STADSDEBAT
'k Was uitgenodigd voorzon 'Stadsdebat',
daar is zowat geen mens voor warm te krijgen.
Zelf ben ik meer voor luisteren en zwijgen,
Maar 'k dacht; Vooruit, ik zie wel hoe of wat.
Ik vind een min of meer geëffend pad:
Een man of twaalf, die op hun stokpaard stijgen.
Een juf die niet met strafwerk hoeft te dreigen,
Dan heb je 't wel zo ongeveer gehad.
De tijd is krap-, de zaal is ruimbemeten,
't dehat is oeverloos. Ik zeg niet veel:
m'n stem is dun, m'n woord is ijl, m'n raad
onnut. Maar och, ik heb erbij gezeten.
Wat blijft is poëzie die - substantieel
En minder vluchtig - sporen achterlaat.
Aat Bolaff
Musis 366
CL.
cc
O
Q
h-
Uj
3:
C3
Q
Cc
Voorwaarde voor het behoud van de eigenheid van
Vlaardingen is kleinschalig denken en handelen, dat past
in de dorpse mentaliteit van de stad, schrijven de
opstellers van de 'Stadsvisie Vlaardingen' in de zopas
gepresenteerde koers voor de stad tussen de jaren 2000
en 2020. Het is een uitgangspunt dat in verschillende
bewoordingen en op verschillende plaatsen in het stuk aan de
orde komt; Vlaardingen wil als stad van nu, terug naar het dorp
van weleer. Het is een uitzonderlijke benadering. Want het
kiezen voor het dorp betekent immers ook; kiezen voor het
isolement en voor het bewust afwijzen van de ontwikkeling die
zo veelvuldig wordt bepleit in de stadsvisies van andere
gemeenten. Die dwarse benadering geeft dat mag direct
worden vastgesteld - de Vlaardingse stadsvisie iets eigens. Want
ontegenzeggelijk is de Vlaardingse stadsvisie anders gestemd dan
zo menig elders geproduceerd beleidsstuk waarin de hand van
de senior-consultant (voer de naam van de stad in, gevolgd
door het aantal inwoners en het gemiddelde inkomen, kies in
het hoofdmenu het aantal pagina's en druk op enter) beter
herkenbaar is dan die van bevolking en bestuur. Maar.is de
Vlaardingse stadsvisie daarmee ook beter, gedurfder en getuigt
ze van meer realiteitszin in het schetsen van de toekomst die
Vlaardingen voor ogen staat.
"Vlaardingen kruipt uit haar schulp', is de titel boven hoofdstuk
acht van de Vlaardingse stadsvisie, met de nogal dreigend
klinkende ondertitel: 'Een eigen gezicht in een zich
opdringende omgeving'. Aan het eind van de pagina volgt de
verklaring;'Duidelijk is geworden dat de Vlaardinger gehecht is
aan de specifieke dorpse kant van de stad. Waar de regionale
ontwikkeling vraagt om grote gebaren, ontwikkeling en