Tekst Tim de Ridder
Illustraties Damy van der Waal
Het millenniumprobleem is niet van vandaag of gisteren. Het
bestaat al tweeduizend jaar. De bewoning rond het jaar nul
lijkt namelijk voor een groot deel van West-Nederland om
onverklaarbare redenen plotseling af te breken. Dit herhaalt
zich in de derde eeuw na Chr. Hoe komt dit? Welk een
catastrofe trof de bevolking? De komst van de Romeinen?
Op zoek naar het jaar nul.
Musis 348
HET MILLENNIUM-
PROBLEEM:
2000 JAAR OUD
Een witte streep tekent zich af aan
de hemel. Een teken van
hogerhand? Een drietal mensen
volgt het spoor. Op zoek naar het
onbekende. Niemand die het wist,
maar een nieuw millennium was
geboren. Eeuwen later rekent een
monnik uit dat zoveel jaar geleden een
zekere Jezus werd geboren. De monnik
vertelde zich echter en liet de
tijdsrekening verspringen van 1 voor
Chr. naar 1 na Chr. Er is dus een gat in
onze tijdsrekening. Een archeoloog zal
er niet wakker van liggen. Die is al
tevreden als de ouderdom op 25 jaar
nauwkeurig kan worden bepaald. Wat de
archeoloog meer bezig houdt, is het
hiaat in de bewoningsgeschiedenis voor
grote delen van Nederland rond het jaar
nul en het daarop volgende hiaat aan het
eind van de derde eeuw na Chr. De
bewoning in het Maasmondgebied lijkt
namelijk in de loop van de tweede
eeuw voor Chr. af te breken om dan pas
in de loop van de eerste eeuw na Chr.,
dus circa twee eeuwen later, weer aan te
vangen. Een dergehjk bewoningshiaat
rond het begin van de jaartelling doet
zich over grote delen in Nederland
voor. Wat was hiervan de oorzaak?
Het bewoningshiaat wordt wel in
verband gebracht met de binnenkomst
van de Romeinen en de daarmee
gepaard gaande slachtpartijen en
volksverhuizingen. Simpeler kun je het
bewoningshiaat niet verklaren. Wel
realistischer. Het begon allemaal in 57
voor Chr. Onder leiding van Julius
Caesar dringen Romeinse legersoldaten
voor het eerst het zuiden van Nederland
binnen. Hoever noordelijk ze
optrokken, is niet precies bekend. Wel is
duidelijk dat de Romeinen geen halve
maatregelen troffen tegen opstandige
stammen. De Eburonen komen onder
leiding van Ambiorix met succes in
opstand. In 54 voor Chr. slachten ze
anderhalf legioen af, dit zijn circa 9000
Romeinse soldaten. De wraak van de
Romeinen is niet mals, ze moorden een
groot deel van de Eburonen uit,
inclusief vrouwen en kinderen. Een
groot onbewoond gebied in het zuiden
des lands was het resultaat. De
overlevenden, waaronder de leider