als Eugene Brands, het Cobra-buitenbeentje en mede-oprich
ter van Cobra en bedenker van New Babyion Constant.
Ook Le Canard besteedde veel aandacht aan maatschappelijke
ontwikkelingen waarin de kunst een voortrekkersrol zou ver
vullen. Ook speelden de betrekkingen met de Stichting Goed
Wonen en de architectengroep De 8/Opbouw een rol. Deze
was ook in dezelfde tijd nauw betrokken bij de ontwikkeling
van het dorp Nagele dat in de nog kersverse Noordoostpolder
moest verrijzen. Nagele is eigenlijk het enige collectieve ont
werp van alle avant-garde architecten in Nederland van dat
moment dat ooit als eenheid werd gerealiseerd. Het dorp heeft
om die reden momenteel een internationale monumentensta
tus. De lijst van betrokken bouwmeesters is indrukwekkend.
Voor Schiedam is van belang dat twee ervan ook betrokken
zijn geweest in de eerste naoorlogse ontwikkeling van
Schiedam; Groosman en Bakema. Zij - ontwerpers van de eer
ste stadsuitbreiding in Nieuwland en Opstandingskerk - waren
overigens ook actief in de Groep r en de latere Venstergroep
waarvoor Bakema het filmtheater en 't Venster ontwierp.
Ook Goed Wonen werd een plaats aangeboden in Schiedam.
Ter ondersteuning van de plannen van Groosman wijdde het
Stedelijk Museum in 1952 een tentoonstelling aan het nieuwe
wonen waarbij de kersverse cornservator Daan Schwagermann
schreef; Al dat rood en dat bloemetjesbehang, vindt U dat wat te
druk? Gaat U dan een kamer verder. Een huiskamer blij en licht van
kleur. Een kamer om gelukkig in te zijn, een practische kamer, een
hoek om te eten en een zitje waar het echt uitrusten is en een plekje,
een eigen domein voor de kruipende baby, alles in één, eerlijk van
vorm en kleur, gemakkelijk in onderhoud.
Het waren woorden die direct aansloten op de argumenten
waarmee Groosman het ontwerp voor een nieuwe stad had
neergezet, de woorden ook waarmee Rotterdam in 1946 in de
tentoonstelling 'De stad van de toekomst, de toekomst van de
stad' inleidde, de strekking van de beginselverklaringen van de
Groep r en De 8/Opbouw en die de Vereniging voor
Irrealisme en Abstractie in de Beeldende Kunst neerschreef als;
De eeuwige weg vooruit, dat is onze opdracht'.
Het zou helemaal zo gek niet zijn om naast deze tentoontstel-
ling in het Stedelijk Museum die niet meer kan zijn dan een
herinnering aan de VIA en een tijdelijk eerbetoon aan mede
oprichter Goos Verweij ooit een meer uitgebreidere studie te
aan deze voorvechters de culturele ontwikkeling van Schiedam
na de Tweede Wereldoorlog. Want zij beperkten hun zorg met
alleen tot het Stedelijk Museum. Hun betekenis strekt zich
ook uit tot de vormgeving van de stad, tot vernieuwing van
het onderwijs en het scheppen van voorwaarden voor een
ander cultureel beleid. In handen van de mensen die we terug
vinden in verenigingen als de VIA werden de gedachten die
ook leidden tot de schepping van New Babylon, die -hoe
interessant op zichzelf ook - slechts een klein onderdeel vormt
van een veel groter geheel, ook Nagele, ook de tentoonstelling
E55, waarin we alle namen van alle avantgarde-kunstenaars en
architecten van dat moment weer terugvinden,
werkelijkheid.