S GESCHIEDT
55 Musis
Tegenover de visie van Berenschot
stellen wij een andere: Het Gasthuis
wordt uitsluitend bestemd voor
Moderne Kunst, welke meer ruimte
krijgt door de historische collectie en
het depot elders onder te brengen. Voor
de historische collectie gaan onze
gedachten uit naar de Stadstimmerwerf
aan de Korte Haven. Op de begane
grond is daar ruimte voor tentoonstel
lingen. Ook voor het depot van de
colectie is er plaats. De Korte Haven
krijgt hiermee, naast Gebouw Paulus,
een nieuw museaal aspect. Een toegangs
bewijs voor het museum aan de
Hoogstraat zou ook kunnen gelden
voor bezoek op korte afstand van de
Stadstimmerwerf en omgekeerd.
Als depot voor moderne kunst zou
wellicht het oude Archief aan de Korte
Haven kunnen dienen. Splitsing van
museum en een elders ondergebracht
depot is niet ongebruikelijk. Rotterdam
heeft voor dit probleem een oplossing
gezocht in de Alexanderpolder.
De afstand tussen Hoogstraat en Korte
Haven is slechts kort, terwijl het onder
brengen van het depot in het voormalige
archiefgebouw voor belangstellenden
ook de mogelijkheid schept om de daar
bijeengebrachte kunstwerken te zien.
Een enkele opmerking over de kosten
verbonden aan onze visie mag niet
ontbreken. Het wil ons echter voor
komen dat die veel geringer zullen zijn
dan Nieuwbouw van een Museum
Moderne Kunst. Bij een vergelijking van
het voorstel Berenschot met onze visie
zal de restauratie van het Gasthuis
buiten beschouwing moeten blijven.
Berenschot noemt daarvoor een bedrag
van fl. 5,4 miljoen. Dat komt dus boven
op de nieuwbouw; geraamd op 20 a 25
miljoen. Ook in onze visie is restauratie
van het Gasthuis, een historisch
monument, onvermijdelijk.
De kosten verbonden aan onze visie
kunnen wij alleen, zonder specificatie,
globaal aangeven door een opsomming
van factoren die nader begroot moeten
worden.
Ook indien het Gasthuis geheel voor
moderne kunst wordt bestemd zal dit
kosten met zich meebrengen. Dit geldt
allereerst intern, voor de aaspassing van
de bestaande ruimten voor expositie en
permanente opstelling van de kern
(Cobra en enkele topstukken). Daarnaast
kan ook gedacht worden aan het
vergroten van de ruimten met een
aanbouw aan de achterzijde. Als tot
aanbouw zou worden besloten en de
plannen daarvoor worden uitgewerkt,
waarbij mede gedacht kan worden aan
een Museum Restaurant zoals bij alle
moderne Musea te vinden is, zal dit ons
inziens de belangrijkste kostenpost
vormen.
Als voor een historisch museum
gekozen wordt voor de Stadstimmerwerf
aan de Korte Haven, zal dit ook de
nodige kosten met zich meebrengen.
Daarbij komt dan nog de exploitatie.
Schiedam krijgt er een apart Historisch
Museum bij. Wellicht zou daarin ook de
Historische Vereniging Schiedam
onderdak kunnen vinden.
Het onderbrengen van het depot in het
voormalige gemeentearchief zal de
kleinste kostenpost met zich meebren
gen, daar dit gebouw zich in goede staat
bevindt. Wel zal ook dit tot enkele inter
ne voorzieningen leiden om het gebouw
geschikt te maken voor een bezoekers-
vriendelijk depot moderne kunst.
Ook wanneer men globaal onze visie
vergelijkt met de nieuwbouwoptie van
Berenschot, lijkt de conclusie gerecht
vaardigd dat onze gedachten aanzienlijk
minder kosten met zich mee zullen
brengen.
Tenslotte enkele opmerkingen over de
optie van Berenschot waarbij het Ste
delijk Museum zou zich moeten trans
formeren in een centrum voor Neder
landse moderne en hedendaagse kunst.
Dit centrum zou moeten worden
ondergebracht in 'nieuwbouw of in een
monumentaal pakhuis'. Waar zulk een
monumentaal pakhuis te vinden is
wordt niet gezegd. Ook dit plan
voorziet in nieuwbouw voor een
dergelijk centrum.Voor de bestemming
van het Gasthuis aan de Hoogstraat zal
wel gelden dat volgens Berenschot
daarin de historische verzameling wordt
ondergebracht. Dat centrum zou het
verhaal moeten vertellen van 100 jaar
Nederlandse Kunst en spraakmakende
exposities moeten organiseren. Het zou
een landelijke uitstraling moeten hebben
en voor een halve dag attractie voor
bezoekers moeten dienen. Dit alles
onder een slagvaardige en extraverte
directie.
In een tweede optie wordt een geheel
ander onderwerp aangesneden dat, als de
Gemeente dit aanvaardt, betekent dat
het Museum moet worden
getransformeerd in een Centrum voor
hedendaagse kunst dat een landelijke
uitstraling zou moeten hebben zoals het
Stedelijk Museum Amsterdam en de
andere grote Musea in ons land. Deze
Musea beschikken wel over collectie
waarmee 100 jaar moderne Nederlandse
kunst kan worden getoond in spraak
makende exposities. Om dit in Schiedam
te verwezenlijken zou zowel de collectie
als de staf aanzienlijk moeten worden
uitgebreid. Het Centrum zal in deze
optie iets geheel anders worden dan ons
huidige Museum. Dit uitgangspunt
veronderstelt dat de Gemeente akkoord
gaat met een geheel ander beleid te
aanzien van de moderne kunst dan thans
het geval is. Naar onze mening is dit te
hoog gegrepen.
Met deze visie wil het Cultureel Fonds
een bijdrage leveren voor de toekomst
van ons museum. Het is meer een
Schiedamse benadering van het ruimte
probleem waarmee het museum te
kampen heeft. Gebruik wordt gemaakt
van leegstaande ruimten aan de Korte
Haven waarvoor, voor zover ons
bekend, nog geen bestemming is
gevonden. In plaats van nieuwbouw
stellen wij dus voor in het Gasthuis aan
de Hoogstraat meer tentoonstellings
ruimte te scheppen door het depot voor
moderne kunst onder te brengen in het
voormalige gemeentearchief aan de
Korte Haven en de historische collectie
onder te brengen in de Stadstimmerwerf
waar zich boven de ingang het wapen
van Schiedam bevindt. Op het te voeren
museaal beleid voor hedendaagse kunst
gaan wij niet nader. Het te aanzien van
het Museum te voeren beleid komt naar
onze mening eerst in een later stadium
aan de orde. Primair gaat het om de
keuze; nieuwbouw of niet