Behalve in het
stratenplan, dat
op zichzelf
tamelijk
bijzonder is, is er
nauwelijks
sprake van
collectieve opzet
en uitwerking.
Bijna elk huis is
een op zichzelf
staande eenheid,
een individu.
7 Musis
Met de plattegrond van de Oostwijk is overigens iets heel
merkwaardigs aan de hand. De straten aan de Oosthavenkade,
volgen namelijk de zichtlijn van de oude straten aan de
Westhavenkade. Alsof de bewoners van de 'nieuwe' stad, de
belangrijke karaktertrekken
krijgt. Waartoe veronachtzaming voor het grondplan kan
leiden, zien we momenteel in de Vlaardingse Westwijk, het
Liesveld in Vlaardingen, de Westblaak in Rotterdam en de
Boomgaardbuurt in Schiedam. Liesveld en Westblaak zijn
gapende wonden die nooit, maar dan ook nooit meer litteken
zullen worden, in Schiedam is de structuur van de oude
binnenstad definitief gemold door een plak rechte straatjes en
pleintjes zomaar in het centrum neer te kwakken. Wie aan de
plattegrond morrelt, sleutelt aan het stedelijk dna-profiel en
mag een monster terugverwachten.
oude stad in spiegelbeeld wilden kopiëren. Het is een
onwillekeurig vasthouden van een vertrouwd beeld. Opening
is tegenover opening geplaatst en gevelwand tegenover
gevelwand. De hierdoor ontstane verkaveling is als het ware
afgeleid van de bestaande structuur en vormt hiermee een
geheel, ook al worden beide stadsdelen doorsneden door een
brede haven, die daarmee inplaats van zijhaven een echte
levensader werd, met de scheepswerven aan het Buizengat
logisch in het beschermde verlengde. Hetzelfde geldt voor de
Vetteoordsepolder waarin de straten verlengingen zijn van het
alleroudste stratenplan. Dat de Stadsvisie spreekt over
Vlaardings-eigen stadsuitbreidingen, wordt dus niet alleen uit
de geschiedenis van de vissersstad, maar ook uit het stratenplan
verklaard. Het valt de opsteller van het stuk slechts euvel te
duiden, dat hij zijn uitspraak noch ergens motiveert, noch
leven inblaast door achtergronden, typeringen en dateringen te
geven en zodoende een historisch kader te scheppen. Het is
terecht dat Ben van Haren cs. hem daarvoor gevoelig op de
vingers tikken.
Een tekortkoming is overigens ook dat niet dieper wordt
ingegaan op zowel de maatschappelijke als historische
structuren binnen de wijken. Voor de Oostwijk geldt dat deze
- in het bouwkundig bezit - een belangrijk potentieel
vertegenwoordigt. Juist als moeite zal worden gedaan om de
oorspronkelijke wijk weer zichtbaar te maken. Overwogen zou
minstens kunnen worden of de bestaande
verkeersbelemmeringen met plantenbakken, versmalde en
verspringende rijstroken, in de straat gelegde bielsen, hobbels,
bobbels en drempels, uit de lijn geplaatste bomen en andere
leukigheden die het aanzien van de buurt bijna even erg
aantasten als het daarin geplaatste of rijdende blik, niet door
een slimmer systeem van verkeerssluiting kunnen worden
vervangen. Hoe authentieker het aanzien, hoe waardevoller het
geheel. Waarom de Binnensingel en Hofsingel als meer chic
worden ervaren dan de Arnold Hoogvlietstraat heeft minder te
maken met de welstand en grootte van de huizen daar dan
met het feit dat de Binnensingel grotendeels zichzelf is kunnen
blijven en het eigenlijke karakter van de Arnold
Hoogvlietstraat in de macramé van struiken en onooglijke
stukken hout om zeep is geholpen. De straten eenvoudigweg
halverwege afsluiten voor doorgaand verkeer, lijkt een
draconische maatregel, maar heeft als voordeel dat het
originele negentiende eeuwse straatbeeld gehandhaafd kan
blijven. Ook een verordening die stelt dat samenvoegen van
boven- en benedenwoningen kan worden toegestaan mits de
voordeuren, voordeuren blijven, kan heilzaam zijn, evenals een
buurttoezicht dat bewoners ervan weet te overtuigen dat het
handhaven van het plaatselijk traditionele kleurengamma, een
grotere meerwaarde realiseert dan een afwijkend palet, wat de
Gamma en hele prullaria van woonprogramma's op de
televisie ook beweren. Vlaardingen zou er goed aan doen zich
te realiseren dat de Oostwijk als geheel een tamelijk bijzonder
en redelijk tot goed bewaard cultureel erfgoed
vertegenwoordigt. De betekenis van de Oostwijk en de
Vetteoordsepolder is groter dan de som van de waarden van
het daar aanwezige onroerend goed en de daaraan verbonden
grondprijs. De Stadsvisie had er goed aan gedaan om zich op
dat punt uit te spreken en te vertellen waar het eigenlijk om
begonnen is. Een woordenstrijd over eigen- en oneigen leidt
de aandacht namelijk alleen maar af, al kan scherpslijpen over
een enkele tekst in de stadsvisie-exegese misschien even
Vlaardings worden genoemd als haring en schelvispekel. Over
heel wat mindere onderwerpen is de stad in het verleden wel
in rep en roer geraakt. Met een eeuwenlange nasleep als
gevolg.