen. Hen wacht een wederopbouw in omge
keerde richting. De indertijd veelgrepezen collectiviteit wordt opgelost
in individuele eenheden; het nieuwe toverwoord waarmee aan jonge
arbeidersgezinnen de verlokkingen worden aangeprezen van het
wonen in de oude stadsuitbreidingsgebieden.
EB EN VLOED
ItlDE
v 1
e verslaggevers die er getuige
van waren hoe op 20 oktober
1954 ergens in een weiland langs
de rijksweg tussen Maassluis en
Vlaardingen wethouder Teun de
Bruyn de eerste spade de grond in dreet
voor de Westwijk, waren opgetogen
over het vooruitzicht dat enkele jaren
later op dezelfde plaats vele honderden
nieuwe huizen zouden staan. Met
onverholen trots wezen zij de lezer op
de fraaie ligging zo vlak langs de rijks
weg en het verkeer dat daarover voor
bijraasde. Bijna elke minuut deed zich
wel het geronk van een automotor
horen. Die drukte op de weg was een
gezond teken. Want Nederland,
omhooggeklauterd uit het oorlogsdal,
werkte aan een nieuwe toekomst.
Krap twee jaar later, op maandag 9 juli
1956, werd de allereerste paal geslagen
voor het nieuwe stadsdeel dat onderdak
moest gaan bieden aan twintigduizend
Vlaardingers. Zelfs als je de datum niet
kent, is met één oogopslag duidelijk dat
de foto die dit historische feit in beeld
brengt dateert uit de jaren vijftig. Die
onverzettelijke, jongensachtige branie
vind je alleen in de gelaten van de man
nen van toen.
Nog zo'n kenmerkend detail: de man
die aan het heikoord trekt klemt non
chalant een sigaret tussen de lippen. Het
symbool van mannelijkheid en daad
kracht. Die man is mr. Jan Heusdens,
burgemeester van Vlaardingen, apostel
van de vooruitgang en profeet van de
geïndustrialiseerde woningbouw. Zijn
credo, uitgesproken bij een van de vele
eerste palen die hij voor de Westwijk
sloeg: 'Woningen dienen als auto's de
fabriek uit te rollen.'
In het gebied dat sindsdien de Westwijk
heet wordt het leven al duizenden jaren
bepaald door eb en vloed. In onheuge
lijke tijden was het een drassige uithoek,
waar de schaarse bewoners leefden van
de vis die zij vingen in een netwerk van
poeltjes en getijdekreken. Een ambacht
dat de Vlaardingers ook nadien eeuwen
lang op het lijf geschreven bleef.
Toen de stad na de Tweede
Wereldoorlog definitief ophield een vis-
D
Musis 226