Tim de Ridder Op 8 mei jongstleden onthulde de Vlaardingse cultuurwethouder Kees van der Windt een kunstwerk in de Fransenstraat: 'Frans zijn beeld'. Het is een ontwerp van Diet Wiegman waarin kunst en archeologie elkaar hebben ontmoet. Hoe is deze vruchtbare kruisbestuiving tot stand gekomen? Musis 256 7 Het huis waar Frans met zijn gezin in 7 640 zich vestigde. 2 Veel woningen werden in de jaren '20 onbewoonbaar verklaard. 3 De oude Fransenstraat gezien vanuit de Kuiperstraat. Een deel van oude Fransenstraat komt aan het licht. (Foto: VLAK). TIM, WE HEBBEN FOSSIEL We keren terug naar de zomermaanden van 1995. Het wegdek in de Fransen- en de Kuiperstraat wordt stukje bij beetje opengereten. Het 'darmstelsel' van Vlaardingen wordt vervangen. Terwijl zich een penetrante rioolgeur verspreidt in de sleuven, lopen mensen met schoppen door de sleuven de wanden af te speuren. Het zijn archeologische medewerkers die geheel in hun element zijn, want hoewel bovengronds niets meer herinnert aan het verleden, ligt er ondergronds des te meer. Oud Vlaardingen blijkt nog volledig intact. Waterputten, sloten vol met 17e- en 18e-eeuws stadsafval, funderingen van huizen en zelfs vloeren komen aan het licht. De sleuven bieden de archeologen de mogelijkheid om als het ware een reis door de tijd te maken. We zijn net in de Fransenstraat gearriveerd, een straat met vele winkels, als Ruud, een brede blonde uitvoerder die wel van een geintje houdt, op ons afkomt lopen en boven het afschu welijke geraas van de graafmachine uitroept: "Tim, we hebben fossielen gevonden!". Fossielen? Hier in de Vlaardingse grond? Dat lijkt me niet waarschijnlijk. Maar ik vraag hem toch maar waar ze dan wel liggen. Je weet immers maar nooit. Hij wijst naar de kant van de rioolsleuf. Als ik even later de vondst bekijk, blijkt het de zoveelste koeienschedel te zijn. Toch wel vreemd dat we er hier zoveel van vinden. Aanvankelijk denk je nog dat het wel om slachtafval zal gaan, maar later worden het er steeds meer en meer, en het is toch wel raar dat er nauwe lijks andere koeienbotten worden gevonden. Als dan naderhand blijkt dat in dit deel van Vlaardingen veel leerbewerkers hun beroep uitoefenden, wordt alles duidelijk. Leerbewerkers kregen namelijk de huid van de koe vaak met een deel van de kop er nog aan. De huid werd gelooid en bewerkt: de kop verdween als afvalproduct in de dichtstbijzijnde sloot. Het is continu opletten geblazen bij het volgen van de rioleringswerkzaamheden. Terwijl de graafmachine de oude rioolbuizen die geuren naar halfverteerde menselijke ontlasting en andere kwalijke dampen, vrijgraaft, staan onze blikken op scherp. Zagen we daar niet zo-even een mestige slootvulling de revue passeren? En lijkt daar niet erg veel puin te liggen? Wellicht een muur? Snel een foto. Dan een schets. Een maatje van de fundering. Het kan nog net. Een moment later ligt de nieuwe rioolbuis al in de sleuf met een berg schoon zand erover. En dan, als het moment daar is,

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Musis | 1999 | | pagina 256