r-"
45 Musis
of een Kunstmanifestatie in enkele
dagen meer bezoekers trekken dan een
museum in een heel jaar en een
aankoop genereren van enkele
tienduizenden guldens.
De adviesgroepen Arts en Leisure en
Stedelijke en Regionale Ontwikkeling
van Twynstra Gudde en de leerstoel
Toerismemanagement van de Erasmus
Universiteit hanteren een
toekomstmodel waarin aan de
historische binnensteden hooguit een
additionele rol is toebedeeld. De
toeristische hoofdstromen zullen zich
niet richten op de consumptieve, maar
op attractieve, actieve voorzieningen, die
onafhankelijk van tijdstip of
meteorologische omstandigheden waar
voor hun geld geven.
In dit kader zijn de historische
binnensteden gebieden van een
aan het pure vermaak. Ook bibliothe
ken, gezondheids- en fitnesscentra en
dependances van musea worden erin
betrokken. De Kunsthal in Rotterdam,
de archiefwinkel en de Centrale
bibliotheek toch respectabele
instituten danken hun populariteit
mede aan het gegeven dat aan hun
beleid tevens een leisureconcept ten
grondslag ligt. Boodschappen doen en
kunstkijken blijken zich namelijk
uitstekend te laten combineren.Vandaar
wellicht dat simpele, drempelloze
evenementen als een Open Atelierroute
betrekkelijke rust. Het accent is
verschoven van funshopping naar
attractive-shopping. Van het centrum
wordt kwaliteit verwacht. Op
grootsteedse schaal is die verschuiving
makkelijker waarneembaar dan in de
centra van kleinere steden. De
winkeliers in Oxfordstreet gaan gebukt
onder dezelfde problemen als die in de
Nieuwe Passage, met uitzondering van
de 'specialties'. Met als gevolg dat in
kleine steden nog steeds wordt ingezet
op de koppeling van toerisme en retail.
Hoop doet leven, dat is waar, maar wie
verwacht om het centrum nieuw leven
in te blazen door het inzetten van gratis
pendeldiensten naar het centrum, sluit
zijn weddenschappen af op een reeds
bijna voltooid, verleden tijd. De actuele
tendens is om buitenwijken een eigen
functionele rol te geven in de
combinatie van wonen, retail en
vrijetijdspassering. Leisure is een begrip
van snelle wisselingen, voortdurende
aanpassing aan veranderende smaken en
trends, bewust zoeken naar vernieuwing
en verandering, koppelen van markten
die ogenschijnlijk niets met elkaar
uitstaande hebben tot verrassende
combinaties en het doorbreken van
tradities en het besef dat fun en attractie
twee slechts indirect verbonden
kwaliteiten zijn.
Storend in alle discussies over de
ontwikkeling van de binnensteden van
Vlaardingen en Schiedam is, dat er
weinig valt terug te vinden in de
bibliotheken aan literatuur en
onderzoeken op dit punt en dat de
gedachtevorming uitgaat van een
statisch model, terwijl niets zo
beweeglijk en veranderlijk is als het
(massa)consumentgedrag.Vandaar dat in
Vlaardingen geweeklaag klinkt over de
leegstand van de Hoogstraat terwijl we
het in feite hebben over een gewone
woonstraat met een enkele winkel hier
en daar, die het verdient om in de luwte
van een koopcentrum daar beneden in
oude luister te worden hersteld, dat het
centrummanagement zich in Schiedam
profileert als de klagende partner in het
parkeer- en hondenpoepbeleid en dat
Des Bouvrie letterlijk als een door de
hemel gezonden ondernemer wordt
beschouwd. Maar, keer de zaken 'ns om
en ga uit van de reeds bestaande en
manifeste kwaliteiten. Want die worden
in de nota's over herontwikkeling,
toeristische perspectieven en discussies
over de binnenstedelijke functies
voorlopig ernstig tekort gedaan