Hans van der Sloot IN WILTON De maidentrip van de Willem Barentsz. II. 381 Musis tegelijk werd gebruikt als volgnummer voor het -pas jaren later- toewijzen van een woning. Dus was pendelen een alter natief. En voor koppelbazen een bedrijf waarin woekerwinsten werden gemaakt, waarbij vergeleken het in de hongerwinter verkopen van aardappelen en kool kinderspel was. Na het vertrek van de bussen volgden het eigenlijke werfpersoneel en de arbeiders die in dienst waren van vast met de werf verbonden toeleveranciers en onderaannemers. Eerst de meisjes van de meest veraf gelegen kantoren. Zij arriveerden aan de poort met een van de vele opstapwagens die op het ruim honderd hectare grote haven- en fabrieksemplacement een vaste dienstregeling onderhielden. De opstapwagens onderhielden een soort eigen busdienst voor het personeel over de werf. Er waren ook fietsen in een speciale bruine kleur maar die waren uitsluitend voor de employees die op het terrein de 'buitendienst' verzorgden. De anderen werden geacht gebruik te maken van de opstapwagens; open vrachtwagens met een laadvloer vlak boven het straatoppervlak waarop rehngs en later een dak waren aangebracht. Om op te laten stappen behoefden de wagens niet te stoppen en fungeerden op die manier als een paternoster tussen de havens, hallen en dokken. Het vertrek van de kantoorbedienden markeerde het officiële einde van de werkdag, al hield het eigenlijke werk nooit op. Duizenden fietsen en bromfietsen werden uit de stalling gepakt. Honderden auto's stelden zich op in een file voor de poort en over de trottoirs trok een lange stoet in de richting 3 van de bushaltes op de Vlaardingerdijk en de BK-laan voor vervoer naar het centrum,Vlaardingen en Rotterdam. te Gedurende ruim een uur zou de dagelijkse processie van werfarbeiders het verkeer in Schiedam volledig ontregelen. Bijelkaar genomen trokken dagehjks tien- tot twaalfduizend mensen door de stad. De RET had er een speciale dienstregeling voor en hield gedurende de Schiedamse avondspits een aantal oude trams in gereedheid op een doodlopend stuk rails op de Broersvest. De meeste Wilton werkers kwamen echter op de fiets en bromfiets. Die dagehjkse kolonne van stug doordtrappende werkers, geflankeerd door knetterende solexen, mobylettes, berini's, puchs en kreidlers, droeg evenzeer bij tot het stedelijk patroon als de gierende uithalen waarmee de trams de Koemarkt rondden, de lucht van de weinige nog resterende distilleer derijen aan de Lange Haven en LaVenezia. Op de Vlaardingerstraat was er op dat uur meestal geen doorkomen aan en wie op de Koemarkt wilde oversteken moest wachten tot de verkeersagent verderop in het midden van de Gerrit Verboonstraat het verkeer had stilgelegd en de verkeersstroom uitdunde tot een paar bedaarde fietsers die geen haast hadden om thuis te komen. Werken bij Wilton was ook geen baan. Het was een waarde vaste levensvervulling waar zelfs kinderen op lagere school leeftijd al rotsvast in geloofden. De werf was het bestaan. En de werf deed er alles aan om de verwachtingen in te lossen. Wilton vormde een gemeenschap op zichzelf met alle eigen sociale, medische, educatieve en recreatieve voorzieningen vandien. Sommige min of meer beperkt zoals de sociale dienst, waarover in de zestiger jaren nog geen duidelijk wettelijk kader bestond, andere meer uitgebreid. Wilton zorgde voor onderwijs in een eigen bedrijfsschool die, als eerste volwaardige dagschool onder rijkstoezicht aan de rest van Nederland ten voorbeeld werd gesteld. Wilton zorgde voor fietsreparatie, maakte het de autobezitters makkelijk door in de weekeinden garagefaciliteiten beschikbaar te stellen en op

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 1998 | | pagina 381