1-aA
miiÊ^ÊgSm
;H|m£
BELGISCHE
TOESTANDEN
Onder het motto
'Nederlandse bouw
moet naar Belgische
toestanden' bepleitte
het Tweede kamerlid
voor de PvdA, Adri
Duivesteijn recent
voor een
schaalaanpassing in
toekomstige
stadsvernieuwings- en
uitbreidingsprojecten.
In België berust meer
dan negentig procent
van de
bouwactiviteiten nog
op zuiver particulier
initiatief. Dit heeft als
gevolg dat projecten
kleinschaliger worden
ondernomen. Dit komt
de diversiteit ten
goede. Ook in
stedenbouwkundig en
architectonisch
opzicht.
a.©#?,';..
i rr^pv
§mm0m
-
'1
Musis 116
O
Q
I
=3
CO
-mglm»i
H RP
i
Kees van der Windt tot combineren van wonen
en bedrijvigheid.
Cees Bokx vat het simpel samen. 'De opdracht
is dermate complex', zegt hij monter, 'dat noch
een stadsbestuur, noch een op grote schaal
denkende projectontwikkelaar, noch een
combinatie van die twee, het zelfstandig zullen
rooien. We hebben te maken met verschillende
invalshoeken. De gebouwen die er staan vormen
als geheel een te waardevol stadsbeeld om dat
aan te tasten. Je zult je dus moeten beperken tot
een schaal die met de Vlaardingse maten
overeenkomt.
Daarbij is het zo dat het merendeel van de
gebouwen in handen is van bedrijven. Die
willen natuurlijk best meewerken, daar twijfel ik
niet aan. Maar alleen als ze een gelijkwaardige
of betere vestigingsmogelijkheid krijgen
aangeboden. De vitaliteit van deze bedrijven
maakt het niet waarschijnlijk datje tot een
wijksgewijze verhuizing zal kunnen komen.
Persoonlijk denk ik dat met alle bedrijven
individuele onderhandelingen zullen moeten
worden gevoerd. Het gevolg zal zijn dat het
project in vele fasen en op vele plaatsen op
verschillende tijdstippen zal moeten worden
uitgevoerd. Dit maakt het al evenmin aantrek
kelijk voor de grote projectontwikkelaars.
Vervolgens krijgen we te maken met de
bestaande en toekomstige sociale structuur. Hoe
je deze kunt waarborgen zodat er een waardevol
woon- en leefgebied ontstaat, kunnen we
gelukkig ook elders leren. Mooie voorbeelden
zijn Delfshaven in Rotterdam en vooral het
oude Rotterdamse scheepvaartkwartier waar
illustere namen als Ruys Co,Van Nievelt
Goudriaan, Furness, Hudig en Wambersie waren
gevestigd.
Ook daar zijn langzaamaan woonbestemmingen
ingebreid, met als gevolg dat er een uiterst
aangename woon- en leefwijk is ontstaan. Je
moet voorkomen dat je de revitalisatie van een
dergelijk gebied gaat oplossen in een
opeenstapeling van leukigheden, die in de
zomer misschien wel wat vertier geven, maar
geen hechte sociale structuur vestigen. Laat
staan de band met het verleden levend houden'.
Met het begrip 'Belgische toestanden', zoals dat
door Adri Duivesteijn is geïntroduceerd heeft
hij andere associaties. Maar hij onderschrijft de
gedachte dat een kleinschalige aanpak de meeste
garanties biedt. Vanzelfsprekend kent hij de
voorbeelden van restauraties van industrieel
erfgoed in de Antwerpse en Gentse
havenbekkens. Ook daar speelde het particulier
initiatief een hoofdrol en waren de uitvoerende
bouwbedrijven van meet af aan bij de
realisering betrokken.
'In Vlaardingen zou dit ook kunnen gebeuren',
zegt hij. 'Ik denk zelfs dat we hier een stap
verder kunnen gaan. In tegenstelling tot
Antwerpen en zelfs in tegenstelling tot
Amsterdam, spreken we hier over een
aantrekkelijk, historisch woongebied dat als
bedrijvengebied tot op de dag van vandaag z'n
vitaliteit behouden heeft. We spreken wel over