i
INLIJSTWERK
GERARD VAN
Voor een in alle
opzichten
museale ver
zorging van uw
schilderijen,
grafiek en foto-
grafie
PAULUS POTTERSTRAAT
.3117 XD SCHIEDAM
TELEFOON: 010 426 34 24
5
nooit te boven gekomen en in de PvdA
woeden tegenwoordig ernstige discussies
over de opheffing van de lokale afdelin
gen, waarvan de positie in het maat
schappelijk spectrum blijkbaar vervaagd
is.
Over de betekenis van lokale partijpoli
tiek lopen de meningen onder weten
schappers tegenwoordig uiteen (mede
omdat er programmatisch-ideologisch
betrekkelijk weinig relevante verschillen
zijn tussen lokale programma's en afde-
extra barrière geworden.
Dit aspect verdient grote zorg en aan
dacht van alle deelnemers aan de samen
levingsopbouw. Als de politiek, de cor
poraties en andere partners in het wijk
en buurtbeheer hier niet alert reageren
en zich niet meer inspannen om het
overleg dynamisch en effectief te doen
zijn, dan zal het huidige overlegcircuit
geen lang leven beschoren zijn. Als de
wijkbewoners niet meer geïnteresseerd
zijn 0111 met de zogenaamd burgernabije
lmgen), maar het is aannemelijk dat
politieke partijen weer een opleving
zouden kennen naarmate ze er beter in
slagen zich met andere maatschappelijke
organisaties te verstaan. Hierover is in
Musis 3 opgemerkt dat bewonersvereni
gingen en politieke partijen, beter dan
dat zij eikaars concurrenten in democra
tie zijn, in symbiose behoren te leven.
Het verschijnsel 'bewonersvereniging' is
niet goed weg te denken. Ze zijn als las
tige horzels beschouwd, als luizen in de
pels. Ogenschijnlijk zijn gemeenten en
semi-overheidsinstellmgen daaraan tege
moet gekomen door een overlegcultuur
te doen ontstaan, echter, het vergadercir
cuit kost de - soms ongetrainde - vrij
willigers onevenredig veel tijd. Ze moe
ten alle zeilen bijzetten, willen ze in hun
doen en laten nog begrepen worden
door de wijkbewoners. Als de overleg
cultuur te stroperig wordt (en als er zelfs
over een hondenrooster al moeilijk
wordt gedaan door de instanties), dan
kan die cultuur zelfs een bedreiging
worden voor de horzelfunctie die bewo
nersorganisaties behoren te hebben. Vaak
klinken de opmerkingen, door bewoners
gemaakt in het wijkoverleg met de
instanties, niet door op de plek waar die
opmerkingen bekend zouden moeten
zijn - en dan is de 'wijktafel' eerder een
311 Musis
instanties rond de tafel te zitten, dan is
de volgende stap dat bewonersverenigin
gen met het soms slopende overleg
stoppen en meer dan ooit prioriteit
geven aan actievoeren, rebellie en
bezwaarschrijverij. Daar is geen
gemeentebestuur, geen politieke partij,
geen politiekorps en geen woningcor
poratie mee gediend.
In een wijk als Schiedam-Noord is het
ontbreken van een wijkbrede bewoners
organisatie een probleem. Er zijn diverse
belangenclubs van bewoners, maar te
versnipperd over Groenoord, Tuindorp
en Bijdorp om een vuist te maken.Voor
de instanties is het ondoenlijk om
afspraken met 'de wijk' te maken.
Schiedam-Noord bewijst dat geen
instantie het eenvoudiger heeft als er
geen herkenbare bewonersvertegen
woordiging is.
Geen mooiere periode dan de verkie
zingstijd om goede voornemens te
maken. Wat zouden de politieke partijen
in Schiedam en Vlaardingen moeten
ondernemen om wijkbewoners te acti
veren, om vitaal burgerschap aan te
wakkeren, om bewonersverenigingen
met meer attentie terzijde te staan? In
de eerste plaats zou de politiek moeten
erkennen dat bewonersverenigingen op
meer fronten hun nut kunnen hebben
dan alleen in de stadsvernieuwing en het
wijk- en buurtbeheer, derhalve zou er
vanuit een integrale visie financiering
moeten komen voor professionele
bewonersondersteuning. Goed functio
nerende bewonersverenigingen, die aan
minimale voorwaarden aan representati
viteit voldoen, zouden ruimere budget
ten en bevoegdheden moeten krijgen,
bijvoorbeeld in de aansturing van andere
organisaties die in de wijk werkzaam
zijn. Ook is het dienstig om de samen
werking tussen bewonersverenigingen
en allerlei andere maatschappelijke orga
nisaties (sportclubs, natuur- en milieug
roepen, culturele verenigingen, kunste
naars) te bevorderen, waardoor ze meer
zien wat ze aan elkaar hebben. Het ver
enigingsleven wordt er rijker en interes
santer door en de subsidiëring doelmati
ger. En de gemeentediensten en de
semi-overheidsinstellingen kunnen met
meer flexibele begrotingen meer ade
quaat inspelen op de behoeftes, die via
bewonersverenigingen naar voren
komen. Ze moeten inzien dat ze er
belang bij hebben, als ze de wijkbewo
ners activeren en enthousiasmeren.
Gemeenteraadsleden hebben hier een
taak in. Ze kunnen leiding geven aan dit
proces. Ze kunnen de wijkopbouw
regisseren, ze kunnen zowel coach als
raadgever zijn ten behoeve van een opti
male belangenbehartiging, ook door het
ambtenarenapparaat waar nodig te 'sen
sibiliseren' tot een bewonersvriendelijke
opstelling. Gemeenteraadsleden kunnen
zich op die manier zelfs een beetje
onmisbaar maken. Maar gemeenteraads
leden die dat nalaten en denken dat ze
het beter weten, die kunnen we missen
als kiespijn
oa
C;
DO
m
Oo