Nans Wolters GLORIE VAN WELEER Eigenlijk wordt onder het begrip 'scheeps- sier' iets anders verstaan dan de kunst werken die in de glorietijd van transat lantische en oriëntaalse passagiersvaart de verblijfsruimten van de oceaanstomers sierden. Het meeste van deze 'scheepssier' kennen we van foto's en in iets mindere mate uit de musea. Want voor de meeste, toen ver vaardigde werken, gold dat ze als decor stuk een belangrijke, maar uiteindelijk toch ondergeschikte rol vervulden. Precies zoals de coryfeëen, die tijdens de reis opt raden aan boord zich ook moesten schik ken in de onderdanige positie van ver- maaksartiest. Begrijpelijk, gezien het feit dat de beroemdheden aan boord legio waren. Een reis tussen Rotterdam, Liverpool en NeivYork had voor de upperclass alles van een society-trip, ter wijl de reizen naar de oost in karakter wat meer in het teken konden worden geplaatst van het koloniaal bestuur. Daarom speelde op de reizen naar Ney York Benny Goodman en het Metropole Orkest, terwijl de bestuurders op weg naar ons Indië zich lieten vergezellen door Max Tak,fo Vincent en Wim Kan. Een kwestie van smaak. Dat met het opruimen van de grote pas sagiersschepen ook heel wat 'kunstzinnig decor' verloren is geraakt, laat zich raden. Het conserveren van mooie stukken is daarom een zaak waaraan rederijen ter elfder ure heel wat geld willen besteden. Vandaar dat het 'hoofdornament' van de Oranje door Nedlloyd als voortzetster van de rederij die de Oranje in dienst had laat restaureren door Peter van der Hoeven 64), kunsthandelaar en restau rator in Vlaardingen. Van der Hoeven heeft niet méér met de zee en maritieme activiteiten dan de gemiddelde Vlaardingér. Integendeel mis schien zelfs. Ah hoefsmid van huisuit, maakte hij zich het vak van restaurator langzaamaan eigen en wist de basis te leggen voor een kunsthandel die bij elke liefhebber in de regio bekend is. In zijn atelier aan de Markt in Vlaardingen puzzelt hij nu dagelijks aan een tafereel waarop Willem van Oranje Philips II uitgeleide doet en breekt zich het hoofd, hoe die duizenden stukjes glas los te krijgen zonder dat er eentje breekt. M Nedlloyd belde me enige tijd geleden met het verzoek of ik eens in Utrecht wilde gaan kijken. Daar stond in een loods een gebrandschil derde glasapplique, opgebouwd uit kleine delen. Het werk was afkomstig van passagiersschip De Oranje. Uit het schip, dat een paar jaar geleden is ver kocht aan Italië, waren voordat de koop een feit was, objecten met een histori sche betekenis voor Nedlloyd, verwij derd. De applique is daar één van. Het glasobject heeft de vorm van een halve cirkel en is ruim twee bij vier meter en laat een belangrijke historische scene uit de tachtigjarige oorlog zien. De Spaanse Philip II wijst dreigend naar de vastbera den Willem van Oranje. Beide mannen staan prominent op de voorgrond, omgeven door hun gevolg. Op de ach tergrond de schepen van de Spaanse Armada op volle zee. Aan de onderkant van de applicatie staat de tekst 'No los estados ma vos vos vos, wat zoveel bete kent als 'niet de staten maar gij gij gij'. Het werk is gemaakt door Glas in LoodatelierW Bogtman in Haarlem, vermoedelijk in het begin van de jaren dertig. De hele afbeelding is vastgelijmd op een houten drager van enkele centi meters dik. Sommige stukken zijn aan vervanging toe of moeten opnieuw worden aangebracht. Het verwijderen van het breekbare materiaal brengt veel risico's met zich mee en ik maak dan ook menig angstig moment door. Dit is mijn eerste glasrestauratie en het doet me wel wat dat Nedlloyd voor het herstel van dit object aan mij heeft gedacht. Overigens confronteert deze opdracht me nog eens extra met het feit Musis 126

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 1998 | | pagina 126